Vakantiebudget is een zorg
voor bijna iedere huisvrouw
EEN UUR IS AL VEEL
KINDERKRANT
tiw pagina
MCÜtCMO
SUÈDE MANTEL EN NAPPA JAS
VOOR KOMEND NAJAAR FAVORIET
Wetenswaardigheden
VAKANTIESTOFFEN
uit het Stoffenpaleis
NU 2,90
DENIM
WAAR DOEN ZE HET VAN?
Bekroond door grappig hoedje
Me
BABYUITZET ANNO 1600
„Luer-corveri' met qouskant
cu de ^Torcufi
Verschil in
kwaliteiten
Op naar de top
van de Euromast
Leuke
vakantiekleding
T.V. en trektocht AHijd kamperen
Borstelen en laten
reimgen
Zorgeloze stoffen
Voordelige stoffen
VRIJDAG 9 AUGUSTUS 1963
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
7
i
.j
Er v
„barbecue-en" (het roosteren van
vlees en andere heerlijkheden in de
buitenlucht) een typisch mannelijk
tijdverdrijf is. Omdat de heren der
schepping in deze bezigheid instinc
tief iets zouden proeven van vroeger
romantischer tijden, toen de jachtbuit
nog boven een vuurtje in de open
lucht geroosterd werd... Huisvaders,
die „barbecueminded" zijn dienen wel
de volgende zaken in het oog te hou
den: Let er goed op uit welke hoek
(letterlijk!) de wind waait. De rook
moet liever niet met de wind in huis
of in buurmans huis - gedreven
worden; een harde wind geeft een
hard vuur, een zacht briesje vaak een
te bescheiden vuurtje. In dit laatste
geval moet vlees, dat helemaal gaar
dient te zijn, vóórgeroosterd worden.
Beginnelingen zouden als vlees heel
dunne biefstukjes of worstjes kunnen
kiezen: deze vleessoorten zijn gauw
klaar. Verder eist een barbecue wel
wat voorbereiding, want sausjes, sa
lades en andere bijgerechten moeten
tevoren worden klaargemaakt. Diver
se sausjes zijn overigens kant en
klaar in de winkel te koop. In plaats
van vet of boter gebruikt men bij het
roosteren olie, waarmee het vlees
voor het bakken wordt gepaneerd.
En wat de brandstof betreft: er is te
genwoordig een speciaal soort houts
kool voor barbecues te koop die vrij
wel rookloos is.
Een „emmerklem" is een handig
hulpmiddel bij het openen van de
vuilnisbak. Het is een simpel appa
raatje van roestvrij gegalvaniseerd
ijzer, waarvan de vitale delen met
(Van onze medewerkster).
J^e suède jas ondergaat op het
ogenblik een gedaanteverwisse
ling; een metamorfose die zowel op
model als op kleur betrekking
heeft. Het korte suède jasje, jaren
lang uitermate geliefd kledingstuk,
blijkt aan populariteit in te boeten.
nylon zijn afgewerkt. Het ding past Veel groter is namelijk de vraag
op elke vuilnisemmer en maakt van
die emmer eigenlijk een groot soort naar de lange en de zevenachtste
pedaalemmer: een simpele voetbewe- -
ging is voldoende om net deksel van suede jas, die onte&enzeglijk een
de vuilnisbak te laten opwippen. meer gekleed caChet hebben al
Handig wanneer men beide handen
vol heeft met karweitjes als het leeg- blijft suede toch in de eerste plaats
maken van de stofzuigerzak of het
uitschudden van het tafelkleed! Het sportief materiaal,
apparaatje, dat een Nederlandse vin
ding is, kost nog geen drie gulden. T~\a.t het geklede cachet meer op de
LJ voorgrond gaat treden is mogelijk
Verse bakkersgist is een voortreffe- dank zij de prachtige kleuren en de voor
lijk materiaal voor het maken treffelijke snit van de moderne suède
van een gezichtsmasker. Er is maar mantel. Die maken dat een suède jas
weinig van nodig, maar de gist moet niet meer uitsluitend het kledingstuk
wel goed vers zijn. Met een paar is voor een flinke wandeling of een
druppels warme melk maakt men er sportief evenement, maar dat men er
een dik papje van, dat gelijkmatig zich ook in kan vertonen bij gelegen-
wordt aangebracht op de tevoren heden die een wat stemmiger karakter
goed schoongemaakte gezichtshuid. dragen.
