ng
jongelui
an f 12,50
iKINDER-
cadeau,
in elkaar
in.
Kruis
RAAT17, GOES
Echt en goed
irstoffen
leuren,
licht
kring in
rtalage
KAAS
Co., GOES
i goedgaand
CURRENT"
AKKE,
I
r s
RS VAN HET
de moest
FEUILLETON
In twee werelddeelen.
VAN HIER EN DAAR
ONTSPANNINGSLECTUUR
IE COURANT
TWEEDE BLAD
ZATERDAG 8 APRIL 1933
i
I
Duitschland is de
taar
nd, 35 cent per kilo.
nd, 35 cent per kilo.
per pond 40 cent
ld 30 cent.
PER STUK SLECHTS
[AAS 40 PLUS (circa
IE EDAMMER KAAS
LUNCHKAASJES,
25 CENT.
SLIJVEN WIJ
pond 25 cent
pond 25 cent
rland
3
japier, Waterverf, Plak-
rijzen, Brandspiritus en
en verdere Schoonmaak-
het meest gesorteerd.
t. Jacobstraat, Goes
RF EN KWASTEN
T.
NT. PER DOOS
ERS 45 CENT.
EN DROGISTEN.
stgeest (bij Leiden),
Zuid-Beveland:
R te Goes.
NIEUWE ZEEUWSCHE COURAN
Eensgezindheid.
vr. rn n m-n -li i f
In dezen z waren omsügen tijd is heit
volstrekt noodzakelijk ons Katholieke voïk
te wijze® op onze taak1, welke wij teza,-
men in eensgezindheid en in eenheid tie
vervullen hebben.
Iedere Katholieke kiezer op .zich, .heeft
op 26 April a.s. -zijn «gein taak te ver-
vullenin vrijheid en vteantwoqrdelijkKeid
te 'stammen op Be' Katholieke lijst der
11. K. Staatspartij1.
Als wij, Katholieke kieZars, dat .alle
maal éénsgezind doéin, da® scheppen wij,
als Staatsburgers, tezamen de politieke
mogelijkheid om in ons vaderland ten
bate v,an ons vaderland het werk' te ver
richten, dat God ons. i.® deizpn tijd te
verrichten in handen heelt gegeven, om
onze taak te vervullen, nu, .ook o.p! staiait-
liundig terrein.
Wat is onze t,a;ak Tweeledig: Al we
iend en opbouwend. Wat moeten wij jal-
weren? Dreigen ep dan gevaren.?.
Wij behoeven; en .willen pok niet, oma
Katholieke volksdeel verontrusten met
inioodeloos alarm.
Wi, willen geen liate'n oi' 'lagen tegien
ons fantaseeren,
Maar dit mogen wij wel zaggien: de ge
schiedenis is daar om ons te leeren,. da,t
wij uit de verdrukking .van vroeger onze
rechten in z'wapen strijd hebben moeten
veroveren.
Die rechten zijn evenzoiovele kostbare
geestelijke goederende vrijheid onZer
Hi. Kerk; de vrijheid van ons Onderwijs;
de bestaansmogelijkheid en de gezonde
ontplooiing van ons Onderwijs; de vrij-
neid van onzen Katholieken Radio-om
roep.; ons aandeel in de ambtelijke (func
ties (niet om de „baantjes" maar om den
invloed ten goede daarvan uitgaande)
ons aandeel in het Staatsbestuur.
Anitd-papisme is nog altijd een giftige
woekerplant, .die helaas in sommige gnoe-
pen van ons volk een vlruchthaxen voe
dingsbodem vindt. Aan onze Onderwijs-:
rechten pleegt men gaarne te tornier.
Onze piositie in het staatkundige wordt
geduld niet meer
Alleen toen wij één waren, konden Wij
ons rqcht verkrijgen. Daarom werden wij
één, en daarom moeten wij een blij
ven. Alleen wanneer wij' één blijv.en kun
nen wij verder öpbo;uwen. Wat moeten
wij Opbouwen?
Wij moeten mede opbouwen, mèt onze
andere Volksgenoot-en, voorzpke;', maar in
heilige bezieling daarbij o nze Katholieke
beginselen doen dóórdringen in dat .op
bouwwerk van de nieuwe toekomst, een
christelijke maatschappij'.
