NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
FEUILLETON
De Dochters der Liefde
te Messina.
BIJVOEGSEL
BINNENLAND.
GEMENGD NIEUWS
behoorende bij de
van Donderdag 18 Februari 1909.
FB4ÜHRMH.
De Zaligverklaring van Jeanne d'Arc.
Half April zal de heiligverklaring van
de grootste heldin van Frankrijk plaats
hebben. Ben grootsoh plechtig feest, dat
een huldiging zal zijn van Ide groobe ver
diensten der maagd van Orleans, wordt
op touw gezet. Vanuit Frankrijk zullen
vele bisschoppen, talrijke priesters ein 'een
zeer groote schare in pelgrimstocht naar
Rome optrekken om daar |door hunne aan
wezigheid hunne heldin te huldigen en
den luister van hare heiligverklaring te
verhoogen.
Reeds hebben zich 60 bisschoppen en
25000 pelgrims laten inschrijven om aan
dien matianalen pelgrimstocht, deel te ne
men en 60 treinen zullen de katholieke
zonen van Frankrijk naar de heilige stad
voeren.
In de leekenverpleging.
In het ziekenhuis te Mezières. is een
blinde oude man dien men in de oei voor
krankzinnigen had opgesloten, omdat hij
stoorde, van koude bezweken.
Na een onderzoek heefl het bestuur der
stichting de vrouw, die miet de verpleging
van den ongelukkige belast was, ontsla
gen; der hoofdverpleegster een strenge be
risping toegediend, en zijn leedwezen uit
gesproken, dat geen genoegzame genees
kundig© verpleging aan den zieke was
verstrekt.
Tot God teruggebracht.
Onze lezers weten bereids, dat opnieuw
in Frankrijk eiett paar misdadigers zijn ont
hoofd, ditmaal in Albi. Gaven twee van het
vóór korten tijd te Béthune terechtgestelde
viertal blijken van afschuwwekkend cy
nisme tot. het laatste toe, de twee te
Albi geguilloteerden, Bess© en Simore,
hebben blijk gegeven van diep berouw over
hun gepleegde misdrijven.
Toen de twee moordenaars werden ge
kerkerd, was de een in de voorsteden' van
een groote stad in het wilde opgegroeid
onkruid, terwijl de andere verteerd werd
door een niet te noemen' ziekte.
Nadat het doodvonnis was uitgesproken,
wegens het dooden van den hoofdcipier
der gevangenis en het ernstig kwetsen van
een ondergeschikte, vielen zij in een soort
van verdooving.
Alsnu begon de taak van' den hoogeierw.
kanunnik Rous, secretaris-generaal van het
aartsbisdom. Allengs wist hij deze twee
zielen te winnen, om zie tot God te bren
gen. Ongeveer zies weken' geleden spraken
zij reeds een rouwmoedige biecht. Zonder
hen (ie ontmoedigen gewende hij hen aan
het denkbeeld van het rechtvaardige der
kastijding, welke zij aan de Maatschappij'
schuldigwaren.
De laatste nacht eindelijk was aange
broken en ging rustig voorbij. De twee ver
oordeelden sliepen zonlder angst en hoor
den tot het laatste oogenblik niet het ge-
druisch der wachtend© menigte. De procu
reur der Republiek Merle wekt© hen te
5j/2 uur. Aanstonds vroegen zij naar den
aalmoezenier. Zij woonden die H. Mis bij
en communiceerden1 daaronder, devotelijk,
zonder zwakheid te tooneii. Vervolgens
ondergingen zij de verschrikkelijkheden
van het „toilet", het wegsnijden van de
hemdskraag, hiat parket en die schaarséh©
toeschouwers doende verbaasd staan, Ween
meer: medelijden onder hen opwekkend
door hun eenvoudigen moed, zondier eemi-
ge aanstellerij.
Te 6i/2 uur slaat de klok van Ste. Cécile.
