BELGISCHE BUUR BLIJKT NOG EEN VERRE VRIEND 17 „Ik zou niet terugwillen naar Ciitex" „ZE SNIJDEN DAAR MINDER EN BETER" „ONZE BROEDERSCHOOL HEEFT ZONDER MEER DE MOEILIJKSTE BOEKEN" DE GRENS IS NOG EEN ECHTE GRENS MARCEL VAN DUYSE, CLINGE: CAFÉHOUDER PIERRE BLONDEEL: TOMMIE FREYSER (14): ZATERDAG 5 JANUARI 1974 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ZATERDAGKRANT TERNEUZEN Zeeuwsch-Vlaanderen doet verwoede pogin gen om meelij op te wekken bij de rest van Nederland. „Ons gebied is zo kleinschalig" klagen gemeentebestuurders. „Te klein om er behoorlijke voorzieningen (sociaal-cultureel, op onderwijsgebied) van de grond te krijgen". Anderen vallen huilerig bij: „Het isolement van Zeeuwsch-Vlaanderen be lemmert een gezonde en evenwichtige ontwikkeling". De kla gers willen maar één ding. Het gebied moet blijven groeien, het aantrekken van bedrijven is een eerste levensvoorwaarde, de bevolking moet toenemen en uiteraard dient het isolement doorbroken. Dat wil zeggen: een ontsluiting naar het noor den door de Westerschelde te overbruggen met een vaste oeververbinding. Pas als dat allemaal gebeurt wordt het in Zeeuwsch-Vlaanderen goed leven, krijgt het gebied goede scho len, goede medische voorzieningen en genoeg werkgelegen heid. Nu het daaraan nog ontbreekt en de groei er uit is, wor den de bureau's van hoogwaardigheidsbekleders in Middel burg en Den Haag overstelpt met in ambtelijke taal verstop te noodkreten, die allemaal neerkomen op: „Help Zeeuwsch- Vlaanderen. Alleen rooien we het niet". if en boe staan enkele Zeeuws-Vla mingen op om schuchter te wijzen op een andere mogelijkheid om het gebied uit het benauwde isolement ie verlossen: België. Plaatselijke overheden kunnen die weg niet be wandelen. De meeste grensgemeen ten staan weliswaar op goede voet met de Belgische buren, maar als bei er op aankomt om de grenslijn uit te wissen zijn ze machteloos. De officiële kanalen waarlangs Neder land en België contact onderhouden lopen via Brussel en Den Haag, waar men de Benelux-gedachte pro beert om te zetten in daden. Vaak niet voortvarend genoeg naar de zin van 'grenskanters'. nog Er zijn genoeg terreinen waarop Zeeuwsch-Vlaanderen kan terugval len op België (werkgelegenheid, on derwijs, gezondheidszorg), maar on danks de Benelux is de grens nog een echte grens. Nederland beneden de Schelde profiteert s niet optimaal van i België. Bovendien ervaren nog veel Zeeuws-Vlamingen de grens als een echte barrière: „Je weet niet wat je erachter aantreft". Grensbewegingen in de arbeidsmarkt bewijzen dat. WERKGELEGENHEID In november had het staalbedrijf Sidmar, enkele kilometers over de grens in Zelzate, niet minder dan 585 vacatures in de sector "handen arbeid' (de onderhoudsdiensten van het bedrijf). Bovendien is er in de hele Gentse kanaalzone een niet nauwkeurig vastgesteld, maar wel vrij groot aantal arbeidsplaatsen vrij in de "bouw". Sidmar heeft de grootste moeite om alle posten bezet te krij gen. Ook advertenties in Zeeuwsch- Vlaanderen hebben weinig zoden aan de dijk gezet, hoewel de werkloos heid in dat gebied juist in die sector het grootst is. Hoe is dat te verkla ren? „Het onbekend zijn met de werkomstandigheden, het hele ar beidsklimaat daar", gelooft adjunct directeur H. F. van Luijk van het arbeidsbureau in Terne uzen, die sa men met Gentse collega's een onder zoek heeft ingesteld naar de 'grenso verschrijdende' pendel. Het