KERST AAN DE
DAMSE VAART
kerst '68
provinciale zeeuwse courant
(Door Emile Buyssei
Nog elk jaar, van een paar dagen voor kerstdag af, komen kinderen liedjes zingen aan
mijn deur. Soms zijn het de ,Drie Koningen'maar vorig jaar waren er maar twéé. De
zwarte koning, die gehuld was in een prachtig-vuil stuk gordijn, antwoordde op mijn in
formaties naar de derde: ,Hij mag nie' mee' méé, menere, van z'n mama, omdat-ie in
zijn broek gep... heeft.
Kx.-hM.,- V
Speelgoedstadje
Neen: Danvme in de sneeuw, opname van op de toren der O.L. Vrouwekerk gemaakt
Er was zelfs een jaar, dat een heel lief meisje van een
jaar of tien alléén heur goede gave van de schone
kerstavond kwam brengen, in de vorm van 't oude:
,Er was een Ifindeke geboren op strooi, en het lag in
een krèbbetje, gedekt met hooi.' Zoiets moois, innigs
en liefs kost mij minstens vijf frank en de hele ver
dere avond, bij de kaarsevlammen en het dennegroen,
kan Ik daar gelukkig mee zyn. Gelukkig zoals vroe
ger, héél vroeger, toen ik kind was in 't gezellige oude
Sluis en wij, maar den ouden eis, gingen wensen, en
vooral: de wensen ontvingen, die toen soms nog luidden
als dit hier, het oud-Cadzandse:
'lc Wens je vee' zegen in 't Nieuwe Jaar
Vee' gezonde dagen binnen 't jaar;
Da,' je lange meug' leven, zalig meug' sterven,
't Koninkryk in den 'Emel meugd erven.
En nu zijn wij weer in die periode van huiselijke ge
zelligheid en, hoop ik voor u, in de atmosfeer van het
wérkelijk .Vrede op Aarde' willen en dienen en be
vorderen wéér 't maar even kan. Beginnend bij uzelf
en in uw naaste omgeving. Ik denk niet alleen terug
aan de eenvoudige goedheid der kinderjaren in 't oude
Sluis, toen ik, in de oorlog, kerstmis 1917, mijn éérste
kerstboompje kreeg, dat vader uit een sier-den in de
hof had gesneden, en dat werd versierd met een paar
eindjes kaars, wat vlokjes watte en.,., een plaatje uit
de Verkadepeperboek, voorstellend: een verlicht kerk
je In de sneeuw. Toen ik in 193in een landelijke ge
meente bij Brugge was komen wonen, werd ik er met
een geconfronteerd met nog véél, dat van het oude
volksleven was overgebleven. Er werden nog Sint-
Maartenswafels gebakken, en tegen 11 november prijk
ten enkele .ouderwetse' bakkersuitstallingen nog met
Sint-Maartenskoeken (de goede heilige te paard), var
kens van speculaas en een soort taai gebak (begrijpe
lijk: dat altijd terugkerende varken in deze tijd van 't
jaar! Het varken was immers toegewijd aan de zonne
god Fro, ,die het licht terugbracht'). Men vierde, in en
rond Brugge, uitbundig zelfs, Sint-Elooi op 1 decem
ber, als de boeren de rekeningen van smid en wagen
maker betaalden, 's Avonds las ik in pasverworvcn
boeken over Brugge en Vlaanderen over de oude Der
tienavond in die oude, schone stad, Dertienavond (de
laatste, der oude .heilige nachten'), Driekoningenavond,
als men de coucke sne-edt, omme den coninck van der
bone te makene.' En ik las in de kinderherinneringen
van Guido Gezclle, wiens geboortehuis aan de Rolweg
zó dichtbij mijn kleine woning te Sint-Kruis gelegen
was. en ik zag dat in zijn kindertijd, omtrent 1835:
's avonds, in de duistere Rolleweg, nog de carols
kwamen van Sinte-Annalcerk, om hun kerstliederen te
zingen. Dikwijls, schrijft Gezelle, kwamen zij over de
snee (sneeuw) en één van de carols (is koorzanger
tjes) speelde op den vedele. Dat vond ik zeer mooi,
maar nog mooier was het, als er kinderen van Sint-
Kruis zélf aan mijn deur kwamen zingen. Déér heb ik
wat van 't oude, nu zo goed als verdwenen volksleven,
kunnen optekenen uit hun lieve kindermond, als zij
zongen van:
Sterretje, sterretje, je moet er zo stille niet staan,
Je moet er met ons naar Bethlehem gaan;
Naar Bethlehem, die schone stad,
Waar dat Maria met heur kinnetje (kindje) zat!
