E N.V. i.o. Unie Je adres Jac. Jonker Gz. HEMELVAART ONDERWIJSDAG chr. onderwijzers en onderwijzeressen zitting van het TRUBINAAL te middelharnis IS volgende candidate» 2. E. van Ruller Barendrecht 3. A. Hogeweg Rotterdam 4. J. Kogeler Zwijndrecht 5. S. Hammer Goudswaard 6. S. Dekker Nieuwe Tonge 7. P. van den Heuvel Ooltgensplaat 8. J. van der Linde Tinte gehandhaaft. n van ons eiland n. van Middelharois te Melissant. n op lijst 6. nge en Omstreken eld voor dit vervoer, cht disponibel is vrij, dus U kunt ngen en het afhalen nd. LLEMAN aat 60 - Tel. No. 39 TONGE ijven van Voedings- delen op Flakkee. 's avonds 7 uur hoopt AMMEN, le Bond van Chr. Arbei- dings- en Genotmiddelen, eweg te Middelharnis ratische vormen" tot oprichting van een rganisatie. ezoekt deze belang» an deze organisatie. jf vraagt erders. ambitie beschikken 174 Bur. v.d. Blad. wwerktuigen 2 - OUDDORP kteeken") -221 S voor menten en Zerken RT, Middelharnis Telefoon 312 s mededeelen, dat onze ingang van 1 Mei j.I. de vele orders waarop ijd te kunnen uitvoeren, ft ons bewezen dat de or het geachte publiek ewaardeerd wordt, het- dat alle orders in vol- gevoerd. onzalen. ien n en gebakjes e Botersprits brood al geproefd? It plus 1 broodbon. altijd begeert inlevering een brood- ngen. rijen rstraat - Tel» 271 opde klantenkaart. eg 68 - Melissant Dagdienstbode gevraagd tegen hoog^ loon en goede kost tv Middelharnis. Br. onder No. 173 Bur. v. d. blad. GEVRAAGD: nette dienstbode liefst voor dag en nacht. Hulp aanwezig, Vrijdag werkster, de waseh buitenshuis. DAMES SLIS, Kade 336, Middelharnis. TERSTOND GEVRAAGD 3 Schildersknechls SCHILDERSBEDRIJF KARELS HERKINGEN - MOLENDIJK Contracttelers gevraagd voor Brocoli (winterbloemkool) 4,50 per kg. Savoye-, witte-, roode-, spruit en boerenkoolzaad. Enkele soorten Stamboonen uit voorraad te leveren. Slitstabaksplanten te koop. JAC. TAN1S Jr. Boompjes A 123 Ouddorp. Vertegenw.: GEBR. SLUIS' Zaadteelt en Zaadhandel, Enk huizen. Te koop aangebodent 2 kuikenhokjes, 1 paar nieuwe beenkappen, 1 nieuwe rijbroek, 1 teekenbord met teeken- haak, driehoeken en passer doos, 1 paar motorhandsehoenen. Brieven onder No. 283, Bureau van dit blad. Heropening Veerdienst Schouwen en Duiveland-Flakkee me tingang van 20 April 1946 Vertrek Zijpe 7.30 - 17.30 Vertrek Hoek van St. Jacob bij Nieuwe Tonge 8.30 - 18.30 Des Zaterdags extra dienst des middags 14 uur van Zijpe en Hoek van St. Jacob 15 uur. Zondags geen dienst. N.V. Standaard Hypotheekbank Rotterdam Verstrekt gelden op eerste hypo theek tegen billijke voorwaarden. Aanvragen te richten aan: I. VAN DER MEIDE Beëedigd Makelaar Langeweg B 101 - Sommelsdijk Agent voor het eiland GOEREE OVERFLAKKEE. Beschermt Uw jonge groenten, plaats een windscherm van RIETMATTEN Wij leveren U alle maten. Goede wilgen boonstaken hebben wij ook voor U. Fa. DE KORTE TELEF. 24 - OUDE TONGE. Voor Sommelsdijk en Middel harnis neemt Iz. GROOTEN- BOER te Sommelsdijk graag Uw bestelling aan. Wij Vulcaniseeren weer aile soorten banden, rub berlaarzen, overschoenen, enz. „VULCAAN" Mr.Willemstr. 43, Tel. 44834 ROTTERDAM (N). voox alle soorten Kool- en Knolplanten Tomaten- en Tabaksplanten is weer als van ouds Hilstraat 12 - Oude Tonge Uw gewassen verdrinken niet ais U uw landerijen draineert met poreuze, en goed doorbakken dralneerbuizeti Alle maten zijn voor U in voor raad. Wij leveren zonder toe wijzing. Fa. P. DE KORTE Zonen OUDE TONGE - Tclef. 24 WEER VERKRIJOBAAR: Spruitkoolplanten Witte-, Savoie- en Roode koolplanten Tabaksplanten No. 25 Tomatenplanten Te bevragen bij 22 GEBROEDERS BAL Oudeiandschendijk C 80 OudeWeiwcg 716, DIRKSLAND. Gedrukt ter Flakkeescbe drukkerij M. Boomsma. Middelharnis VRIJDAG 31 MEI 1946 Prijs per kwartaal f 1,50. Losse nummers f 0,15. Advertentieprijs 1—30 mm 14 cent per mm. Elke mm daarboven 10 cent. Bij contract aanzienlijke korting. OPBOUW Christelijk-Nationaal Streekblad voor Goeree en Overflakkee TWEEDE JAARGANG No. 5 Adres der Redactie en Administratie: ZANDPAD B 282 - MIDDELHARNIS TELEFOON No. 332 Dit blad verschijnt lederen Vrijdag Hoofdredacteur C. M. VOGELAAR Dat betekent dat Jezus Christus nu, 1946, in den hemel