De taak va.n de Katholieken in de voor
ons liggende toekomst, strekt zich uit
over hat gehééle, breede terrein van staat
kundig werken.
Wi, willein mede werken:
aan de handhaving van een sterk gezag,
aan de handhaving .van 'n gezonden
volksinvloed,
aan een krachtige poging om ons volk
te verschuilentoonenden arbeid,
aan de schrikkelijk zware taal? om
ons volk Zoo goed als mogelijk id do,or
dezen angstigen crisistijd te voeren,
aan een rechtvaardige verdeeling der
lasten uit die crjsisl voortvloeiend,
aan den duren Christenplicht om het
leed der werklboiz'en te lenigen en tie
verz'achten,
aan een krachtdadige .gezonde .gezins
politiek,
aan een bewuste christelijke politiek
ten aanzien van ons gebied-overzee,
en ten slotte, niet in 't minst: aan den
opbouw o.nZpr Maatschappij in sociale
rechtvaardigheid en sociale liefde, aan de
verwezenlijking Van de richtlijnen van
'e Pausen „Qu.adr.agesimo Anno".
Op al die punten in vlugschriften
worden zij afzonderlijk en uitvoeriger be
handeld, hebben wij, Katholieken, omzie
taak! - i
Ons volksdeel, met z'ij'n eigen geschiede
nis, .zijn eigen traditie, zijp eigen geeste
lijke beginselen, vormt, naar Schaepman's
woord: een eigen politieke persoonlijkheid.
Als goede vaderlanders! Als goede Ka
tholieken
Wij doen mede, opbouwend en handha-
vend werk
Wij willen o'nize „politieke persoonlijk-
98
„Senor", hervatte Meester Darrens, .„ik
heb den schat der -Zon gevonden, - gelzietn de
Gehalten der Kaizik'en." 1 1
De S-emor ,zag Verwonderd op.
„En giji leeft!" liét hij er- op volgen,'
„die den schat der zón m'eemeetmit, moet
eterven."
„Ja, maar hij! is er nog, en om ,te grij
pen. Ik wil hem ui wijlzen, dan is hij. uiw
eigendom indien gij wikt" j
_„W;eitein wil ik het wel, helzibtjen ,Wil ik
niet," was het ernstige anijwooa'd.
Meester Doirpcms vrtdde zlijln weder
varen. i
„Ein helt 'goud dat gij, .hij u draagt?"
vroeg de Senor.
„Waren losse korrels1 verstrooid en in
hoopjes op den rand van dein kleinen
wat.erv.ai." i
„Behoud liiw goud. Ik' weet genoeg.
'Ma,ar toch verwondert mij' de tegenwoor
digheid der Roodhuiden alhier. E|r m'oelt
een reden -zijn."
„Helt is de eerste, niet ,dien ik trol op
imijln reis, zei Meester Do,ra:ons, „de der-
Be eigenlijk, maar dezie is ;een heel
lieid" wederom naar Scha.epman's
woerd „uitleven".
Niet om de macht! niet om de e'er! nieit
om stOÜfelflijik' gewin! Maar:
om ons katholiek beginsel vrpohtbaar
te ,d oen zijn tot heil van ons valk
om God's Wil in het leven van ons Ne-
derlandsehe Yolk' te verwezenlijken.
ZAeit, .Katholieken, dat is mi onze ta,ak
Iloe kitnnen wij die Vervullen?, H.oe
moéten wij die vervullen? Te'Zatmenj in
eensgezindheid! in eenheid!
Over het belang .voor onze geestelijke
goederen, gelegen in helt behoud onZer
eenheid, spraken da Bisschoppen bun dui
delijk en gezaghebbend woord. Wij voegen
daaraan miste hol. Wij aanvaarden die
ernstige vermaning, zonder uitlegkunde,
zonder eigen duiding.
Maar ook voor de staatkundige belan
gen van gehéél ons volk kunlnen de
Katholieken hun grootsche, hun zware
taak' slechts vervuilen: wanneer wij één
hecht en sterk blok vormen in het Par
lement.
