NTIES
I
Onrechtmatig bezit
giiNiiLAND.
Elke vacantie-dag
is er één!
ZEELAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 21 JULI 1937. No. 169.
ieel
KBItUEK van den DAG.
da^!"
sp. extra
10—18,
L 18, ids
ie 8—11,
l appels
8, Zo-
jeren 5,
kg. Kas
de Tre*
j>, Meloe-
per 10©
Okkela-
-13, Eng,
16—32,
6, Tol-
|n 2—9,
n 4145
Irkrieken
idem 15
lisbessen
fitte bes
laten 7
i 3.30—
per 100
per 100
in het
it 37-39,
meieren
regels
ier.
imüa
mi»
Steno-ty-
tstenogr.
TeL
s) en
ïrg, Ka-
7Us
INECHT
fj P. Do-
22 jaar,
werk?
te M-O.
Bureau
>op ge-
rhuurde
jg. van
Eng, on-
lit Blad,
|blik ge-
merk
lever-
|>ns gek.
(Leijnse,
|M'burg.
he-
lis ge
lde prij-
In, Gra-
auto?
^en, did
even
taxi.
iselaar,
I'burg.
asassa
SSSï
Shogoen Hideyoshi's plan
verwezenlijkt
In verband .met de jongste gebeurte
nissen in het Verre Oosten, ontvingen
wij een interessante schets van dr. J. G.
Loohuis te Utrecht over de geschiedenis
van Japan; het land, dat in 75 jaar tijds
zich van een onaanzienlijke Oostersche
natie tot een groote mogendheid wist te
ontwikkelen en thans de andere groote
mogendheden der wereld permanent
zorgen baart.
Wij ontleenen daaraan het volgende:
Korea was de brug, waarover in oude
tijden de beschaving Japan bereikte.
Reeds in de derde eeuw n. C. kwamen
Chineesche emigranten via dat schier
eiland naar Japan. Het waren in hoofd
zaak handwerkslieden, die, naast groote
vaardigheid, eene flinke dosis kunstzin
nigheid en cultuur met zich hrachten.
Hun invloed werkte bevruchtend op het
Japansche volk, dat van dien tijd af vrij
geregelde betrekkingen met het Hemel-
sche Rijk ging onderhouden. De Chi
neesche infiltratie en invloeden namen
sterk toe in de zesde eeuw. Ook edelen
en geletterden gingen zich toen naar Ja
pan begeven. Zij stelden dit land in ken
nis met de kusten, ambachten, zeden, ge
woonten en wetenschap van het vaste
land van Azië, Het Confucianisme deed
in Japan zijn inVloed gelden. Iets later
van 552 n, C, af bereikte ook het
Boeddhisme via de Koreaansche brug
het rijk van den Mikado. Deze laatste
leer, die niet zonder strijd wortel kon
schieten, werd het eigenlijke fundament
van eene nieuwe Japansche cultuur.
Confucianisme en Boeddhisme zijn de
groote cultureele geschenken, die het
Japansche volk van het Chineesche ont
ving, en die nog heden ten dage pijlers
zijn van de Japansche beschaving en van
het Japansche Rijk. Nu denke men niet,
dat de Japanners beide stelsels zonder
meer overnamen. Het tegendeel is waar.
Meer dan eenig ander volk verstaat het
Japansche de kunst om uit datgene, wat
het krijgt of waarneemt, het goede, hem
passende, te behouden. Zoo ging het ook
met den Chineeschen cultuurgolf in de
eerste tien eeuwen onzer jaartelling. Hij
werd door de Japansche natie geabsor
beerd en verjapaniseerd. De oorspronke
lijke godsdienst, het Shintoïsme een
soort voorvaderen-vereering ver
dween niet, doch werd geleidelijk met
het Boeddhisme en het Confucianisme
aangepast aan de nieuwe, opkomende
beschaving van het volk.
