De Tweede Kamer keurt de nieuwe staatsleening goed- Drie honderd jaar geleden Goud in de Wildernis TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COURANT) VAN DONDERDAG 15 FEBRUARI 1940. No. 39. KRONIEK VAN DEN DAG Duitschland en Rusland. Economische factoren spelen in den hui- digen, evenals in den wereldoorlog, een belangryke rol. Tot dusver hebben de mi litaire apparaten niet veel anders gedaan dan die economische factoren den grond slag te verschaffen, waarop ze ten volle tot gelding kunnen worden gebracht. Veld en zeeslagen worden er niet of nauwelijks geleverd. Des te meer echter tracht men elkaar economisch in het nauw te drijven: vernietiging van koopvaardijschepen en wat dies meer zij. Voorshands zijn Engeland en Frankrijk, wat deze economische oorlogvoering betreft, in de meerderheid. Rechtstreeks over zee krijgt Duitschland vrijwel niets meer toe gezonden. De Duitsche koopvaardijvloot werd tot werkloosheid gedoemd en v neutrale schepen is het risico, om een deel van de taak dier vloot over te nemen, te groot. Een sluitende blokkade-gordel heb ben de geallieerden echter niet om Duitsch land heen kunnen leggen. Lang niet. Met de Scandinavische en Baltische landen (via de Oostzee) met Italië en de landen van Donaubekken en Balkan (over land en langs groote rivieren en kanalen) bleven de Duit sche verbindingen ongerept. Hier kunnen Frankrijk en Engeland niet rechtstreeks tusschenbeide komen. Wat ze probeeren is: deze landen als het ware leeg te koopen, zoodat er voor Duitschland niets zou over blijven. Het spreekt welhaast vanzelf, dat zulk een poging onmogelijk volkomen kan slagen. Intusschen: Zuidoost-Europa is in geen geval in staat, Duitschland al de grondstof fen te verschaffen, welke het noodig heeft. Verscheidene ontbreken geheel en al. In dien Duitschland zal voorkomen, dat het economisch kapot gemaakt wordt, zal het daarom andere bronnen moeten aanboren. Er zijn zulke bronnen; overvloedig zelfs. Men kan ze met een verzamelnaam aan duiden: Rusland. Het groote Rusland zou Duitschland economisch op de been kun nen houden: als de ontzaglijke rijkdommen van zjjn bodem voldoende werden geëxploi teerd. Vlak voor de oorlog begon, sloot Berlijn, zooals men weet, een economisch verdrag met Moskou. Tot dusverre is het profijt daarvan echter meer dan schamel geweest. Rusland heeft op geen stukken na geleverd, wat het had kunnen leveren. Nu is er deze week een nieuwe overeen komst tot stand gelcomen, een overeen komst, waarover te Berlijn hoog van den toren wordt geblazen. Russische grondstof fen zullen tegen Duitsche industrie-produc ten worden geruild en wel zoo intensief, dat Engeland en Frankrijk geen kans meer krijgen met hun blokkade. Men moet afwachten, wat er van de grootsche plannen terecht komt. Tot dus ver is Rusland's capaciteit als leverancier van grondstoffen den Duitschers, als ge zegd, niet meegevallen, maar juist da&rom willen zü, op grond dor nieuw tot stand gebrachte regeling, zeiven ter plaatse de hand aan 't werk slaan. Het Ijjdt wel geen twijfel, of het Zuiden der Sovjet-Unie, dat zoo nauw bij. het Balkangebied aansluit, verheugt zich bij uitstek in hun belang stelling. De Times-correspondent te Belgra do spreekt zelfs van militair en economisch Duitsch-Russisch samengaan in de Oekra- ine, het gebied van den Kaukasus en de Zwarte Zee, wat zou blijken uit tal van authentieke rapporten. De spoorwegen Ba- toemKief en