I OVERSTE SAXON BES Cu' KRONIEK van den DAG. ZEELAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 24 JANUARI 1935. No. 20. «£E13UR0, Historische Avonturenroman, VERDRIJFT P IJ N WALCHEREN. I J\ ije- >te- het :ht. en Zandstr., katjes, i, Salmiak ct. p. o. te jujubes 10 c. p. o. iladreuzel 2 pond varkens rund- of alf pond. Vl'burg. al eens ten). Ge- o. Ge- eerlijk bij Cohen Vl'burg. trekt: vet r kilo, bij Noord- Eoon 225. :abeijauw l 50, ge- per kilo, per stuk. )urg. Te- im 31 ct., pd. pres- ivtensoep ct. p. p. pd. C, ddelburg. nder jou. KAAN". naar en our. Krt. om, kap- mrg. Te- De Duitschers in Zuid-Jutland Hun nationaal-socialistische sympathieën in verband met hun minderheidspositie Ho peloos streven, daar het gebied definitief aan Denemarken werd toegewezen en Deensch is De uitslag van de volksstemming in het Saargebied heeft onwillekeurig de aandacht weer eens gevestigd, op een andere landstreek, waar sinds den oor log Duitschers buiten de Duitsche gren zen wonen. Wij bedoelen Zuid-Jutland, dat na den wereldoorlog door de geal lieerden aan Denemarken werd terug gegeven (in vroegere tijden behoorde dit gebied ook aan Denemarken) en waar in de afgeloopen jaren telkenmale stemmen opgingen voor hereeniging met Duitschland. De zaken staan hier echter geheel anders dan aan de Saar. Het gebied, dat betrekkelijk klein is (er wonen in totaal pl.m. 200.000 menschen) heeft een overwegende Deensche be volking en de afscheiding van het Duit sche Rijk geschiedde definitief. Een be paling, dat hier over een bepaald aan tal jaren een volksstemming plaats zou moeten vinden, bestaat niet. Desalniettemin heeft de Duitsche minderheid nooit kunnen laten propa ganda voor zulk een plebisciet te ma ken. Thans schijnt de hoop daarop weer levendiger te zijn geworden, hetgeen echter dwaas mag heeten. Ook op grond van wat de laatste jaren is geschied. In 1933 en eveneens in 't begin van 1934 was het een tijdlang nogal onrustig in Zuid-Jutland. Het nationaal-socialisme had er onder de Duitschers vrij veel aanhangers, die stormafdeelingen vorm den, nachtelijke oefeningen hielden, en over de grens naar 't Duitsche Flens burg trokken om zich daar in de pakjes te steken, die ze in Denemarken niet mochten dragen. Personen, die goed van de zaak op de hoogte konden zijn wisten te verzekeren, dat de bruine troepen in Zuid-Jutland onmiddellijk op elke willekeurige plaats vijfduizend man konden mobiliseeren, dat er een „motor- storm" gevormd was, welke over een groot aantal auto's en motorfietsen kon beschikken en dat een „marine-storm" met visschersschuiten en plezierbooten de kusten van Zuid-Jutland zou kunnen beheerschen. Een en ander wekte onder de Deensche bevolking in het grensge bied groote onrust, die zich al spoedig ook elders in Denemarken van de men schen meester maakte, maar ten leste is door het rustige en verstandige, maar ook besliste optreden van de Deensche regeering de rust weergekeerd, al droeg daartoe ook veel bij, dat de autoriteiten te Berlijn aan de leiders in Flensburg te verstaan gaven, dat de grensquaestie voor Duitschland niet „actueel" was en dat men geen avonturen op touw had te zetten. De verschillende stormafdeelingen zijn toen in het begin van het vorige jaar uit eigen beweging ontbonden om een ver bod van de zijde der Deensche regeering te voorkomen, maar de cultureele pro paganda van de nationaal-socialisten is voortgegaan. Nu zijn er, en dat maakt de zaak eenigszins ingewikkeld, ook onder de Denen in Zuid-Jutland betrekkelijk veel nationaal-socialisten. Vele Denen in Zuid-Jutland zijn, toen