rapport verschijnt hoogstwaarschijnlijk in januari, maar één opvallende conclu sie kon al snel worden getrokken: er werken heel wat meer Belgen in Zeeuwsch-Vlaanderen (ruim 1100) dan omgekeerd Zeeuws-Vlamingen in België (een kleine 600). Enquêtes hebben uitgewezen dat de primaire werkomstandigheden (beloning, werktijden) nauwelijks invloed heb ben op die cijfers, evenmin als trou- CLINGE Werken bij de autofa- briek General Motors (7.000 werkne- mers) op de rechter Schelde-oever in België. De 34-jarige Marcel van Duyse uit Clinge wil er geen kwaad woor(1 over koren. Hij somt dc tjJ voordelen op: hoge lonen, een pretti- ge werksfeer en, last but not least, .ij veel kinderbijslag. Van Duyse, een gastvrij iemand, heeft vergelij kings- materiaal. Voor zijn diensttijd van een 1959 en 1960 en een paar maanden aer' daarna werkte hij bij de textiel fa- sta j brlek Qitex. Vlak naast de deur dus. de Hij zou onder geen enkele voor- :en! waarde meer terug willen of ze af zouden zulke astronomische beilra- aan gen moeten willen betalen dat hij de niet kan weigeren. '1 „Ik zie het niet zitten om terug te gaan. Ik heb het gewoon naar mijn a zin. Zeker de laatste tijd. De eerste "r jaren werkte ik in de ploegendienst 004 ei daar zijn nadelen aan verbon- 154 den". en- Nu is hij controleur van de inventa- dat ris. Dat betekent een werktijd van acht uur tot half vijf. Vanwegfe de af- ijd siand (ongeveer 40 kilometer) kun ter- ie daar nog twee uurtjes bij optel- op len. Hij maakt gebruik van een eigen auto en de reiskosten worden •He: gedeeltelijk vergoed, jjo Enkele minpunten (de reiskosten en •e>, de tijd) maar de balans slaat volle- ,.gi dig door naar de andere kant als de lonen en de werksfeer bij het Ameri- kaans-Duitse bedrijf aan de orde komen. „De sfeer in onze afdeling is zonder meer goed. Iedere morgen o we elkaar een hand. Het maakt geen verschil of je Nederlan der of Belg bent. Het kan natuurlijk op andere bedrijven anders zijn, maar over onze afdeling heb ik niets dan lof". PIANO GEKOCHT Zijn vrouw móeder van vier kinderen heeft volledig vrede met zijn werk. Nog steeds enigszins ver baasd vertelt ze dat ze enige tijd geleden zo maar ƒ400,in de brie venbus vond. „Hadden ze over van de kinderbijslag. Dat geld hebben ze toen maar verdeeld. Dat is toch geweldig. We hebben er een piano van gekocht". De sociale voorzieningen waren in het begin iets minder. Daar komt volgens hem duidelijk verbetering in. „Vroeger moest je zes weken wachten op het ziektegeld. Nu niet meer. Alles is prima geregeld". Marcel van Duyse ervaart de belo ning bij het bedrijf als rechtvaardig. Er is in zekere zin sprake van inkomensnivellering. „Er zijn mooie en minder mooie baantjes bij. Het werk aan de lopende band lijkt me niet altijd ideaal. Het loon is echter overal gelijk. Van het zwaar ste tot het lichtste werk. Dat vind ik goed". Ondanks al die loftuitingen over België als land om te werken zou het gezin toch niet graag verhui zen. Mevrouw Van Duyse: „Ik zou er voor geen geld willen wonen. Ik vind het er niet gezellig. Ik heb niets tegen de mensen, maar ik vind het er gewoon niet gezellig. Het is een totaal andere mentaliteit". AARDENBURG Het relaas van Pierre Blondeel. 