is, en dat houdt in, dat Hij daar is als de Koning der koningen, zittende op de plaats der majesteit, der heerlijkheid, der glorie, èn van de volkomen overwinning; en het houdt in, dat Hij daar is met Zijn waar achtige menselijke ziel en menselijk lichaam - ter wereld gekomen in Bethlehem, vermoeid en ge plaagd door het fijne vrome Jodendom, geslagen door Romeinen, gekruisigd niet om eigen misdaden, d.i.: met Zijn verzoeningslijden en -dood, en Hij Is nu in den hemel, biddende vanuit Zijn offer, vóór Zijn Kerk, als tie Priester, op de plaats tussen den rechtvaardigen Vader en onrechtvaardige mensen en het houdt in dat vanuit Zijn aanwezigheid daar, en in opdracht van Hem, profetisch door deze wereld gaat, de Verkondiging van Zijn wederkomst. Deze enorme rijkdom is Hemelvaart - want deze Heere Jezus Christus, en geen andere is nu Boven bij den Vader, èn vanuit dezen Christus, die Boven is, vanuit dat middelpunt moeten waaiervormig de lijnen naar alle terreinen van ons leven lopen, en bij Hem moeten de lijnen van al onze verwach tingen in één plaats samenkomen, want wie Hemelvaart belijdt en beleeft - belijdt de wederkomst in een levende verwachting Een prachtige psalmregel roept ergens uit: - O God, mijn ziel en lichaam hijgen en dorsten naar U, „hijgen en dorsten" - zó wachten wij den Opge- varene niet terug - zó worden onze levenssferen niet door dien Enen beheerst - en zó gaan wij niet hijgend van heilsdorst naar Hem uit. Hemelvaart is bij uitstek geestelijke voedingsbodem-geestelijk leven dat is immers „wandelen in den hemel", en wij leven zo ontzettend ongeestelijk -; met al onze activiteit - Kerkelijk, politiek, persoonlijk toch zo weinig in verbinding met den levenden Christus. Maar dat is dan ook volkomen onze eigen schuld. Het komt niet omdat de Geest er niet is, of niet in ons zou willen wonen, maar het komt omdat wij voortdurend den geestelijken band met onzen Koning verbreken door onze zonden, en in 't bijzonder door deze zonde - dat wij den Christus der hemelvaart zo ver mogelijk terugduwen. Wat hebben wij van het Hemelvaartfeest gemaakt? - Als feest van de Kerk is het een verschrompelde vertoning geworden, als feest van de wereld maakt het dikwijls geen slecht figuur, en de weTeld is dankbaar dat de Kerk deze „magere" aanleiding geeft. De Hemelvaartsdag behoorde een volle kerkelijke feestdag te zijn. Werd deze Donderdag dat maar met zijn thans schrale kerkdienstje in de morgen uren - daar zouden we rustig die 2e Kerst-, 2e Paasch- en 2e Pinksterdag voor kunnen missen. Daarop legt de wereld toch meer beslag dan de Kerk. Het is ól-ongeestelijkheid door onze eigen schuld en tot ons eigen oordeel, want: Gedenken we den ten hemel gevaren Koning Waarom laait het felle vuur van onze kerkelijke strijd telkens weer uit in het onheilige vuur van een richtingsstrijd op een groepsmacht? Dat komt omdat wij zó ongeestelijk zijn dat wij telkens weer de macht verleggen vanuit den Koning naar de getalsterkte van onze groep op richting - het getal dat er in hoogsten zin niet toe doet. Het komt omdat wij te weinig vertrouwen op de kracht van het Woord in het geheel der Kerk, (ook in andere landen 1), door welk Woord (en niet door onze getalsterkte) onze verhoogde Koning Zijn Rijk onwederstandelijkjd.i., door de kracht des Geestes, werken zal. Gedenken we den verhoogden Heere aller heren Hoe komt het dat in de politiek (in de verkiezings propaganda) zo vaak het spook van de demagogie om de hoek komt gluren en van de insinuatie en intrigue, zoal niet bij de hoogstaande leiders, toch bij zeer vele navolgers -? - het komt omdat we veel te weinig geloof hechten aan Hem die over alle heren heen, die Hem den voet dwars willen zetten (hoe belachelijkI) Zijn uiteindelijke overwinning met rustige zekerheid tegemoet gaat - en omdat wij er nog altijd niet genoeg van doordrongen zijn dat Christus ieder „oneerlijke aanpak", met Zijn vloek achtervolgt. Gedenken we den ten hemel gevaren Priester. Hoe komt het, dat er in ons deel van de christelijke Kerk zo weinig vreugde is - door de droefheid over eigen zonden zo weinig vreugde, of alleen maar somberheid, of alleen wanhoop (welk een onchriste lijk woord 1). Het komt omdat wij zo weinig met onze gedachten bij Christus verwijlen die Boven is mèt Zijn priesterlijke offerande, en die daar Boven is Als Priester om onze berouwvolle kreten op te vangen en als de secure Advocaat ons vrij te pleiten bij den Vader. Zó komt het dat wij ook persoonlijk zó ongeestelijk leven, omdat wij er ons voortdurend tegen verzetten, om mede opgeheven te worden in den hemel. Gedenken wij aan onzen hemelschen Profeet Zó komt het dat wij zo Weinig waarachtig Kerk zijn, omdat wij ons niet open willen stellen voor de profetische Boodschap, die geschiedt in opdracht van den opgevaren Christus - dat deze Christus welke is opgevaren, alzo wederkomen zal op de wolken des hemels, want Hemelvaartverkondiging is wederkomstverkondiging (Hd. 1 116),wanteen ware Kerk is een verwachtende Kerk in het levende geloof. W. ANKER. (Vervolg) In de middagvergadering spreekt eerst de Rijks inspecteur van het L.O.. Deze is dankbaar voor het initiatief tot het houden van deze Schooldag. Deze morgen werd veel goeds geboden en gaarne wil ik mijn medewerking geven om de aangeboden plannen te doen uitwerken. Verder wijst spreker op de taak, die de onderwijskrachten hebben bij de opvoeding der jeugd, die mede door de degene ratie en de naoorlogse chaotische toestand zulk een moeilijke taak is geworden. Spreker betreurde het, dat de personeelschaarste een oorzaak voor salarisverbetering moest zijn, maar hoopte dat ondanks de bezwarende omstandigheden de goede geest behouden mag blijven. Hierna krijgt de heer van Oosterom, hoofd van de school voor Buitengewoon lager onderwijs te Oud-Beierland het woord. Hij koos als titel voor zijn lezing: Het zwakke sterken. Opvoeden is, TEN HEMEL VOERT GIJ OP, O JESU, OM EEN STEDE Ten hemel voert Gij op, o Jesu, om een stede voor mij in 't Paradijs bij U te maken reede, en ik iig hier alsnog - en is het niet een schand' - en denk niet aan mijn huis noch aan mijn Vaderland Ik heb alree geleefd, veel langer dan mijn Heere: het wordt nu eind'Iijk tijd, dat ik mij opwaarts keere. O ziele, vlied omhoog, o aarde, neem het lijf, want Jezus, dunkt mij, roept waar ik zoo lange blijf. JACOB REVIUS. aldus spreker, afstand scheppen. Dat geeft vreugde, dat geeft smart. Vanaf de geboorte tut het graf volgen vreugde en smart elkaar op. Wanneer een kind normaal is, is er vreugde maar ook smart maar wanneer blijkt, dat men een kind heeft dat verstandelijk abnormaal is, is er meer reden tot smart dan tot vreugde. Niettemin hebben we juist een taak om in het leven van deze kinderen zo veel als mogelijk vreugde te brengen. Moeder zal dus alles doen om haar kind met dubbele zorg en liefde te omringen, wanneer haar kind komt te sterven, noemen de buren het dikwijls gelukkig, dat het nu maar weg is, maar voor het moederhart is het een zwaar verlies. Al zullen er gevallen zijn, dat de ouders reeds voor de leerplichtige leeftijd bemerken, dat hun kind niet normaal is, toch uit het zich meestal pas bij het op schoof gaan, het kind kan eerst niet goed mee, maar als het kind voor de 2e keer in de klas blijft zitten en soms voor de 3e maal, gaan de ouders inzien, dat hun kind riet op een gewone school thuishoortHelaas wordt uit valse schaamte, dikwijls te lang gewacht met het sturen van hun kind naar een school voor Buitengewoon Lager Onderwijs, in de volksmond de achterlijke school genoemd. Het is echter èn voor het kind èn voor de Lagere School gewenst, dat liet naar een school voor B.L.O, gaat. Voordat het daar wordt toe gelaten, wordt het medisch-intellectueel onder zocht. Wanneer het intelligentie-quotient (omdat binnenkort in ons blad uitvoeriger bij dit onder werp wordt stilgestaan, willen we deze term niet naaer verklaren) tussen 50 en 80 ligt, zijn ze voor de B.L.O.-school het meest geschikt. Na dit onderzoek zijn de ouders nog geheel vrij; wanneer tot toelating besloten wordt, wordt het kind, wanneer het niet kan heen en weer reizen in het huiselijk verkeer bij anderen opgenomen. Spreker staat dan uitvoerig stil bij de methoden van onderwijs en toonde de resultaten van wat de kinderen, die op de L.SchooI onherroepelijk verongelukken op de B.L.O.