De huid rondom de ogen wordt hier-
bij vrijgelaten en met een paar stuk- De suede mantels en jassen die komend
jes vochtig tissue bedekt? Nu laat najaar het Nederlandse modebeeld zul-
men het masker twintig minuten in- Ien opfleuren zijn juweeltjes van kleur
werken, waarbij men zo rustig moge- en glans. Ze zijn diepgroen of warmrood,
lijk en ontspannen blijft liggen. Daar- heel zaehtbeige of koelblauw. Rug- en
na kan het masker met een natge- mouwpartijen zijn vaak dusdamg
maakt washandje worden verwijderd, geraffineerd verwerkt dat het materiaal
het gezicht wordt vervolgens met op z'n mooist uitkomt. En wie zo'n fraae
koud water nagespoeld en ten slotte jas koopt, wil natuurlijk het kïeding-
wordt een voedende of vochthoudende stuk zo lang mogelijk mooi houden
crème in de huid geklopt.
Dat dit niet altijd lukt, ligt vaak aan
een verkeerde behandeling. Te vaak
denkt men dat een suède mantel „overal
tegen kan" en dat de vrij hoge prijs
de garantie inhoudt, dat zo'n jas onver
woestbaar is. Wie zorgeloos ermee om
springt, ermee in regenbuien loopt en de
jas na het dragen achteloos aan een
haak van de kapstok mikt, merkt al
gauw, dat het kledingstuk zo'n zorge
loze behandeling slecht verdraagt.
dingstuk wettigt die onkosten toch wel.
Voor de wekelijkse borstelbeurt kan het
best een rubber borstelje worden ge
bruikt. Door het borstelen worden stof
en vuil van het jasje verwijderd; ge
beurd dit niet, dan trekken de stofdeel
tjes in het leer, en zelfs een chemische
reinigingsbeurt kan vaak dit vuil niet
meer teniet doen.
(Advertentie)
(Van onze redactrice).
7e zijn er ook nu nog: de huisvrouwen, die met geld kunnen „tove
ren". Dat is ons meer dan duidelijk gebleken tijdens de gesprek
ken, die we met een aantal huismoeders hebben gevoerd over de va
kantiebesteding en het geld, dat doorvoor beschikbaar is. Een moeder
van vier schoolgaande kinderen zei: „Mijn man krijgt ruim driehon
derd gulden vakantiegeld. Dat is natuurlijk een leuk bedrag, maar het
vergt veel overleg om dat voor ons zessen te besteden. We hebben er
voor de vakantie wel wat bijgespaard, maar niet zo heel veel, want er
zijn meer dingen, die geld vragen. Mijn man en ik gaan altijd een
week samen weg. Dat kost de ene keer wat meer, de andere keer wat
minder. Dit jaar begroten we het op 175,De kinderen mogen, in
overleg met ons, kiezen, wat ze willen".
fet enthousiasme vertelde deze me
vrouw ons de plannen voor de
vakantie. De twee oudste jongens (16
en 17 jaar) gaan met vrienden een
week kamperen op de Veluwe. Een
deel van de kosten hiervan hebben ze
verdiend met kleine karweitjes thuis
en bij kennissen. De zoon en dochter,
die nog op de lagere school zijn, gaan
logeren bij oma.