OdessaLemberg zouden dienstbaar worden gemaakt aan uitvoer van olie, mangaanerts, keper en tarwe naar Duitschland. Ook treffen Duitsche ingeni eurs maatregelen, om eventueele vijande lijke aanslagen op Odessa of dé spoorwe- gen-in-kwestie af te weren. Indien de zaak werkelijk goed werd aan gepakt, zou Duitschland er zeer waarschijn lijk een onmetelijk profijt van kunnen trek ken, althans op den duur. Ten aanzien van het verloop van den oorlog zal dus vooral de vraag zijn, of men in het Derde Rijk genoeg reserves bezit, om den strijd vol te houden, totdat de Russische bronnen overvloedig gaan vloeien. Uiteraard is daar van heel weinig te zeggen. Alleen valt het op, dat Frankrijk en Engeland de zaak geenszins en bagatelle behandelen. Men schijnt er zich te Parijs en Londen eenigs- zins ongerust over te maken. Hetgeen maar Alleen de communisten tegen. Na een beraadslaging, die nog binnen de twee uren is gebleven, heeft de Tweede Kamer zich gistermiddag zonder hoofde lijke stemming vereenigd met het leening- ontwerp, waarbij de regeering wordt ge machtigd tot de opneming van driehonderd millioen gulden op de geldmarkt, tegen een rente van vier procent, indien de inschrij vingen vrijwillig binnenkomen, met als stok achter de deur een gedwongen leening te gen drie procent voorzoover de vrijwillige deelneming niet toereikend mocht zijn. De heer Rost van T o n n i n g e n (n.s.b.) heeft bij deze 'gelegenheid woor den van critiek gesproken, voornamelijk om te betoogen dat het grootkapitaal bij de Decemberleening zijn maatschappelijke plicht heeft verzuimd en dat de mislukking van genoemde leening heeft doen blijken dat de kapitaalmarkt is ontwricht. Hij drong overigens aan op het nemen van drastische deviezenmaatregelen en wat vei'der zou kunnen dienen om de kapitaal markt tot het eigen land te limiteeren. Vervolgens heeft de heer Posthuma (chr. $em.) als zijn opvatting te kennen ge geven, dat reeds thans het rentepercentage over de geheele linie dezer leening op drie had dienen te zijn gesteld, waar de Decem berleening reeds mocht worden beschouwd als het vrijwillige 4 object, terwijl de minister met den stok van drie procent de rest zou hebben binnen te halen. Tevens be pleitte deze spreker leeningsfaciliteiten voor provinciën en gemeentebesturen. Feitelijke oppositie kwam alleen van de zijde der communisten, bij monde van den heer E f f e n d i, wiens conclusie was, dat uiteindelijk toch de arbeiders de lasten der mobilisatie moeten dragen, gezien o.a. het voorstel om een koffiebelasting in te voe ren. In plaats van koffe met slagroom, zoo ironiseerde de communistische afgevaardig de, krijgt het volk nu koffie met slagkrui- Tenslotte zeide de heer T e u 1 i n g s (r. k.)dat de instjtueele beleggers bij de De cemberleening te veel naar eigen standje hebben gekeken. Minister D e G e e r behoefde geen zwa- ren strijd meer te voeren om het leening- ontwerp erdoor te krijgen. Spr. zette uiteen waarom hetzelfde rentetype als bij de De cemberleening moest worden gekozen voor het vrijwillige deel van dit ontwerp. Ware reeds thans het rentepercentage lager ge steld, dan zouden degenen, die in December hebben deelgenomen, geen gebruik maken van de gelegenheid tot overschrijving en ware het hooger dan vier, dan zouden de schuldbewijzen van December een onge- wenscht agio doen. Voor het nemen van drastische maatregelen, als bedoeld dooi den heer Rost van Tonningen, achtte