34, caféhouder in Aardenburg: „Ik had last van spata ders. m'n bloedvaten waren niet in orde. In het Oostburgse ziekenhuis konden ze er niks aan doen. Ik moest naar Middelburg, ben daar geopereerd, maar dat was meer een slachtpartij. De klachten bleven, het moest per se behandeld worden. Op advies van enkele doktoren uit West Zeeuwsch-Vlaanderen ben ik een paar jaar later naar Brugge gegaan. Ze zeiden me dat daar goede specia listen waren". Pierre Blondeel heeft van dat uitstapje over de grens nooit spijt gehad. Van achter de tapkast in z'n hotel- café-restaurant 's Lands Welvaren' laat hij weten: „Ik ben honderd procent tevreden, de verzorging was er erg goed. Twee maai ben ik geope reerd, maar je blijft daar veel kor ter in het ziekenhuis dan hier en ze snijden veel minder. Je kunt merken dat er specialisten aan het werk zijn. Er zijn er geloof ik 27 in de twee grote Brugse ziekenhuizen. Dat tref je in Zeeuwsch-Vlaanderen na tuurlijk niet aan". Z'n vrouw valt hem bij: „Ja, en hij blijft onder controle. Bovendien zijn de Belgen veel soepeler met de bezoekuren en is de hele behandeling goedkoper". Het echtpaar Blondeel wil beslist van geen kritiek weten op het zie kenhuis in Oostburg. Zij: .Mijn dochtertje is daar behandeld en daar ben ik zonder meer tevreden over". Maar het wil er bij hen niet in dat een Zeeuws-Vlaamse patiënt per se naar Rotterdam of Tilburg of zelfs naar Middelburg moet. terwijl op amper een half uur rijden grote Belgische ziekenhuizen precies de zelfde specialistische behandeling kunnen geven. Vaak goedkoper en met succes, zo blijkt uit hun erva ringen. Wat de Blondeels betreft mag Zeeuwsch-Vlaanderen best te- ingvallen op het Belgische achter land als het om de gezondheidszorg gaat. Als particulier verzekerden kij ken ze er op z'n zachtst gezegd wat vreemd tegenaan dat de ziekenfond sen nog weinig willen weten van de goedkopere behandeling in België: „Iedereen zou dezelfde kansen moe ten krijgen". Vroege cafégasten in 's Lands Wel varen' komen los als ze horen dat het gesprek gaat over ziek zijn beter worden in België. Een jonge Aardenburger, danig gehavend aan het gezicht bij een verkeersongeval, liet zich op kosten van de (verzeker de) tegenpartij onder handen nemen in Eeklo. Plastische chirurgie deed wonderen. „Wat je daar krijgt, krijg je hier voor dezelfde prijs nooit", zegt hij. Een ander vertelt over een bevalling. „Mijn vrouw lag negen dagen tweede klas in een ziekenhuis in Eeklo, ze kreeg hulp van een specialist. Het kostte ons 600 gul den, kom daar in Nederland maar eens om. En dan zo'n behandeling". Duim en wijsvinger worden samen- gebogen tot het bekend^ gebaar: pico bello. Het bevoorrechte gebaar van de particulier verzekerden, die er niet voor terugdeinzen om Belgen voor hun gezondheid te laten zor- wens de afstand naar het werk. Volgens de heer Van Luijk (die overigens geen enkele werkloze kan verplichten in België aan de slag te gaan), bestaat er een moeilijk defi nieerbare huiver om werk te zoeken bij onze zuiderburen. De onbekend heid is een belangrijke barrière. .Al leen de benamingen van bepaalde functies al zijn bij ons niet bekend en dat werpt meteen een drempel op", haalt hij als voorbeeld aan. De heer Van Luijk gelooft wel dat de Belgische arbeidsmarkt voor Zeeuwsch-Vlaanderen in de toe komst een steeds belangrijker rol kan en wellicht moet gaan spelen: die mogelijkheden mag je niet onbe nut laten. De indruk bestaat overi gens dat wie eenmaal in België werkt en gewend is aan de omstan digheden het best rooit- ONDERWIJS Zo ook Zeeuws-Vlaamse scholieren, die scholen in België