Zien wij af van de vloot-expeditie,
die de geduchte Mongolenvorst Koeblai
Khan tegen het einde der dertiende
eeuw uitrustte tegen Japan (en die eene
mislukking werd!) en kleine strubbelin
gen, dan duurde het tot 1592, alvorens
het kind in openlijken strïfd met de moe
der kwam. In dat jaar regeerde in Japan
de Shogoen (kroonveldheer en hofmeier)
Hideyoshi, een geducht krijgsman. Hij
was er in geslaagd om den binnenland-
schen vrede in zijn rijk te herstellen en
te consolideeren. Vervolgens zocht hij
nieuwe lauweren. In zijn brein ontstond
voor het eerst het plan om een machtig
Oost-Aziatisch Rijk te vormen, dat Ja
pan, Korea en China zou omvatten. Zelf
telg van een eenvoudig boerengeslacht,
droomde hij voor zijn volk de stoutste
droomen. „China, Korea en Japan
zeide hij eens zal ik even gemakkelijk
vereenigen als ik een stroomat vlecht".
Hij rustte een leger van ten naaste bij
honderdduizend man uit en wierp zich
op Korea. Het opmerkelijke van deze
expeditie is, dat het haar ten grondslag
liggende veldtochtsplan in hoofdtrekken
overeen kwam met dat, hetwelk de Ja
panners drie eeuwen later in den
Chineesch-Japanschen oorlog van 1894
hadden opgesteld. Korea was een gemak
kelijke prooi voor Hideyoshi, De Chi-
neezen, die te hulp waren gesneld, ver
sloeg hij in 1593. Langdurige onderhan
delingen, waarin de Zonen des Hemel-
schen Rijks ook in die jaren reeds mees
ters waren, liepen op niets uit. Want de
Chineezen, die den Japanschen „parve
nu" niet konden uitstaan, behandelden
hem, ondanks hun nederlaag, als ware
hij hun vazal en verleenden hem zelfs
den titel van Koning van Japan. Ont
stemd over deze hoovaardij, rustte Hi
deyoshi een nieuwe expeditie uit, die
evenwel in 1597 op jammerlijke wijze
aan haar einde kwam. Het volgend jaar
stierf Hideyoshi en de oorlog verliep. De
eerste krachtmeting tusschen Japan en
China was ten voordeele van laatstge
noemd land beslist.
Inmiddels hadden van het midden
der zestiende eeuw af de Europeanen
hun intrede gedaan in Japan. Aanvan
kelijk ontving men hen met open armen
Een bloeiende handel ontwikkelde zich;
de missionarissen maakten duizenden
bekeerlingen. Doch na eenige tientallen
jaren keerde het getij. Voorschriften, die
de bewegingsvrijheid der Westerlingen
beperkten, kwamen af. Aan de prediking
van het Christendom legde de Japansche
overheid steeds meer moeilijkheden in
den weg. In de jaren 1624 tot 1639 kwa
men wreede Christenvervolgingen tot
stand. Tienduizenden Christelijke Japan
ners vonden den dood om der wille van
het geloof. Omstreeks het midden der
zeventiende eeuw wees Japan alle
vreemdelingen uit. Zijn eigen zonen ver
bood het op poene des doods om het
land te verlaten of betrekkingen met
vreemdelingen te onderhouden. Slechts
den Chineezen en den Nederlanders
werd onder beperkende voorwaarden
toegestaan om in het rijk van den
Mikado te vertoeven en handel met het
Japansche volk te drijven. Twee eeuwen
duurde dit isolement, twee eeuwen, ge
durende welke Japan slechts via de Hol-
landsche factorij op Deqima contact had
met het Westen. Maar toen de negen
tiende eeuw eene periode van groot-
schen industrieelen opbloei inluidde,
klopte het Westen alras aan de poorten
van Japan en forceerde het die onder
begeleidend gedonder van de kanonnen
van zijn moderne oorlogsschepen. Japan
verstond de teekenen des tijds. Het
maakte zich op om het vele nieuwe, dat
het Westen eigen was en machtig maak
te, in dienst te stellen van eigen glo
rie en tot tenuitvoerlegging van Hi
deyoshi's plannen. Ook tijdens het iso-
lement had het Japansche volk dezen
heerscher niet vergeten. In de negen-
i tiende eeuw bestond er in Japan zelfs
eene imperialistische „school", die stond
I onder leiding van Yoshida Shoïn, Op
haar programma kwamen voor: de ver-
1 overing van de Koerillen, Sachalin, Kam-
tsjatka, Formosa, Korea, Mantsjoerije,
Oost-Siberië, benevens overheersching
van China.