dit gebied nog bi) Duitschland hoorde, in een Duitsche sfeer opgegroeid, velen hunner hebben in den wereldoorlog gestreden, velen ook staan uit den aard der zaak in nauwe relatie tot Duitschers aan beide zijden van de grens. Daar komt bij, dat Zuid-Jutland voor de hereeniging met Denemarken het achterland was van Flensburg, dat nu aan den anderen kant van de grens ligt, en dat de boerenstand tengevolge van de inflatie in Duitschland in financieele moeilijkheden is geraakt Denemarken heeft zich groote offers ge troost om den nood van de boeren in Züid-Jutland te lenigen naar schatting heeft dat de laatste vijftien jaar het land een 500 mibioen kronen gekost, hetgeen bij een bevolking in Zuid-Jutland van nog geen 200,000 zielen een steun van 2500 kronen per hoofd uitmaakt en dat moet bij velen de meening hebben doen post vatten, dat Denemarken thans wel opnieuw krachtig kan steunen, al ondervindt de geheele Deensche boe rensland thans de gevolgen van de cri sis en al zijn er desondanks voor de boeren in Zuid-Jutland bijzondere maat regelen genomen. Maar er blijft ontevre denheid en die ontevredenheid heeft er zeker toe bijgedragen, dat het nationaal- socialisme m Zuid-Jutland meer aan hang heeft dan elders in het van-ouds democratisch-gezinde Denemarken. En dat de nationaal-socialistische propa ganda profiteert van deze ontevreden heid blijkt wel uit een opwekking van een van Duitsche zijde aangestelden gouwleider, dat zij, die b.v. door execu tieve verkooping hun grond zijn kwijt geraakt, zich met hem in verbinding kunnen stellen. Er zijn in Zuid-Jutland dus Duitsche nationaal-socialisten en Deensche nati onaal-socialisten, die uit den aard der zaak sympathie voor elkaar koesteren, en het schijnt, dat de Duitschers onder hen de hoop koesteren, dat hun Deen sche geestverwanten in het grensgebied op den duur liever in Duitschland on der nationaal-socialistisch regime dan in het Deensche vaderland onder demo cratisch bewind willen leven, zooSat bij een eventueel nieuw plebisciet niet al leen Duitschers maar ook Denen voor aansluiting van Zuid-Jutland bij het Duitsche rijk zouden stemmen. Maar ook die hoop heeft al heel weinig kans in vervulling te gaan. Hoe sterk het na tionaal-socialisme in Zuid-Jutland is weet men niet met zekerheid, maar wel staat het vast, dat het er bij lange nr geen meerderheid heeft en vermoedelijk ook zelfs geen groote minderheid. Daar komt echter bij, dat, ondanks alle poli tieke geestverwantschap, de nationaal- socialisten in dit Deensche grensgebied sinds eenigen tijd onderling twist heb ben gekregen en dat een groot deel van de Duitsch-sprekende nationaal-socialis ten in Zuid-Jutland er genoeg van ge kregen heeft om naar het pijpen van de heeren in Flensburg te dansen en daar om kort geleden de leiders aan den an deren kant van de grens de gehoorzaam heid heeft opgezegd, om zich achter pastor Schmidt, den eenigen afgevaar digde van de Duitsche minoriteit in het Deensche Folketing, te scharen. En als al niet eerder de rust in Zuid-Jutland teruggekeerd was, zou dat thans hier door geschieden, want deze scheurir onder de natin.