NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT FEUILLETON De Dochters der Liefde te Messina. BIJVOEGSEL BINNENLAND. GEMENGD NIEUWS behoorende bij de van Donderdag 18 Februari 1909. FB4ÜHRMH. De Zaligverklaring van Jeanne d'Arc. Half April zal de heiligverklaring van de grootste heldin van Frankrijk plaats hebben. Ben grootsoh plechtig feest, dat een huldiging zal zijn van Ide groobe ver diensten der maagd van Orleans, wordt op touw gezet. Vanuit Frankrijk zullen vele bisschoppen, talrijke priesters ein 'een zeer groote schare in pelgrimstocht naar Rome optrekken om daar |door hunne aan wezigheid hunne heldin te huldigen en den luister van hare heiligverklaring te verhoogen. Reeds hebben zich 60 bisschoppen en 25000 pelgrims laten inschrijven om aan dien matianalen pelgrimstocht, deel te ne men en 60 treinen zullen de katholieke zonen van Frankrijk naar de heilige stad voeren. In de leekenverpleging. In het ziekenhuis te Mezières. is een blinde oude man dien men in de oei voor krankzinnigen had opgesloten, omdat hij stoorde, van koude bezweken. Na een onderzoek heefl het bestuur der stichting de vrouw, die miet de verpleging van den ongelukkige belast was, ontsla gen; der hoofdverpleegster een strenge be risping toegediend, en zijn leedwezen uit gesproken, dat geen genoegzame genees kundig© verpleging aan den zieke was verstrekt. Tot God teruggebracht. Onze lezers weten bereids, dat opnieuw in Frankrijk eiett paar misdadigers zijn ont hoofd, ditmaal in Albi. Gaven twee van het vóór korten tijd te Béthune terechtgestelde viertal blijken van afschuwwekkend cy nisme tot. het laatste toe, de twee te Albi geguilloteerden, Bess© en Simore, hebben blijk gegeven van diep berouw over hun gepleegde misdrijven. Toen de twee moordenaars werden ge kerkerd, was de een in de voorsteden' van een groote stad in het wilde opgegroeid onkruid, terwijl de andere verteerd werd door een niet te noemen' ziekte. Nadat het doodvonnis was uitgesproken, wegens het dooden van den hoofdcipier der gevangenis en het ernstig kwetsen van een ondergeschikte, vielen zij in een soort van verdooving. Alsnu begon de taak van' den hoogeierw. kanunnik Rous, secretaris-generaal van het aartsbisdom. Allengs wist hij deze twee zielen te winnen, om zie tot God te bren gen. Ongeveer zies weken' geleden spraken zij reeds een rouwmoedige biecht. Zonder hen (ie ontmoedigen gewende hij hen aan het denkbeeld van het rechtvaardige der kastijding, welke zij aan de Maatschappij' schuldigwaren. De laatste nacht eindelijk was aange broken en ging rustig voorbij. De twee ver oordeelden sliepen zonlder angst en hoor den tot het laatste oogenblik niet het ge- druisch der wachtend© menigte. De procu reur der Republiek Merle wekt© hen te 5j/2 uur. Aanstonds vroegen zij naar den aalmoezenier. Zij woonden die H. Mis bij en communiceerden1 daaronder, devotelijk, zonder zwakheid te tooneii. Vervolgens ondergingen zij de verschrikkelijkheden van het „toilet", het wegsnijden van de hemdskraag, hiat parket en die schaarséh© toeschouwers doende verbaasd staan, Ween meer: medelijden onder hen opwekkend door hun eenvoudigen moed, zondier eemi- ge aanstellerij. Te 6i/2 uur slaat de klok van Ste. Cécile. Alsnu verschijnt Sirnore, vergezeld van1 den wteleerw. heer Cauquil, overste dei- vrije school van Ste. Marie. Hij draagt de gevangenisbroek, eh bet bovenlichaam is bekleed met een wit hemd, aan den' hals diep uitgesneden. Nabij het schavot maakt hij een rugwaartsohe, puur instinctieve be weging. De assistenten van den beul ma ken van dit oogenblik gebruik om hem op de plank te werpenEiew geklik, (Slot.) Burger.lijk Hospitaal. Ook daar waren de Zusters in de Kapel, uitgezonderd Zuster Capecciatro, die, lij dend, om vier uur niet had kunnen op staan. Eensklaps voelen zij den grond zich