Alsnu verschijnt Sirnore, vergezeld van1
den wteleerw. heer Cauquil, overste dei-
vrije school van Ste. Marie. Hij draagt de
gevangenisbroek, eh bet bovenlichaam is
bekleed met een wit hemd, aan den' hals
diep uitgesneden. Nabij het schavot maakt
hij een rugwaartsohe, puur instinctieve be
weging. De assistenten van den beul ma
ken van dit oogenblik gebruik om hem
op de plank te werpenEiew geklik,
(Slot.)
Burger.lijk Hospitaal.
Ook daar waren de Zusters in de Kapel,
uitgezonderd Zuster Capecciatro, die, lij
dend, om vier uur niet had kunnen op
staan. Eensklaps voelen zij den grond zich
hevig opheffen, en storten zich naar de
deur. Maar vijftien slechts vinden plaats
op de kleine bordes, die vóór de kapel
is. Drie blijven er achter aan in; de vloer
stort in en twee verdiepingen vallen op
haar neder. De, aan eienie hartziekte lijden
de, jongst© Zuster, Ursi, sterft bijna op
hetzelfde oogenblik, terwijl hare twee ge
zellinnen, nauwelijks adem hatend, om
hulp trachten te roepen. Drie anderen da
len af naar de diepte, waar de ongeluk-
kigen bedolven liggen en, gedurende vijf
uren, terwijl de zich herhalende schokken
steenen en pleisterwerk naar beneden wer-
eien dof geluidhét is geschied.
En blootshoofds met bet gelaat naar het
schavot gekeerd, bidt de priester het „De
Profundis", als begeleiding van' de ziel
van den terechtgestelde vóór dew troon
van haren Schepper.
Vervolgens vertoont zich het schaduw
beeld van Bresse in de deur van, de ge
vangenis. Hij is ©ven flink, even moedig
als zijn kameraad. De hoogeerw. kanunnik
Rous vergezelt hem en geeft hein meer
malen den vredekus Nog eens het
zelfde geklik, hetzelfde doffe geluid van
zooeven, het bloedige drama is voltrok
ken. Het .zoenoffer van de maatschappij
is gebracht en God heeft vergeven
Te Marseille is een nieuwe gruweldaad
gepleegd als Soleilland beging; werklie
den vonden Maandag in den vroegen och
tend het gewonide en geschonden lijk van
eien 8-jarig meisje.
Het einde van een vuilschrijver.
Evenals de vuilschrijver Zola is ide nog
perverser Catulle Mendès op oen akelige
manier aan zijn eind gekomen. Is Zola
gestikt, de anlder kwam om door een
spoorwegongeluk.
Van dein ultra-sybaritisohen schrijver,
die in ©en zijner gedichtjes zegt:
Et, pour ma toilette éternelle,
Lorsque viendra Ie jour fatal,
Je veux un linceul de dentelle
Dans une bière de santal!
heeft mlen, zegt „De Gelderlander", de
brokstukken menschenlic.haam, die men
van hem in de tunnel met. veel moeit©
heeft, hij elkaar gezocht, gauw in iean|
gewone doodkist gestopt.
ITALIË.
Uit Messina.
Op de reede van Messina, streng be
waakt door earabinie'rs, ligt een oorlogs
schip met een allervreemdste lading aan
boord, welke denken doet aan de schat
ten uit de Duizend-en-één-nacht-sprookjes.
Men heeft, in dat schip n.l. alle waar
den bijeengebracht, welkie in de ruïnen
gevonden zijn, tot ©en gezameiijke waaide
van minstens zies millioen lires.