bezoeken. Di ploma's zijn over en weer nog niet officieel erkend en opleidingen in de Beneluxlanden zijn allesbehalve op elkaar afgestemd. Toch trekken iede re dag honderden leerplichtigen uit Zeeuwsch-Vlaanderen de grens over om zich door onze zuiderburen te laten scholen. Niemand weet precies hoeveel kleuters en studenten, die buiten de leerplichtwet vallen, je daar nog bij op moet tellen. Zeeuwsch-Vlaanderen heeft (door de kleinschaligheid) nu eenmaal geen gevarieerd pakket van onderwijs voorzieningen. Wie dat wel zoekt moet de Westerschelde oversteken of komt in België terecht. Sommige ouders, die hun kinderen de grens over sturen vinden het Belgische onderwijs ronduit beter: meer disci pline. Bovendien zeggen ze: „Als ze willen studeren kunnen ze dat doen in Gent en dan moeten ze in België ook maar de voorbereidende oplei ding volgen. Dat is beter op elkaar afgestemd". Belangrijkste overwe ging om in België te gaan studeren blijft de makkelijk te overbruggen afstand. Toch liet een woordvoerder van het ministerie van onderwijs onlangs eten: „Het uitwissen van de grens wat het onderwijs betreft Is niet onze hoogste prioriteit". Een groot aantal Zeeuws-Vlamingen doet het dan zelf maar. GEZONDHEIDSZORG Over de ziekenhuizen zijn ze in Zeeuwsch-Vlaanderen nog niet uitge praat. Een stevige storm stak vorig jaar op toen het concept-plan zieken huisvoorzieningen in Zeeland ver scheen: de ziekenhuizen in Hulst en Oostburg zouden "bevroren' worden en op langere termijn zelfs moeten verdwijnen, zo'n klein gebied als Zeeuwsch-Vlaanderen kan zich vol gens het plan niet permitteren om vier kleine ziekenhuizen (ook nog een in Temeuzen en Sluiskil) op de been te houden. Verontwaardiging in oost en west. Medische staven en besturen pikten het niet dat hun ziekenhuizen werden afgeschilderd als onvolwaardig. .Bovendien" lieten ze opgewonden weten. „We hebben toch België nog. Daar in Antwer pen, Gent en Brugge kunnen ze een goede specialistische behande ling geven. De afstanden zijn makke lijk-te overbruggen als we maar tot samenwerking komen, dan hebben we in Zeeuwsch-Vlaanderen niet eens een groot A-ziekenhuis nodig". Het SvAntonius-ziekenhuis In Oost burg heeft' de daad bij het woord gevoegd: er is een bescheiden begin gemaakt met een samenwerking met het Brugse St-Jans-hospitaal. Dc be doeling is om te komen tot een gedeeltelijk werkverband van Belgi sche specialisten in Oostburg, daö zelf uiteraard geen full-time krach ten voor alle terreinen van de ge zondheidszorg in dienst 't, .Het is toch eigenlijk te gek dat patiënten uit West-Zeeuwsch-Vlaan deren voor bepaalde specialistische behandelingen helemaal naar het Dijkzigt-zi ekenhuis in Rotterdam moeten. Bovendien liggen de tarie ven in België lager dan die in Ne derland". zei bestuurslid P. Philipse vorige maand over de samenwer kingsplannen van het St-Antoniuszie- kenhuis. Een bredere samenwerking het verlenen van medische hulp aan Zeeuws-Vlamingen in een Belgi sche ziekenhuis als dat het beste uitkomt beschouwt de beer Phi lipse overigens nog als toekomstmu ziek: er zijn nog veel formele moei lijkheden te overwinnen. Eerste voorwaarde is om de ziekenfondsen wat gewilliger te maken. Alleen in zeer bijzondere omstandigheden vin den die het goed dat een Zeeuws- Vlaming in België wordt verpleegd, men stuurt een zieke Aardenburger liever naar Rotterdam dan naar Brugge. Zodoende profiteren op het