-school nog kunnen bereiken. In vergelijking met vroeger is er reeds veel ver anderd; in de Oudheid werd het mismaakte kind vernietigd, later werd dit wel verzacht, maar tot in de 19e eeuw kwam het zelfs nog voor, dat men de krankzinnigen tentoonstelde. Zeer langzaam werd het beter en thans zijn we gelukkig zo ver, dat deze patiënten een goede, liefdevolle behande ling ontvangen. Ook op dit schone onderwerp volgt een flinke bespreking. Wij hopen, dat ook mede hierdoor belangstelling voor het B.L.O. op Flakkee is gekomen. Om 4 uur Wordt de vergadering heropend en spreekt de heer A. de Jong, oud-directeur van de Vereniging over: In 't voorleden ligt het heden, in 't nu, wat komen zal. Een volk, dat zijn historie niet kent is niet waard, dat het een voortbestaan heeft. Dit geldt ook voor de school. Er moet dus altijd zijn onderzoek van de historie. Men moet der waarheid getrouw zijn. Spr. behandelt de moeilijke, eervolle strijd van de voortrekkers van onze vrije Chr. School. Alles, wat toen gebeurde, zegt ons iets voor het heden. Er zijn vele problemen ook op onderwijsgebied. Zo komt thans de ver houding der Chr. school t.o.v. de ouders, de kerk en de staat in bespreking. Dat door de oorlog meer eenheid kwam, was iets verblijdens en ook nu willen wij die eenheid, maar dan alleen met hen, die Jezus erkennen als de Christus. We willen vernieuwen, maar blijven aartsconservatief als het de fundamenten onzer samenleving betreft. Spreker behandelde achtereenvolgens de naam Chr. School, de verhouding t.o.v. de Kerk en de verhoudng t.o.v. de Staat. De school is een maatschappelijke instelling met een eigen taak en roeping. In de gezinnen, waar men de kinderen christelijk wil opvoeden, wordt gevraagd naar Chr. onderwijs. Het woord christe lijk moet niet als een norm van zedelijk leven worden opgevat, neen het omvat alles, christelijk is het alleen aaar, waar het evangelie van Christus in 't middelpunt staat. Een school zonder Bijbel is een lichaam zonder hartader. Deze normen zijn niet door mensen, maar door God zelf ingesteld. Het Chr. gezin en de Chr. school zijn door Hem ingesteld. Het Chr. gezin zij souverein op eigen terrein. Noch de Kerk, noch de Staat mag hier ingrijpen, alleen stimuleren. Gedachtig aan de eis: Gij ouders, voedt uw kinderen op in de vreze des Heeren, zoeken de ouders middelen om aan die eis te voldoen. De beginselen, zoals God die eist van de ouders, moeten dan ook ongerept worden gehand haafd. Wie dit beginsel aantastte, deed een mis daad. (Men denke aan het schoolverzet tijdens de bezetting). Over de verhouding van de kerk t.o.v. de school zei spreker: Er was een tijd, dat de kerk grote invloed had op de school (tijdens de Hervorming en daarna), er was toen geen godsdienstloze school, maar vooral in de I8e eeuw ging het waarachtig Chr. beginsel teloor, de school bracht ons de neutraliteit, later werd zelfs alle leerstelligheid ver boden, de wet van 1906 bracht een godsdienst boven geloofsverdeeldheid. Toen is het verzet gegroeid. Als dan ook thans gezegd wordt, dat de kerk het lichaam is, dat de scholen sticht en onder houdt, is dit niet juist. De kerk heeft toe te zien op de gezinnen, de opvoeding der kinderen na afgelegde doopbelofte. Zij mag en moet nagaan of Jezus Christus is het centrale punt in het onder wijs, zij kan vermanen, nimmer mag zij echter de didactische leiding der scholen op zich nemen. Zij heeft een stimulerende taak bij schoolstichting, zij verzuime nimmer de voorbede voor het Chr. onderwijs, het gaat om het zaad der kerk. De roeping der Staat is een geheel andere, zij trede nimmer in de rechten der ouders. Zij make het mogelijk de wensen der ouders te bevredigen, maar zij schoolmeestere niet. Wie had ooit kunnen denken, dat het werk van die oude voortrekkers zo gezegend zou worden. 