Vakantiebudget is een zorg voor bijna iedere huisvrouw EEN UUR IS AL VEEL KINDERKRANT tiw pagina MCÜtCMO SUÈDE MANTEL EN NAPPA JAS VOOR KOMEND NAJAAR FAVORIET Wetenswaardigheden VAKANTIESTOFFEN uit het Stoffenpaleis NU 2,90 DENIM WAAR DOEN ZE HET VAN? Bekroond door grappig hoedje Me BABYUITZET ANNO 1600 „Luer-corveri' met qouskant cu de ^Torcufi Verschil in kwaliteiten Op naar de top van de Euromast Leuke vakantiekleding T.V. en trektocht AHijd kamperen Borstelen en laten reimgen Zorgeloze stoffen Voordelige stoffen VRIJDAG 9 AUGUSTUS 1963 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 7 i .j Er v „barbecue-en" (het roosteren van vlees en andere heerlijkheden in de buitenlucht) een typisch mannelijk tijdverdrijf is. Omdat de heren der schepping in deze bezigheid instinc tief iets zouden proeven van vroeger romantischer tijden, toen de jachtbuit nog boven een vuurtje in de open lucht geroosterd werd... Huisvaders, die „barbecueminded" zijn dienen wel de volgende zaken in het oog te hou den: Let er goed op uit welke hoek (letterlijk!) de wind waait. De rook moet liever niet met de wind in huis of in buurmans huis - gedreven worden; een harde wind geeft een hard vuur, een zacht briesje vaak een te bescheiden vuurtje. In dit laatste geval moet vlees, dat helemaal gaar dient te zijn, vóórgeroosterd worden. Beginnelingen zouden als vlees heel dunne biefstukjes of worstjes kunnen kiezen: deze vleessoorten zijn gauw klaar. Verder eist een barbecue wel wat voorbereiding, want sausjes, sa lades en andere bijgerechten moeten tevoren worden klaargemaakt. Diver se sausjes zijn overigens kant en klaar in de winkel te koop. In plaats van vet of boter gebruikt men bij het roosteren olie, waarmee het vlees voor het bakken wordt gepaneerd. En wat de brandstof betreft: er is te genwoordig een speciaal soort houts kool voor barbecues te koop die vrij wel rookloos is. Een „emmerklem" is een handig hulpmiddel bij het openen van de vuilnisbak. Het is een simpel appa raatje van roestvrij gegalvaniseerd ijzer, waarvan de vitale delen met (Van onze medewerkster). J^e suède jas ondergaat op het ogenblik een gedaanteverwisse ling; een metamorfose die zowel op model als op kleur betrekking heeft. Het korte suède jasje, jaren lang uitermate geliefd kledingstuk, blijkt aan populariteit in te boeten. nylon zijn afgewerkt. Het ding past Veel groter is namelijk de vraag op elke vuilnisemmer en maakt van die emmer eigenlijk een groot soort naar de lange en de zevenachtste pedaalemmer: een simpele voetbewe- - ging is voldoende om net deksel van suede jas, die onte&enzeglijk een de vuilnisbak te laten opwippen. meer gekleed caChet hebben al Handig wanneer men beide handen vol heeft met karweitjes als het leeg- blijft suede toch in de eerste plaats maken van de stofzuigerzak of het uitschudden van het tafelkleed! Het sportief materiaal, apparaatje, dat een Nederlandse vin ding is, kost nog geen drie gulden. T~\a.t het geklede cachet meer op de LJ voorgrond gaat treden is mogelijk Verse bakkersgist is een voortreffe- dank zij de prachtige kleuren en de voor lijk materiaal voor het maken treffelijke snit van de moderne suède van een gezichtsmasker. Er is maar mantel. Die maken dat een suède jas weinig van nodig, maar de gist moet niet meer uitsluitend het kledingstuk wel goed vers zijn. Met een paar is voor een flinke wandeling of een druppels warme melk maakt men er sportief evenement, maar dat men er een dik papje van, dat gelijkmatig zich ook in kan vertonen bij gelegen- wordt aangebracht op de tevoren heden die een wat stemmiger karakter goed schoongemaakte gezichtshuid. dragen. De huid rondom de ogen wordt hier- bij vrijgelaten en met een paar stuk- De