-socialisten maakt, dat al thans voorloopig de kans op een actie van belang geheel geweken is. De prik kel van den uitslag van de Saarstem- ming schijnt daar ook niet veel aan te kunnen veranderen. (Ingez. Med.) Bij Kon. besluit zijn benoemd tot notaris in het arrondissement Middel burg ter standplaats Ter neuzen K. J. Hoving cand. notaris te Niekerk en ter standplaats Oostburg J. Mijs, candidaat notaris aldaar. EEN ADRES AAN DEN GEMEENTERAAD. De afdeelingen Middelburg van den Nederlandschen Aannemersbond en den Patroonsbond in de Bouwbedrijven :n Nederland hebben een adres aan den Raad geschreven naar aanleiding aan schrijven van 28 Dec. aan ieder der aan gesloten patroons in de bouwbedrijven van den Directeur van Gemeentewerken te Middelburg o.m. inhoudende, „dat de huisaansluitingen op de rioleering in den openbaren weg en in gemeentegrond voortaan uitsluitend door den dienst van Gemeentewerken mogen geschieden en niet meer, zooals tot heden, door parti culieren". Bij nadere informatie omtrent dit schrijven aan het bureau van Gemeente werken is gebleken, dat nog was ver zuimd in dit schrijven melding te maken van het herstel en en ruimen van zgn stankputten, welke werkzaamheden in den vervolge eveneens (uitsluitend) door door den Gemeentedienst zouden mogen geschieden. Adressanten hebben tegen deze be schikking, ernstige bezwaren. In de eerste plaats zou uit den vorn van het schrijven blijken, dat de beschik king is genomen door den Directeur van Gemeentewerken, die daartoe, nóch aan de Verordening, nóch aan de Wet de be voegdheid kan ontleenen. Adressanten willen echter de moge- lijkeid veronderstellen, dat verzuimd is te vermelden, dat het College van Burg en Weth. de bedoelde eischen stelt. Voor dat geval zal, beroep openslaan bij den Raad. Adressanten achten zoodanig beroep gewettigd op tweeërlei betoog, en wel in de eerste plaats uit hoofde van juridische bezwaren en in de tweede plaats op doelmatigheidsgronden. Naast de juridische bezwaren stellen zij nog het navolgende: Adressanten hebben den gemeente dienst nimmer aanleiding gegeven een zoodanig verstrekkende maatregel te nemen, daar zij het door hunne klanten toevertrouwde werk van aansluiting aan rioolen enz. steeds ten genoegen van den gemeentedienst hebben verricht. Door die, overigens, naar hun mee ning, onwettige beschikking, wordt hun volkomen noodeloos nadeel aange daan, doordat hun werk wordt ontnomen in een tijd. dat elk werk voor hen iets beteekent en alle zeilen moeten wor den bijgezet om het bedrijf gaande te houden Dit werk wordt nu overgenomen dooi den gemeentedienst, wier werkzaamhe den aldus zullen worden uitgebreid, wat, uit financieel oogpunt, voor de gemeente geen voordeel zal opleveren als uitbrei ding van personeel daarvan het gevolg zou moeten zijn. In elk geval is er geen grond aai adressanten, die hun werk behoorlijk vervullen, in dezen moeilijke periode, waarin reeds vele patroons in tijden al geen werk meer hebben, nog weer een nieuwe belemmering in den weg te leg gen voor zich en hunne werklieden em plooi te vinden. Adressanten meenen op vorenstaande gronden te mogen vertrouwen, dat de Raad met hen van oordeel zal zijn. dat door G. P, BAKKER. 24). „Welzeker. Mijn vriend meende dat het voor iemand zou zijn, die iets-op zijn geweten had of om een andere reden van hier naar Hamburg wilde vluchten Dat gebeurt meer. Dan hadden ze jou ook kunnen vragen meende ik". „Dat lijkt me juist", „Mij ook", vervolgde de schipper- Hij haalde pijp en tabak te voorschijn en be- bon langzaam te stoppen. „Maar Edzke, een slimme vogel zei: Willem, ze hou den jou natuurlijk voor den schipper, Jij bent de oudste", „Zoo zal 't zijn, antwoordde ik, ik zal gaan", „Was u niet bang?" De schipper keek verwonderd, „Bang, waarvoor? Ik ben een Hol- landsch zeeman, heb niets op mijn kerf stok, bezit niets wat het stelen waard is en overigens...." Hij wees met den steel van zijn pijp naar zijn kortjan- „Scherp als een scheermes. Bij mij komt' men niet zoo gemakke ijk aan boord". Zij