70 van heel de Nederlandse jeugd ontvangt thans Bijzonder Onderwijs. Wij hebben eigen kleuter-, lagere, u.I.o., scholen voor B.L.O., H.B.S., gymnasia en lycea, enz. We blijven samen bidden voor een zuiver Chr. School. Nederland blijve het klassieke land der> vrije school. Niemand strekke de hand uit om ons die vrijheid te ontnemen. Deze met jeugdige gloed uitgesproken rede door een grijzen voortrekker werd met grote aandacht beluisterd en vanzelfsprekend volgde er een levendige discussie op. In zijn slotwoord bracht de voorzitter dank aan sprekers en aanwezigen en na het zingen van 'k Zal gedenken, hoe voor dezen, ons de Heere heeft gunst bewezen, werd deze bijzonder goed geslaagde Chr. Schooldag door dhr. de Jong met dankzegging gesloten. Dinsdag 28 Mei had de derde zitting plaats van het tribunaal te Middelharnis. President: Mr. C. R. F. van Roggen. Adj.-Secr.: Mej. Mr. J. M. Hovenkamp. LedenD. D. Ronings en D. Leydens. UITSPRAKEN. M. Breur te Herklngen. Het tribunaal achtte de ten laste legging tegen hem bewezen en veroordeelde hem: le. tot 1 jaar en 9 maanden internering met aftrek van voorarrest; (einde internering 15 Febr. 1947) 2e. ontzetting uit de beide kiesrechten; 3e. verbeurdverklaring van zijn vermogen be perkt tot zijn radio. Klaas en Cornells K'oster te Middelharnis. Beiden werden veroordeeld tot: le. internering van 1 jaar en 3 maanden, met aftrek van voorarrest, welke dientengevolge ein digt op 11 Augustus 1946 en 2e. ontzetting uit de beide kiesrechten. W. van Eek, te Stellendam. Deze werd veroordeeld tot le. 1 jaar internering, met aftrek van voor arrest; 2e. ontzetting uit de beide kiesrechten en ont zetting uit het recht bestuursfuncties te bekleden in het openbare leven. Zaak tegen D. Keuvelaar te Dirksland, Land- wachter. Na de uitspraken van de in de vorige zitting behandelde zaken wordt in behandeling genomen de zaak tegen D. Keuvelaar, die ten laste wordt gelegd 1. a. sympathiserend lid en later lid tc zijn geweest van de N.S.B.; b. de functie van blokleider tc hebben vervuld bij de Winterhulp en Volksdienst; c. lid cn penningmeester te zijn geweest van het Arbeidsfront; d. aangesloten te zijn geweest bij de Land wacht cn daarbij dienst heeft gedaan; e. dat hij zich heeft aangemeld voor dienst bij de W.A.; 2. dat hij voordeel heeft getrokken uit of door vanwege den vijand of diens handlangers genomen maatregelen dooreen hem vanwege de Landwacht verstrekt één loops jachtgeweer in de winter van 1944 te verruilen voor 3 mud kolen. Dc president vraagt den beschuldigde of de ten laste legging juist is, waarop Keu velaar antwoordt, dat deze niet geheel juist is. Hij is wel sympathi serend lid geweest, maar geen lid. President: In 1944 werd men voor dc keus gesteld of lid te worden of er uit. Kcuvclaar: Dat is zo. Ik heb een formulier ont vangen, maar nooit teruggestuurd. Pres.: U was blokleider van Winterhulp en Volksdienst? K.: Het waren allemaal blokleiders, ze werden zo genoemd. Pres.: Bent u lid en penningmeester geweest van het Arbeidsfront? K-: Jawel. Pres.: U bent aangesloten geweest bij de Land wacht. K-: Ja, drie maanden. Pres.: Wat deed u zo aI7 K.: 's Morgens en 's avonds rondrijden. Pres.: Keek u of men in verboden tijd buiten Was? K.: Neen. Ik lette alleen op zwarte handel. Pres.: U bent in 1943 sympath. lid geworden. Hoe kwam u daartoe? K-: Ik dacht dat gezorgd zou worden voor betere omstandigheden voor den arbeider. Pres.: Ik kan me nog indenken dat u in 1940 dat dacht, maar in 1943 hadden ze zich toch wel anders ontpopt. K-: Wij wisten hier haast niets, noch van con centratiekampen, noch van arrestatie van onder duikers. Pres.: U hebt u aangemeld voor de W.A. U hebt daar een formulier voor getekend. Hoe bent u daar toe gekomen? K.: Ik weet er niet van, dat ik zo iets gedaan heb. Ik heb nooit dienst gedaan, geen uniform aangehad. Er was een groep onder Koole, die dienst deed. Ik heb daar nooit aan mee gedaan. Pres.: U hebt toch het formulier gezien, waar onder uw handtekening staat. Dat is toch uw handtekening? K.: Ja. Ik dacht dat ieder, die sympath. lid was, automatisch lid van de W.A. werd. Pres.: Er was geen sprake van automatische overschrijving. U hebt uw jachtgeweer geruild tegen kolen. K.: Ik had het toch moeilijk kunnen bewaren, dan hadden ze met de bevrijding gezegd: hij had nog wapens ook. Leydens: Na dolle Dinsdag is uw houding ver anderd. Zag u toen dat het verloren was? K.Neen. Door dc handelingen van dc landwacht in Rotterdam, waar men op burgers schoot, wat ik in de korte tijd, dat ik In Rotterdam was, merkte, ben ik veranderd. Leydens: Was u niets bekend met wat dc radio uit Londen mededeelde? K.: Ik luisterde weinig. De raadsman van den beschuldigde, Mr. Brlët, aan het woord. Mr. Briët ging eerst puntsgewijze dc tenlastc legging na. Hij attendeerde er op, dat Kcuvclaar alleen sympath. lid geweest was. Hij is als land- wachter ondergedoken. K. is inderdaad blokleider geweest. Daar er weinig N.S.B.