Verdeeldheid, nri in deze moeilijke tij
den, staande voor zulk een zwijre t-oe-
k'emsttaak, moeit het kan niet anders
de mogelijkheid, om in den opbouw den
Katnolicken geest te do-en dóór dringen
in hoogst ernstige mate verzwakken.
On,Ze taak eischt onze eenheid zoogoed
als hel bahomd onzer rechten eyenzeer
on-Ze eenheid pischt. Verdeeldheid roiepit
verdeeldheid olpi! Reeds nu -zijin er vijf
kleine katholieke gnoelpijes; ieder meleoit
heit bi' 't rechte eind ife hebben.
Waar is de wa.arbo.rg voor het juiste
Van dit afbrekend streVen Binnen de
R.-K. Staatspartij is volop} -gelegenheid
voor rustig en ernstig ond.arling. beraad
voc r alle .goodwilüen-den
Naar SchmeipMan's woord: ,„Wiaa,r die
.eenheid als bat hoogste goed beschouwd
wordt, is eensgezindheid niet ver te
zoeken."
Katholieken- laia.t "u niet verdeelen
Laat u niet machteloos maken! Laat
uw invloed niet verkwijnen! Neen! Kent
uw grooitsche gezamenlijke taak, en weest
daarom één en .onverdeeld;
STEMT DE R.-K. STAATSPAARTIJ!
De aardbeving in Caliinriiië.
'Een ooggetuige vertelt.
Aan een brief van mevrouw' Van Oppen
Do Lange te Gardenia bïj' 'Los Angeles
in Californië, gericht aan haar familie in
D;eo Haag, is| het volgende ontleend over
hetgeen zijl hij de groote aardbeving heeft
Waargenom'en
'Het is vïjlf toinpten vo,or zessen, de
lieele familie maakt zich gereed voor da.t,
hoogtepunt van den huiqelijken dag, het
middageten. .Vader is Zich aan het op
knappen, de kinderen z'ijln bewogen tot
handen wasjschen, ik kijk mét één oog
in de avondkrant vol besphouwingen over
sloten banken en bewaak m'et het andere
het schotelje in den oven. Plotseling een
trillen door je beenen, door 't heele huis;
erger en erger, het kraakt in het rond, het
huis begint te schokken: aardbeving! Wo
hoülen de eerste dcuir die béste nit, m'et
het gevoel lof het heele hui-q achter ons
in stukken vliegt; het is m'aar 'n licht
houten Ihuilsje. D|e steenen stlopp, die ik
afspring, beweegt; de grond golft, de
buitenmuur !van de voorkamer soh'ijht te
dansen, heen en wéér; halverwege de
voortuin schrik ik terug, de hoogspan
ningslijn, die vlak' voior "het huis langs
loopt! Dé palen Zw'aaien, m'aar de draden
blijven op hun plaats', 't Duurt misschien
een halve m'inuut, dan deint de trilling
uit. Nu pas kotn't m'ij'n man naiar buiten,
die m'et mannelijke tegenwoordigheid van
geest eerst den gaskfaan en de1 hoofd
schakelaar heeft afgedraaid. Die kinderen
staan bleekjes om' .ons heen, tot er één
zegt: Was dat een aardbeving? Alle hon
den blaffen, alle kippen kak'elen, aan
den overkant hoorén w'e kleine kinderen
hard huilen, en over het open veld zien
w'e, ver Weg, een vlam' hoog .opschieten.
Een buurvrouw begint een hysterisch
verhaal, .al haar volle etenssehalen .zijn
van tafel gevallen! Het huis staat waar?
andere, de anderen wapen hoofden, ik
wil het geloovem. Deze noemde- zich dé
zoon der zon, een koning, en waarlijk,
hij .z'ag ©r koninklijk ,uit."
„Genoeg, Senor, het avondmaal w!a,ch'6
ons. Het Zal u sterken, dan een dag ruist"
„c® dan het vertrek," viel Meéistep Dor«
rans in.
„Niet te Spoedig," was het welwillend
antwoord. „De omstreken mochten Eieins
onveilig zijn. Als dat gieis^ifuis ©en sttfeötb
vea:])!eist ,daii is h^it gewoionilijik1 voor een
aag of wat. Overigens, ik' hein or blij' om,
dat wij! hun nog een herininiering vlam dé
Haciënda van San José hebben meegege
ven."