keek hem lachend aan. „U is een uitstekend tooneelspeler", zei ze. „Ik begrijp u niet. U heeft beslist den verkeerden man laten roepen. Jammer. Het beste zal zijn dal ik vertrek". Hij stond op, zij ging voor de deur staan. „Neen", zei ze. „Ik laat u zoo niet gaan". ,.Wat belieft u?" Hij liep naar haar toe, sloeg zijn armen om haar heen lichtte haar op ondanks haar tegenstrib belen, om haar op zij te zetten. Hij dacht: nu zal ze wel om de hulptroepen gaan schreeuwen. Maar ze sloeg beide armen om zijn hals en drukte haar hoofd tegen zijn wang. „Wat is u heerlijk sterk", hijgde ze „Niet weggaan. Het is geen vergissing" Hij zette haar neer. Ze bleef vlak bij hem staan, „Ik zou u bijna beginnen te gelooven maar ik volgde u door de bosschen. U had mijn belangstelling opgewekt. Ik vond u zoo'n aardigen man, zag u naar den heuvel gaan en toen ik u als een jongen man op het paard zag springen en wegrijden, rechtop als een geboren rui ter,, werd mijn nieuwsgierigheid mij ge heel de baas. Als vrouw moest ik d-ii eigenlijk niet zeggen, maar >k voelde mij sterk tot dien ouden speelman aangetrokken. Toen hij een ionge man bleek te zijn...." Ze, kreeg een kleur, Zelfs bij het flikkerend kaarslicht ontging dat Saxon niet. „En toen ik u zag als zeeman in Maagden burg, voelde ik dadelijk dat u het moest zijn." „Dat was vreemd", zei Saxon met een nauwelijks merkbaar glimlachje. „Misschien wel" zei ze zacht, „Ik vond dat zelf ook, maar ik houd van avonturen en u werkte op mijn verbeel ding. Ik dacht steeds aan u- Ik zag, voortdurend uw heldere blauwe oogen". „Een liefdesverklaring van een mooie vrouw en bij Venus, mooi is ze", dacht Saxon, maar hij zweeg, „Ook weet ik", vervolgde zij, „waar om u naar Maagdenburg gekomen is". Saxon haalde de schouders op- Zij keek hem lang aan en hij zag een zachten glans in haar groote, groene oogen. Door dien langen warmen blik was het of zijn wantrouwen langzaam wegsmolt. Hij ging weer zitten en zei: „Dan weet u werkelijk meer dan ik" „Toch is het zoo en niet anders. Ik bracht u dadelijk in verband met den verborgen schat. Het doel was niet om de onderaardsche gang in de lucht te la ten springen, ofschoon daarboven een gedeelte van Mansfeldt's staf in het klooster ondergebracht is. De keizerlijke officieren gelooven, dat, maar men zocht de kostbaarheden. Na het gevecht in de onderaardsch gang. „Maar ik weet niets van dat gevecht", viel Saxon haar in de rede, „dan het geen ik van de soldaten in de haven kroeg toevallig hebgehoord". „En wie sprong 's nachts in de Elbe na eerst zijn bebloede kleeren te heb ben uitgetrokken", Saxon sprong weer op, greep naar zijn kortjan. Ze pakte hem bij den arm: „Neen", zei ze. „Heb geen angst, ik zal u niet in een valstrik lokken en ik zou u niet kunnen verraden. Wees toch verstandig. Vertrouw mij. Het zou me toch niet moeilijk geweest zijn u door een enkele aanwijzing aan uw vijanden over te leveren. Ik volgde u uit belang-1 de meergemelde beschikking niet zal mogen worden gehandhaafd en derhalve zal worden vernietigd. UITVOERING „SOU DEO GLORIA". De Chr. zangvereeniglng „Soli Deo Glciia" heeft gisteravond, onder leiding va.i haar directeur J. C. F. van Kamer, voor een goed bezette concert- en ge hoorzaal haar jaarlijksche uitvoering gegeven. Ds. Oussoren opende dezen avond op de gebruikelijke wijze. Daarna heette spr. namens het bestuur allen hartelijk welkom, in 't bijzonder den burgemees ter en mevr. Fernhout. Spr. wees er op dat het doel van iedei Christen moe zijn: Soli Deo Gloria, en hij hoopte dat dezen naam eer zal worden aangedaan. De