Men treft er aan de heerlijkste kunst
werken; als gouden serviezen en zilveren
vaatwerk. Voornamelijk echter bestaat, de
schat uit rentiegevende papieren en gouden,
en zilveren munten. De Sicilianen hadden;
van oudsher maar heel weinig vertrouwen
in banken ten bankiers; veel veiliger von
den zij het, hun schatten zelf te bewaren
in kelders of brandkluis, zoodat van ge
slacht op geslacht leen voorraad munten,
werd opgezameld, welkte de best gesor
teerde verzamelaars zouden doen water
tanden. Zoo werden in sommige brand
kasten gouden munten gevonden uit de
zestiende eeuw. Onder de ruïnen zijn por
tefeuilles gevonden, met een fortuin, aan
bankpapier er in, zonder dat hel kleinste
strookje papier den eigenaar aanduidde.
In andere weer werden stukken, gevon
den, welke de overheid in staat stellen,
de rechthebbenden terug te vinden.
Een groot gedeelte van deze schatten
zal ongetwijfeld agn den staat vervallen,
wegens het ontbreken aan rechthebbenden.
Tot dusver is voor ©en millioen aan
textielgoederen in veiligheid gebrachteen
consortium uit Milaan houdt zich met. de
berging bezig.
De krijgsraad deed uitspraak in een ge
ding tegen zeven soldaten, ©en portier
en twee vrouwen, die met elkaar 80.000
lire gestolen hadden. De portier, die bui
tengewoon cynisnïe aan den dag legde,
werd tot 8 jaren, vier soldaten tot 6 en
twee tot een jaar gevangenisstraf' veroor
deeld. Twee soldaten en drie vrouwen
werden vrijgesproken.
Behalve herhaalde schokken kwam Za
terdag een wolkbreuk de puinhoopbewo-
ners plagen. Doch men bouwt voort.
De Godslasteraar,
die in het spotblad „II Telefono" van Mes
sina (26—27 Dec. 1908) het Kerstkind uit
daagde om aan Sicilië een aardbeving te
zenden, indien Het daartoe de macht had,
is aan de ramp ontsnapt, maar krankzin
nig geworden. Hij was ambtenaar aan 'den
pen, ten ze noodzaken onophoudelijk haar
werk opnieuw te hervatten, zetten zij on
verpoosd dezen strijd tegen den dood
voort. Om 11 uur bevelen zij geheel uit
geput, hare ziel aan God zich afvragende,
wie het eerste zoude sterven, zij, die op
de puinhoopien zaten, of die er onder be
dolven lagen, als eindelijk eene onver
wachte hulp opdaagt in de komst van twee
politieagenten. Het was hoog tijd. De onder
de puinhoopien liggende konden niet meer
ademen, die er op zaten, begaven de
krachten. Toien haar 't leven onverwacht
als teruggegeven werd, hadden zij er al,
even te voren, het offer van aan God aan
geboden.
Gedurende dienzelfden tijd hielden zich
de Overste en hare overige gezellinnen
bezig met. de ziekten, vier- a vijfhonderd
in getal. De meesten werden gered even
als de Weesmeisjes.
Door eene beschikking dier Voorzienig
heid had men de bedden weggenomen
van een gedeelte van har© slaapzaal, om
er den Kerstboom op te richten, en dat
ontruimde gedeelte was ingestort, terwijl
het andere ongedeerd was gebleven. Maar
spoorweg ten heeft bij de ramp al zijn
familieleden geen uitgezoqlderd ver
loren. Zijn paam is Mignieco.
DIHTSCHLAND.
Verzekeringen van couranten.
Reeds meermalen is in het algemeen©
Duitsche parlement gewezeq op het ab
normale van het feit, dat de directies
van dag- en weekbladen ter wille der re
clame en om aan de eischen van een kort
zichtig publiek tegemoet te komen, zich
gaan begeven op ©en terrein, dat haar ge
heel vreemd iside verzekering tegein
ziekte, invaliditeit en ongelukken.
Er was nu aan de orde ©en voorstel
van het Gentrum, nog door graaf Hom-
pesch onderteebenid, waarin verandering
werd gevraagd van de perswet, zóó, dat
de verzekering van lezers of abonné's zal
worden verboden.