-crs waren, was het nodig dat zij functies bekleedden. c MEDITATIE VOOR DEN ZONDAG D TEN AFSCHEID En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld. Amen. Marth. 28 20. Jezus neemt, als Hij deze woorden op een berg in Galilea zegt, afscheid van Zijn discipelen. Wij moeten hierbij dan niet denken aan dc elf apostelen, die zijn Hemelvaart vanaf den Olijfberg bijwoonden. Hier is ongetwijfeld een grootere kring van discipelen aanwezig en niet ten onrechte wordt door velen verband gelegd met de door Paulus genoemde ver schijning der Verheerlijkten Heiland aan meer dan vijfhonderd broeders op eenmaal. Hier neemt de Heere Jezus dus afscheid van de wijdere kring dergenen die Hij liefhad en die Hem liefhadden en tot hen richt Hij Zijn laatste prediking. Jezus wekt daarbij geen weemoedige gedachten op, Hij spreekt geen ontroerende woorden, die de achterblijvende in tranen doen uitbarsten. Dat is niet noodig ook. Want al gaat Christus heen van de aarde, weldra zal de Heilige Geest op hen nederdalen om in hen te wonen. Daarom moeten ze na Christus heengaan verblijd naar Jeruzalem terugkeeren om daar te wachten op de vervulling van 's Vaders beloften. Want Christus blijft door Zijn Geest nog bij de Zijnen nadat Hij is heengegaan. „Ik ben met ulieden al de dagen". Zoo spreekt Hij. AI de dagen, dat is: in dagen van vreugde en in dagen van vrede en rust, maar ook in dagen van woelingen en onrust is Hij bij Zijn gemeente. Zoo zal het blijven tot het eind der dagen. „Tot aan de voleinding der wereld". Is dit niet troostrijk voor de gemeente des Heeren van toen en nu? Jezus heeft niet voor goed afscheid genomen, maar geeft de verzekering, dat Hij, ondanks Zijn heengaan naar den hemel, blijft: Imnianuël, God niet ons. Het is zijn doel om U op dien blijvenden Christus te wijzen in dit laatste stukje dat van mijn hand in „Opbouw" wordt geplaatst. Zooals dc meeste lezers vermoedelijk wel weten, vertrek ik weldra van het eiland. Ik moet dus afscheid nemen, ook als Redacteur van de rubriek Meditaties voor den Zondag in dit blad en ik zie als het ware voor mij de wijde kring van Opbouw-lezers. Nu zal ik geen weemoedige ge dachten opwekken en tot ontroering probeeren te bewegen. Dat is heelemaal niet noodig Anderen zullen deze taak overnemen en voortzetten en dan gaat al heel gauw alles weer gewoon door. Maar wel wil ik nog graag verklaren, dat dit werk van ons Chr. Nationaal-weekblad met vreugde heb verrricht, in liefde voorde Gereformeerde beginselen en vol toegenegenheid voor U, inwoners van dit goede eiland, waar ik zooveel vrienden vond. Mijn wensch is, dat dc Hverc Jezus zelf U nabij blijve. De Heere zij met u. Als Hij maar blijft in het midden der gemeenten, hindert het niet zooveel, wanneer de Heere sommige dienstknechten over plaatst. Hem te kennen en bij U te hebben is leven en sterven Is het allernoodigste. Echter wanneer die ten hemel gevaren Christus voor u de groote Onbekende blijft, dan zal Hij u eenmaal uit den hemel tegenkomen: „Ik ken u niet, vanwaar ge zijt". Dan zult ge in den dag des oordeels (dag der voleinding) het gericht niet ontkomen. Nog is de Heiland ook in deze dagen vol wisseling en verandering werkzaam om zondaren te zoeken en zalig te maken. Nog zendt Hij Zijn eeuwige Geest om menschenkinderen van zonde te overtuigen, maar ook de weldaden die Christus verwierf te schenken. Nog wenkt de Heere voort om bij de Zijnen de oogen te openen opdat zij het zien en zeggen: „Waarlijk Hij is met ons, zooals Hij zelf het ook bij Zijn af scheid heeft verzekert: Ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot aan de voleinding der wereld. Amen". Oude Tonge Th. G. VOLLEBREGT. Hij