ogenblik alleen particulier verzeker den bijna optimaal van de Belgische gezondheidszorg. Ze rijn daar over het algemeen erg tevreden over. .Daarom kan de samenwerking nog veel beter", vindt de Zeeuws-Vlaam se medische wereld. SAS VAN GENT Tommie Freyser (14) uit Sas van Gent had er geen enkele moeite mee om ingeburgerd te raken op het atheneum in Zelza te- 'De Witte' noemden z'n klasgeno ten en leraren hem meteen, toen de inderdaad helblonde Sasse scholier zich schuchter meldde bij de Belgi sche onderwijsinstelling. Tommie klopte daar aan en niet bij het lyceum in Terneuzen of Hulst om de doodeenvoudige reden dat de school in Zelzate lekker dicht bij huis ligt: Iedere dag legt hij de enkele kilome ters tussen Zelzate en de bakkerij in Sas van Gent fietsend af. Al pas seert hij 'm iedere dag, voor Tom- mie Freyser bestaat de grens nog nauwelijks. „Het is er fantastisch", vinden vader en zoon unaniem. „Het is er een gesloten circuit. De jongens blijven de hele dag op school, ook tussen de middag en ook als ze na de lessen op de bus moeten wachten", verduidelijkt va der Freyser. Het geeft- hem een veilig gevoel dat z'n zoon goed 'op gepast' wordt. De kleine afstand tus sen Sas van Gent en Zelzate blijkt dan ook met de enige reden te zijn zeker achteraf bezien waarom hij Tommie naar het Belgische athe neum stuurde. „Ik heb het zelf ge zien in Hulst Het was daar vooral tussen de middag een grote troep, ze hangen rond in cafés en zo. dat is niet zo prettig". Voor het besluit viel om Tommie meer kennis te laten opdoen in Zelzate, is er uitvoe rig gepraat met het hoofd van de lagere school. Die zei „Doe het ge rust, het is een prima school". Is dat uitgekomen? Vader Freyser stelt voorop geen bedenkingen te hebben tegen het onderwijs in Nederland als zodanig. .Maar het is daar inder daad ook goed". „Ja", valt Tommie bij, „en het is een strenge school. Je moet er geen geintjes uithalen". Ui teraard heeft de Sasse scholier rijn studie vergeleken met die van Ne derlandse leeftijdgenoten (op Zeeuws-Vlaamse scholen). Zijn on omwonden conclusie: ,Het is hier toch wel gemakkelijker. Onze broe derschool' staat er trouwens om bekend de moeilijkste boeken te hebben en dat is te merken ook". Vindt Tommie het niet jammer dat hij het door-de-weekse contact met Sas van Gent een beetje kwijt is? „Nee, want Ik zte ze ieder weekend toch nog, dat is hele maal geen probleem". Ook als je er nadrukkelijk naar vraagt, weten vader en zoon Freyser nauwelijks negatieve kanten van het schoolbezoek in België op te lepelen. Er komt integendeel nog meer goed nieuws: .Het is er ook goedkoper". En. zegt Freyser met een guitige knipoog naar Tommie: ,Jk wee: pre cies wat hij doet. Iedere week krijg ik een uitvoerig rapport over z'n vorderingen en eventueel over rin gedrag". Tommie Freyser is één van de vele scholieren int Zeeuwsch-Vlaanderen die de weg naar België hebben ge vonden. Er zijn veel meer voorbeel den aan te halen, ook van gezinnen waaruit meerdere kinderen hun wijsheid halen bij onze zuiderburen. Alleen: officiële erkenning heeft cat 'grensoverschrijdende onderwijs' nog niet gevonden Tommie Freyser zal dan ook in Nederland verder stude ren. als hij na zes jaar Belgisch atheneum ooit plannen voor een ver dere studie mocht koesteren- Hij zou het dichter bij huis zoeken als die grens er niet was

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1974 | | pagina 17