„Mi.né doeden roepen steeds om
wraak," liet hij er skmihér «pi volgen, „én
'liet gesloten .graf' heeft zich nogl niert
gcwpiend voor het licht der Zon."
Het avondmaal vetrlaeip stil en i-ustig.
Eén zaalr zait echter „Meeistoer 'Donrens
cpi liét hart.
„Senor," onderbrak hij. de stilte, „Se
nor, 'zijn dat dezelfden, die u. zooveel leétd
berokkend hébben.'?" .li
„Ik gelorif 'heit niét," was h'et anfisvoord,
„dezelfden als do moordenaars Van San
José, bezwaarlijk. Maiar g-elopf me, Ipet is
hetzelfde gespiuis, en zij z'ijln tot dezelfde
laagheden en schurkenstrekein im staiat, al
z'ijn liet Kazdken, en zonlnekjoningéii fen
achtig nog, en we stappen alle zes in
de oude touringcar in een behoeft,ei omi
te zien, vooral te zien wat ér in de hoofd
straat va,n ons plaatsje v.oor schade is
aangericht. Groote commotie da,ar. De win
kels zïj'n zoowat allemlaal beschadigd, da
groote etalageruiten gebrokenijskasten
en geysers z'ij'n op straat beland via den
winkelruitenstukken van de baksteenen
'muren zijn ingestort, 't geboiuwi van de
bank staat scheef, als dronkensteenen
liggen tot in 't midden van de breede
straat. Dé beduusde winkeliers brengen
de spullen uit de etalages in veiligheid, de
eenige agent z'et juist met een goedig
touwtje de straat af. Uit de, van vopen
open, kruideniersgroentcnwinkels zijn risr
sen blikjes en flesschen gerold; de zoo
kunstig opgestapelde sinaasappelen -en sla-
kropjes liggen op het trottoir. Van da
nieuwe trotsche Highjschool is een mhur
ingezakt; ook al baksteen. We trekjkén
weer naar huis, niem'and is blijkbaar ger
'wond. Onze schade thuis is gering: 'n
'paar flesschen, wé.t eetgerei en bloeml-
potten gebroken. De Zware lessenaar staat
een eind van den mUur; het licht is -
nog even m'aar uit het gas werkt;
dat is Goddank' goed afgeloo'pen. De radio,
die eerst rustig had doorgespeeld, is nu
Waara.bhtig even stil, dan begint een serie
berichten afgelezen te wórden, meestal
tegehstrijdig; Los Angeles zware...
aardbeving -dooden brand Long
Beach'paniek', ligt in puin staat in
brand oili-w'ells in brand 't is zoo
erg niet Com'pton i heel erg niets
bekend.... We besluiten, ons eten iop
te eten; aardbevingen werken op je zenui-
1wén en de kinderen zlijh mét moeite te
bewegen tot zittenj-gaannet is iedereen
gaan zitten, of dasr voelen we 'n nieuwe
lioéwél veel mindere schok weg vliegt
iedereen. We probiee;ren het m'et verha
len over heldenm'oed, maar het helpt niet;
nog drie schokken onder het eten delmói-
raliseeren ons allemaal. Later trekken
wij' er weer op uit; thuisblijven gaat een
voudig niet; w'e inbeten Zien, wat dit
gruwelijke ge»,chok heeft aangericht. Müjjn
m'an maakt zich ongerust over de Shell
Oil Co. refinery, waar hij' werkt, en we
gaan erheen. D:e feferinery staia.t en z'e
Werkt; een groep verschrikte employe's
bij' den ingang vertelt: dez'e refinery is
©ogenschijnlijk onbeschadigd, maar de zus,-
terfahriek een kwartier rïj'den verder is
in brand gevlogen en verWioest. D'at w.as