zangvereeniging heeft daarna uit gevoerd „De leeuw van Juda", een can tate over het leven onzes Heeren, van Richard Dawre. Het was geen gemak kelijke opgave waarvoor men zich ge steld zag, doch de vereeniging heeft ge toond het aan te kunnen. Het geheel verried een nauwgezet instudeeren en tevens een krachtige leiding. De cantate biedt vele momenten aan orkest, koor, en niet 't minst aan de so listen om hun kwaliteiten naar voren te brengen. Het begin moge eenigszins weifelend zijn geweest, even een zoe ken, een tasten, al spoedig echter kwam bij het „Kerstgezang" het prachtig har monisch geheel naar voren. Mooi en met groote helderheid werd het „Kedron" gezongen, krachtig en indrukwekkend „De opstanding". Schoon klonk „De strijd is gestreden en Juda's Leeuw won", machtig en verheven de „Jubel zang". De vereeniging bleek over verschil lende goede krachten te beschikken Dat bewezen ook de solisten, die in de ze cantate volop gelegenheid kregen te laten hooren wat zij presteeren kunnen Ook de begeleiding mag niet onvermeld blijven. De sopraan-soliste heeft het geheele stuk door te genieten gegeven. De alt soliste viel op door haar zuiverheid van stem en uitspraak. Het duet „Bethanië' van deze twee solisten verdient lof. D tenor- en bariton-solisten hebben even eens het hunne tot het succes van dezei avond bijgedragen. Het publiek toonde zich dankbaar ei erkentelijk voor het ten gehoore ge brachte. Den directeur werden bloemen aangeboden. Ds, Oussoren heeft tenslot te als tolk der aanwezigen „Soli Deo Gloria" dank gebracht, Op verzoek herinneren wij aan den driestedenturnwedstrijd, welke Za terdag in het Schuttershof alhier plaats heeft, zulks met verwijzing naar de ad vertentie in het nummer van Woens dag. Pas op j'e karretje. Een pas nieuw Gazelle rijwiel, dat op het Vlissingsch Wagenplein: buiten stond, is door een onbevoegde mede genomen. Brandhout ontvreemd. Uit een opslagplaats van een brand- stoffenhandelaar zijn 100 kg. eiken houten kachelblokken ontvreemd. Nog is aangifte gedaan van diefstal van een konijn uit een hok. Diefstal, Naar wij vernemen heeft een meisje, werkzaam op een fabriek alhier ver- schhillende daar vervaardigde voor werpen medegenomen en ten eigen bate verkocht. THUIS. /C sP'er-mspan een gevolg ;s "erk 'n ecnZZl-r Van het P'ge omgeving. clam- °e' Va" wLi ^dadigge- sP'eren. Alle pijlJ""# de h'Jna onmiddellijk W J%dwi'nt Zach'jes op de oiinrLr',f S,M»'s *">sseer Jei, P'lnl^ plaatsenL (Ingez. Med.) Vuurtje stoken. Gistermiddag moest de politie optre den tegen enkele kleine jongens, die aan den Westelijken Kanaaldijk een vuurtje hadden gestookt. stelling". Saxon deed nog een poging haar op een dwaalspoor te brengen. „Maar u kan mij niet gezien hebben. Ik ben dien avond niet van boord ge weest". „U vertrouwt mij niet. U wilt niet voor de waarheid uitkomen. Ik zal u het volledig bewijs geven. U stond daar naakt in het maanlicht. Ik stond dicht in uw nabijheid en u vroeg uw vriend: „Kan je zwemmen?" En uw vriend antwoordde: „Als een snoek", „Dan 't water in, de Ibe afzwemmen tot het schip", luide uw antwoord. Ik heb het gesprokene woord voor woord herhaald. Er kan geen sprake zijn van een toeval. U keek rond, maar zag mij niet en toch was ik dicht bij u, reel dicht. Ik had u met mijn hand kun nen aanraken. U sprong te water juist bij een dikken boom aan uw linkerhand. Herinnert u zich dat?" „En als het eens waar was?" vroeg Saxon. ,U weet dat het waaf is, maar wat doet et er oe, U eef groot gelijk. Ik vind het prettig dat u niet bezwijkt voor de eerste beste vrouw, al is ze