is hulp-Iandwachter geweest. Als zodanig had hij veel kwaad kunnen doen. Hij heeft het echter niet gedaan. Integendeel. Hij heeft van 't Hof en Nieuwland gewaarschuwd, dat ze zouden zoeken naar hun radio. Toen hij twee dagen in Rotterdam bij de land wacht ondergebracht was, merkte hij hoe de land wacht en de N.S.B. was. Hij erkend, dat hij lid van de W.A. was. Hij dacht dat het verplicht vVas. K. heeft echter nooit dienst gedaan. Dat hij een belachelijk jachtgeweer geruild heeft voor 3 mud kolen is toch geen voordeel trekken. Hij heeft het geruild met een goede- Hollander. Dit punt moet, lijkt mij, vervallen. Vervolgens beschrijft Mr. Briët het karakter en de levensloop van den beschuldigde. K. is iemand met een goed verstand en een behoorlijke ontwikkeling. Hij is een avonturier. Nadat hij teruggekomen is uit Amerika is hij een landwerker geworden. Als zodanig heeft hij een goede staat van dienst. Ook in 't Kamp blinkt hij als werker uit. Hoe is hij bij de N.S.B. terecht gekomen? In de plaats van zijn schoonvader is hij penning meester van het N.V.V. geworden. Het N.V.V. is omgezet in het N.A.F. Op Flakkee waren 165 per sonen lid van het N.A.F. Deze zijn niet vervolgd. Uit dit penningmeesterschap van het N.A.F. is het andere gevolgd. K. kon zich met de principes van de N.S.B. verenigen. Niet met de uitvoering. Hij begrijpt thans wat hij gedaan heeft en vindt het zelf fout. Velen zien thans hun fouten nog niet in. Hij zit nu al een jaar. Hij heeft niemand iets kwaads gedaan. Zijn gezin heeft hem nodig. Het is voor Nederland een grote financiële last, dat dergelijke gevallen nog in de Kampen zitten. De courant mag den schrijven, de eerste land- Wachter vrij. De maatschappij is niet gebaat met dergelijke mensen te verbitteren. Ik vraag hem vrij te laten en een lichte straf uit te spreken. Uitspraak over 14 dagen. Een gevaarlijke brievenschrijver. De zaak tegen A. RIETDIJK te Herkingen. Rietdijk wordt ten laste gelegd, dat hij hulp en steun verleend heeft aan den vijand door M. Dorst in 1943 aan te geven aan een hogere instantie der N.S.B. en Ds. W. Anker aan te brengen aan het Prov. bureau v. Winterhulp, wegens het weigeren v. medewerking en door tezamen niet andere leden der N.S.B. te Herkingen in October 1943 enige burgers, die sympathie betuigden met een gealli eerden vlieger te laten arresteren of getracht heeft dit te bewerken; Voorts dat hij geabonneerd was op het Nat. Dagblad, sympathiserend lid was van de N.S.B., in woord en daad propaganda heeft gemaakt door o.a. Volk en Vaderland en De Zwarte Soldaat te verspreiden; dat hij buurtschapshoofd Was van Winterhulpen Volksdienst en voordeel heengetrok ken doordat hij zijn radiotoestel mocht behouden door bemiddeling van de N.S.B. De laatste beschuldigingen worden door den beschuldigde grotendeels toegegeven. De president begint met de beschuldiging van verraad te be handelen. Hij leest vooreen brief van Rietdijk aan M. van der Baan, waarin hij schreef, dat M. Dorst een stoker is tegen Duitsland en steeds anti-Duitse papieren in de zak draagt en verspreidt. Ook in de tram heeft Dorst papieren bij zich. Nu van der Baan dit weet, kan hij zijn maatregelen nemen. De brief eindigt met: zie hem maar tc pakken te krijgen. De president vraagt Rietdijk wat hij daarmede bedoelde. Rietdijk antwoordt hierop, dat hij dacht dat liet toch niet waar was en het daarom niet gevaarlijk was. De president leest dan een brief van den be schuldigde voor, gericht aan het Provinpiaal bureau van Winterhulp, waarin hij schrijft, dat Ds. Anker vanaf de kansel mededeelde, dat een gift ontvangen Was voor Winterhulp, maar dat de kerk niet aan Winterhulp deed. Als dc gever de gift niet kWam terughalen, dan zou dc gift aan de Diaconie geschonken worden. Voorts schreef hij, dat Ds. Anker een anti-Duitse hetze voerde, zelfs bad voor de gevangenen in concentratiekampen. De president vraagt wat het met die brief moest. Rietdijk: Ilc werd gedwongen erover tc schrijven. Ik heb dat tot mijn spijt gedaan. President: Waarom tot uw spijt. Achteraf kan ik me dat voorstellen. U kon toch begrijpen, dat dit ernstige gevolgen zou kunnen