suede mantels en jassen die komend jes vochtig tissue bedekt? Nu laat najaar het Nederlandse modebeeld zul- men het masker twintig minuten in- Ien opfleuren zijn juweeltjes van kleur werken, waarbij men zo rustig moge- en glans. Ze zijn diepgroen of warmrood, lijk en ontspannen blijft liggen. Daar- heel zaehtbeige of koelblauw. Rug- en na kan het masker met een natge- mouwpartijen zijn vaak dusdamg maakt washandje worden verwijderd, geraffineerd verwerkt dat het materiaal het gezicht wordt vervolgens met op z'n mooist uitkomt. En wie zo'n fraae koud water nagespoeld en ten slotte jas koopt, wil natuurlijk het kïeding- wordt een voedende of vochthoudende stuk zo lang mogelijk mooi houden crème in de huid geklopt. Dat dit niet altijd lukt, ligt vaak aan een verkeerde behandeling. Te vaak denkt men dat een suède mantel „overal tegen kan" en dat de vrij hoge prijs de garantie inhoudt, dat zo'n jas onver woestbaar is. Wie zorgeloos ermee om springt, ermee in regenbuien loopt en de jas na het dragen achteloos aan een haak van de kapstok mikt, merkt al gauw, dat het kledingstuk zo'n zorge loze behandeling slecht verdraagt. dingstuk wettigt die onkosten toch wel. Voor de wekelijkse borstelbeurt kan het best een rubber borstelje worden ge bruikt. Door het borstelen worden stof en vuil van het jasje verwijderd; ge beurd dit niet, dan trekken de stofdeel tjes in het leer, en zelfs een chemische reinigingsbeurt kan vaak dit vuil niet meer teniet doen. (Advertentie) (Van onze redactrice). 7e zijn er ook nu nog: de huisvrouwen, die met geld kunnen „tove ren". Dat is ons meer dan duidelijk gebleken tijdens de gesprek ken, die we met een aantal huismoeders hebben gevoerd over de va kantiebesteding en het geld, dat doorvoor beschikbaar is. Een moeder van vier schoolgaande kinderen zei: „Mijn man krijgt ruim driehon derd gulden vakantiegeld. Dat is natuurlijk een leuk bedrag, maar het vergt veel overleg om dat voor ons zessen te besteden. We hebben er voor de vakantie wel wat bijgespaard, maar niet zo heel veel, want er zijn meer dingen, die geld vragen. Mijn man en ik gaan altijd een week samen weg. Dat kost de ene keer wat meer, de andere keer wat minder. Dit jaar begroten we het op 175,De kinderen mogen, in overleg met ons, kiezen, wat ze willen". fet enthousiasme vertelde deze me vrouw ons de plannen voor de vakantie. De twee oudste jongens (16 en 17 jaar) gaan met vrienden een week kamperen op de Veluwe. Een deel van de kosten hiervan hebben ze verdiend met kleine karweitjes thuis en bij kennissen. De zoon en dochter, die nog op de lagere school zijn, gaan logeren bij oma. Een hele week brengt het gezin ge zamenlijk door met tochtjes naar het strand of (bij slecht weer) tochtjes per bus, boot en trein. „We zetten onze tochten van tevoren uit en de resultaten waren'tot dusver bijzonder fijn. Dit alles kan betaald worden van het vakantiegeld en het bijgespaarde geld. Onze grote zoons besteden meestal een dag of veertien van hun vakantie aan een baantje. Een deel van het verdiende geld mogen ze zelf houden de rest gaat op hun spaar bankboekjes". Het was een resolute moeder, die ons dit vertelde. „Maar", zo voegde ze er aan toe, „de kinderen hoeven niet mee met onze gezamenlijke toch ten. We laten hen echt zo veel moge lijk vrij" Vakantie! Voor groot en klein een magisch woord. Maar hoe wordt de vakantie gefinancierd? Mijn man en ik hebben altijd dolgraag televisie willen hebben. We waren er voor aan het sparen. Het vakantie geld hebben wij bij het spaargeld ge legd en sinds een maand hebben we nu t.v. We genieten er echt van", aldus een charmante jonge huismoe der. Een echtpaar zonder kinderen ver telde ons stralend van een trektocht per auto door