Dr. Marcour van het Centrium lichtte
dit voorstel toe. Hij wees erop, dat door
ernstige mannen als de St. Augustinus-
verein en den Bond van Duitsche Couran-
tenuitgevers reeds veel was beproefd om
het „Unwesen" te stuiten, maar al deztë
pogingen buiten dan wetgever om, zijn
vergeefsch gebleken. Daarom moet aan
den Unfug door den wetgever een eind©
worden gemaakt.
Er zijn 134 bladen in Duitschland, die
aan hun lezers bij ongelukken of ziekte
a. uitkeering doen.
De ernstige politieke pers doet bijna
niet moenauwelijks acht bladen van de
134 zijn van ©enige beteekenis, maar het
is noodig, dat het kwaad worde gekeerd
voordat het verder ga.
Spreker betoogde, dat hier met recht
van oneerlijke concurrentie moet worden'
gesproken, dat de solidariteit en collegia
liteit in de pers er anlder lijdt en dat groote
bedragen worden uitgekeerd, die tot ver
hooging van het peil der courant konden
worden gebruikt.
Er zal, zoo werd van de regeeringstafel
ineiegedeelid, een boek met materiaal over
de quaestie verschijnen, waardoor meer
licht zal vallen op het inderdaad belang
rijke vraagstuk.
Het gevaarlijke Kabinet.
De „Middelb. CL" begint de waarschu
wen tegen het Kabinet-Heemskerk, dat
zich „in ©en geheimzinnig waas" hult.
Dan eens heet. het, dat het bevredi
ging wil schenken, als het kan aan
blijven; dat het dan. zoeken wil naar1
een breed terrein om met anderei,
dus ook vrijzinnige, partijen samen
te werken; op oen anderen dag laat
het zich er op voorstaan, dat het een
voudig een kabinet is van ide rechter
zijde en beoogt, „op christelijke grond
slagen het recht te handhaven even
als in 1889 en 1901." Het wil „geen
andere partijgroepesrirag, want ide
rechterzijde erkent, noc-h volkssouve-
redniteit, noch Staatssouvereiniteit,
maar God als bron van het recht en
de overheid als dienaresse Gods, aan
heit recht gebonden".
Daarin nu schuilt het gevaar.
Het Ministerie zal uitzien en af
wachten wat de verkiezingen zulten
brengen.
Wie durft nog beweren, dat dit
kabinet minder gevaarlijk is dan het
Ministerie-Kuyper in zijn tijd?
En als wij nu weten dat de verbon
den partijen ten slotte zullen samen
werken om, elk tot eigen voordeel,
het clerical© element i'h ons land te
versterken, dan is het meer dan zaak
en ernstige plicht, dit hij de voorbe
reiding in d-en strijd vooral niet uit
het oog be verliezen.
Het Kabinet is inderdaad gevaarlijk,
maar het. is gevaarlijk voor de vrijzin
nigheid, omdat het zoo goed, zoo onpar
tijdig, zoo gematigd is en de vrijzinnigen
er zoo weinig op kunnen afdingen en af
geven. Doch is dat voor de kiezers, die
het met het Vaderland werkelijk goed
meenien, nu een reden om het weg te jagen?
De vrijzinnige afgevaardigden zijn er toch
voor het Vaderland en niet omgekeerd.
er was geen trap meer, om van de vier
de verdieping, waar de arme kleinen slie
pen naar beneden te komen. Zij moesten
door de vensters, op de binten kruipen
van een belendend en in aanbouw zijnde
huis. Daar kwamen haar twee metselaars
ter hulp en droegen dé kleinsten in dekens
weg. Helaas, de dreumesjes zijn in groo-
ten getale gestorven. Op de honderd zijn
er tachtig opgevlogen naar het Paradijs.
Gesticht Collereale.
Van af de eerste opheffing van den
grond was bijna de gansche inrichting
niets anders meer dan ©ene opeenhooping
van puin.
