^rouinciale j^eeuwBChe 0Ï1TWEE PANTSERKRUISERS Vrouwelijke burgemeesters De abonnementsprijs bedraagt voor Middelburg en 't agentschap Vlissingen V 2.30, elders 2.50 per kwartaal. Week-abonnementen m Middelburg 18 cent per week. De advertentieprijs is, voor de gewone advertentiën 30 cent per regel; voor ingezonden mededeelingen 60 cent per regel. Bij abonnement voor beide veel lager. Men vrage daarvoor de tarieven. UITG.s N.V. DE MIDDELBURGSCHE COURANT Familieberichten en dankbetuigingen; van 17 regels 2.10; elke re$#' Lange St, Pieterstraat, Middelburg h' meer 30 cent. In de rubriek „Kleine Advertentiën" worden, mits c Telefoonnummers.' drukkelijk" daarvoor opgegeven, advertentiën, tot niet meer dan 5 reg» is. Redactie 269 Administratie 139 opgenomen a 85 cent bij vooruitbetaling. Advertentiën onder „Brieven o! Postchèque en Girorekening 43255 „Bevragen bureau dezer courant" 10 cent extra. Bewijsnummers 5 No. 13 4. DINSDAG 10 JUNI 193 0. Reeds bij de behandeling van de Ge meentewet in de Tweede Kamer der Staten Generaal, toen de liberale amen dementen, welke beoogden de vrouw be noembaar te maken tot burgemeester en vervolgens tot gemeentesecretaris en ambtenaar van den burgerlijken stand, aan de orde waren, hebben wij er op ge wezen, dat weliswaar niet tegen den tijdstroom op te roeien zou zijn, maar dat niettemin in den grond der zaak deze amendementen onze instemming stellig niet konden wegdragen. De bestrijders ter rechterzijde hebben naar onze mee ning tegen deze a.s. vrouwelijke burge meesters enz. deugdelijke argumenten aangevoerd, maar, zooals te voorzien was: hier wist, onder liberale leiding, een Kamermeerderheid de gewenschte benoembaarheid in de wet te krijgen en, zoo de Eerste Kamer te dezen opzichte een even vooruitstrevende of vooruithol- lende opvatting mocht huldigen wat ons wel waarschijnlijk voorkomt dan kunnen we binnenkort de benoeming van de eerste burgemeesteresse, in de wan deling en in krantenartikelen dan „bur germoeder" te noemen, tegemoetzien. Dan zal het niet lang meer duren dat een statige matrone, met een ambtsketen om hangen, den voorzittershamer zwaait in bewogen raadsvergaderingen; dan zal bij een grooten brand een vrouw, krachtens de wet, het opperbevel voeren, het hoofd der politie wezen. Neen, wij gelooven werkelijk, dat het méér is dan de onwennigheid ten op zichte van het nieuwe, die wij maar niet overwinnen kunnen: het is een dieper wortelend besef van de stellige onjuist heid, die men hier beging. Dat besef is niet gegrond op het inzicht, dat de vrouw minder zou zijn dan de man, maar wel dat zij anders is. En dat was en is de groote fout van het oude en huidige feminisme, dat het, met totale negatie van de specifieke waarde der vrouw, als waardemeter den man ziet en dan de volledige gelijkstelling en gelijkverkla ring-in-wezen daarmede verlangt en na- streeft. Dat de vrouw, tegen haar be doeling in, juist door die doelstelling on uitgesproken de superioriteit van den man op de terreinen des levens die des mans zijn erkent, ontgaat deze propagandisten; en door zich blind te staren op het voor hen tenslotte toch onbereikbare, want wezensverschillende, laten zij na te streven naar dat, wat der vrouw haar waarde geeft en uit maakt en waardoor zij grooter macht kan uitoefenen, dan wanneer zij den burgemeesterlijken ambtsketen droeg. Het blijkt echter, dat er ook nog vrou wen zijn en dat lang geen huissloven of te dezen opzichte „onbewusten' die zoo ongeveer dezelfde meening zijn toegedaan als wij hierboven neerschre ven. Men heeft het ook reeds in ons blad kunnen, lezen: „Famke", de in fe ministische kringen welbekende „Ge wone huismoeder", en voorvrouw van de Nieuw-Ieministische beweging, heeft namens deze een adres aan de Eerste Kamer gericht, waarin zij verzoekt de herziene gemeentewet te verwerpen nu bij amendement de benoembaarheid van de vrouw tot burgemeester enz., daarin werd gebracht. Het Nieuw Feministische Secretariaat noemt in zijn toelichting dit besluit niet minder dan noodlottig voor onze samen leving. Een volk of een partij, dat zijn gezaghebbende ambten in de handen van vrouwen gaat leggen, aldus „Famke" en de haren, toont daarmee naar bui ten, dat het niet meer de mannen be schikbaar heeft, die voor deze ambten beter in aanmerking zouden kunnen ko men en deze ambten beter en krachtiger zoyden kunnen vervullen. Het drukt daarmede op zich zelf een stempel van degeneratie. Aan de vraag of de vrouw voor het burgemeesters-ambt geschikt zou kunnen zijn, knoopt zich een ander psychologisch vraagstuk vast, dat van veel grooter en ingrijpender belang is voor het geheele volk n.l. of het ambt geschikt is om door een vrouw te worden bekleed, het geen de neo-femisten ontkennen op psy chologische en biologische gronden. De kleine groep van ultra-feministen zoo zeggen zij die dit