Punt voor punt heeft het moderne Ja
pan deze plannen uitgevoerd. Successie
velijk kwamen alle genoemde gebieden
in Japan's bezit of onder Japansche do-
minatie. De Gele Zee is sedert lang een
Japansche binnenzee. De Japansch-Chi-
neesche oorlog van 1894 drie eeuwen
na Hideyoshi's mislukte expeditie ein
digde in een volkomen overwinning voor
Japan. De Russische nederlaag in 1904
verstevigde Nippon's positie op het vas
teland van Azië aanzienlijk. De eeni
ge jaren voordien uitgebroken Boxer
opstand in China, zag Japan schouder
aan schouder met de Europeesche mo
gendheden tegen China in het veld trek
ken. De wereldoorlog bood de gelegen
door
DOROTHEA GERARD.
20).
te M.
Daar hielden de viervoetige roovers
hooggericht en gingen met tand en klauw
den veroordeelden misdadiger te lijf.
Dat alles had Katya te uit en te na ge
hoord van dezelfde kinderjuffrouw, die
haar op de vliering had opgesloten. En
op de lange avonden, die zij doorbracht
met de doorgaans duttende Malania Pe-
trowna als eenig' gezelschap, was de
stem van den winterstorm voldoende
om de oude herinneringen bij haar wak-
r roepen, ze de oude wegen wijzend
en altijd uitloopend op hetzelfde punt:
e eruggave van het onrechtmatig ver-
wo,r!e.n ê°ed, waarvoor zij, geen ander
mi e zag als haar eigen dood ofdie
andere mogelijkheid, waarop zij dezen
morgen tegenover Malania had gedoeld,
dezelfde mogelijkheid, welke zij op dien
Septemberdag in de boot zoo ernstig
had gepeinsd.
Sedert was zij steeds meer vertrouwd
met die gedachte geworden en "steeds
duidelijker teekende de mogelijkheid
zich voor haar af.
Het daarin opgesloten offer want
het verlies van de vrijheid zou bijna even
zwaar zijn als het verlies van hel leven
maakte het denkbeeld bijna nog ver
leidelijker. Persoonlijke gevoelens speel
den geen rol in de zaak. Doch eerst
■sinds dezen morgen overwoog zij haar
denkbeeld volkomen kalm. De door haar
voogd aan de hand gedane echtgenoot
had in haar geest weer een anderen
echtgenoot opgeroepen. Wat zij aan Ma
lania had gezegd omtrent haar plannen
om niet te trouwen, was bijna een ver
rassing voor haar zelve geweest, al was
het ook de vrucht van de overpeinzin
g'en gedurende den halven winter.
Toen zij voor de deur van de school
stond, sloeg iemand, voor haar aan. Het
volgende oogenblik stond de politiecom
missaris naast haar slede.
„Heeft u de courant van vandaag al
ingezien?" vroeg hij met iets deeine-
mends in zijn stem en oogen.
„Ja, ik heb de courant reeds gele
zen. Dank u wel; ja, help mij maar even
uit de slede. Ik moet hier zijn",
„Maar dat is de school!"
„Juist, ik heb iets met de schooljuf
frouw te bepraten",
„Als ik me niet vergis, heb ik u al
eens vroeger hier gezien".
„Precies. Panna Rudkowska is een
van mijn vriendinnen. Dank u. Goeden
Voor zijn verbaasde oogen slipte zij 't
schoolgebouw binnen.