de vlam die we zlagcn! Terwijl zij staan
te 'praten k'otmt een nieuW'e vrij zware
schok; allen stuiven naar het midden,
Wég van den steenen muur van het ge
bouwtje aan den ingang. Die auto. waarin
ik z'at te wachten schommelt als een
Wieg; de kinderen gillen. DiuiZenden auto's
trekken naar Long Bqach, stad aan dq
zeeze vliegen langs ons heen, mogelijk
w'illen de menschen verwanten en vrien
den zbek'en, misschien kunnen ze net als
wij niet thuisblijfven. We hooren nu de
finitief dat het daar heelerg is, de win
kelstraten in -puin, brand, veel ongeluk
ken. Er heen komen gaat niet; verk'eensr
agenten op' motorfietsen houden de auto's
aan én doen iedereen Omkeerenalleen aml-
bulanoes, verpleegsters en dokters mógen
doorgaan. Wip gaan terug naar Compton
ons b-uurstadje, m'aar tien minuten in den
auto van het .onze, m'aar grooter. In de
hoofdstraat kunnen we niet komen, da
lichten zijn ,uit, overal zijfn ,op leege
terreinen vuren gémhakt waar de meni-
schen zich warmén, iedereen is óp straalt;
w'e hooren dat de winkelstraat geheel
verwtoést is; we kunnen het ,ons slecht
voorstellén, het lijkt, verder gewoon; in
het donker zien w:e niet dat vele van de
houten Woonhuizen naast hun cementen
fundam'enten staan, .alle ruiten kapot z'ijh,
alle schoorsteeneu ingestort. Die gaspijpen
z'ij'n gebarsten, hooien w'e, en het water
loo'pt niet; de mensehen staan beduusd
rond, z'wïjlgend. Ze sleepen beddeg.oed ,uit
de huizen, niém'and wil in huis slapen!
Kam'peertenten worden opgezet. De vage
omtrek van de school lïjkt gewto-onlater
hooren we, dat er Zoowat niets van te
redden zal z'ijn. Dlwiars door de cementeni-
straat looipt een breuk', de eene. kant is
veel hooger dan de andere. Winkeltjes
gapen open, de facades z'ij'n eraf gevallen,
prinsen."
„Zijn ze werkelijk van koninklijken
bloed elE"-
i I
„Hebt igij hen gezien'? gllas spreekt .uit
hun vleiisehijning .yan hum afkomst, yam
edel bloed, "door Jiuin roode huid heem.
Dezen zaj'n Mexikanen, tot aiain' gindsche
hergen echter -sitrekte hum heieirsdhappij
zich uit, zóoals zei z'eggem. M^ar Perp
en Mexico zij.n de eigenlijke zümmelan-
aen. Ons Spianj,aarden liehbem ze leen
doodelijk'ein haat gezworen. Wijl zijn de
overweldigeins, de verovieffaars, de oo,n-
qaiEtadores. Onize eeretitel is voor, .hen
de reden van hun haat. Maar het is' hijina
uit met hem. Hij' noemde zich de® laatste,
het zal wel zoo zijn. Maar sch'aittem wetiem
ze allen, en onnoembare eohahtleini hébben
ze verborgen in geheime gewelven en ho
len. De Kazik'en .allen kjninjen de vérberg-
plaatsem, en hun yolgelingem géhoortZaimen
blindelings' tot in den dood. Steeds gerin
ger wordt' het 'getal, en weldrla zal 'de
aarde verlost zijn v,an dit boevfenpak'.
Maia.r ge hebt rust noodig, Seno,r, glpedem
nacht, tot morgen. PedriRo Zal u uwe
Vertrekken aanwijzén. Slaiap wel."
'Ein Pedrilloi verscheen op d'en drfetapel
der eetzaal, met een grootein zilveren kan
delaar van 't koebhaarste weyk, waarim
een welriekende' ilamha.uw glestokén .wns.