'k Heb een touwtje en 'k en kan 't niet knopen,
Geeft een stunt je (boterhammetje) en 'k zal deure
lopen
Maakt een beetje gedaan (komaf!),
'k Zijn zo moe van staan.
Geef een centje o, een klantje (stuivertje)
'lc Zul d'r mee vat deure gaan.
Toen lk de kleine vroeg, van wannéér zij begonnen rond
te gaan, met hun liedjes en hun draaiende sterre, met
goudpapier beplakt, op een stok, zei er één: Van St.-
Thomasdag, meneer..., en St.-Thoma.s, dat is 20 de
cember, als de kinderen, maar dat is lang geleden, hun
ouders .insloten,' of de meid of de knecht op de hoeve
de baas of de bazinne mochten .buitensluiten.' Ze
mochten maar weer binnen- of buitenkomen, als ze be
loofd hadden ,een fooie te doen.' en dat was niet: Géld
geven, maar koeken of wafels bakken. Nog in de vori
ge eeuw mochten de zusterkens van het klooster van
Onze Lieve Vrouw van de Potterie in Brugge... moe
der-overste buitensluiten om haar diezelfde belofte ,af
te dwingen.' Ik zal hier niet trachten te verklaren
welke symboliek er schuilde in dat buitensluiten, noch
in het vroegere Sint-Thomasluiden. 't Had iets te ma
ken met het afweren van onheil en boze geesten, ge
loof ik. Van meer belang was. dat dan de kortste dag
van het jaar volgde, en ik hoor, in Sluis, mijn groot
vader, rond 1920, nog zeggen, over het lengen der da
gen: Den eersten dag een luizewentel, den tweeden
dag een péérdesprong, en den derden dag oen hitne-
kraai, en dét is al een merkelijke verbetering, niet'?
Indertijd, nu alweer meer dan dertig jaar geleden, heli
ik iets van het volksleven, ook buiten het dorp van
Sint-Kruis met de zingende kinderen, leren kennen, li
trok er door de sneeuw.' naar bevriende boeren en ik
zag en hoorde... dat; de kerstavond er niet werd ge
vierd, of alleszins toch niet uitbundig, niet met een
kerstboom en overdadig eten.. Men zat stil bij elkaar
tot het tijd werd om, bijvoorbeeld in Damme, naar de
nachtmis, de kerstmis, te gaan. Men vertelde soms
oude geschiedenissen. En de mensen vergaten niet. do
kinders te zeggen, dat ,in den héligen kerstnacht'....
de dieren niet slapen in de stallingen, dat zij élle
rechtopstaan in hun slieten of kooien, en dat zelfs do
muis op de graanzolder of in 't graan der schuren,
wéakt, maar niet knaagt en knabbelt. Hetzelfde had
overigens mfln Sluise grootvader mij al verteld, uit
zijn jeugd in de verre polder, waar hij kind was tussen
3850 cn 1860.
In Sint-Andries bij Brugge werd .in den heerd' der
kleine boeren dan soms nog het kerstblok gebrand, hol
.éérsgat' van een boom meestal, méandenlang voor dat
doel gedroogd! en bij gebrek aan een haard: bij hel
vullen met houtblokken van de kachel, zei men dan
nog: Déér gaat het kèrstblok!
Nee en kerstbomen had men dan niet, ook niet voor
de oorlog van 1940, of het was bü de ,ryke burgers.'