hevig opheffen, en storten zich naar de deur. Maar vijftien slechts vinden plaats op de kleine bordes, die vóór de kapel is. Drie blijven er achter aan in; de vloer stort in en twee verdiepingen vallen op haar neder. De, aan eienie hartziekte lijden de, jongst© Zuster, Ursi, sterft bijna op hetzelfde oogenblik, terwijl hare twee ge zellinnen, nauwelijks adem hatend, om hulp trachten te roepen. Drie anderen da len af naar de diepte, waar de ongeluk- kigen bedolven liggen en, gedurende vijf uren, terwijl de zich herhalende schokken steenen en pleisterwerk naar beneden wer- eien dof geluidhét is geschied. En blootshoofds met bet gelaat naar het schavot gekeerd, bidt de priester het „De Profundis", als begeleiding van' de ziel van den terechtgestelde vóór dew troon van haren Schepper. Vervolgens vertoont zich het schaduw beeld van Bresse in de deur van, de ge vangenis. Hij is ©ven flink, even moedig als zijn kameraad. De hoogeerw. kanunnik Rous vergezelt hem en geeft hein meer malen den vredekus Nog eens het zelfde geklik, hetzelfde doffe geluid van zooeven, het bloedige drama is voltrok ken. Het .zoenoffer van de maatschappij is gebracht en God heeft vergeven Te Marseille is een nieuwe gruweldaad gepleegd als Soleilland beging; werklie den vonden Maandag in den vroegen och tend het gewonide en geschonden lijk van eien 8-jarig meisje. Het einde van een vuilschrijver. Evenals de vuilschrijver Zola is ide nog perverser Catulle Mendès op oen akelige manier aan zijn eind gekomen. Is Zola gestikt, de anlder kwam om door een spoorwegongeluk. Van dein ultra-sybaritisohen schrijver, die in ©en zijner gedichtjes zegt: Et, pour ma toilette éternelle, Lorsque viendra Ie jour fatal, Je veux un linceul de dentelle Dans une bière de santal! heeft mlen, zegt „De Gelderlander", de brokstukken menschenlic.haam, die men van hem in de tunnel met. veel moeit© heeft, hij elkaar gezocht, gauw in iean| gewone doodkist gestopt. ITALIË. Uit Messina. Op de reede van Messina, streng be waakt door earabinie'rs, ligt een oorlogs schip met een allervreemdste lading aan boord, welke denken doet aan de schat ten uit de Duizend-en-één-nacht-sprookjes. Men heeft, in dat schip n.l. alle waar den bijeengebracht, welkie in de ruïnen gevonden zijn, tot ©en gezameiijke waaide van minstens zies millioen lires. Men treft er aan de heerlijkste kunst werken; als gouden serviezen en zilveren vaatwerk. Voornamelijk echter bestaat, de schat uit rentiegevende papieren en gouden, en zilveren munten. De Sicilianen hadden; van oudsher maar heel weinig vertrouwen in banken ten bankiers; veel veiliger von den zij het, hun schatten zelf te bewaren in kelders of brandkluis, zoodat van ge slacht op geslacht leen voorraad munten, werd opgezameld, welkte de best gesor teerde verzamelaars zouden doen water tanden. Zoo werden in sommige brand kasten gouden munten gevonden uit de zestiende eeuw. Onder de ruïnen zijn por tefeuilles gevonden, met een fortuin, aan bankpapier er in, zonder dat hel kleinste strookje papier den eigenaar aanduidde. In andere weer werden stukken, gevon den, welke de overheid in staat stellen, de rechthebbenden terug te vinden. Een groot gedeelte van deze schatten zal ongetwijfeld agn den staat vervallen, wegens het ontbreken aan rechthebbenden. Tot dusver is voor ©en millioen aan textielgoederen in veiligheid gebrachteen consortium uit Milaan houdt zich met. de berging bezig. De krijgsraad deed uitspraak in een ge ding tegen zeven soldaten, ©en portier en twee vrouwen, die met elkaar 80.000 lire gestolen hadden. De portier, die bui tengewoon cynisnïe aan den dag legde, werd tot 8 jaren, vier soldaten tot 6 en twee tot een jaar gevangenisstraf' veroor deeld. Twee soldaten en drie vrouwen werden vrijgesproken. Behalve herhaalde schokken kwam Za terdag een wolkbreuk