Hij hoog voor 'déta gaist en met een lernst
de gapende bovenkamers laten op,gémaakte
bedden zien. We zien duidelijk' lioe ge
vaarlijk de baksteenen gebouwen zlijlnde
vliegende steenen zijd voor da móeste
kwetsuren verantwoordelijk'. De lichte
houten huiz'en schudden eu geven mé.e,
bl'ijVen intact. Buiten 't 'plaatsje kamén we
langs een kleine electrisChe céntrale, het
'gebouwtje, van steen, ligt in puin; een
granaat hhd het niet grondiger kunnen
verwoesten, de reusachtige transformato
ren staan grotesk verwrongen; hier Zijn
ménschen omgekomen; ér staat een poli
tieauto met zoeklicht; mannen graven in
het 'puin. De groote „interurban" tram's,
die van Los Angelos over Co.m'pton naar
Long Beach lijden, staan Zwart en dood
'langs den weg, de stroom1 is afgebroken;
alelen de overwegsignalen gaan omafgei-
broken van ding|-dong. Weer thuis willen
de kinderen niet in huis slapen, ze wei
geren zeer beslistik laat ze 'dan in
vfe'desnaam' maar huiten bivakkeeren, inie.t
al de dekens die beschikbaar zijp. Het
is mistig en kil, nipt bepaald koud. Zelf
wagen we het er m'aar op en slapen in
onze eigen bedden, half aangekleed, jassen
klaar in 't geval we er ineens uit móeten
vliegen! De aardschokken zJij'n telkens
zijn Poeders alleen, wanneer zij de hand-
teekening dragen v d. fabrikant A.Mijnhardt.
Maagpoeders, Hoofdpijnpoeders, Kiespijnpoe
ders, Hoestpoeders, Wormpoeders enz.
Per poeder 8 ct. Per doos 45 ct. Bij uw drogist.
weer voelbaar en van verschillend© hevig
heid, m'aar allemaal veel Minder dan de
eerste. Dfezé z'ijlrt het, die ons moreel onderij
mïjtaen en ons een gevoel van volslagen
onm'acht geven. De kinderen maken pen
vuurtje in den achtertuin Amerikanen
inaken altijd vuurtjes en legeren e;r
z'ich om heen; ze slapen natuurlijk heel
slecht. Alle mógelijke berichten komen
over den radio: van biranden, van mógelijke
nog te wachten gevaren, van .ontploffing
en vloedgolven. In de gevangenis van Los
Angeles, 12 verdiepingen hoog, boven hét
gerechtsgebouw, zijn de gevangenen ia
■paniek; je kunt ze beneden pp straat
hooren gillen. Alle paarden worden opgei-
mandeerd voor patroilles in die straten
'waar te veel puin en glas ligt vopir
auto's. D!e mariniers Zijn ter bewaking
opgecommandeerd. Per -slot draaien we
liet af en gaan naar bed; we slapen epn
beetje, onrustig, z'ij'n heel vroeg wakker;
telkens z'ijln er w'eer schokken. 'sOchi-
tends vroeg Zitten we met de buren om
het vuurtje buiten, koppen koffie in onze
handende buren zïjïi m|aar heelémaal niet
naar bed geweest. Iedereen békient, dat het
telkens terugk'eeren den schokken zïjh
weerstandsvermógen heeft .ondarmljind
wat kan er nog méér' gebeuren? Niemand
wil zïjrn gewone werlr beginnenm'en
slentert rond, Wacht olp de krant. Wat
Zal daar nog meer in staan? We kunnen
enkel afw'achten.
EEN GROOTE VROUW
Dpór G. .Visser.
.En er 'werden geen kostbare kran;-
een op het p'as gedolven graf neergelegd
en m'ein had er geien lijkrede gehpudeinj.