de minister geen aanleiding aanwezig. Tege moetkoming aan gemeèntebesturen door het verschaffen van leeninggelden tegen laag percentage, zou naar de meening van den bewindsman mogelijk zijn op den voet als bij de woningwetvoorschottèn geschiedt. Ten aanzien van de provinciale besturen was z.i. geen leeningfaeiliteit. van rijkswege noodig, daar zij voldoende crediet bezitten. Tijdens de behandeling in de Kamer wer den in het ontwerp nog enkele in hoofd zaak redactioneele wijzigingen aangebracht, waarna de aanneming geschiedde met aan- teekening, dat de communisten -tegen wa ren. kreeg de Ned. Herv. kerk te Sint Laurens baar eerste predikant. Tweede phase van den oorlog zal spoedig beginnen Een Engelsch woordvoer der acht groot Duitsch offensief mogelijk. De parlementaire secretaris van het Britsche ministerie van: voorlichting, Sir Edward Grigg heeft in een rede te AT trincham in Cheshire gezegd, dat spoedig een tweede phase van den oorlog zal be ginnen. Ten aanzien van de strategische mogelijkhedenzeide Grigg, dat het moge- Hik is, dat Duitschland een groot offensief op touw zal zetten en indien dit zoo dan zal het Britsche volk toon en wat het kan, evenals het vroeger- heeft gedaan. Duitschland heeft het voordeel, dat het langer tijd heeft gehad zich voor te be reiden en zyn munitievoorraad is zeker zeer groot. Het zou van groote beteeke- nis zijn, wanneer de zorgvuldig voorberei de hevige slag zou mislukken. Grigg zeide verder, dat indien de mili taire macht van Duitschland niet wordt vernietigd, er geen toekomst voor Euro pa en Engeland bestaat, doch .alleen ver laging en duisternis Om te overwinnen heef! Engeland vier dingen noodig: ten eerste: een snelle -uit breiding van de strijdmacht, welke reeds zeer groot is; ten tweede: een groote toe name van de munitie-productie; ten der de: een sterke nationale financieele toe stand; ten vierde: een levendige uitvoer handel. Tegen de communisten in België. De afdeelingen van de Belgische Kamer hebben geweigerd twee communistische wetsvoorstellen te laten drukken, doch zij hebben toestemming gegeven tot het druk ken van een voorstel tot ontbinding van de communistische partij. De „Nation Beige" meent, dat de meest verkieslijke oplossing zou zijn, algemeene opheffing" der parlementaire immuniteit van de communistische afgevaardigden. EEN 103-JARIGE. Vrijdag 16 Februari a.s. hoopt de heer J. M. Littig te Dordrecht zijn 103den verjaar dag te vieren. De oude heer geniet nog een vrij goede gezondheid. al te begrijpelijk is. Lang, heel lang, dacht men daar, dat Stalin zjjn „vriend" Hitier in laatste instantie een kool zou stoven. Daar is men nu echter opeens veel minder van overtuigd. AMERICA N B_L END (Ing. Med.l (Slot Op 10 Nov. 1639 werd tot eersten pre dikant der Ned Herv. gemeente te Sint Laurens dus beroepen, ds. Pieter van Es sen, ook wel geheeten Petrus van Essen, predikant der Hervormde kerk te Philippi ne. Mede stond op de voordracht een pro ponent of canjdidaat, zoodat de keuze voor het collegium qualificatum niet moeilijk was. Bovendien was mogelijk de keuze nog beïnvloed door de vroedschap van Middel burg, welke stad als halsheer en als be zitter van het ambacht St Laurens twee stemmen had in. 