Een hele week brengt het gezin ge
zamenlijk door met tochtjes naar het
strand of (bij slecht weer) tochtjes
per bus, boot en trein. „We zetten
onze tochten van tevoren uit en de
resultaten waren'tot dusver bijzonder
fijn. Dit alles kan betaald worden van
het vakantiegeld en het bijgespaarde
geld. Onze grote zoons besteden
meestal een dag of veertien van hun
vakantie aan een baantje. Een deel
van het verdiende geld mogen ze zelf
houden de rest gaat op hun spaar
bankboekjes".
Het was een resolute moeder, die ons
dit vertelde. „Maar", zo voegde ze
er aan toe, „de kinderen hoeven niet
mee met onze gezamenlijke toch
ten. We laten hen echt zo veel moge
lijk vrij"
Vakantie! Voor groot en klein een
magisch woord. Maar hoe wordt
de vakantie gefinancierd?
Mijn man en ik hebben altijd dolgraag
televisie willen hebben. We waren
er voor aan het sparen. Het vakantie
geld hebben wij bij het spaargeld ge
legd en sinds een maand hebben we
nu t.v. We genieten er echt van",
aldus een charmante jonge huismoe
der.
Een echtpaar zonder kinderen ver
telde ons stralend van een trektocht
per auto door Italië.
„We kampeerden voor het eerst. We
konden nauwelijks de tent opzetten.
Koken op een primus vond ik een
wanhoop", zei zij, „maar gelukkig
hadden we een boel blikjes meegeno
men en na een dag of vijf ging het
vrij aardig. We hebben veel geld
uitgegeven, maar dat hebben we er
echt voor gespaard. Het was onze
eerste buitenlandse vakantie sinds ja
ren".
erg meewerkte, hebben we reusachtig
veel pret gehad. Ik kom daar toe
met mijn normale huishoudgeld en
het vakantiegeld besteden we aan
extra stukken voor de kampeeruit
rusting, praktische kleding voor ons
allemaal en voor een paar gezellige
tochtjes in de omgeving. Mijn man
en de kinderen helpen mee in „de
huishouding", 's morgens wordt alles
in en rond de tenten schoongemaakt,
de boodschappen gedaan en het eten
klaargemaakt, 's Middags gaan we
weg en 's avonds gaan we wat wan
delen of spelletjes doen. Heerlijk zo'n
vakantie", zei een stralende moeder.
Onze laatste gastvrouw zat aan de
naaimachine, toen we binnen
kwamen. „Voor mijn vakantie maak
^^nze kinderen zijn nog te klein
om ze mee te nemen op vakan
tie. Ze zijn vier, drie en twee jaar.
de oudste wordt ziek in een auto, de
jongste begint te krijsen, als ze in
een trein zit. Dus blijven we gewoon
thuis. We zijn allemaal dol op het
strand en daar zitten we in Sint-Lau-
rens toch ook nog redelijk dicht bij.
Misschien klinkt het U wel hoogst
ongeloofwaardig in de oren,
maar mijn voorstelling van een ideale
vrije middag wil ik U toch niet ont
houden. Vooral tot troost en, wie
weet, inspiratie van al die vrouwen
waarvoor vakantie nog niet is weg
gelegd.
Het zijn er meer dan U vermoedt, en
zij getroosten zich die ontbering vaak
met een opgewektheid waarvoor ik
alle respect heb. Want terwijl prak
tisch elke tak van bedrijf en elk be
roep zijn wettelijk geregelde vrije da
gen kent met behoud van loon en be
kostigd met vakantietoeslag is er
geen enkele bond of organisatie die
voor zulke vrouwen hetzelfde men
selijke recht bepleit.
Haar enige mogelijkheid om er eens
tussenuit te breken zou de vrijwilli
ge plaatsvervanging door een ander
zijn, even capabel en plichtsgetrouw
v als zij maar ik heb nog nergens
gelezen dat hiervoor ook maar
iemand het initiatief heeft genomen.
Landelijk, wel te verstaan plaat
selijk schiet er hier en daar al eens
een schuchter sprietje van dit plant
je naastenhulp uit de grond.