de puinhoopbewo- ners plagen. Doch men bouwt voort. De Godslasteraar, die in het spotblad „II Telefono" van Mes sina (26—27 Dec. 1908) het Kerstkind uit daagde om aan Sicilië een aardbeving te zenden, indien Het daartoe de macht had, is aan de ramp ontsnapt, maar krankzin nig geworden. Hij was ambtenaar aan 'den pen, ten ze noodzaken onophoudelijk haar werk opnieuw te hervatten, zetten zij on verpoosd dezen strijd tegen den dood voort. Om 11 uur bevelen zij geheel uit geput, hare ziel aan God zich afvragende, wie het eerste zoude sterven, zij, die op de puinhoopien zaten, of die er onder be dolven lagen, als eindelijk eene onver wachte hulp opdaagt in de komst van twee politieagenten. Het was hoog tijd. De onder de puinhoopien liggende konden niet meer ademen, die er op zaten, begaven de krachten. Toien haar 't leven onverwacht als teruggegeven werd, hadden zij er al, even te voren, het offer van aan God aan geboden. Gedurende dienzelfden tijd hielden zich de Overste en hare overige gezellinnen bezig met. de ziekten, vier- a vijfhonderd in getal. De meesten werden gered even als de Weesmeisjes. Door eene beschikking dier Voorzienig heid had men de bedden weggenomen van een gedeelte van har© slaapzaal, om er den Kerstboom op te richten, en dat ontruimde gedeelte was ingestort, terwijl het andere ongedeerd was gebleven. Maar spoorweg ten heeft bij de ramp al zijn familieleden geen uitgezoqlderd ver loren. Zijn paam is Mignieco. DIHTSCHLAND. Verzekeringen van couranten. Reeds meermalen is in het algemeen© Duitsche parlement gewezeq op het ab normale van het feit, dat de directies van dag- en weekbladen ter wille der re clame en om aan de eischen van een kort zichtig publiek tegemoet te komen, zich gaan begeven op ©en terrein, dat haar ge heel vreemd iside verzekering tegein ziekte, invaliditeit en ongelukken. Er was nu aan de orde ©en voorstel van het Gentrum, nog door graaf Hom- pesch onderteebenid, waarin verandering werd gevraagd van de perswet, zóó, dat de verzekering van lezers of abonné's zal worden verboden. Dr. Marcour van het Centrium lichtte dit voorstel toe. Hij wees erop, dat door ernstige mannen als de St. Augustinus- verein en den Bond van Duitsche Couran- tenuitgevers reeds veel was beproefd om het „Unwesen" te stuiten, maar al deztë pogingen buiten dan wetgever om, zijn vergeefsch gebleken. Daarom moet aan den Unfug door den wetgever een eind© worden gemaakt. Er zijn 134 bladen in Duitschland, die aan hun lezers bij ongelukken of ziekte a. uitkeering doen. De ernstige politieke pers doet bijna niet moenauwelijks acht bladen van de 134 zijn van ©enige beteekenis, maar het is noodig, dat het kwaad worde gekeerd voordat het verder ga. Spreker betoogde, dat hier met recht van oneerlijke concurrentie moet worden' gesproken, dat de solidariteit en collegia liteit in de pers er anlder lijdt en dat groote bedragen worden uitgekeerd, die tot ver hooging van het peil der courant konden worden gebruikt. Er zal, zoo werd van de regeeringstafel ineiegedeelid, een boek met materiaal over de quaestie verschijnen, waardoor meer licht zal vallen op het inderdaad belang rijke vraagstuk. Het gevaarlijke Kabinet. De „Middelb. CL" begint de waarschu wen tegen het Kabinet-Heemskerk, dat zich „in ©en geheimzinnig waas" hult. Dan eens heet. het, dat het bevredi ging wil schenken, als het kan aan blijven; dat het dan. zoeken wil naar1 een breed terrein om met anderei, dus ook vrijzinnige, partijen samen te werken; op oen anderen dag laat het zich er op voorstaan, dat het een voudig een kabinet is van ide rechter zijde en beoogt, „op christelijke grond slagen het recht te handhaven even als in 1889 en 1901." Het wil „geen andere partijgroepesrirag, want ide rechterzijde erkent, noc-h volkssouve- redniteit, noch Staatssouvereiniteit, maar