Italië. „We kampeerden voor het eerst. We konden nauwelijks de tent opzetten. Koken op een primus vond ik een wanhoop", zei zij, „maar gelukkig hadden we een boel blikjes meegeno men en na een dag of vijf ging het vrij aardig. We hebben veel geld uitgegeven, maar dat hebben we er echt voor gespaard. Het was onze eerste buitenlandse vakantie sinds ja ren". erg meewerkte, hebben we reusachtig veel pret gehad. Ik kom daar toe met mijn normale huishoudgeld en het vakantiegeld besteden we aan extra stukken voor de kampeeruit rusting, praktische kleding voor ons allemaal en voor een paar gezellige tochtjes in de omgeving. Mijn man en de kinderen helpen mee in „de huishouding", 's morgens wordt alles in en rond de tenten schoongemaakt, de boodschappen gedaan en het eten klaargemaakt, 's Middags gaan we weg en 's avonds gaan we wat wan delen of spelletjes doen. Heerlijk zo'n vakantie", zei een stralende moeder. Onze laatste gastvrouw zat aan de naaimachine, toen we binnen kwamen. „Voor mijn vakantie maak ^^nze kinderen zijn nog te klein om ze mee te nemen op vakan tie. Ze zijn vier, drie en twee jaar. de oudste wordt ziek in een auto, de jongste begint te krijsen, als ze in een trein zit. Dus blijven we gewoon thuis. We zijn allemaal dol op het strand en daar zitten we in Sint-Lau- rens toch ook nog redelijk dicht bij. Misschien klinkt het U wel hoogst ongeloofwaardig in de oren, maar mijn voorstelling van een ideale vrije middag wil ik U toch niet ont houden. Vooral tot troost en, wie weet, inspiratie van al die vrouwen waarvoor vakantie nog niet is weg gelegd. Het zijn er meer dan U vermoedt, en zij getroosten zich die ontbering vaak met een opgewektheid waarvoor ik alle respect heb. Want terwijl prak tisch elke tak van bedrijf en elk be roep zijn wettelijk geregelde vrije da gen kent met behoud van loon en be kostigd met vakantietoeslag is er geen enkele bond of organisatie die voor zulke vrouwen hetzelfde men selijke recht bepleit. Haar enige mogelijkheid om er eens tussenuit te breken zou de vrijwilli ge plaatsvervanging door een ander zijn, even capabel en plichtsgetrouw v als zij maar ik heb nog nergens gelezen dat hiervoor ook maar iemand het initiatief heeft genomen. Landelijk, wel te verstaan plaat selijk schiet er hier en daar al eens een schuchter sprietje van dit plant je naastenhulp uit de grond. Er is al wel eens een buurt, een straat, een blok flatwoningen, een wijk zelfs waar men onderling een werkwijze gevonden heeft om iedere medebewoonster tenminste aan één vrije dag te helpen. Wat dat betreft hebben mij al geestdriftige brieven bereikt en ik kan alleen maar hopen dat deze hulpvaardigheid besmette lijk zal blijken. Maar voorlopig blijven er nog ge noeg, of liever gezegd, al te veel gevallen over waarin een vrouw, ge trouwd en ongetrouwd, een heel jaar onafgebroken door aan haar huis gebonden blijft. De moeder van een flink gezin, waar van geen kind nog iets inbrengt, ter wijl de oudsten al aardig wat gaan kosten aan opleiding en leerboeken. De vrouw van een kleine zelfstandi ge op een dorp, die hard moet mee werken om de zaak drijvende te hou den. De moeder van een bedlegerig, zwaar lichamelijk of geestelijk gehan dicapt kind. En dus blijven er altijd vrouwen die letterlijk het nakijken hebben van al die voorbijsuizende auto's met volge pakt imperiaal, of aangehaakte ca ravan, die propvolle toerbussen, die vrolijk voortstuivende scooters en op gewekt snorrende brommers. De zo mer gaat aan haar voorbij zonder dat zij ook maar eenmaal de huisdeur voor een dag achter zich dichtge trokken hebben. Laat het haar tot troost zijn; de ideale vakantie ligt volgens mij niet zo ver achter de horizon Een plekje in het groen, een