Want er w«s een simpel, oud vroiuwtjje
Igestorven, dat geen familie had achter
gelaten. Niemómd was; ex, die haar tieugd,
die allerheerlijkste trek hit haar leven
a'oem'd had, wftnt de schoonheid ontdekt
alleen hij) die Zelf door haai" gekust 'is
geworden
Langzaam! dreven grauwe wolkie® b'oyen
't Zwarte kerkhof en verdwenen steeds
verder achter dei donk'erei hoornen. Ook -de
doodgraver ging. Dé wind kyamj aanrollen
en wierp handen vol etof "pver den klei
nen heuvel. Dl® regen; ruischte Zacht. Ein;-
delij'k kw'am' weer de zön doorbreken en
Spreidde een purperen Mantel over het
kerkhof. Een memel zong kijn hoogste
lied in een wilgenboom1 naast de oude
linde, als wilde hij voor de'oudei vrouw
'Zijn laatsten vesper Zingen. Zlijl allen had
den haar lief gehad, dei zon, de wind, de
en een stijve deftigheid trad hij den gang
in en stapte hiji voor Moesten- Dó,rjrienis op,
also! deize voor zijn minst ©en Spaansdhó
prins .geweieslt ware, in plaate Van Ha.rrik'e
Dorrens van de Rleine Gracht' te Maas
tricht. (len etaimigask uit d© drie Moria,en
tjes, hetgeen den even génomden, Harrikle
Dorremis in de kostelijkstte lachbui deed
uitbarsten, want Pedrillo als, fajkkeflidrager
met zijn rumoerige beenen en armen',, de
fakkel boven zijn hoofd houdende, miet pen
zekeren -zwaai, en in eddalismiplas. op jie
vprtrekken a;fmia,roheeirend, voor dén gaiSt
bestemd, was eemig. 1
Aan de deur gekomen, maakte hij! rechte
omkeer, öchioo'l! een- gordijn weg .en lichtte
in een groot vertrek, waarin MeéBteg
Dorxens binnenging, gevolgd van gijn
kurieusen fakkeldrager, die kandelaar en
fakkel in een grooten bron-zen' ring jjan
da deur stopte, daar opeens zicli omkeer
de en hij wijlze van ,ygoeden nacht". Mees
ter Dorre-nis o|pi een stuk tong trakteerde,
dat stellig nooit .uit, een 's móniacheb
mond had gehangen, waarop hij met tong
en armen en beemeW mitsgaders zijn beetje
hoofd verdween achter het 'gordijn, terwijl
Meester Dorrens het uitplraetstte van
lachen.
Hie't luid uitschaterend liet hij zich
vallen in een leutningstjOél ©n nam het
vertrek eens op.
hootajen en ook de kleine vogeltjes, Waar
voor zij1 van 't wéinige, dat Zijl zelf had,
brood gestrooid had onder haar venster,
Hoeib lank ©n rein wias haar leven. Uit
haar oogen straalde een zachte, rustige
glans en iedereen ondervond dadelijk de
warmé -sympathie, die van haar bijzijln
uitging. Ja, zelfs voor 'n daad, die voor
het oog der wereld slecht ocheen, .kon
ze nog een verklarende reden vinden en
ze bedekte, vergoelijkte alles, wlanneer
't gold de eer van een ongelukkig schepsel
te redden. Ze kende 't leven en 't leven
kende haar, zonder ooit aan groot zijh,,
of aan ginoot voeten gedacht te hebben.
En nu begroeven ze haar op 't kleine
kerkhof -onder de hooga hoornen, die ze
had lief gehad, en .waaronder ze va.a.k
gewandeld had om1 voor haar overledenen,
te bidden. Al haar kennissen en 'familiqj
l-eiden had -ze overleefd. Ze wtas 76. „Epn
oude vrouw1 möm'pelde men schoudeij-
ophalend, die haar tijd gehad heeft.
Als 21-jarig meisje, uit de volksklasse
'was ze getrouwd m'et een jongen van 22
uit dezelfde arbeidersbuurt. Haar ouders
hadden liet haar altijd afgeradenz|ij|,
de Mooie Greta met 4e lange blonds,
vlechten, waar iedereen bewonderend naar
keek, trouiw'de mét *n man, die niets
bezat en z'elfs zijn vak1 sl-eoht verstond;
-ze kon tcjoh genoeg andere jongens krij
gen, waarbijl Ze niet behoefde te werken.
Maar Grete Móést en Zóu hem hebben;
hij was reeds ongelukkig genoeg, zijin
ouders z'oo vroeg verlopen 'te "hebben;
nu had hijl nieMand meer dan haar, en
daar wilde m'e-n haar ooik1 nog in tegenj-
wórkén? Maar nooit zóu Ze 'n jongen
willen huwen, waarvan z|e niet hield
neen, Karei wilde zé en geen ainderal
Niem'and begreep haar hierin, Zelfs d'r
móeder kiende het kind niet met haar
eigen wereldje vol idealen; Ze zei altijd
tegen d'r m'an: „Ons kind had van def
tige m'en'schen móeten zijln, die veel tiijld
hebben om' .zich met haar óp te houden;
wij hebben daar geen tiijd voor."