Er is al wel eens een buurt, een
straat, een blok flatwoningen, een
wijk zelfs waar men onderling een
werkwijze gevonden heeft om iedere
medebewoonster tenminste aan één
vrije dag te helpen. Wat dat betreft
hebben mij al geestdriftige brieven
bereikt en ik kan alleen maar hopen
dat deze hulpvaardigheid besmette
lijk zal blijken.
Maar voorlopig blijven er nog ge
noeg, of liever gezegd, al te veel
gevallen over waarin een vrouw, ge
trouwd en ongetrouwd, een heel jaar
onafgebroken door aan haar huis
gebonden blijft.
De moeder van een flink gezin, waar
van geen kind nog iets inbrengt, ter
wijl de oudsten al aardig wat gaan
kosten aan opleiding en leerboeken.
De vrouw van een kleine zelfstandi
ge op een dorp, die hard moet mee
werken om de zaak drijvende te hou
den. De moeder van een bedlegerig,
zwaar lichamelijk of geestelijk gehan
dicapt kind.
En dus blijven er altijd vrouwen die
letterlijk het nakijken hebben van al
die voorbijsuizende auto's met volge
pakt imperiaal, of aangehaakte ca
ravan, die propvolle toerbussen, die
vrolijk voortstuivende scooters en op
gewekt snorrende brommers. De zo
mer gaat aan haar voorbij zonder dat
zij ook maar eenmaal de huisdeur
voor een dag achter zich dichtge
trokken hebben.
Laat het haar tot troost zijn; de
ideale vakantie ligt volgens mij
niet zo ver achter de horizon Een
plekje in het groen, een gemakkelijke
stoel en een boek zijn vlak bij huis
ook en dikwijls beter te vinden dan in
een land waar op elke zonnige daf
de wegen onberijdbaar, het zeestrand
onzichtbaar en de mooie piekjes onbe
woonbaar zijn van de volte en de her
rie.
Zij kunnen het zich voor gezegd hou
den, al die eenzame opgeslotenen:
wat men ver haalt is werkelijk niet
altijd lekker, en menige vrouw die
zij benijdt, naast de bestuurder van
zo'n volgeladen auto of met een val
helm op achter de fiere scooterbezit-
ter zou een lief ding geven om rus
tig te mogen thuisblijven als zij.
Want vakantie betekent toch aller
eerst rust, stilte en iets heel anders
doen dan men gewoon is. En waar
om zou iedereen, ook de onherroepe
lijk aan huis gebondene, zo'n vakan
tie niet naar zich toe kunnen halen?
Met enige inspanning en initiatief na
tuurlijk maar de beloning is er zo
veel te zoeter om. Een vrij uur is
van de drukst bezette dag toch voor
iedereen af te knijpen.
Buit die vrije tijd dan uit, en dat zo
onbekommerd mogelijk. Misschien is
dat nog wel de moeilijkste opgave
van allemaal. Want wie met een
voortdurende verantwoordelijkheid
voor een ander is belast, raakt on
willekeurig in dat complex van plich
ten zo opgesloten, dat zij niet beter
weet of zij moet van uur tot uur,
dag en nacht, wekelijks en zondags
in touw zijn wil het goed blijven gaan.
Het zou mij noch iemand passen om
de waarde en de geestkracht van
onafgebroken plichtsbetrachting te
kritiseren of zelfs maar in twijfel te
trekken. Maar al wie met zo'n taak
zonder aflossing belast is, moet wel
bedenken dat de altijd gespannen
boog aan veerkracht verliest, en de
energiebron die dit bezige leven drijft
af en toe eens bijgeladen moet wor
den.
Vrijaf nemen, al is het maar een uur,
is hier niet zozeer een recht als een
plicht, wil men het eigen uithou
dingsvermogen niet ernstig schade
doen. En wie ondervindt daarvan de
bedenkelijkste terugslag? Juist de
gene dat op die onverflauwde ver
antwoordelijkheid en toegewijde vita
liteit is aangewezen.