Te midden van ©en vreeselijk gekraak,
en ©ene diepe duisternis, wisten de zus
ters, di© allen vereenigd waren in het
gebed, evenals in de beide andere hui
zen, niets anders te doen, dan hare ziei-
len ©n die van hare arme grijsaards aan
te bevelen van God. Toen de vreeselijke
schudding wat verminderd was, konden
zij zich rekenschap geven èn van 'dien
vreeslijken toestand èn van de wonder
volle bescherming, waarvan zij het voor-
Het schijnt ©Venwel, dat de schrijver in
de „M. C." >er in zijn binnenste anders!
over denkt.
Benoemingen.
Wij lezen in de Standaard:
Vooral van Rcomsch-Katholieke zijde
haalt men den laatsten tijd de oude pekel
zonden der Liberalen weer uit het vat.
Ge©n woord te veel is daarmee gezegd.
Vooral de ouden weten daar alles van
to vertellen. Sinds Thorbeck© de bour
geoisie van eersten rang meester van
's Lands zaken maakte, is op al wie niet
Liberaal was, hij alle takken v.an benoe
ming, het meest stuitende, het hardste
het onvermurwbaarst© exclusivisme toege
past. Op de Antirevolutionnairen nog ster
ker dan op d© Roomschen.
Er was eenvoudig .geen sprake van, Idat
in eien ©enigszins aanzienlijke betrekking
een der onzen Werd ingezet. Of als men
het leen hoogst enkel© maal deed, zoo
als de benoeming van den ouden Mackay,
zat er tactiek en bereking achter.
Al wie nog aan zijn geloof vasthield,
was ongeschikt en onbekwaam.
Later luwde dit wel iets, maai' toch al
toos zoo, dat geen 15 pot. 'der benoemingen
bij niet-liberalen terecht kwam, terwijl 'toch
élk© stembus uitwees, dat de liberalen
de minderheid in het land waren.
Toen hiel. Kabinet-Kuyper aan di© stui
tende bevoorrechting een einde maakte,
en hiet getal van liberate benoiemingen van
85 pel. op 70 pet. dalen deed, ging er een
erbarmelijk geschrei in heel het land op.
Dat mocht, dat zou niet. De oud© 85 pet.
moesten aan de liberalen, blijven.
Het Kabiniet-D© Meester haastte zich dan
ook, om de poging tot rechtsherstel te,
stuiten, en het viel alles weer in hoofdzaak
liberaal uit.
Thans komt er weer een keer. Sterk
doortasten dorst het tegenwoordig Kabinet
nog niet. Maar het gaat toch weer den
beteren kant uit. De meerderheid van li
berale benoemingen moet nog wel blijven.
Dat kan niet anders om de rechten op
promotie. Maar waar het niet hoeft, heeft
toch ©en man van Riechts soms weer
een goede kans.
Handel in Vrouwen en Meisjes.
Door de Regeering is te Amsterdam in
gesteld ©en Rijksbureau, belast met het
bijeenbrengen van alle gegevens omtrent
den zoogenaamlden handel in vrouwen en
meisjes, terwijl bovendien van Rijkswege
maatregelen zijn getroffen tot het opspo
ren van begeleiders van vrouwen -en meis
jes, bestemd om aan eein. ontuchtig leven
te worden overgeleverd.
Z.Exc. de minister van Justitie verzoekt
aan de Directie der Staatsspoor om, in
dien omtrent den z.g. handel in vrou
wen 'en meisjes bizondere feiten of aan
wijzingen bekend worden, daarvan steeds
zoo spoedig mogelijk madedeeling te doen
aan den directeur van het Rijksbureau, be
last met het bijeenbrengen van gegevens
ojmtrent idem z.g. handel in vrouwen en
meisjes, of aan de polilie-autoriteiten ter
plaatse. Wordt het trein-persomeel met
bizondere feiten, of aanwijzingen als bo
venbedoeld bekend, dan heeft het daarvan
kennis te geven aan den als stationschef
dienstidoaiiden ambtenaar van het eerst
volgend station, waar de trein stopt.