Panna Rudkowska was nog in de
school, waarvan de atmosfeer nog vol
hing van onfrissche kinderadems, en
waar op het zwarte bord met groote
letters de woorden „Port Arthur" waren
geschreven. Bij het gezicht daarvan
fronste Katya de wenkbrauwen, en de
schooljuffrouw kreeg daarvan een kleur,
terwijl zij haastig een doek greep om de
veelbeteekenende woorden weg te ve~
heid om steunpunten het voormalige
Duitsche pachtgebied in het Hemel-
sche Rijk te verwerven. Recentelijk
stichtte Tokio in Mantsjoerije den va
zalstaat Mantsjoekwo. Thans vallen de
schaduwen der Japansche legers reeds
over de Russisch-Japansche grens in Si
berië. China gevoelt meer en meer den
greep van het Mongoolsche „broeder
volk". Een nieuwe krachtmeting
eigenlijk reeds ingezet in 1915 met het
stellen door Japan van de befaamde een-
en-twintig eischen aan China; eischen,
die in wezen neerkwamen op een volko
men overgave van China aan Japan
is thans in vollen gang. Hideyoshi kan
tevreden zijn; zijn volk heeft zijne gees
telijke nalatenschap door de eeuwen
heen gekoesterd en zijn imperialistische
testament reeds goeddeels ten uitvoer
gelegd.
Maar Hideyoshi is in China doodge-
loopen. Zal het ook den uitvoerder van
zijne grootsche plannen, het moderne Ja
pan, vergaan als dezen Shogoen? Er zijn
teekenen en factoren, die de mogelijk
heid hiervan geenszins uitsluiten. Geen
vreemdeling is tot nu toe ongestraft in
China doorgedrongen. De geschiedenis
van de overheersching der Mantsjoe's
over China stelt ten deze een leerzaam
voorbeeld. Zij kwamen en overwon
nenoogenschijnlijk. Want China,
hoezeer ook gemutileerd, en het Chinee
sche volk bestaan nog; de Mantsjoe's
zijn met hun glorie verdwenen, op
gezogen door de amorphe honderden-
millioenen-massa van het Hemelsche
Rijk, Opnieuw heeft China zich op
de haar eigen manier aangegord tot
een gigantischen strijd, ditmaal weer met
Japan. Hoe deze strijd gevoerd zal wor
den en hoe hij zal verloopen, is niet te
zeggen. Er zijn, aan weerszijden, krach
ten ontketend, die het doen van profe-
ties onmogelijk maken. Maar dat het een
worsteling is (en nog veel meer gaat
worden) van wereld-historische betee-
kenis, daar valt niet aan te twijfelen.
PRINS BERNHARD TE AMSTERDAM-
Z. K. H. Prins Bernhard heeft gister
in gezelschap van zijn adjudant jhr. ir.
W. Roëll, een informeel bezoek aan de
hoofdstad gebracht, dat in het bijzonder
de haveninrichtingen gold.
Te tien uur arriveerde de Prins aan
de etablissementen van de K.N.S.M.
aan de Surinamekade. De Prins bezich
tigde het los- en laadbedrijf en heeft
op de statistische afdeeling graphische
voorstellingen, betrekking hebbende op
het scheepvaartbedrijf, bestudeerd.
Te ongeveer kwart over elf begaf de
Prins zich met zijn adjudant naar de eta
blissementen van de stoomvaart maat
schappij Nederland.
Te omstreeks kwart over twaalf be
gaven zij zich na een bezichtiging van
de bedrijven der maatschappij Neder
land aan boord van de Christiaan Huy-
gens, die voor de reis naar Neder-
landsch-Indië wordt gereed gemaakt,
waar in tegenwoordigheid van vooraan
staande personen uit het scheepvaartbe
drijf het noenmaal werd gebruikt.
Later in den middag heeft Prins Bern
hard een bezoek gebracht aan de wer
ven en de werkplaatsen van de Neder-
landsche Scheepsbouw Maatschappij.
DE WERELD JAMBOREE.
De geestelijke verzorging van
de protestantsche deelnemers.
Wanneer men op 31 Juli a.s. het ter
rein van de groote wereldjamboree van
de internationale broederschap van pad
vinders zal betreden, dan vindt men op
een van de terreinen links van de Beks-
gen.
„U leert ze dus zich te verblijden over
onze nederlagen", zei Katya, terwijl zij
haar bontjas open maakte en zich op
der schoolbanken zette,
„Ik leer ze alleen de geschiedenis van
den dag", verklaarde het meisje, dat zich
wel eenigszins schuldig gevoelde.