't genoemde college, Hier bij kwam nog, dat ds Pu van Essen een zoon was van P. van Essen, burgemeester, van Middelburg. Dat hij zijn beroep aanfnam, bevreemdt ons ook niet Philippine was een kleine ge meente. in het jaar na de inname der vesting door Frederik Hendrik in 1634 ge sticht. te midden van een zeer overwe gende Roomsch-Katholieke bevolking. Daarbij lag Philippine in Staats-Vlaande- ren, waarin de Spanjaarden: herhaaldelijk invallen deden om het verlórene te her winnen Naar de gewoonte dier tijdeni kon de gemeente St. Laurens met haar nieuwen predikant kennis maken,, doordat 'deze', voor hij zich aan de gemeente verbond op 29 Jan 3!Ö40 een zoogen. proef-predikatie hield. Dit gebruik bestaat nog in som mige streken van ons land. inj Zeeland echter niet meer. Op 19 Februari 1640 deed ds P. van Es sen zijn intrede. Jammer dat niet bekend is met welke tekst hij zich aan( de ge meente verbond. Het bezit van een eigen predikant zal wel medegewerkt hebben tot meerdere uitbreiding der kerkelijke ge meente. Niet alleen dat de houten nood kerk of schuur, die op deni Zuid-Oosthoek van het oude kerkhof stond, vervangen diende te worden door een hecht steenen gebouw, zij werd ook te klein Dank zij het ijyereni van ds. P. van Es sen en de groote medewerking van de stad Middelburg kon na vier jaar, nl op 5 April 1644 overgegaan worden tot het. aanbeste den van. een nieuw kerkgebouw en een pastorie. Het kerkgebouw kwam op de zelfde plaats te staan, waar vroeger de Roomsche kerk stond Deze had de ingang naar het Westen, .in tegenstelling met de tegenwoordige kerk. Die ingang was toen ook dicht bü den toegang tot het kasteel Popkeii|Sburg. De nieuwe kerk was een gewoon rechthoekig gebouw, zooals in de zelfde eeuw meer nieuwe P, rotestantsche kerken werden, gebouwd, bv. te Schoondij- lce. Retranchement, Zuidzande en Nieuw- vliet, met een open houten torentje als zoogen. dakruiter.. In 1645 waren kerk en pastorie gereed Na aflevering van beide gebouwen bleek, dat de totale kosten der kerk bedroegen S374.85 en die der pastorie 7135,47. De hooge som van deze laatste laat zich een weinig begrijpen, als wij weten, dat de pastorie zeer ruim was De stad Middelburg heeft 500 pond Vlaamsch of 3000 bijgedragen tot den bouw der kerk. Voor het maken) van een gebrandschilderd glas met het wapen van Middelburg in een der kerkramen werd 9 pnd vl of 54 betaald. De kqsten van het gieten van een, nieuwe klok of bel nam Middelburg geheel voor haar reke ning. Johannes. Burgerhuis!, die op de Groenmarkt een beroemde klokkengieterij had, maakte destijds ook voor de St Pie terskerk een nieuwe klok. Hij ontving in 1646 voor beide klokken samen 166 3 6 of 997,05 De afzonderlijke kosten zijn niet bekend. Op de klok van St. Laurens stonden, de namen van de toenmalige burgemeesters en thesauriers van Middelburg. Verder nog: Soli Deo Gloria Johannjes Burger huis me fecit 1646. In 1934 is de klok gebarsten. Toen is er een nieuwe gegoten door Gebrs. van Ber gen te Midwolda. Zij is grooter dan de oude en, weegt 300 kg. Zij geeft een fraaie zware klank en draagt ook het oude op schrift: Soli Deo Gloria. Verder de namen ds. J. H. van H Hoffl. Mar. Franke, Man Kwekkeboomv A. Bomméljé en J. Koole. De laatste namen zijn die der vier kerk voogden Ook de n)aam der vervaardigers staat er op, beneven/; het jaartal 1934. Een paar jaar geleden heeft de kerke lijke gemeente een nieuwe pastorie ge bouwd. De burgerlijke gemeente heeft de oude pastorie overgenomen en, haai- doen afbreken Op dezelfde plaats is een ruim vergaderlokaal gebouwd. Ds P. van Essen heeft de gemeente 9 jaar gediend In 