voor Zt'cuwscli-Vlaanilcrcii.
Overwonnen.
ï¥o. 54».
ZATERDAG 8 DECEMBER 1900.
10e Jaargang*.
Abonnementsprijs:
Advertentieprijs: 1
Onwellevend.
HET NIEUWSBLAD
Per 3 maanden 50 centsfranco per post 55 cents.
Voor België ƒ0.626 en voor Amerika ƒ0.826.
Abonnementen worden aangenomen bij de Agenten,
alle Boekhandelaren, Brievengaarders en bij de
Administratie te Breskens.
Van 1 tot en met 4 regels 20 centselke gewone
regel meer 4 cents. Bij abonnement lager tarief.
Groote letters en vignetten naar hunne plaatsruimte.
Advertentiën worden franco ingewacht uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag één ure.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIELEHAN te Breskens.
iloe men de houding van Keizer
Wilhelm om Kruger niet te ont
vangen, ook uitlegt, en op welke
wijze men aan zijn teleurgesteld
gevoel lucht geve, in elk geval en
in de eerste plaats is zij onwelle
vend.
Keizer Wilhelm heeft te kennen
gegeven, Kruger niet te kunnen
ontvangen.
Dat is een politieke leugen. Had
hij geseind, hem niet te durven
ontvangen, dan had hij de waarheid
nog meer gediend, dan indien hij
te verstaan had gegeven den Presi
dent niet te willen ontvangen.
Het willen is even goed mogelijk
geweest als het kunnen, maar de
Keizer heeft niet gedurfd, niet meer
en ook niet minder.
Met al de hombug die de En-
gelschc leugen-generaals van uit
Zuid-Afrika de Engelschen op den
mauw spelden over de roemvolle
daden van de soldaten, en met al
den ernst die zij aan den dag leg
gen om te doen gelooveu dat de
oorlog uit is en het wederkeeren
van den vrede slechts een kwestie
van korten tijd is, is de oorlog op
verre na niet uit en krijgen de
Engelschen heel aardig alhoewel
nog veel te weinig klop.
Nu moge Chamberlain meenen
dat geheel Europa zoo dom is als
het meerendeel der Britten en maar
voetstoots geloovig aannemen wat
men van de overzijde van het ka-
FEULLLETON.
48.
Constance, herinner mij toch
niet voortdurend de dankbaarheid,
die ik aan Alma verschuldigd ben;
in zulk eene herinnering ligt eeue
vernedering, die in'j onbillijk omtrent
haar maakt.
Maar het is toch de waarheid,
ofschoon ik geloof, dat Alma uit
berekening een geruïneerd man koos,
ten einde het hem mogelijk te ma
ken, iets anders dan eeu gekochte
slaaf harer trotschheid «n lichtzin
nigheid te zijn en die geJwongen is,
al de grillen te verdragen, waaraan
zij zich mocht willen overgeven.
Gij hebt ongelijk, Constance 1
riep Ivar uit, zoo is Alma niet.
Herinner u, boe zij met den brief
deed, die in hare handen viel,
En daardoor laat gij u ver
naai voor waarheid gelieft op te
disschen, het tegendeel blijkt waar.
Als de oorlog tegen de Transvaal
niet geëindigd is, bestaat er ook
nog een President van die Repu
bliek, die thans in levende lijve
zich aan Europa vertoont als de
grootste held van onze eeuw.
Hij moge nu geen Keizer of
Koning door geboorte zijn, hij is
toch een Staatshoofd, en wel van
zoodanigen aard, dat hij zulks is
door eigen verdienstehij is dus
een self-made-man.
Afgescheiden van alle bijkomende
omstandigheden, die hem tot do
Europeesche reis noopten, geeft zijn
positie als Staatshoofd aanspraak op
cene ontvangst als zoo danig, ook
door die collega's, wier titelatuur
majpstneus is.
Uit dien hoofde had dus Keizer
Wilhelm president Kruger niet mo
gen weigeren te ontvangen, dat
bracht in elk geval do wellevend
heid mêe.
Men behoeft daarbij niet te ver
onderstellen dat Kruger niet zou
kunnen treden in eeu mogelijk ge
daan verzoek oin een voorstel te
doen bij de mogendheden lot arbi
trage, overeenkomstig de bepalin
gen van de tractaten der Vredes
conferentie.
Dat kan niet als reden van wei
gering aangemerkt worden.
Nu hij het toch gedaan heeft,
heeft hij openlijk partij getrokken
vóór en zich afhankelijk gesteld
van Engeland.
Als Kruger inderdaad met een
schalken Begrijpt gij niet, dat de
zekerheid, altijd iets te vergeven te
hebben, een schild is, waarachter
zij zich verbergen kan, wanneer
zulks noodig mocht zijn
Ivar fronste de wenkbrauwen en
zeide koel
Gij gaat te ver; gij zijt niet
alleen onbillijk, maar boosaardig en
onbarmhartig omtrent haar, die gij
zooveel ontroofd hebt.
Wat heb ik haar ontroofd?
vroeg Constance en wierp het hoofd
in deu nek.
- De liefde van haar man, zei-
de Ivar langzaam en met nadruk.
Ball I alsot zij eenige waarde
daaraan hechtte 1 Neen, daarvoor
heeft zij reeds vergoeding gezocht
en gevonden. Antwoord mij slechts:
wie noodigde Hcgelfeldt uit, den
zomer hier door te brengen
Alma; zij zijn immers te zo
men als kinderen opgegroeid.