„Nu, ik kan me het wel begrijpen.
Waarom zoudt ge met ons treuren, ter
wijl wij zoo vaak u lieden hebben doen
treuren? Ik zou intusschen wel eens
willen weten, of de Swigello's zich erg
hartelijk verheugen over onzen tegen
spoed. U heeft mij nog nooit medege
deeld, of Kaz'mira in haar brieven ooit
van den oorlog gewaagt".
,,Soms wel", erkende Panna Rud
kowska
„En natuurlijk verheugt zij zich over
den loop er van even als gijzeli?"
„O, ik tel niet mee", haastte de
schooljuffrouw zich te verzekeren, „en
wat haar betreft, nu, dat kunt u toch wel
begrijpen! Denk maar eens aan al wat
zij hebben ondervonden!"
„Bestaat er kans, dat ik dat ooit ver
geten zal? Laat ik u mededeelen, Panna
Rudkowska, dat ik onlangs mijn testa
ment heb gemaakt".
De andere keek haar vragend aan.
„En ik heb het te hunnen gunste ver
maakt. Als ik morgen aan den dag kom
te vallen, dan gaat Lubynia en elke
stuiver, die ik bezit, aan de Swigello's".
„Zoo", zeide schooljuffrouw, en van
verbazing ging zij tegenover Katya zit
ten met den doek nog tusschen haar
met inkt besmeurde vingers. Na een
Ze zijn kostbaar die vrije dagen! Laat
er géén verloren gaan, door hoofdpijn,
migraine, onwelzijn of kou-vatten. Zorg
zoo'n zakdoosje met 3 „AKKERTJES" bij
te hebben. Helpen direct l Slechts 20 cent.
(Ingez. Med.)
laan, dichtbij het marktterrein een
„diensttent" tevens inlichtingenbureau
van het commissariaat voor de geestelijke
verzorging van de protestantsche deel
nemers.
Daar zal aanwezig zijn ds. W. M. A.
Kalkman van Amsterdam, hoofdkwar
tiercommissaris van „de Nederlandsche
Padvinders" en tevens hoofdleider van
de geestelijke verzorging. Ook zullen
daar zijn drie secretarissen en eenige
voortrekkers, die als klerken en ordon
nansen zullen dienstdoen. En daar zal
heel wat te doen zijn. Ds. Kalkman is
ingedeeld bij den staf van de jamboree.
Een tiental predikanten van verschil
lende nuanceering zal tijdens den heelen
duur van het kamp, dus van 28 Juli tot
14 Augs. aanwezig zijn, als assislerten
van ds. Kalkman. Ieder van hen wordt
toegewezen aan den sub-kampstaf.
Deze predikanten kampeeren ook in
het sub-kamp en zijn den geheelen dag
bij de troepen. Zij hebben hun geestelijke
leiding uit te strekken over alle prote
stantsche groepen. Het zijn de heeren
ds. H. Dekker, van Amsterdam, ds. J. F.
Berkel van Apeldoorn, ds. J, W. van
Swigchum van West-Terschelling, ds. G
J. W. den Herder van Franeker, dr. W
ten Boom van Hilversum, ds. H, Hinde
loopen van Amstelveen, drs. J. Have-
man van Amsterdam, de heer C. J. Lam-
bour, candidaat te Katwijk aan Zee, ds.
A. K, Krabbe van Hillegom, ds. J. W,
Sepmeyer van Lobith Deze predikanten
zullen iederen dag beginnen met een
morgenwijding, volgens vastgesteld sche
ma: schriftlezing gezang, kort gebed.
Zondag 1 Augs, des morgens om 10 uur
zal er op het groote demonstratieterrein
een velddienst gehouden worden onder
leiding van prof. dr. Berkelbacn van den
Sprenkel van Utrecht. Des middags zul
len vele deelnemers naar Haarlem mar-
cheeren om daar in de Groote of St.
Bavo kerk op de Oude Groenmarkt een
dienst bij te wonen, die geleid zal worden
door dr. Terlaak Poot van Den Haag. In
Engeland noemen ze zoo'n marsch naar
de kerk „church parade".
Een gift van de Koningin.