1649 vertrok hij als pre dikant naar Middelburg. Hij was een man van groote gaven en had ook in zün va derstad groot gezag. Een 25-tal predikanten hebben de Ned- Herv. kerk te St. Laurenp voor korten o£ langen tijd gediend. De tegenwoordige pre dikant ds. J. P. Simons is alzoo de 26ste. Daar al hun namen vermeld zijn in het verslag van de herdenjking van het 300- jarig jubileum op Zondag jl. zullen wy ze niet herhalen. Uit de lyst is te zien. dat no 2 Ds. Johannes de Meij en no. 20 Ds. J. D. Sigel de gemeenjte maar één jaar hebben gediend Het langst heeft gestaan no. 19 Ds. J. H. Callcoen, nl. 42 jaar.. Na hem is het no 25 Ds. J. H. van t Hoff, die 35 jaar predikant te St. Laurens is ge weest. Vóór St. Laurens was hij nog 15 jaar elders predikant. In de Zeeuwsche geschiedenis zijn om hun groote geleerdheid bekend' Ds. Johan nes de Meij en Ds Baldirinus Hunnius. De laatste is de schrijver van De Zeeuwsche Buïse. Hij was in 1691 van Oostburg na.ar St Laurens gekomen, waar hij in 1719 overleed No. 15. Ds. A. J. Clinge heeft te St. Lau rens den geheelen Franschen tijd medege maakt. Toen de Walchersche boeren in Febr 1S14 tegen den Franschen in opstand kwamen, waarvoor de eerste en meeste actie van St. Laurens uitging, doordat de landbouwer J. Gideonse eigenmachtig de klok liet luiden tot oproep der boeren, werden Ds. Clinge var., St Laurens even als Ds Borsboom van Serooskerke dooi de Franschen te Vilssingen ale gijzelaars gevangen gezet. Met het kerkelijke leven le St Laurens zal het in den: loop der tijden gegaan zijn als in de andere Walchersche gemeenten. Conflicten bleven niet altijd uit, vooral toen de kerkeraad le velde trok tegen „de wulpsch- en ongerijmdheden van danserijen en drinkerijen Deze laatste hadden voor al plaats bij het jaarlijksch ringrijden en andere volksvermaken op Pinksteren. De kerkeraad had hel zoover gedaan weten te krijgen, dat het ringrijden in 16S7 ver boden werd De toenmalige ambachtsheer de heer Boudaen Courlen, noodigde echter de ringr-ijders uit op zijn kasteel Popkens- burg, waar de lanen een uitstekende gele genheid boden voor het steken naar den ring en geen enkel overheidspersoon kon het verhinderen. R B J. de M. Britsche onderdanen mogen dienst nemen voor Finland Reuter meldt uit Londen: Officieel wordt medegedeeld, dat de Britsche regeering aan Britsche onderdanen vergunning heeft gegeven dienst le nemen bij de Finsche strijdkrachten Het te Londen gevestigde recruteeringsbureau mag zich met de wer ving bezig houden. Naar het Engelsch van C. VANDERBELT Jr. 3). Jim schudde aarzelend het hoofd. „Z&l jk dan nog teruggaan?" vroeg hy. In zyn geest beantwoordde de oude Rob die vraag met: „Ik wil hopen van niet". Maar hardop antwoordde hy: „Wel, jongen, denk er nog eens over na. En nou heb ik je lang genoeg van ons feestje afgehou den. Kom mee! Mimi verwacht je, zie je!" En inwendig glimlachte hij, omdat het ge zicht van Jim zoo opklaarde. „Mimi is mijn laatste en myn beste meis je", mompelde hy halfluid onder het ver laten der bibliotheek. „Ik kan niet uit staan, dat ze met dien vreemden snuiter uit pure kwaadwilligheid zou gaan trou wen, omdat ze nu eenmaal haar zinnen op hem gezet heeft. Het is puur kwaadwillig heid en perversiteit, Jamie. Zyn titel en buitenlandsche manieren hebben haar in gepalmd. Hij noemt zich een Oostenrylc- schen graaf! Hy zegt, dat hy een boek over •de Indianen in Canada aan het schrijven