Het station dat aldus kennis krijgt, of
zelf ter zake feiten of aanwijzingen waar
neemt, geeft hiervan aan de Directie ken
nis, opdat aan de betrokken autoriteiten
meldedeeling kan worden gedaan.
De Tribune-groep.
Binnenkort zal, naar het „Hbld.' 'ver
neemt, te Amsterdam een vergadering
worden gehouden van Tribunisten. In deze
vergadering zullen dl". Gorter en mr. Men-
dels het woord voeren over de aan te
nemen houding en de eventueels oprich
ting eiener nieuwe partij.
Het blad verneemt voorts, dat naar aan
leiding van het royement der heeran,
Ceton, Wijnkoop en Ravensteijn als. Tri
bun e-redacteuren, reeds vele men zegt
een 100-tal leden der S. D. A. P. heb
ben bedankt voor hun lidmaatschap.
„De Tel." deelt mede, dat de afdeeling
Leiden van de S. D. A. P'. in verband
met het Zondag te Deventer gevallen be
sluit, bedankt heeft voor het, lidmaatschap
van de partij.
werp waren geweest.
Ontzaglijke groote steenen, nog geslin
gerd naar alle richtingen, wierpen omver
wat nog overeind stond, vielen op ide mar
meren beelden stuk, terwijl op hare hoof
den niets anders neerkwam dan stof, en
geen© van haar het geringste letsel van
deze moorddadige werptuigen bekwam.
De Moeder Overste waagt, zich op de
plaats, en ter plaatse, waar de zaal der
grijsaards was, vindt zij niets anders meer
dan een hoop van balken en pleister. Zij
roept, doch krijgt geen antwoord. Weldra,
in vereeniging met den. Eerw. Aalmoeze
nier, die nog een man bij zich had, begint
zij hare exploraties door de puinhoopien,
altijd de goede grijsaards met hun naam
roepend. Van lieverlede antwoorden eenige
stemmen: „Moeder Overste, help ons!"
Het reddingswerk wordt geregeld. Men
doet, die slechts in onmacht waren, wieier
tot zich komen, heft de steenen op, zaagt
de balken door, om t© bevrijden die er
onder lagen. Eenigen wanen dood, anderen,
stervend, die nog in leven waren sche
nen te zullen bezwijken van honger en
koude.
De dankbare Venezolanen.
Het. Vemezolaansche volk weet niet, hoe
zijn dankbaarheid jegens Nederland te
uiten. Aan Nederland's krachtdadig op
treden wordt het vooral toegeschreven!,;
dat de omstandigheden zoo gunstig kon
den samenloopen tot. omverwerping van
tyran Castro, den schrik (der Vienezolamen',
iden lastpost der mogendheden.
Toen verleden week de Prins Maurits
va'n de K. W. 1. M. die Vemezolaansche;
havens wieder aandeed, was de vreugde
overal uitbundig, ien overal .werden de
Hollanders ontvangen ;en geëerd als de
beste vrienden en trouwste bondgenoot-en.
De scheepvaart naar Maracaibo en vioe-
versa is weder in vollen gang.
De Corazón de Maria vertrok met 30
arbeiders daarheen.
Al menig blokje hout werd voor door
voer aangebracht, aan hoedenstroo en sui
ker vooreerst geen gebrek.
(Amigoe di Curasao).
De kanonnen van Castro.
El Pregonero van Caracas heeft het vol
gend vermakelijke bericht:
Castro meende met zijn groote kanonlnéin
de Europeesche mogendheden in bedwang
te kunnen honden.
Maar wat is nu geschied?
Toen de haven van La Guaira door een
Amerikaansc.h oorlogsschip werd gesalu
eerd, ,zou het, fort Vigia antwoorden, en,
„pst" ,zei het eerste kanon, „pst" het
tweede en zoo vérvolgens alle; geen en
kel kanon kon vuur geven. Het. Vemezo
laansche oorlogsschip Zamora moest toen
de honneurs maar waarnemen en zijn
kanonnetjes afschieten.