Als zij maar ergens de plek benut
waar de zon op haar vermoeid
gezicht schijnt, en het boek op haar
schoot haar de lichte sprong in een
totaal andere wereld belooft.
Als het haar dan maar allereerst ge
lukt zich volkomen los te maken van
haar gekooid zijn, van het gevoel
geen minuut uit de plichtencirkel te
kunnen stappen.
Wie U gezelschap gaat houden, U
mag haar zelf uitzoeken: Monica
Dickers of Margary Sharp, Agatha
Christie of Dorothy Sayers, als U
maar weet dat zij U binnen een kwar
tier met gezwinder vaart hebben mee
gevoerd dan de snelste scooter en de
duurste auto.
SASKIA.
Zes kinderen in de leeftijd van zes
tien tot zeven jaar, telde het gezin,
dat net bezig was aan de laatste toe
bereidselen voor de vakantie, toen
wij kwamen. „U zult het misschien
een saaie boel vinden, maar elk jaar
trekken wij met het hele stel naar
zee. We hebben tot dusver voor onze
tenten nog altijd een leuke plek ge
vonden op één van de eilanden, een
keer zelfs op Walcheren, nog geen
twintig kilometer van ons huis. Mijn
man heeft drie en een halve week
vakantie. We Wonen dus bijna een
maand in tenten. Het is altijd reuze
plezierig geweest. Meestal nemen we
nog neefjes of nichtjes of vriendjes
van de kinderen mee. Zelfs verleden
jaar, toen het weer toch niet zo heel
ik altijd nieuwe kleren voor mijn
dochter en voor mijzelf. Ik vind het
enig om nieuwe kleren in de koffer
te hebben. Dan voel ik me er zo echt
helemaal uit. Ik maak gemakkelijke
en praktische kleren, die ik straks
weer in huis kan dragen en die on
ze dochter straks weer naar school
aan kan hebben. Ik kan me echt er
geren aan de vakantiegangers, die ik
hier door Middelburg zie lopen met
de meest belachelijke kleren aan.
Waar is dat nou voor nodig? Wij
drieën gaan ook kamperen maar dat
betekent toch echt niet, dat ik de hele
dag in een zot kort broekje ga lopen.
In onze koffers gaan bloesjes, die
niet gestreken hoeven te worden,
leuke bonte jurken, stevige rokken
en voor mijn dochter en voor mij leu
ke lange broeken. Zo nu en dan gaan
we in een restaurant eten en voor
het overige koken we zelf We gaan
in het naseizoen met vakantie, want
dan is de ergste drukte voorbij".
Ze doen het allemaal anders, deze
huismoeders, maar voor de meesten
van haar is die ene zorg toch wel de
zelfde: het vakantiebudget moet slui
ten, want na de vakantie komt on
herroepelijk een nieuwe winter, een
nieuw schoolseizoen en nieuwe kin
dergarderobes. En ook daarvoor moet
er geld zijn!
(Van onze medewerkster)
Satijn en kant waren onver
brekelijk verbonden met de
babyuitzet van zo'n 350 jaar
geleden. Een babyuitzet uit die
tijd werd opgebouwd rondom
„een teenen luercorven", over
trokken met satijn, omhangen
met goud- en zilverkant. In die
luiermand trof men de volgen
de zaken aan: een roodfluwelen
doopluier, van buiten bezet met
kant, van binnen gevoerd met
armozijn, gecompleteerd door
een tweede doopluier die ver
vaardigd was „van kamerdoek
met traliekant". De baby van
1600 had z'n luiers in soorten,
want ook een doopluier van wit
moiré, geborduurd met zilver
kant en gevoerd met rood ar
mozijn mocht niet ontbreken.