Uwe ondoordachte verdediging
bewijst mii, hoe dierbaar zij u is en
daarom zwijg ikanders zou ik u
dergelijk verzoek bij den Keizer
gekomen was, dan had Wilhelm
hem gelijk we in ons laatste
nummer reeds zeiden te ver
staan kunnen geven, daarin om
redenen, van politiek-overwegenden
aard, niet te kunnen tredtn.
Als Kruger, daarover teleurge
steld, had gewezen op het recht
van het recht en daarmede den
Keizer beschaamd had doen zijn
over zijne veranderde houding sinds
1896, dan zou deze, verstoord over
deze vingertikkerij door iemand die
het waagt zijne majesteit aan zijne
woorden te herinneren, verdere
aanraking kannen weigerenhij
bad hem zelfs in majestueuzen vorm
de deur kunnen wijzen, en wat
daarbij behoort bij meuschen die
het licht der waarheid over hunne
handelingen schuwen, maar den
ouden President reeds bij voorbaat
uit Duitschland te weren, is totaal
beneden de waardigheid van den
Keizer als officiëel persoon.
In dit geval zou de Keizer niets
verschild hebben van andere zich
verbeeldende majesteitjes in minia
tuur, die de politiek van een-slag-
oui-den-arm huldigen, en wanneer
ze op hun windwijzerachtige han
delingen gewezen worden, te keer
gaan als een wild dier.
Wel is van dezulken niet anders
te wachten, dan zoodanige onwel
levendheid, maar juist alleen de
gekreukte trots en de gekortwiekte
heerschzucht, geeft tot zulk cene
onbehoorlijke aanstellerigheid aan
leiding.
kunnen bewjjzen, aan welk eene
verachtelijke vrouw gij u verkocht
hebt, nadat gij uiij opofferdet.
Ik tart u, mij te bewijzen,
dat Alma verachtelijk is, zeide de
graat, rood van toorn.
Tart gij mij
Ja 1
Welnu, ik geef er u mijne
hand op, dat ik vóór mijn vortrek
u overtuigen zal, dat ik de waarheid
gezegd heb.
De graat nam zwijgend de hand
aan.
Constance hernam
Hoe komt het, dat zoowel
Alma als Alfred hier gemist wordt?
Gij begrijpt, dat zij zich voor een
man, dien zij contant betaald heeft,
niet bthoeft te ontzien. Weel gij
wel, waar zij op het oogenblik is
De graaf had geen tijd oin te
antwoorden, want een ruischend
geluid aan de deur, die naar de
antichambre geleidde, maakte, dat
hij het oog daarheen richtte. Het.
was Alma. Er was iets in het trut-
Dat daarop, door middel van
verdraaide voorstellingen getracht
wordt het te doen voorkomen alsof
het recht aan hunne zijde is, ligt
nu eenmaal op den weg en in den
aard van hunne karakterloosheid.
Als ze hun macht wel eens over
schatten en ze hun kwalijk verkre
gen en alles behalve begeerlijke
roem overleven, heeft de geschie
denis maar al te vaak geleerd, om
niet een zoodanig vertrouwen in de
toekomst te stellen, dat ook de zon
dier zoodanigen zal oudergaan. De
val is de bezoldiging van het on
recht. Men voelt, dat er zeer ge
wichtige redenen moeten bestaan
die den Keizer tot zijne houding
aanleiding gaven, misschien rede
nen van verontrustenden aard.
Van iemand die den vrede wil is
dat nu wel niet te denken, maar
als die zelfde iemand er niet op
tegen ziet om zijn gegeven eerewoord
te verbreken, dan kan men daarop
niet meer vertrouwen, en is bij be
nadering zelfs niet meer na te gaan
welke plannen gesmeed worden,
vooral niet als zoo pas een over
eenkomst is gesloten met een oorlog
voerende mogendheid en de onwel
levendheid het hoofd geldt van den
Staat tegen wie oorlog gevoerd
wordt.
't Geeft te denken. Pessimisten
zien wellicht een zeer donkere
achtergrond van toestand door den
Duitschen Keizer geschapen.
We achten ons niet meer dan een
droppel aan den emmer, dan een
stofje aan de weegschaal, en zouden
sche aangezicht, hetwelk Ivar zeide,
dat zij ten minste een gedeelte van
het gesprek gehoord had. Wat hem
deze gedachte ingaf, daarvan kon
hij zich zeiven geen rekenschap
geven, of het moest het ongewoon
warme koloriet geweest zijn, dat
hare wangen aaugenomen hadden.
Overigens was zij in hare geheele
uiterlijk zich zelve gelijk. Toen Al
ma daar zoo plotseling binnentrad,
beet Constance zich op de lippen
en boog zich over haar werk heen.
Zonder een woord te zeggen,
ging Alma naar de tafel, ging op
een leuningstoel zitten en haalde
eenig handwerk voor den dag.
Constance bewaarde eeu hard
nekkig stilzwijgen.
Wij hebben u een geruimen
tijd niet gezien, zeide Ivar tot Al
ma. Het was de eerste maal, dat
hij haar rechtstreeks toesprak sedert
hare ontmoeting met Alfred. Alma
keek op en vestigde de oogen op
haren man met eene veel minder
koele uitdrukking, dan zulks de