gemakkelijke stoel en een boek zijn vlak bij huis ook en dikwijls beter te vinden dan in een land waar op elke zonnige daf de wegen onberijdbaar, het zeestrand onzichtbaar en de mooie piekjes onbe woonbaar zijn van de volte en de her rie. Zij kunnen het zich voor gezegd hou den, al die eenzame opgeslotenen: wat men ver haalt is werkelijk niet altijd lekker, en menige vrouw die zij benijdt, naast de bestuurder van zo'n volgeladen auto of met een val helm op achter de fiere scooterbezit- ter zou een lief ding geven om rus tig te mogen thuisblijven als zij. Want vakantie betekent toch aller eerst rust, stilte en iets heel anders doen dan men gewoon is. En waar om zou iedereen, ook de onherroepe lijk aan huis gebondene, zo'n vakan tie niet naar zich toe kunnen halen? Met enige inspanning en initiatief na tuurlijk maar de beloning is er zo veel te zoeter om. Een vrij uur is van de drukst bezette dag toch voor iedereen af te knijpen. Buit die vrije tijd dan uit, en dat zo onbekommerd mogelijk. Misschien is dat nog wel de moeilijkste opgave van allemaal. Want wie met een voortdurende verantwoordelijkheid voor een ander is belast, raakt on willekeurig in dat complex van plich ten zo opgesloten, dat zij niet beter weet of zij moet van uur tot uur, dag en nacht, wekelijks en zondags in touw zijn wil het goed blijven gaan. Het zou mij noch iemand passen om de waarde en de geestkracht van onafgebroken plichtsbetrachting te kritiseren of zelfs maar in twijfel te trekken. Maar al wie met zo'n taak zonder aflossing belast is, moet wel bedenken dat de altijd gespannen boog aan veerkracht verliest, en de energiebron die dit bezige leven drijft af en toe eens bijgeladen moet wor den. Vrijaf nemen, al is het maar een uur, is hier niet zozeer een recht als een plicht, wil men het eigen uithou dingsvermogen niet ernstig schade doen. En wie ondervindt daarvan de bedenkelijkste terugslag? Juist de gene dat op die onverflauwde ver antwoordelijkheid en toegewijde vita liteit is aangewezen. Als zij maar ergens de plek benut waar de zon op haar vermoeid gezicht schijnt, en het boek op haar schoot haar de lichte sprong in een totaal andere wereld belooft. Als het haar dan maar allereerst ge lukt zich volkomen los te maken van haar gekooid zijn, van het gevoel geen minuut uit de plichtencirkel te kunnen stappen. Wie U gezelschap gaat houden, U mag haar zelf uitzoeken: Monica Dickers of Margary Sharp, Agatha Christie of Dorothy Sayers, als U maar weet dat zij U binnen een kwar tier met gezwinder vaart hebben mee gevoerd dan de snelste scooter en de duurste auto. SASKIA. Zes kinderen in de leeftijd van zes tien tot zeven jaar, telde het gezin, dat net bezig was aan de laatste toe bereidselen voor de vakantie, toen wij kwamen. „U zult het misschien een saaie boel vinden, maar elk jaar trekken wij met het hele stel naar zee. We hebben tot dusver voor onze tenten nog altijd een leuke plek ge vonden op één van de eilanden, een keer zelfs op Walcheren, nog geen twintig kilometer van ons huis. Mijn man heeft drie en een halve week vakantie. We Wonen dus bijna een maand in tenten. Het is altijd reuze plezierig geweest. Meestal nemen we nog neefjes of nichtjes of vriendjes van de kinderen mee. Zelfs verleden jaar, toen het weer toch niet zo heel ik altijd nieuwe kleren voor mijn dochter en voor mijzelf. Ik vind het enig om nieuwe kleren in de koffer te hebben. Dan voel ik me er zo echt helemaal uit. Ik maak gemakkelijke en praktische kleren, die ik straks weer in huis kan dragen en die on ze dochter straks weer naar school aan kan hebben. Ik kan me echt er geren aan de vakantiegangers, die ik hier door Middelburg zie lopen met de meest belachelijke kleren aan. Waar