Het heeft H.M. de Koningin behaagd
een gift te schenken voor het werk der
„Boddaert-tehuizen" te Amsterdam.
DE INVOER VAN EIEREN IN
ENGELAND,
In het Engelsche Lagerhuis werd gis
termiddag de vraag gesteld of de regee-
ring, ten aanzien van de vermeerdering
van den invoer van eieren uit N e d e r-
1 a n d in het afgeloopen half jaar in ver
gelijking met de vorige jaren, het niet
noodig oordeelde de regeering van Ne
derland mede te deelen, dat de invoer
van eieren krachtig moet worden be
perkt.
De minister van handel, Oliver Stan
ley, antwoordde: „Ik zou er op willen
wijzen, dat de totale invoer van eieren
gedurende het eerste half jaar minder is
dan de overeenkomende periode van t
vorig jaar en dat de prijzen der eieren
aanzienlijk hooger zijn dan verleden jaar
zoodat ik g'een aanleiding vind over te
gaan tot de voorgestelde stappen."
oogenblik peinzens liet zij er op volgen:
„En vindt uw voogd dat goed?"
„Ik heb het hem nooit gevraagd. Het
is ook zijn zaak niet".
„Maar nu is nog niet meerderjarig".
„Wat doet dat er toe? Ik ben oud ge
noeg om te weten wat ik wil. Dat maakt
geen verschil".
Panna Rudkowska, die heel wat meer
van zaken afwist dan Katya, dacht van
wel, maar zij hield haar meening voor
zich. Waarom zou zij die gemoedsrust
verstoren? Doch even daarna was er
weer twijfel op haar gelaat te lezen.
„U is Zeer edelmoedig', maar vergeef
mij de opmerking: het kon toch wel eens
gebeuren, dat u in het huwelijk trad, en
dan
„Ik trouw nooit!" riep Katya uit, „be
halve.
„Behalve wanneer?"
„Wanneer mijn huwelijk het landgoed
aan den rechtmatigen eigenaar terug
zou geven".
„En dat zou alleen mogelijk zijn door
een., huwelijk?" vroeg Panna Rud
kowska met beschroomde verbazing.
„Ik zie er geen anderen uitweg op.
Als een der broeders van Kazimira Swi-
gello mijn echtgenoot wordt, trouw ik,
anders word ik een oude juffrouw".
Katya hield op en haalde diep adem.
Het was er dan eindelijk uit. En eerst
nu zij het had gezegd, werd zij zich be
wust, dat wat maanden lang zich in haar
g'eest had ontwikkeld, van een vage mo
gelijkheid gegroeid was tot een duidelijk
omschreven doel. Dezen morgen was er
eerst op gezinspeeld, maar nu was het
N.V, PROVINCIALE ZEEUWSCHE
ELECTRïCITEITSt-MAATSCHAPPIJ.
Jaarverslag over 1396.
Aan het jaarverslag over 1936 van
de N.V. Zeeuwsche Êlectriciteitsmaat-
scb,appij ontleenen wij het volgende:
De stroomverkoop nam in vergelij
king met het vor'ge jaar met 16 pet,
toe, hetgeen te meer bevredigend is,
nu vrijwel de geheele provincie van
stroom is voorzien en dus toeneming
van belang vrijwel alleen van stijging
van het specifieke gebruik is te ver
wachten.
Ook de financ'eele resultaten geven
wederom alle .aanleiding tot tevreden
heid. Mede na enkele afschrijvingen
kan 5 pet. aan aandeelhouders worden
uitgekeerd en het resteerende bedrag
van de winst ad f 15,360,65 aan de re
serve voor afschrijvingen worden toe
gevoegd.
De heer H. Streefkerk trad af als
directeur van den Noord- en Zuid-
groep en de heer J. Slooves is sedert
1 Juni 1936 eenig directeur. De heer
Streefkerk kan met voldoen ng terug
zien op hetgeen hij voor de electrici-
teitsvoorziening van de Provncie aan
vankelijk van 1 Mei 1919 tot 1 Januari
1929 als eenig directeur en sedert daL
jaar in samenwerking met den heer
Slooves heeft gedaan. Hij heeft zijn
beste krachten aan het bedrijf gegeven
en geen moeite ontz en om het tot
bloei te brengen. Dat het bestuur hem
daarvoor zeer erkentelijk is, meent het
nog eens te mogen herhalen.