Dan waren er nog „witte Frie
se luiers", omboord met wit
lint en „gele Engelse luiers"
die met stikzijde werden be
werkt, een wit satijnen „strik-
luiertjen" dat met witte dubbe
le taf werd gevoerd, een boven-
luier die met parelkleurig ga
lon geboord moest zijn.
Een wit satijnen dekentje werd
gewatteerd, met rozen bestikt
en met wit armozijn gevoerd;
verder waren er nog drie witte
gekeperde dekentjes met paar
se of gele strepen. Een wit ge
breid borstrokjen moest „zeer
fijn" zijn, witte mutsjes en wit
te zwachtels hoorden ook in de
luercorven thuis, evenals „een
zwachtel met gele strepen"
en een geel satijnen spelden
kussen, omboord met groot zil
veren galon. Baby's attributen
werden gecompleteerd door
„een zilveren pappot en kruid-
doos". Een kostbare aangele
genheid, die babyuitzet van
1600! En wat de textiel betreft:
ongetwijfeld een tijdrovend on
derdeel van de wekelijkse was.
rfWWWWVttWWVWWWWWtftA/WWWVWWV
Regelmatig borstelen is het wacht
woord wanneer men een suèdejas
in goede conditie wil houden. Regelma
tig laten reinigen is ook nodig anders
is uw mooie suède jas na een paar jaar
een vette lap leer! Er zijn wel speciale
middelen in de handel, maar het be
zwaar is dat, ter wille van een gelijkma
tig resultaat, de hele mantel ermee moet
worden behandeld. En dat is een karwei
dat niet iedereen even handig zal afgaan.
De goede chemische wasserij beschikt
over een speciaal procédé voor het rei
nigen van suède en leren mantels; het
is niet goedkoop, maar de vrije hoge
aanschaffingsprijs voor het suède kle-
Overigens zal het resultaat van een
chemisch reinigingsprocédé bij de
ene jas soms anders uitvallen dan bij de
andere. Dat kan een onvermijdelijk ge
volg zijn van het verschil in kwaliteiten
dat in suède gebracht wordt. De ene
kwaliteit rimpelt bij het dragen sneller
dan de andere; men ziet dit verschijnsel
bijvoorbeeld bij een bepaald soort scha-
peleer. Aan het duurdere geiteleer wor
den betere eigenschappen toegeschreven
en een jas van dit materiaal blijft in
het dragen vaak mooier. Al die ver
schillende eigenschappen kunnen zich
dus ook bij het chemisch reinigen doen
gelden, vooral wanneer het gaat om
een goedkoper kledingstuk waarvan de
verschillende gedeelten vaak uit huiden
van uiteenlopende kwaliteit zijn ge
maakt. In negen van die tien gevallen
gaat het „goedkoop is duurkoop" dus
ook alweer voor suède op!
Voor de jonge vrouw, die eens iets anders
wil dan suède, is de nappa mantel een
aantrekkelijke sportief kledingstuk. Ge
garneerd met stiksels op zakken en
kraag, met grote ronde knopen, met een
smal knoopceintuurtje. Men moet er
slank en jong voor zijn dat wel. Dan
is deze moderne, soepele variatie van
„de leren jas" (vroeger onverbrekelijk
verbonden met motorduo-engelen!) een
hoogst aantrekkelijke dracht. Vooral als
èr zo'n grappig klein bolhoedje in streep
jesdessin bij wordt gedragen, met een
smalle sjaal van dezelfde stof.
Alle dessins (ruiten-effen-dessins)
(90 cm breed)
Denim strepen 1,69 (80 cm breed).
het tftc ffiUip aée ts
i GOES, LANGE KERKSTRAAT 44
TERNEUZEN, NIEUWSTRAAT6.8
Knippatronen: BORDA-VOGUE
met gratis knipverzekering.
Jeugdig en aantrekkelijk kleding
stuk, deze moderne variatie op „de
leren jas". Het is een soepele nappa
mantel, voorzien van stikselgarnerin
gen en een smal knoopceintuurtje.