is dat nou voor nodig? Wij drieën gaan ook kamperen maar dat betekent toch echt niet, dat ik de hele dag in een zot kort broekje ga lopen. In onze koffers gaan bloesjes, die niet gestreken hoeven te worden, leuke bonte jurken, stevige rokken en voor mijn dochter en voor mij leu ke lange broeken. Zo nu en dan gaan we in een restaurant eten en voor het overige koken we zelf We gaan in het naseizoen met vakantie, want dan is de ergste drukte voorbij". Ze doen het allemaal anders, deze huismoeders, maar voor de meesten van haar is die ene zorg toch wel de zelfde: het vakantiebudget moet slui ten, want na de vakantie komt on herroepelijk een nieuwe winter, een nieuw schoolseizoen en nieuwe kin dergarderobes. En ook daarvoor moet er geld zijn! (Van onze medewerkster) Satijn en kant waren onver brekelijk verbonden met de babyuitzet van zo'n 350 jaar geleden. Een babyuitzet uit die tijd werd opgebouwd rondom „een teenen luercorven", over trokken met satijn, omhangen met goud- en zilverkant. In die luiermand trof men de volgen de zaken aan: een roodfluwelen doopluier, van buiten bezet met kant, van binnen gevoerd met armozijn, gecompleteerd door een tweede doopluier die ver vaardigd was „van kamerdoek met traliekant". De baby van 1600 had z'n luiers in soorten, want ook een doopluier van wit moiré, geborduurd met zilver kant en gevoerd met rood ar mozijn mocht niet ontbreken. Dan waren er nog „witte Frie se luiers", omboord met wit lint en „gele Engelse luiers" die met stikzijde werden be werkt, een wit satijnen „strik- luiertjen" dat met witte dubbe le taf werd gevoerd, een boven- luier die met parelkleurig ga lon geboord moest zijn. Een wit satijnen dekentje werd gewatteerd, met rozen bestikt en met wit armozijn gevoerd; verder waren er nog drie witte gekeperde dekentjes met paar se of gele strepen. Een wit ge breid borstrokjen moest „zeer fijn" zijn, witte mutsjes en wit te zwachtels hoorden ook in de luercorven thuis, evenals „een zwachtel met gele strepen" en een geel satijnen spelden kussen, omboord met groot zil veren galon. Baby's attributen werden gecompleteerd door „een zilveren pappot en kruid- doos". Een kostbare aangele genheid, die babyuitzet van 1600! En wat de textiel betreft: ongetwijfeld een tijdrovend on derdeel van de wekelijkse was. rfWWWWVttWWVWWWWWtftA/WWWVWWV Regelmatig borstelen is het wacht woord wanneer men een suèdejas in goede conditie wil houden. Regelma tig laten reinigen is ook nodig anders is uw mooie suède jas na een paar jaar een vette lap leer! Er zijn wel speciale middelen in de handel, maar het be zwaar is dat, ter wille van een gelijkma tig resultaat, de hele mantel ermee moet worden behandeld. En dat is een karwei dat niet iedereen even handig zal afgaan. De goede chemische wasserij beschikt over een speciaal procédé voor het rei nigen van suède en leren mantels; het is niet goedkoop, maar de vrije hoge aanschaffingsprijs voor het suède kle- Overigens zal het resultaat van een chemisch reinigingsprocédé bij de ene jas soms anders uitvallen dan bij de andere. Dat kan een onvermijdelijk ge volg zijn van het verschil in kwaliteiten dat in suède gebracht wordt. De ene kwaliteit rimpelt bij het dragen sneller dan de andere; men ziet dit verschijnsel bijvoorbeeld bij een bepaald soort scha- peleer. Aan het duurdere geiteleer wor den betere eigenschappen toegeschreven en een jas van dit materiaal blijft in het dragen vaak mooier. Al die ver schillende eigenschappen kunnen zich dus ook bij het chemisch reinigen doen gelden, vooral wanneer het gaat om een goedkoper kledingstuk waarvan de verschillende gedeelten vaak uit huiden van uiteenlopende kwaliteit zijn ge maakt. In negen van die tien gevallen gaat