En iZe w'as mét de andere kinderen
Mee ópgetrokken, had nat schooltijd het
strijkgoed v.oor d'r móeder bijl" 'de klanten
rondgebracht en deed boodschappen voor
rijke mtenisohen in de stad. Ze was Zoo
igehecl anders dan de andere kinderen;
'als kind reeds ging, van haar iets uit,
dat nieMand kan verklaren; wanneer z'ij
thuis Wias, waren d'r broers' altijd veel
liever voor móeder; het 'was juist, of
m'en geen hard woord durfde spreken, als
Grete er bij was; haar stille, diepe blik
alleen 'deed iedereen naar z'n werk gaan
en niet inhuren pf klagen, als de tijden
'wat slechter werden. Als zé 's .avonds
thuiskwam', hielp ze ijverig mee in de
'huishouding, waar alles onder haar han
den blonken s.om's noglaat zat ze
hoven io'p het kleine Zolderk'am'ertje hij
"n .oliepitje en breide zé een paar kousen
of een sjaal voor 'n broer of Zuster, die
weer 'binnenkort naamfeest vierdeze wil
de iz'e dan Zooi echt verrassen en 't ge
schenk heel stil des mórgens óp hun
'stoel leggen. Zóló was ze steeds: alles
voor anderen, aan d'r eigen dacht ze
niét
In het steegje, waar de Zwart b-erookte
huizen scheef uitgezakt 'tegen elkaar leun
den, Ring altijd 'n vunzige lucht 'om' de
huizen. Toch stond op een achterplaats
in een afgebakend stukje grond 'n bo,om|-
pje, 'n seringstruik', die ieder jaar mét
'de lente bloeide; en langs de gpaiuiw1
verweerde steenen nfuur van da tzélfde
binnenplaatsje stonden een .paar bloeM-
potten m'et vuurroode geranium's; iede-
ren mórgen kwam een donkere k'naap' uit
de lage onderdeur en verzorgde de plan
ten vóór hij1 naar binnen ging, keek hij
altijd even omhoog naar het venster aan
den overkant en lachte tegen 'n blond
kind. Met dien khaa'p' had zij haar kin
derjaren gesleten; satm'en gingen ze naar
school, speelden méit hun tol en knikkers
op 't grachtje; z'e waren in da catechis-
'mhis-les hij1 den kapelaan en hadden óp
denzelfden dag hun eerste 'heilige Coml-
Munie gedaan. Zoo 'waren Ze opgegroeid
tot twee groote 'kinderen. Toen Grete
voorgoed uit school kwam1, had men haar
maar de Cigavettenfabriek gebracht, Waar
zé inpakster wias geworden en acht gul
den per w'eek verdiende. I I i
Hiet was ee.n gnoot-e laa,g gestoken vier
kante kamer, deftig, en toch eenvoudig ge
meubeld. Matten over dien vloer, matten
langs de wanden. Maitten, stoeten: en ze
tels, een tafel in. 't midden.
Eé-n groot k'ruisi'fik-s vain ivoor en een
prachtige schilderijl de Madonna, voor
stellende, en voor beiden .-zilveren lampen,
die gen zacht li-cM ver-Spreidden, .waren
dé eenige sieraden, waarneer men «en tro
pee met allerzonderlingste wapens: uitzon
dert, dait in een- hoek stond.
Van bed -geen spiorar en Meester DiorirlenB
zócht naar da .plaats waar hij' dijn gerad
braakte ledematen zoiu nitstirekikien, toen
hij een gedeeltelijk opgerolde mat a,a;n
zijn linkerhand gewaar werd.
Inderdaad, daar achter bevond -zich nóg
een kamer even .groot, even lang, én
eveneens met maften afgeschotfetrs In het
midden sltond een groot bod, mat gazen:
gordijnen omhangen, Voor het geval 'der
mu'skieten, zooi het scheen. Ook hier weer
een prachtig ivoren krujsifïks en een mis
schien nog prachtiger schilderij! Van de
Moeder Gods, -hef afbeeldsel niet Zoo hét
eerste van de mirakuleiujzfe Madonna van
Mexico, maar alsotf het ook liet werk w;a.s
van een Spaanschen schilder. Het scheen
wel een Mu-nllo te ztjjm. Lichten brandden
in rooskleurige 'giazén Voor 'heiden.
(Wondt vervolgd.)'.