Heel modern zijn ook het bolhoedje
en het sjaaltje, beide uitgevoerd in
een veelkleurig dessin van heel smal
le streepjes.
AAh
k snap er niets van", riep de torenhaan, „ik wou maar
dat ik niet zo hoog stond, dan ging ik zelf eens op
onderzoek. Er móet iets aan de hand zijn, maar wat,
daar kom je hierboven niet achter."
„Kunnen wij je mischien helpen?", vroegen de duiven die
hun dagelijks rondje rond de toren maakten.
„Graag", zei de torenhaan, „als je zo vriendelijk wilt zijn
ga dan naar de mensen en vindt eens uit waarom het zo
stil is. Waarom ik 's morgens de kinderen niet meer aan
zie komen, ze niet meer als mieren zie krioelen op het
schoolplein en ze ook niet meer in of uit die grote groene
deur van de school zie komen."
„Nou je het zegt!", riepen de duiven die met scheve kopjes
geluisterd hadden en nu naar beneden tuurden, „het is zo.
Ze zijn er niet! En toch heeft de klok net negen geslagen.
We zullen onmiddellijk voor je gaan vragen, torenhaan.
Trouwens, we willen het zelf ook weten. Het zijn onze
vriendjes net zo goed."
In een sierlijke boog scheer
den ze omlaag naar het
schoolplein, maar daar was
helemaal niemand. Nie
mand Ja, toch! Juffrouw
Jaantje kwam met een
zware emmer een zijdeur
van de school uit.
„Weg jullie!" riep ze tegen
de duiven, „ik heb al ge
noeg aan mijn hoofd. De
hele school schoonmaken
en thuis vier kinderen met
vakantie. Vooruit, wat zoe
ken jullie hier Alle kin
deren hebben vakantie!"
Verschrikt stoven de dui
ven weg en na nog een
keer cirkelen bóven het
schoolplein, keerden ze te
rug naar de torenhaan.
„Ze hebben vakantie! Ze
hebben vakantie!", koerden
ze in koor toen ze op de
torenspits waren neerge
streken.
„Vakantie vroeg de to
renhaan, die zich van ver
bazing wel driemaal in de
rondte draaide, „en wat is
vakantie
Daar hadden de duiven
nog helemaal niet over na
gedacht. „Vakantie", zei
er één, „zal wel zoiets zijn
als mazelen.
De torenhaan knikte. „Dat
zal het zijn", zei hij, „die
arme kinderen. Laten we
maar hopen dat ze gauw
weer beter worden
Weet je wat, ik zal eens
met mijn vriend de wind
praten.
De haan had het verder
veel te druk om met de
duiven te praten. Hij draai
de als een molentje op zijn
gouden spil, zodat de wind
dichterbij kwam om te
zien wat hij wilde.
Tot hun verbazing kwamen
ze onderweg heel wat kin
deren tegen die er helemaal
niet ziek uitzagen. Ze zaten
op hun fiets, lagen in het
gras of speelden voetbal in
de weilanden waar het hooi
pas gemaaid was. Kijk,
daar was ook Bles, die vro
lijk hinnikte toen hij de
duiven zag. „Wat een
drukte, hè!", riep hij al van
ver.
„Ja, die arme kinderen",
zeiden de duifjes.
„Arme kinderen vroeg
Bles, „waarom arme kinde
ren
„Zijn ze dan niet ziek
vroegen de duiven ver
baasd.
„Welnee, domoren, vakan
tie is fijn.
„Ooooo...", koerde opeens
één van de duiven, „en de
haan... de torenhaan zou
voor slecht weer zorgen
omdat hij zo'n medelijden
had met al die zieke kin
deren die achter hun ramen
naar de zon zouden liggen
kijken, net als toen ze ma
zelen hadden".
„Vooruit!" brieste Bles,
„vlug op weg naar de to
daar aankwamen zagen ze
al dat het te laat was. De
haan draaide met flinke
rukken om en om en daar
aan was te zien dat de
wind in aantocht was en
nog niet precies wist wat
hij wilde.