Het blad besluit:
„Zóó zijn alle gaven ons door Castro
achtergelaten.
Leugen, leugen en nog eens leugen".
Zaterdag vervoegde zich bij den meu
belmaker H. H. Schutte in ide Koningstraat
te Enschedé de loopknecht van den koop
man M. Spits, mede in die straat woon
achtig, met het verzoek om zijn patroon,
f 50 te leemeii. Sch., die Iden knecht goed
kende, had geen bezwaar en gaf het ge
vraagde bedrag. Later mierkts de heer
Sch. dat hij was opgelicht. Hij spoedde zich
naar de politie, die een onderzoek instel
de, doch de loopknecht, zekere J. v. D.,
had reeds gelegenheid gehad naar Duitsch
land .uit te wijken. Te Farmsum (ge
meente Delfzijl), Gr., is Zaterdag de 7-
jarige zoon van den heer A. K., aldaar,
door het ijs gezakt en verdronken.
Te Zuidwending (Veendam) zijn Zaterdag
namiddag twee kinderen, een meisje van
12 en een jongen van 9 jaar van de|n!
werkman E. B. in een wak gereden ©n
verdronken. Te Bergen op Zoom is
©en negenjarig jongetje, dat zich op de
Zoom gewaagd had, door het ijs gezakt
en verdronken. Het zesjarig dochtertje
van ©en der officieren van het Leger des
Heils te Alkmaar had het ongeluk tegen
een brandenden kachel te vallen, tenge
volge waarvan haar jurkje in brand ge
raakte en het kind hevige brandwonden
bekwam. Het is nog dienzelfflen morgen
in het stads-ziekenhuis, waarheen hiet in
middels ter verpleging was overgebracht,
overleden. Te Enschede is de stoker
S. van de firma Van Heek Co. in de
fabriek aan den Noorderhagen, toen hij
bezig was kolen te scheppen en den hoop
te ver had ondermijnd, onder de neer
stortende steenkolen bedolven. De onge
lukkige is in bewusteloozen toestand en
levensgevaarlijk gewond naar het zieken
huis vervoerd. De steel van zijn, schop
was hem in het hoofd gedrongen. Te
Hoorn is een verpleegde in het. R. K. Zie
kenhuis op de binnenplaats van het. ge
sticht gevallen, waardoor hij een breuk'
aan de heup bekwam. De ongelukkige is
aan de gevolgen overleden. Tegen N.
S., bewoner van ©en woonwagen, staande
aan „de Mors" te Rijssen, is door den
gemeenteveldwachter proces-verbaal op
gemaakt wegens het ergerlijk mishandelen
van ©en hond. Het rechteroog was 'tdier
letterlijk uit den kop geslagen. Eergis
teravond is in een sloot onider de gemeente
Ambt Almelo verdronken zekere Johs. C.
Gelukkig was nog ©enige mondbehoefte
aan de ramp ontsnapt.
Met spaarzaamheid uitgereikt, was zij
voldoend©, om allen van Maandag tot
Zaterdag in het leven te houden; want,
in weerwil van de meest dringend© uit-
noodigingen, waren de Zusters niiet ovelr
te haten weg te gaan, alvorens de laatste'
levende uit de puinhoopen was gehaald.
Zoo lang, bijgestaan door twee brave
dienstmeisjes, klommen zij op de daken
en de wankelende muren, om voedsel te
verschaffen aan die nog niet konden be
vrijd worden, door hun soep over te reiken
door de met alle moeite tot dat doel
aangebrachte openingen. De ©erw. heer
Mancino, Overste der Missionarissen Van
Catana, die, alle gevaren trotseerende,
aankwam met een zak brood op den rug,
was haar een kostbare hulp.
Door hem geholpen en geleid, begaven
zij zich, het hart door droefheid ver
scheurd, op wieg naar Bagheria, waar haar
de meest sympathieke gastvrijheid
wachtte.