het „goedkoop is duurkoop" dus ook alweer voor suède op! Voor de jonge vrouw, die eens iets anders wil dan suède, is de nappa mantel een aantrekkelijke sportief kledingstuk. Ge garneerd met stiksels op zakken en kraag, met grote ronde knopen, met een smal knoopceintuurtje. Men moet er slank en jong voor zijn dat wel. Dan is deze moderne, soepele variatie van „de leren jas" (vroeger onverbrekelijk verbonden met motorduo-engelen!) een hoogst aantrekkelijke dracht. Vooral als èr zo'n grappig klein bolhoedje in streep jesdessin bij wordt gedragen, met een smalle sjaal van dezelfde stof. Alle dessins (ruiten-effen-dessins) (90 cm breed) Denim strepen 1,69 (80 cm breed). het tftc ffiUip aée ts i GOES, LANGE KERKSTRAAT 44 TERNEUZEN, NIEUWSTRAAT6.8 Knippatronen: BORDA-VOGUE met gratis knipverzekering. Jeugdig en aantrekkelijk kleding stuk, deze moderne variatie op „de leren jas". Het is een soepele nappa mantel, voorzien van stikselgarnerin gen en een smal knoopceintuurtje. Heel modern zijn ook het bolhoedje en het sjaaltje, beide uitgevoerd in een veelkleurig dessin van heel smal le streepjes. AAh k snap er niets van", riep de torenhaan, „ik wou maar dat ik niet zo hoog stond, dan ging ik zelf eens op onderzoek. Er móet iets aan de hand zijn, maar wat, daar kom je hierboven niet achter." „Kunnen wij je mischien helpen?", vroegen de duiven die hun dagelijks rondje rond de toren maakten. „Graag", zei de torenhaan, „als je zo vriendelijk wilt zijn ga dan naar de mensen en vindt eens uit waarom het zo stil is. Waarom ik 's morgens de kinderen niet meer aan zie komen, ze niet meer als mieren zie krioelen op het schoolplein en ze ook niet meer in of uit die grote groene deur van de school zie komen." „Nou je het zegt!", riepen de duiven die met scheve kopjes geluisterd hadden en nu naar beneden tuurden, „het is zo. Ze zijn er niet! En toch heeft de klok net negen geslagen. We zullen onmiddellijk voor je gaan vragen, torenhaan. Trouwens, we willen het zelf ook weten. Het zijn onze vriendjes net zo goed." In een sierlijke boog scheer den ze omlaag naar het schoolplein, maar daar was helemaal niemand. Nie mand Ja, toch! Juffrouw Jaantje kwam met een zware emmer een zijdeur van de school uit. „Weg jullie!" riep ze tegen de duiven, „ik heb al ge noeg aan mijn hoofd. De hele school schoonmaken en thuis vier kinderen met vakantie. Vooruit, wat zoe ken jullie hier Alle kin deren hebben vakantie!" Verschrikt stoven de dui ven weg en na nog een keer cirkelen bóven het schoolplein, keerden ze te rug naar de torenhaan. „Ze hebben vakantie! Ze hebben vakantie!", koerden ze in koor toen ze op de torenspits waren neerge streken. „Vakantie vroeg de to renhaan, die zich van ver bazing wel driemaal in de rondte draaide, „en wat is vakantie Daar hadden de duiven nog helemaal niet over na gedacht. „Vakantie", zei er één, „zal wel zoiets zijn als mazelen. De torenhaan knikte. „Dat zal het zijn", zei hij, „die arme kinderen. Laten we maar hopen dat ze gauw weer beter worden Weet je wat, ik zal eens met mijn vriend de wind praten. De haan had het verder veel te druk om met de duiven te praten. Hij draai de als een molentje op zijn gouden spil, zodat de wind dichterbij kwam om te zien wat hij wilde. Tot hun verbazing kwamen ze onderweg heel wat kin deren tegen die er helemaal niet ziek uitzagen. Ze zaten op hun fiets, lagen in het gras of speelden voetbal in de weilanden waar het hooi pas gemaaid was. Kijk, daar was ook Bles, die vro lijk hinnikte toen hij de duiven zag. „Wat een drukte, hè!", riep hij al van ver. „Ja, die arme kinderen", zeiden de duifjes. „Arme kinderen vroeg Bles, „waarom arme kinde ren „Zijn ze dan niet ziek vroegen de duiven ver baasd. „Welnee, domoren, vakan