is. Maar ik zeg, dat hij een nietsnut is! En Mimi is voor geen praten vatbaar. Koppig! •Stijfhoofdig! Precies haar vader!" Ze daaden de breede trap af. Oude Rob hield Jim staande voor een traliewerk, waardoorheen men in de benedengelegen groote zaal kon kijken. „Die zaal had ik voor de familie be stemd", zei hy. „Maar ze komen zoo goed als nooitze vinden hun vader een ou den gekKijk, daar is Mimi! Zij is de eenige, die voor mijn verjaardag uit Chica go hierheen wou komenmaar ik heb baar dan ook, om haar te paaien, een nieu we vliegmachine moeten geven en goed vinden, dat ze met mij en dien aap hierheen vloog". Jim luisterde al niet meer. Hij keek. Hij keek naar een tooneel vol licht en leven... naar een meisje in een met loovertjes be zaaide witte japon, dat ping-pong speelde. Een meisje met het mooiste figuurtje ter wereld, met glanzend rood-goud haar, dat wedijverde met de schitterende koperkleu ren van den dageraad der poolkringen. Jim voelde zyn hart opspringen en ronddraaien, hoewel hy toch zoo gewend was, zich in dit visioen te koesteren. Maar zy was ouder geworden, stralender, ongelooflijk begee- renswaardiger. Het Noorderland verbleek te plotseling in Jim's gedachten. Geen Noor derlicht meer over de sneeuwvlakten; geen twijfelachtig goudgeschitter in het hol van van een Indiaan; geen droom meer over hard werken, om gezondheid en beschaving te brengen in een slapend gebied! Neen! Van nu af zou het worden: Chicago, geld, machtMimi! Jim liep vlug de trap af en en elke stap verwijderde hem verder van het schitteren de leven dat hy zich zooeven nog had voor gesteld. Toen hy die volle, prachtige speel zaal binnentrad, ondervond hy een emotie van verhevener hoop, verwachting en zelf vertrouwen, dan hy nog ooit in zijn leven gekend had. Hij zag nauwelijks de beide oude dames, aan wie Rob hem voorstelde, noch een der andere gasten. Hij zag alleen Mimi. Op het oogenblik, dat zy hem zag, ge beurde iets onvergeeflijks. Ze stond gereed, haar laatste „serve" te geven en keek met Dit is de wet der zgn. solidariteit, die zoodanige ordening eischt van de economische werkzaamheid der men- schen dat deze gericht zij en hlijve op de bereiking van het natuurlijke doel der samenleving: het algemeen wel zijn. opgeheven arm glimlachend over tafel heen naar haar donkeren tegenspeleren toen langs hem heen naar Jim. Met een overdreven uitbundig kreetje wierp ze haar „bat" op tafel en rende naar Jim toe. „Mijn held uit de wildernis!" stelde ze hem aan de gasten voor. „Heb ik geen ge lijk gehad met wat ik over hem verteld heb? Kijk maarGary Cooper, of Nel son Eddy na een vermageringskuur!" Ze sloeg haar armen om zijn hals, ging op haar teenen staan en gaf hem een kus op zyn mond. „Hoezee voor Noord Canada! De laatste van een uitstervend ras! Salué!" De jongeren brulden van het lachen. Maar oude Rob lachte niet, net zoo min als .de tantes, net zoo min als Jim zelf. Jim, die de whisky van haar lippen rook in dien eenen, banalen kus en die in dat ééne oogenblikje, dat hij haar in zyn armen had, voelde, hoe zwak ze op haar beenen stond. Mimi danste van hem weg en riep: „Je bent nog net zoo geweldig als vroeger! Zelfs al kijk je leelyk, Jamie, en zelfs in die klee- ren! Maar waarom draag je toch je prach tige roode uniform niet en je hoed met op geslagen rand?" „Omdat ik geen lid ben van de bereden politie". „Wat jammer! Het zou hem zoo goed staan, denken jullie ook niet? Maar