niet oud en leelijk, en uw geheimen niet dadelijk bloot geeft. Maar nu is het ook genoeg". Ze richtte zich in haar volle lengte op en ondanks zichzelf moest hij haar be wonderen, „Slank als een degen", dacht hij „en toch.een verstandig mooi gelaat om ringd door een aureool van goudblond haar. Ze was een dame. Dat was hem dadelijk opgevallen, toen ze haar mantel BIGGEKERKE. Dinsdagavond hield de Geitenfokvereeniging „In nieuwe banen" haar jaarvergadering. Herkozen werd tot bestuurslid de heer P. Janse, terwijl in de vacature-P. de Lange, ge kozen werd de heer A. H,arpe. Uit het jaarverslag bleek, dat het le dental gelijk bleef. Bij de gehouden keu ring bleek het gehalte der dieren voor uit gegaan te zijn. Met het oog op het aantal geiten zullen voortaan twee bok ken moeten worden gehouden. Het goed slot bedraagt f 23. In verband met de financiën werd besloten het salaris van den bokhouder met f 10 te verla gen. Besloten werd de geitenvelletjes ge zamenlijk te verkoopen; als slager werd M. Kleinepier aangewezen. De contributie werd van 50 op 60 cent gebracht. Er zal dezen zomer weer een geitenkeuring worden gehouden, doch de toestand der kas l.aat het be schikbaarstellen van prijzen niet toe. SEROOSKERKE. Dinsdagavond hield de vereeniging van Oudleerl. L.W.C. haar 24ste jaarvergadering onder leiding van den hr. W, de Buck. Ingekomen wa ren vijf vraagpunten van den Bond. Hiei- voor werden vijf rapoorteurs benoemd. In de volgende vergadering zal een en ander worden besproken. De aftredende bestuursleden, de heeren W. de Buck en P. Maljaars, werden met algemeene stemmen herkozen. Als afgevaardigde maar .de Bondsvergadering te Goes wer den benoemd M. Maljaars en Jac. Melis. Vervolgens hield de hr. Jac. Melis een lezing over „Fruitteelt". Spr. gaf eerst een historisch overzicht. De literatuur over de verschillende fruitcultures is nog betrekkelijk jong. De intensieve fruit teelt wordt pas in de laatste tientallen jaren in ons land toegepast. Met behulp van een zeer goeden voorlichtingsdienst is op dit gebied veel te bereiken. Spr. noemde drie oorzaken, die de ontzaglijke uitbreiding van de fruitteelt hebben beinvloed: le. door het uitbrei- mBtefneFB85afflBflaBaeaBMasamessisaHBK8s had afgedaan, een echte dame, geen boerendeerne of zigeunerkind. Hij be keek haar van het hoofd tot de voeten. Een lachje g eed om haar iets te groo- ten, 'zinnelijken mond. Ze stond voor hem, draaide zich half om en vroeg schertsend: „Beval ik u nog al?" ,,U is werkelijk heel mooi en heel verleidelijk", kwam onwillekeurig over zijn lippen. Haar glimlach werd duidelijker. Haar oogen begonnen te schitteren- „Ik ben zoo blij dat u dat vindt. Dat zal alles veel gemakkelijker maken. Mag ik nu mijn verhaal voortzetten? Vindt u het goed?" „Ja", antwoordde Saxon. „Ik zal aan dachtig luisteren. Ik ben werkelijk zeer nieuwsgierig". „U kwam zoeken naar de kostbaarhe den van de prinses Von Ebertot. U wist blijkbaar iets, maar niet genoeg. Bij haar vertrek uit Maagdenburg heeft ze die met e-en Waalschen hopman verborgen. Overal heeft men gezocht, maar niemand heeft iets gevonden. Velen hebben reeds door dien schat het leven verloren. De hopman zelf, Kroaten, die hem hebben gezien. Ruiters van Pappenheim, die de prinses vervolgden, maar den schat zelf vond niemand. Toch was het algemeen bekend dat in het huis met den toren kostbaarheden van onnoemelijke waarde aanwezig waren. Ik heb gehoord dat het huis als nummer één op de confiscatie- lijst van Von Pappenheim stond", (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1935 | | pagina 5