tie is fijn. „Ooooo...", koerde opeens één van de duiven, „en de haan... de torenhaan zou voor slecht weer zorgen omdat hij zo'n medelijden had met al die zieke kin deren die achter hun ramen naar de zon zouden liggen kijken, net als toen ze ma zelen hadden". „Vooruit!" brieste Bles, „vlug op weg naar de to daar aankwamen zagen ze al dat het te laat was. De haan draaide met flinke rukken om en om en daar aan was te zien dat de wind in aantocht was en nog niet precies wist wat hij wilde. „Ho... ho!", koerden de duifjes die buiten adem wa ren van het vliegen tegen de wind in, „we hebben ons vergist! Vakantie is fijn, zegt Bles, en iedereen re kent op mooi weer. De haan verloor al zijn glans van schrik, want hij was een dikke vriend van de kinderen en deed altijd renhaan De duiven vlogen zo snel ze maar konden terug naar de toren. Maar nog voor ze alles wat ze graag wilden. „Hé", zei de zon, „wil de haan niet meer glanzen Nou, dan heb ik er ook ge noeg van". Boos trok hij zich terug achter de grau we wolken die nu opeens veel grauwer leken. „Ho wind!" riep de toren haan, „het was een vergis sing. Ga asjeblieft liggen!" „Wat zeg je me nou!", riep de wind woedend, „een ver gissing Dacht je dat je mij voor niets kon roepen? Niks ervan! Ik begin er net plezier in te krijgen". Hij stoof op de haan af, die heen en weer zwiepte op zijn gouden spil en aan één stuk door riep: „Niet doen! Niet doen!" „Niet doen!", dat riepen ook de duiven die angstig wegkropen onder de dak pannen van de toren. „Weg domoren!" riep de wind en hij liet de dakpan nen klepperen. En de grau we wolken boven hem lie ten zich ook opstoken en dreunden donderend tegen elkaar. Bij de botsing ver loren ze hun regen en hagel die neerkletterde over de stad, het weiland waar Bles onder zijn afdakje was gaan staan en over de ri vier, waar daarstraks nog vrolijke kinderen zwommen en speelden. De wind was niet meer te houden en al zijn boosheid kwam op die arme toren haan neer. Zó hard rukte en duwde hij aan hem dat de torenhaan kreunde: „hou op, hou op, wind. Ik houd het niet meer". En bij een heel harde ruk, die ook de dakpannen van de toren sleurde, hield de gouden torenhaan het echt niet meer en brak hij van zijn gouden spil. Juffrouw Jaantje, die ang stig door een raam naar het noodweer gluurde, zag hem komen. „O, o, o... arm beest", zei ze en ze probeerde de haan, die nog groter was dan zij zelf, op te tillen, „wat een ongeluk! En dat allemaal in de vakantie!" Ze haalde een groot zeil en legde dat over hem heen. De aardigheid voor de wind was er gauw af toen de haan er niet meer was om te plagen en vooral toen de verregende duifjes bléven smeken of hij nu eindelijk eens op wou houden, richt te de wind zich op de grau we wolken en begon ze uit een te blazen. Meteen werd het lichter: de regen hield op en een straaltje zon viel alweer naar de natte we reld omlaag. Juffrouw Jaantje was de eerste, die zich op straat waagde; ze holde zo hard ze kon naar het stadhuis en riep: „De haan, de torenhaan! Ik heb de torenhaan gevonden!" Burgemeester en wethou ders en een hele stoet an dere heren van het stadhuis kwamen naar het school plein om de haan te bekij ken. De loodgieter met zijn langste ladder werd meteen besteld en nog voor de zon die avond onderging werd de haan weer op zijn gou den spits gezet. Tevreden keek Bles in het weiland omhoog, tevreden cirkelden de duiven om hun vriend, die voorzichtig meedraaide met het zachte briesje. Te vreden riepen alle vakan tiekinderen aan de voet van de toren: hoera!, en tevreden ging de burge meester met alle heren te rug naar het stadhuis. MIES BOUHUYS

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1963 | | pagina 7