Een oude vriend in Brugge, Poltje I'ira, die nu ook al
b(J Onzen Heer ls, vertelde mij bijna 20 jaar geleden:
Rechtzinnig gesproken, het zijn de Fritzen (de
Duitsers ln de eerste wereldoorlog) die hier de kerst
boom hebben Ingevoerd, ,maar omdat liet van den
Duuts kwam, voegde hy er aan toe, deden de mensen
het hen niet né, en pas in 1920 gaf een rijke stalhoud-
ster van West-Brugge, die veel van kinderen hield, een
eerste kerstviering mét een grote deimcboom, versierd
en verlicht,... in de stallingen, waar ook de voermans
paarden stonden!
In 't generaal, zei Poltje nog, hebben de werkmen
sen hier nooit anders .gevierd' of het was...: bij de
stove gezeten, met een pintje bier en een droogvisje,
soms met een spelletje kaart, en een enkele keer met
een koekebakte. Maar velen gingen wél naar de nacht
mis, ,het Kindje wiegen' zoals zij zeiden, en vooral op
West-Brugge, maar ook op de buitengemeenten, trok
ken de Sterremannen dan rond, alléén... ,of met huider
wijf,' zei Poltje Pira, en één was er die een heel oud
liedje kende, dat heel lang duurde en dat sprak over
Christus, die als arme man vermomd in een rijk gast
hof logies verlangde en door de rijke bazinne buiten
gesmeten werd. Die sterreman, zei Poltje, noemden ze
,'t Smoel' en hij zong maar als hij éérst een dreupel
gekregen had (een borrel).
Kerstavond zonder kerstboom, zo heb ik het toch ook
nog geweten, vóór 1917, en zo heb ik het vaak ge
zien rond 1937-1938. Zo stil was het. Je hoorde de verre
zee, of misschien was het enkel het waaien der bomen
in het brede vlakke, oude Zwinland. Ging je
bulten, langs weg of Damse Vaart, dan hoorde je de
waterhoentjes wegvluchten in het riet en ergens kerm
de soms een dier angstig in de nacht.
Nog gaan in Brugge tallozen naar de kerstnachtmis,
op het stemmige- Begijnhof of elders.
Nog speelt dan de beiaardier, meester Eugeen Uten, zijn
mooie oud-Nederlandse en vreemde kerstliederen op 't
hoge carillon van de Halletoren, van half twaalf tot
middernacht. En nog eten de mensen, uit de kerk
gekomen, boterkoeken en drinken ze er een kop verse
koffie bij... Zoals ook op kerstdag zélf. .Késtag,' zeggen
wij, .kersdag' zei mijn grootvader. En bij de kribbetjes
die tegen 20 december (alweer: St.-Thomasdag) van
de zolder zijn gehaald, en die naast of onder de thans
algemeen geworden groene boom prijken, zingen de
kinderen:
Er ivas een kindeken geboren op strooi,
En t lag in een krèbbetje, gedekt met hooi,
't Had twee blinkend' oogstjes, zo zwart als lagèt,
En zijn bleuzende kaakjes, ze stonden zo nèt...
...Maar een oude schaper die in 1937 zijn laatste dagen
sleet ln het oudemannenhuis van Damme, het 7 eeu
wen oude Sint-Janshospitaal, wist mij nog te zeggen
wat hij lang geleden zong, en wat ongeveer zo ook door
Guido Gezelle, omtrent 1860, werd opgetekend:
Djilleke was een boertje,
't Trok al aan het snoertje,
Als het aan het deurtje kwaam,
En zij riepen: vie is daar?'
Ei, 't is ikko.
Zei Djilletje met zijn krikke (kruk),
'k Brenge Jezutjes Nieuwejaar...
En nóg mooier vond ik wat een vrouw van Oostkerke.
bij Damme, my voor kon zeggen, half gezongen, want
het melodietje had zij wat vergeten:
De herders komen hier,
Zij brengen hout en vier,
En daar komt nog een ander,
Die brengt, een k-ruike bier;
Daar kom t nog een boerinne,
Al met een windel en een lap,
En nog een herderinne,
Al met. de suiker pap.