„Ho... ho!", koerden de
duifjes die buiten adem wa
ren van het vliegen tegen
de wind in, „we hebben ons
vergist! Vakantie is fijn,
zegt Bles, en iedereen re
kent op mooi weer.
De haan verloor al zijn
glans van schrik, want hij
was een dikke vriend van
de kinderen en deed altijd
renhaan
De duiven vlogen zo snel
ze maar konden terug naar
de toren. Maar nog voor ze
alles wat ze graag wilden.
„Hé", zei de zon, „wil de
haan niet meer glanzen
Nou, dan heb ik er ook ge
noeg van". Boos trok hij
zich terug achter de grau
we wolken die nu opeens
veel grauwer leken.
„Ho wind!" riep de toren
haan, „het was een vergis
sing. Ga asjeblieft liggen!"
„Wat zeg je me nou!", riep
de wind woedend, „een ver
gissing Dacht je dat je
mij voor niets kon roepen?
Niks ervan! Ik begin er net
plezier in te krijgen".
Hij stoof op de haan af, die
heen en weer zwiepte op
zijn gouden spil en aan één
stuk door riep: „Niet doen!
Niet doen!"
„Niet doen!", dat riepen
ook de duiven die angstig
wegkropen onder de dak
pannen van de toren.
„Weg domoren!" riep de
wind en hij liet de dakpan
nen klepperen. En de grau
we wolken boven hem lie
ten zich ook opstoken en
dreunden donderend tegen
elkaar. Bij de botsing ver
loren ze hun regen en hagel
die neerkletterde over de
stad, het weiland waar Bles
onder zijn afdakje was
gaan staan en over de ri
vier, waar daarstraks nog
vrolijke kinderen zwommen
en speelden.
De wind was niet meer te
houden en al zijn boosheid
kwam op die arme toren
haan neer. Zó hard rukte
en duwde hij aan hem dat
de torenhaan kreunde: „hou
op, hou op, wind. Ik houd
het niet meer". En bij een
heel harde ruk, die ook de
dakpannen van de toren
sleurde, hield de gouden
torenhaan het echt niet
meer en brak hij van zijn
gouden spil.
Juffrouw Jaantje, die ang
stig door een raam naar het
noodweer gluurde, zag hem
komen.
„O, o, o... arm beest", zei
ze en ze probeerde de haan,
die nog groter was dan zij
zelf, op te tillen, „wat een
ongeluk! En dat allemaal
in de vakantie!"
Ze haalde een groot zeil en
legde dat over hem heen.
De aardigheid voor de wind
was er gauw af toen de
haan er niet meer was om
te plagen en vooral toen de
verregende duifjes bléven
smeken of hij nu eindelijk
eens op wou houden, richt
te de wind zich op de grau
we wolken en begon ze uit
een te blazen. Meteen werd
het lichter: de regen hield
op en een straaltje zon viel
alweer naar de natte we
reld omlaag. Juffrouw
Jaantje was de eerste, die
zich op straat waagde; ze
holde zo hard ze kon naar
het stadhuis en riep: „De
haan, de torenhaan! Ik heb
de torenhaan gevonden!"
Burgemeester en wethou
ders en een hele stoet an
dere heren van het stadhuis
kwamen naar het school
plein om de haan te bekij
ken. De loodgieter met zijn
langste ladder werd meteen
besteld en nog voor de zon
die avond onderging werd
de haan weer op zijn gou
den spits gezet. Tevreden
keek Bles in het weiland
omhoog, tevreden cirkelden
de duiven om hun vriend,
die voorzichtig meedraaide
met het zachte briesje. Te
vreden riepen alle vakan
tiekinderen aan de voet
van de toren: hoera!, en
tevreden ging de burge
meester met alle heren te
rug naar het stadhuis.
MIES BOUHUYS