hebben. De president gaat thans over tot behandeling van dc beschuldiging, dat R. mensen, die hun sympathie aan een piloot betuigden, aangebracht had. De president leest een verklaring voor van Hoogerwerf, waarin deze een gesprek weergeeft, dat toen tussen Rietdijk, Geldhof en Vroegindeweij gevoerd is. Rietdijk had gezegd, dat er werk van gemaakt moest worden, Geldhof had geopperd Oskam de zaak mede te delen en Vroegindeweij zeide, dat men het beste naar Kop in Den Briel kon schrijven. Rietdijk zegt dat hij onschuldig is. De president vraagt of R. weet of er ook naar Den Briel geschreven is. R. zegt dit niet te weten. De president voert vervolgens aan, dat R. ook propaganda gevoerd heeft en anderen overgehaald heeft. R. ontkent dit, waarop de president mededeelt, dat dit verklaard is. Deze mensen zijn volgens R. geen vijanden van hem, waarop de president zegt, dat hij dan niet begrijpt, waarom deze iets zouden verklaren, wat niet waar is. Nadat de echtgenote van Rietdijk enkele dingen aangevoerd heeft, deelt de president mede, dat over 14 dagen uitspraak zal worden gedaan. Zaak tegen B. A. GELDHOF te Herkingen. Hij wordt er van beschuldigd hulp en steun verleend te hebben aan den vijand doordat hij geabonneerd was op Volk en Vaderland, mensen heeft laten arresteren, die hun sympathie betuig den tegenover een geallieerd piloot, of getracht heeft dit te doen en doordat hij in Maart 1945 J. Bestman, die ondergedoken was, aan de Duitsers heeft verraden. Voorts dat hij lid was geweest van de N.S.B., verspreider van Volk en Vaderland, propaganda heeft gevoerd, zich gemeld heeft bij de W.A. en daartoe een opleiding heeft gevolgd. Tenslotte dat hij voordeel heeft getrokken, doordat hij zijn radiotoestel mocht behouden en door zijn lidmaatschap van de N.S.B. in December 1944 niet gedeporteerd is geworden. De president vraagt of hij inderdaad lid van de N.S.B. is geweest en blokleider. Geldhof: Ja, maar geen blokleider. President: U hebt Volk en Vaderland verspreid. Geldhof: Ja. President: U hebt zich aangemeld bij de W.A.? Geldhof: Neen, ik heb nooit één stap bij de W.A. gedaan. President: U hebt zelf in een verklaring gezegd, dat u aan de W.A. geweest bent. Dit is toch uw handtekening? Geldhof: Ja, maar ik ben nooit lid van de W.A. geweest. President: Het tribunaal zal de waarde van uw verschillende verklaringen overwegen. De president zegt dat Rietdijk schreef over de blokleider Geldhof. Geldhof ontkend nogmaals, dat hij blokleider geweest is. President: U hebt uW radio kunnen behouden omdat u lid van de N.S.B. was? Geldhof: Ja. President: U was geabonneerd op het Nationaal Dagblad? Rietdijk verklaarde dit. Geldhof: Neen. Het waren allemaal losse No.'s. Daar betaalde je 5 cent per week voor. Vervolgens vraagt de president naar het verraad, toen de piloot neergekomen was. Geldhof ontkent, dat hij met Rietdijk en Vroeg indeweij er over gesproken heeft. Wat Hoogerwerf daarvan verklaarde was onwaar. President: Had u kwestie met Hoogerwerf? Geldhof: Neen. President: Rietdijk zeide, dat iedereen er over sprak. Dat was ook volkomen logisch. Geldhof: Wij hebben er niet over gesproken. President: Is er niet over geschreven? Geldhof: Neen. President: De kantoorhoudster verklaarde, dat een kind van Geldhof haar een brief gaf geadres seerd aan Kop te Brielle. U hebt dus een brief gestuurd aan Kop. Geldhof: Het is absoluut onwaar. Als ze eerlijk willen zijn, dan komt het wel uit wie liet gedaan heeft. De president vraagt daarna hoe het zit met het verraad van Bcstman. Geldhof blijft ontkennen, dat hij daar schuldig aan is. Als hij het gedaan had, zou hij het wel zeggen, zei hij. Dhr. Leydens vraagt nadere inlichtingen over het verraden van 3 burgers te Herkingen. Geldhof zeide dat de Ortz-Kom. Huizer heeft laten komen. De andere dag zijn toen 3 mensen weggehaald. Dhr. Leydens: Bracht u dc couranten rond om er wat aan te verdienen? Geldhof: Neen. Ik verdiende er niets aan. Dhr. Leydens: Dus u deed het alleen voor de goede zaak. Dc verdediger Mr. Fcykes zegt dat enkele feiten niet bewezen zijn. O.a. niet dat hij mensen verraden heeft.

Krantenbank Zeeland

Opbouw | 1946 | | pagina 1