En gij kunt verstaan, dat dit allemaal goede gaven wa
ren... voor het kind in de kribbe... En dan wordt het
stilaan oudjaar-nieuwjaar, via de tweede kerstdag na
tuurlijk, als 't vroeger gebruikelijk was: de bomen-
verkopingen te houden, o m te Sint-Andries bij Brug
ge. Oudejaarsavond zegt gij. Nieuwjaarsavond, zegt
Vlaanderen. .Silvester' zegt men soms nog aan de kant
van Torhout En in Sluis zeggen ze ,Ouwjaar-uut,
nieuwjaar-in spelen.' Merkwaardig: dat .spélen.' Er
werd gespeeld in mijn kinderjaren, met het ganzebord
of met de harlekijn. En dat zegt men ook in die ande
re oude Zwinstadjes: in Hoeke en in Damme, evenals
te Sint-Kruis. Men speelt nog: een eenvoudig kaart
spel meest. Wie... in de herberg zijn .nieuwjaarsavond'
in Vlaanderen doorbrengt, wordt (maar hoe langer hoe
minder) getrakteerd op ingelegde haring met .kazak-
jes,' aardappelen in de schil gekookt, of diezelfde ka
zakken met hoofdvlees, .hoofdvakken'.
En op nieuwjaarsmorgen is er het krente- ot rozijne-
brood in Brugge, met koffie of met chocolade en
meteen daarna gaan de kinderen, na thuis nieuwjaar-
gewenst te hebben, hun .Nieuwjaarsbrief' aflezen bi)
nieter of peter, en dikwyis kennen zij nog het rijmpje:
Liefste meter (of peter)
Hoe meer da je gift, hoe beter;
Gif je een klu te (vroeger 5 ct),
k Smyt 'em deur de rute,
Gif je een dikken (dubbele stuiver, 10 ets)
'lc S my ten 'm an stikken.
Gif je een frang,
Je zyt wélbedankt;
En gif je niét,
Je zyt te naaste jaar
mjn lieve meter niet.
Vreemd is, dat de kinderen van het Zwinland in West-
Vlaanderen niet gaan nieuwjaar-wensen naar ooms en
tantes, nichten en neven. Wij, kinderen van Zeeuwsch-
Vlaanderen, déden ze allemaal, want hoe meer wen
sen, hoe meer kluutjes, stuvertjes, dubbeltjes, soms
weieens een gloednieuw kwartje, het opbracht... Maar
nu zou ik haast vergeten, wat mfn vader ons leerde,
om op te zeggen als het oudejaarsdag was: ,Een luusje
en een vlooitje, die zaten op een strooit je: Ze riepen
paar om paar, morgen is het nieuwejaar.' En... groot
vader zond ons, kinderen, twee dagen voor nieuwjaar
naar de markt. Want, zei hy, noe moe' je 's gaan kie
ken, noc stoat er doar een vint an 't slsd'uus, mi (met)
nèt zoveel ogen as dagen in 't jóar. En op oudejaars
dag zelf was het: .met net zoveel neuzen als dagen in
't jaar'... Wij lièpen er in en lieten er op ons beurt
andere kinders inlopen, die dan soms terugkwamen
van die Markt, te zeggen: -'k En niks gezien, julder
zyn leugenaars: O wat een heerlijkheid, oud-en-nieuw
in het grensland van Zeeuwsch-Vlaanderen, én in het
hartelijke, schone West-Vlaanderen, daar weer eenmaal
het Zwin liep, en nu de Damse Vaart is, het kanaal
Brugge-Sluis, dat ongeveer in de bedding van het
Zwin is gegraven, in Napoleons tijd (1810-1811). Een
féést van... nieuwjaarswafeltjes, of sukerwafeltjes. die
men in het Brugse en in verder Vlaanderen lukken
noemt. Om zo'n lukje én een centje kwamen de kin
deren van Sint-Kruis, van Damme en Oostkerke ook,
vroeger, en ik heb het te St.-Kruis nog meegemaakt,
als zij van deur tot deur zongen:
Ai op een Nieuivjaarsavond,
de bakker sloeg zijn wijf,
al met een hete pale (eiken paal)
zo deerlijk op haar lyf!