God als bron van het recht en de overheid als dienaresse Gods, aan heit recht gebonden". Daarin nu schuilt het gevaar. Het Ministerie zal uitzien en af wachten wat de verkiezingen zulten brengen. Wie durft nog beweren, dat dit kabinet minder gevaarlijk is dan het Ministerie-Kuyper in zijn tijd? En als wij nu weten dat de verbon den partijen ten slotte zullen samen werken om, elk tot eigen voordeel, het clerical© element i'h ons land te versterken, dan is het meer dan zaak en ernstige plicht, dit hij de voorbe reiding in d-en strijd vooral niet uit het oog be verliezen. Het Kabinet is inderdaad gevaarlijk, maar het. is gevaarlijk voor de vrijzin nigheid, omdat het zoo goed, zoo onpar tijdig, zoo gematigd is en de vrijzinnigen er zoo weinig op kunnen afdingen en af geven. Doch is dat voor de kiezers, die het met het Vaderland werkelijk goed meenien, nu een reden om het weg te jagen? De vrijzinnige afgevaardigden zijn er toch voor het Vaderland en niet omgekeerd. er was geen trap meer, om van de vier de verdieping, waar de arme kleinen slie pen naar beneden te komen. Zij moesten door de vensters, op de binten kruipen van een belendend en in aanbouw zijnde huis. Daar kwamen haar twee metselaars ter hulp en droegen dé kleinsten in dekens weg. Helaas, de dreumesjes zijn in groo- ten getale gestorven. Op de honderd zijn er tachtig opgevlogen naar het Paradijs. Gesticht Collereale. Van af de eerste opheffing van den grond was bijna de gansche inrichting niets anders meer dan ©ene opeenhooping van puin. Te midden van ©en vreeselijk gekraak, en ©ene diepe duisternis, wisten de zus ters, di© allen vereenigd waren in het gebed, evenals in de beide andere hui zen, niets anders te doen, dan hare ziei- len ©n die van hare arme grijsaards aan te bevelen van God. Toen de vreeselijke schudding wat verminderd was, konden zij zich rekenschap geven èn van 'dien vreeslijken toestand èn van de wonder volle bescherming, waarvan zij het voor- Het schijnt ©Venwel, dat de schrijver in de „M. C." >er in zijn binnenste anders! over denkt. Benoemingen. Wij lezen in de Standaard: Vooral van Rcomsch-Katholieke zijde haalt men den laatsten tijd de oude pekel zonden der Liberalen weer uit het vat. Ge©n woord te veel is daarmee gezegd. Vooral de ouden weten daar alles van to vertellen. Sinds Thorbeck© de bour geoisie van eersten rang meester van 's Lands zaken maakte, is op al wie niet Liberaal was, hij alle takken v.an benoe ming, het meest stuitende, het hardste het onvermurwbaarst© exclusivisme toege past. Op de Antirevolutionnairen nog ster ker dan op d© Roomschen. Er was eenvoudig .geen sprake van, Idat in eien ©enigszins aanzienlijke betrekking een der onzen Werd ingezet. Of als men het leen hoogst enkel© maal deed, zoo als de benoeming van den ouden Mackay, zat er tactiek en bereking achter. Al wie nog aan zijn geloof vasthield, was ongeschikt en onbekwaam. Later luwde dit wel iets, maai' toch al toos zoo, dat geen 15 pot. 'der benoemingen bij niet-liberalen terecht kwam, terwijl 'toch élk© stembus uitwees, dat de liberalen de minderheid in het land waren. Toen hiel. Kabinet-Kuyper aan di© stui tende bevoorrechting een einde maakte, en hiet getal van liberate benoiemingen van 85 pel. op 70 pet. dalen deed, ging er een erbarmelijk geschrei in heel het land op. Dat mocht, dat zou niet. De oud© 85 pet. moesten aan de liberalen, blijven. Het Kabiniet-D© Meester haastte zich dan ook, om de poging tot rechtsherstel te, stuiten, en het viel alles weer in hoofdzaak liberaal uit. Thans komt er weer een keer. Sterk doortasten dorst het tegenwoordig Kabinet nog niet. Maar het gaat toch weer den beteren kant uit. De meerderheid van li berale benoemingen moet nog wel blijven. Dat kan niet anders om de rechten op promotie. Maar waar het niet hoeft, heeft