Van de Zeeuwsche gemeenten wor
den nu allen door de PZEM van stroom
voorzien uitgezonderd St. Maartensdijk,
dat nog een plaatselijke centr.ale heeft
en Zuidzande, dat nog van electriciteit
verstoken is. De gemeente Middelburg
en Hontenisse koopen stroom in het
groot en distr bueeren zelf, de overige
gemeenten laten het geheel aan de
PZEM over.
De Raad van bestuur kon met het
Rijk geen overeenstemming verkrijgen
over een nieuwe huurovereenkomst
van het kantoorgebouw, zoodat hij zich
genoodzaakt z,ag een nieuwe huisves
ting van het kantoor te Middelburg te
zoeken.
Dank zij de in vorige jaren door ex
tra afschrijving bereikte vermindering
van de kap'taalslasten van het tram
bedrijf waren de resultaten van dit be
drijf minder ongunstig dan vroeger,
hoewel het vervoer achteruit bleef
gaan.
De toestemming van den minister
van Waterstaat voor de reeds vroeger
aangekondigde opheffing van de lijn
Vlissingen Stad—Station, werd verkre
gen; de exploitatie is nog niet ge
staakt.
De directeur meldt in zijn verslag
dat in 1936 geen storingen in de Cen
trale te Vlissingen voor kwamen.
De hoogste dagproductie bedroeg
62,460 kwu (v.j. 55210). In deze Centra
le werden in 1936 totaal 13,841,420 kwu
opgewekt tegen 12,285,180 in 1936; de
bedrijfsduur bedroeg resp. 2714 en 2767
uur, de gemiddelde belasting 1576 en
1403 kw.
In de. Centrale te Westdorpe moest
'n 1936 tweemaal de algeheele stroom-
levering korten tijd onderbroken wor
den wegens storing en driemaal was er
een storing, die een deel van Zeeuwsch-
Vl.aanderen korten tijd van de stroom-
levering uitschakelde. De hoogste dag
productie was hier 23,500 kwu (v.j.
23.100) Opgewekt is resp. 5,891,100 en
5.094.000 kwu; de bedrijf sduur resp.
3100 en 2830 uur, de gemiddelde be
lasting resp, 674 en 581 kw.
Voor de voorziening van Schouwen
en Du'veland en Tholen is van de PZEM
1.610,534 kwu ingekocht tegen 1,459,501
uitgesproken. Het had een concrete ge
daante gekregen en waarschijnlijk zou
het deze niet meer verliezen. Panna
Rudkowska sprong op met een kleur
van opwinding, en. Katya's gehand-
schoende hand grijpend, bracht zij deze
met vuur aan haar lippen. Zij was ge-
ëlectriseerd, doch blijkbaar niet ten vol
le verrast. In haar eigen romantisch aan
gelegd gemoed was deze oplossing' van
de moeilijkheid reeds lang opgekomen,
hoewel zij, als Katya er niet over was
begonnen, nooit gewaagd zou hebben er
over te reppen.
„O, wat een grootsch, wat een prach
tig idee! Wat zou dat kostelijk uitko
men! En waarom zou het ten slotte niet
mogelijk zijn? Als ze maar eens kennis
met u konden maken, u is zoo mooi!"
Zonderling genoeg had deze geestdrif
tige getuigenis van ing'enomendheid met
het door haar zelve geopperde denk
beeld een verkillende uitwerking op
Katya, Zjj trok haar hand haastig terug
en zeide:
,,'t Is maar een idee. Natuurlijk zal
zoo iets nooit gebeuren. Och, een mensch
droomt wel eens wat. Ik wilde alleen
zeggen, dat het de meest afdoende ma
nier zou wezen om mij mijn gemoedsrust
te hergeven". Toen herinnerde zij zich
Stasia en werd' verder in beslag geno-
en door mededeelingen omtrent haar
vorderingen.
(Wordt vervolgd)