Wat zullen we den bakker geven
Al voor zijr Nieuwejaar?
Een kinnetje in de wiege
met schoon gekrinkeld haar!
Janne Baptiste,
meel in de kiste,
suker in de pot,
Jan-Baptiste is een grote zot!
Het laatste stuk van het liedje, van die
Jan-Baptiste, lijkt wel het overschot van een rommel
potliedje. Bovendien werd er soms maar ik heb het
maar éénmaal gehoord achteraan gezongen:
Vrouwtje geef me dit,
vrouwtje geef me dat,
geef me een stilcje
van 't verken zijn gat.
Een héél mooi merkwaardig nieuwjaarsrijm hoorde ik
vele jaren geleden in Damme, een soort .gekerstende
heilspreuk,' die de oude mensen er nog kennen. Hier is
het:
Twaalf apostelen,
Elfduizend maagden,
Tien geboden,
Negen orden engelen,
Acht zaligheden,
Zeven sacramenten,
Zes kannen roo' wijn,
Vijf wonden Christi,
Drie patriarchen.
Twee Mozestafelen,
En in den Heerom Jesum Christum,
'k Wens je een Zalig en Gelukkig Nieuwjaar!
o ct en dan kwam er nog Driekoningen, met zijn
.coninck vander bone', ,k Heb trouwens hier in het
Brugse zelf, nog in 1951, zo'n Driekoningenavond mee
gemaakt, waarbij de taart, een soort tulband, gesne
den werd, en wie de boon in zyn taartstuk trof, was de
koning, en de koning koos zyn koningin, en de ko
ningin koos haar hofdames, enzovoort... Over de
nieuwjaarsgeschenken nog dit: veel meer dan een jaar
of dertig geleden geeft men nu de geschenken op
kerstavond, maar dat gebruik is in Vlaanderen nieuw.
Eeuwenlang was het: hét niéuwjaarsgeschenk dat ge
geven werd op l januari. Dertienavond wordt hier
nog maar zeer zeldèn gevierd. En... Verloren Maandag,
de maandag nó. Driekoningen, nog minder, behalve in
het Antwerpse en in de Kempen, waar het worstebrood
van Verloren Maandag dé algemene lekkernij is. Wal
de koekenbak of... 't worstebrood in Zeeuwsch-Vlaan
deren betreft: pannekoeken ol worstebroodjes wer
den vroeger veel meer dan nu gegeten, de eerste zelf
gebakken, de tweede besteld by de bakker. En... 't was
toch ook een zeer oud gebruik, dat ln één der panne
koeken voor de winteravond, kort na nieuwjaar, garen
draden gebakken werden, terwijl er altijd wel één wors
tebroodje was, dat de staart (,de kodde') bevatte in-
plaats van een eindje varkensworst.
...Alweer die varkensworst, alweer dat varken...! On
le besluiten: mijn grootvader vertelde, dat er op de
boerderij van zijn kinderjaren, bij vader en moed»
thuis, op Nieuwjaarsdag vosse-soppen werden gege
ten: aardappelen en peren of appelen door eikaar ge
kookt, samen met... de oren en de poten van het varken
dat in november was geslacht. ,Vosse soppen,' verse
sappen!.... voor het Nieuwjoarsfestyn. En in Sluis
heb ik menigmaal .groene bonen mi woste' gegeten,
samengekookt met. aardappelen. De pan stond vrijwel
aeel de dag op de kachel. Voo' de latekomers,... die
dan dikwyis té veel borreltjes of likeurtjes hadden ge
dronken. De mannen: een brandewientje (of twéé...)
,mi süker,' en de vrouwen: een glaasje .zoeten,' .vol
maakte liefde' of .juffertjes in het groen'... En ik wens
u allemaal, op zyn Vlaams, een zalig en gelukkig
Nieuw Jaar.
Brugge, december 1968
Het kanaal Brugge-Sluis,. tussen Damme en Oostkerke.
Up weg naar Damme langs de oude ^ijpeweg', waarlangs tn de 13e eeuw al 'nwaterleiding' van Gent
naar Damme liep.