toch ©en man van Riechts soms weer een goede kans. Handel in Vrouwen en Meisjes. Door de Regeering is te Amsterdam in gesteld ©en Rijksbureau, belast met het bijeenbrengen van alle gegevens omtrent den zoogenaamlden handel in vrouwen en meisjes, terwijl bovendien van Rijkswege maatregelen zijn getroffen tot het opspo ren van begeleiders van vrouwen -en meis jes, bestemd om aan eein. ontuchtig leven te worden overgeleverd. Z.Exc. de minister van Justitie verzoekt aan de Directie der Staatsspoor om, in dien omtrent den z.g. handel in vrou wen 'en meisjes bizondere feiten of aan wijzingen bekend worden, daarvan steeds zoo spoedig mogelijk madedeeling te doen aan den directeur van het Rijksbureau, be last met het bijeenbrengen van gegevens ojmtrent idem z.g. handel in vrouwen en meisjes, of aan de polilie-autoriteiten ter plaatse. Wordt het trein-persomeel met bizondere feiten, of aanwijzingen als bo venbedoeld bekend, dan heeft het daarvan kennis te geven aan den als stationschef dienstidoaiiden ambtenaar van het eerst volgend station, waar de trein stopt. Het station dat aldus kennis krijgt, of zelf ter zake feiten of aanwijzingen waar neemt, geeft hiervan aan de Directie ken nis, opdat aan de betrokken autoriteiten meldedeeling kan worden gedaan. De Tribune-groep. Binnenkort zal, naar het „Hbld.' 'ver neemt, te Amsterdam een vergadering worden gehouden van Tribunisten. In deze vergadering zullen dl". Gorter en mr. Men- dels het woord voeren over de aan te nemen houding en de eventueels oprich ting eiener nieuwe partij. Het blad verneemt voorts, dat naar aan leiding van het royement der heeran, Ceton, Wijnkoop en Ravensteijn als. Tri bun e-redacteuren, reeds vele men zegt een 100-tal leden der S. D. A. P. heb ben bedankt voor hun lidmaatschap. „De Tel." deelt mede, dat de afdeeling Leiden van de S. D. A. P'. in verband met het Zondag te Deventer gevallen be sluit, bedankt heeft voor het, lidmaatschap van de partij. werp waren geweest. Ontzaglijke groote steenen, nog geslin gerd naar alle richtingen, wierpen omver wat nog overeind stond, vielen op ide mar meren beelden stuk, terwijl op hare hoof den niets anders neerkwam dan stof, en geen© van haar het geringste letsel van deze moorddadige werptuigen bekwam. De Moeder Overste waagt, zich op de plaats, en ter plaatse, waar de zaal der grijsaards was, vindt zij niets anders meer dan een hoop van balken en pleister. Zij roept, doch krijgt geen antwoord. Weldra, in vereeniging met den. Eerw. Aalmoeze nier, die nog een man bij zich had, begint zij hare exploraties door de puinhoopien, altijd de goede grijsaards met hun naam roepend. Van lieverlede antwoorden eenige stemmen: „Moeder Overste, help ons!" Het reddingswerk wordt geregeld. Men doet, die slechts in onmacht waren, wieier tot zich komen, heft de steenen op, zaagt de balken door, om t© bevrijden die er onder lagen. Eenigen wanen dood, anderen, stervend, die nog in leven waren sche nen te zullen bezwijken van honger en koude. De dankbare Venezolanen. Het. Vemezolaansche volk weet niet, hoe zijn dankbaarheid jegens Nederland te uiten. Aan Nederland's krachtdadig op treden wordt het vooral toegeschreven!,; dat de omstandigheden zoo gunstig kon den samenloopen tot. omverwerping van tyran Castro, den schrik (der Vienezolamen', iden lastpost der mogendheden. Toen verleden week de Prins Maurits va'n de K. W. 1. M. die Vemezolaansche; havens wieder aandeed, was de vreugde overal uitbundig, ien overal .werden de Hollanders ontvangen ;en geëerd als de beste vrienden en trouwste bondgenoot-en. De scheepvaart naar Maracaibo en vioe- versa is weder in vollen gang. De Corazón de Maria vertrok met 30 arbeiders daarheen. Al menig blokje hout werd voor door voer aangebracht, aan hoedenstroo en sui ker vooreerst geen gebrek. (Amigoe di