lijj is een beroemd vlieger, weten jullie dat 'wel? Mijn eerste les heb ik van hem gehad. Ik izal nooit vergeten Het diner werd aangekondigd en zoo ble ven verdere onaangename uitweidingen Jim bespaard. Maar het begin van een bittere teleurstelling was er nu eenmaal. De oude ren volgden den butler onmiddellijk; doch Mimi hield Jim tegen. „Eerst nog een op- frisschertje!" riep ze. „Geef op, Otto!" Even voorstellengraaf von Ungemach, Jamiemijn gewichtige internationale bondgenoot". Jim vestigde een misnoegden blik op den slanken, ietwat militairen man met zijn olijfkleurige huid en koude, grauwe oogen, die een stijve buiging voor hem maakte. Een oogenblik meende Jim dat die vreemde hem toch ongewoon bekend voorkwam; maar hij voelde zich te ongelukkig, om over iets anders na te denken, dan over wat er met zyn hart gebeurde. Graaf von Ungemach draaide zich om op zyn hakken, om met een glimlachje aan Mimi's bevel te voldoen, bukte zich onder de ping-pong tafel en haalde een grooten flacon te voorschijn. „Drinken is hier verboden", zei hij zijn woorden afbijtend. „Daarom heeft Mimi, die schat, overal in huis voorraden verstopt en haar bondgenooten een plattegrond van het huis verschaft. Handig, niet waar?" „Schieten jullie nou een beetje op!" fluis terde Mimi. „Als paps het bemerkt, neemt hij mij m'n vliegtuig weer af. Ilc heb hem beloofd, dat ik me als een engeltje zou ge dragen". Ze zette de flesch aan haar roode lippen, en zag er uit als een mooi, ondeu gend kindzoo mooi dat Jim zijn oogen niet van haar afwenden kon. En toch vond hij het ondragelijk om te zien. Hij kon ook niet meer naar haar luisteren, omdat elk woord dat ze met haar lieve stem zei, als een messteek was naar het heerlijke vï- sioen, dat hy van haar in zyn hart had ge koesterd. Jim kon bijna niet gelooven, dat een heerlijke herinnering zoo op slag vernield kon worden. Noch minder dat er daarom zulk een bittere stemming in zijn hart kon 'ontstaanen zelfshaat! Want naar mate het op dien koortsachtig drukken avond later werd, begon hy Mimi hoe lan ger hoe meer te haten. Ze had er geen recht toe. zóó mooi te» zijn en haar eigen schoon heid zóó te verraden! Het leek Jim, of er aan het feest geen einde wou komen. Een lang, saai diner; een saai verloop van den avondsaai, omdat de oude lui erbij bleven. Oude Rob kwam met familiealbums aandragen. „Dat doet hy nu ieder jaar: we moeten telkens weer mee terug naar den tyd, dat hy houweel en schop hanteerde!" fluisterde Mimi, zoo hard, dat allen het konden ver staan. En Jim schrok ervan, omdat hy zag, dat de oude Rob het ook gehoord had en zich door haar verveelden toon gekrenkt voelde. Tijdens het bekijken van die oude kiekjes uit het mijnwerkerskamp en van de latere der Jamieson Rivier-fabrieksinstallaties. viel er iets voor, dat, toen hy er later aan terugdacht, een diepen indruk op Jim maakte. Hij zag, hoe graaf von Ungemach een bladzijde uit een der albums scheurde, toen hij dien, op verzoek van Mimi's tante Lucy, weer in de kast terugplaatste. Jim was er zoo zeker van en tevens zoo verbaasd er over, dat hij, toen de oude lui naar bed en de jongelui naar de speelzaal teruggekeerd waren, het album ging nakijken, juist, er wès een blad uitgescheurd; een blad met kiekjes van den laatsten tijd; kiekjes van de eenige staking, die bij Jamiesons Landing gehouden was. Vreemd! (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1940 | | pagina 5