Curasao). De kanonnen van Castro. El Pregonero van Caracas heeft het vol gend vermakelijke bericht: Castro meende met zijn groote kanonlnéin de Europeesche mogendheden in bedwang te kunnen honden. Maar wat is nu geschied? Toen de haven van La Guaira door een Amerikaansc.h oorlogsschip werd gesalu eerd, ,zou het, fort Vigia antwoorden, en, „pst" ,zei het eerste kanon, „pst" het tweede en zoo vérvolgens alle; geen en kel kanon kon vuur geven. Het. Vemezo laansche oorlogsschip Zamora moest toen de honneurs maar waarnemen en zijn kanonnetjes afschieten. Het blad besluit: „Zóó zijn alle gaven ons door Castro achtergelaten. Leugen, leugen en nog eens leugen". Zaterdag vervoegde zich bij den meu belmaker H. H. Schutte in ide Koningstraat te Enschedé de loopknecht van den koop man M. Spits, mede in die straat woon achtig, met het verzoek om zijn patroon, f 50 te leemeii. Sch., die Iden knecht goed kende, had geen bezwaar en gaf het ge vraagde bedrag. Later mierkts de heer Sch. dat hij was opgelicht. Hij spoedde zich naar de politie, die een onderzoek instel de, doch de loopknecht, zekere J. v. D., had reeds gelegenheid gehad naar Duitsch land .uit te wijken. Te Farmsum (ge meente Delfzijl), Gr., is Zaterdag de 7- jarige zoon van den heer A. K., aldaar, door het ijs gezakt en verdronken. Te Zuidwending (Veendam) zijn Zaterdag namiddag twee kinderen, een meisje van 12 en een jongen van 9 jaar van de|n! werkman E. B. in een wak gereden ©n verdronken. Te Bergen op Zoom is ©en negenjarig jongetje, dat zich op de Zoom gewaagd had, door het ijs gezakt en verdronken. Het zesjarig dochtertje van ©en der officieren van het Leger des Heils te Alkmaar had het ongeluk tegen een brandenden kachel te vallen, tenge volge waarvan haar jurkje in brand ge raakte en het kind hevige brandwonden bekwam. Het is nog dienzelfflen morgen in het stads-ziekenhuis, waarheen hiet in middels ter verpleging was overgebracht, overleden. Te Enschede is de stoker S. van de firma Van Heek Co. in de fabriek aan den Noorderhagen, toen hij bezig was kolen te scheppen en den hoop te ver had ondermijnd, onder de neer stortende steenkolen bedolven. De onge lukkige is in bewusteloozen toestand en levensgevaarlijk gewond naar het zieken huis vervoerd. De steel van zijn, schop was hem in het hoofd gedrongen. Te Hoorn is een verpleegde in het. R. K. Zie kenhuis op de binnenplaats van het. ge sticht gevallen, waardoor hij een breuk' aan de heup bekwam. De ongelukkige is aan de gevolgen overleden. Tegen N. S., bewoner van ©en woonwagen, staande aan „de Mors" te Rijssen, is door den gemeenteveldwachter proces-verbaal op gemaakt wegens het ergerlijk mishandelen van ©en hond. Het rechteroog was 'tdier letterlijk uit den kop geslagen. Eergis teravond is in een sloot onider de gemeente Ambt Almelo verdronken zekere Johs. C. Gelukkig was nog ©enige mondbehoefte aan de ramp ontsnapt. Met spaarzaamheid uitgereikt, was zij voldoend©, om allen van Maandag tot Zaterdag in het leven te houden; want, in weerwil van de meest dringend© uit- noodigingen, waren de Zusters niiet ovelr te haten weg te gaan, alvorens de laatste' levende uit de puinhoopen was gehaald. Zoo lang, bijgestaan door twee brave dienstmeisjes, klommen zij op de daken en de wankelende muren, om voedsel te verschaffen aan die nog niet konden be vrijd worden, door hun soep over te reiken door de met alle moeite tot dat doel aangebrachte openingen. De ©erw. heer Mancino, Overste der Missionarissen Van Catana, die, alle gevaren trotseerende, aankwam met een zak brood op den rug, was haar een kostbare hulp. Door hem geholpen en geleid, begaven zij zich, het hart door droefheid ver scheurd, op wieg naar Bagheria, waar haar de meest sympathieke gastvrijheid wachtte.

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1909 | | pagina 5