wetsontwerp doordrijven en die volstrekt niet achter zich hebben de Nederlandsche vrouwen en de Nederlandsche moeders, wijzen steeds met een zeker triomfantelijk ge baar naar Frankrijk en Engeland. Zij ver geten, dat de toestanden in Frankrijk op een groot volksverval wijzen, Enge land nadert mede door het extremistisch feminisme hoe langer hoe meer zijn on dergang, Ook voor Nederland aldus het adres zal dit wetsontwerp 'n dege- neratie-verschijnsel zijn. Het toont aan, dat in gezaghebbende kringen de man nen niet meer de kracht hebben paal en perk te stellen aan het extremistisch' feministisch doordrijven van een kleine groep vrouwen, die het noodlot var onze samenleving ziin geworden, daar zij de kunstmatige nivelleering der biede ge slachten tot in het noodlottige en zelfs gevaarlijke opschroeven, ook thans waar het gezaghebbende ambten van het volk betreft. Tot zoover de Nederlandsche neo- feministen. Zij zullen het ons niet euvel duiden, wanneer we het adres in zijn toon een weinig vrouwelijk-heftig achten hier en daar maar niettemin: in den grond van de zaak heeft Famke schoon gelijk. Het heeft niets met vooronder stelde „mannelijke superioriteit" te ma ken, wanneer wij mèt deze strijdbare neo-feministe, die in de eerste plaats femina wil zijn, verklaren: de vrouw be hoort, in algemeenen zin, krachtens haar aanleg, niet op den burgemeesterszetel. Hopen wij slechts, dat wanneer de mogelijkheid der benoembaarheid straks in de wet zal zijn gekomen, de feitelijke vrouwelijke burgemeesters ons in zeer zuinige mate toebedeeld zullen worden door E, PHILLIPS OPPENHEIM. BINNENLAND. NAAR NOORWEGEN. HET GIJZELINGSGEVAL. CRISIS IN DEN LANDBOUW. RADIORAAD. MILITAIREN NAAR CURASAO. De grootste oorlogsschepen ter wereld. ZEELAND. MIDDELBURG. 173c Jaargang. NOOIT KEELPIJN! De Pinksterdrukte. VLISSINGEN. MIDDELBURGSCHE COURANT k i» 61 Ik keek' eens naar zijn vermoeid |g|6- laat, naar de dikke stoflanjg,, die de auto bedelde en naar den Chineietechen gezant, die in zijn hoekje za,t te (knikke bollen en ik moes t bij mij zeiven lachen Ik was er van overtuigd, dat zij zonder ergens op te houden in eemea door vain Londen hierheen waren gereden en ik kreeg buitengewone belangstelling naar het doel van hun tocht. Intusschein zei jk 'hun verder niets'. Ik nam1 afscheild van Delora en maakte een diepe buiging voor den Chineeschen 'gezant, die even zijn oogen opende om mij deftig terug te groeten. De chauffeur zat reeds weer op zijn bankje en ik ging naar helmi toe om hefcn wat te vragen. Ik zag |hjoe Delora zich voorover boog en óp heti fluitje van de spreekbuis blies, mjaaxl mijn vraag was reeds gedaan AyHoe ver gaat de tocht?" ,/Tot Newcastle, mijnheer" luidde heft antwoord. Hij keerde zich vervolgens om, ten einde op het fluitje te antwoorden erf ik stapte weer in mijn eigen wagen. Wij reden het eerst weg, maar zij vlogen ons reeds na enkele minuten met snellen vaart voorbij, een wolk van stof achte|r- latend. Delora wierp mij in het voor bijgaan een nijdigen blik toe, wat wel begrijpelijk was, daar ik hem weer eens te slim af was geweest. Zij waren !b|ejide zoo totaal onbekend met den weg, dijen zij hadden te volgen, dat zij den chauf feur niet onwetend hadden kunnen hou den omtrent de eindbestemming en bo vendien hadden zij niet kunnen verwach ten, dat zij iemand zouden tegenkomen^ waarmede hij een praatje kon maken Maar waarom' gingen zij naar Newcastle; Die vraag vervulde mij den ganschen morgen dermate, dat mijn hoofd er vol strekt niet bij was. Newcastle.... de Tyne, (Steenkool, scheepsbouw.... het was mij onmogelijk aan iets anders te denken dan a.an deze stad. In den laten avond za,t ik met eer whisky en soda in de rookkamer van een laatste sigaar te genieten. De avond bladen waren even tevoren aangekomen per motorfiets uit Norwich gehaald. Ik vond er niets belangrijks in, maar toen ik mijn oogen nog eens let glijden, over de kolommen, zag ik den naam vajri l'Brazilië er irf vermeld. Ilc gevoelde nu toch zekere, nieuwsgierigheid naar den inhoud van het bericht, waarin van dat land melding werd gemaakt. Het 'be trof den bouw van een pa,ar nieuw*, oorlogsschepen onder het hoofd: Een mensch moet en kan het leven vullen, maar de meesten, als 't kon, zouden liever 't leven rekken. De Koningin en Prinses: Juliana zulllen in den namiddag v,an 16 Juni te Rotter dam scheep gaan aan boord van het tsft'oom.schip „Batavier V" om met die boot naar Bergen te vertrekken. Van Bergen zullen de Koningin en de Prinses zich per spoor begeven naar Finsen, alwaar zij' zich voorstellen een veertien dagen te blijven. Vervolgens zullen tochten wórden ge maakt in het Noorsche gebergte, terwijl de reis zal worden besloten met een ver blijf te Bygdin. De Koningin en de Prinses rekenen er op voor den verjaardag van de Kb^ ningin-Moeder in Nederland terug te zijn. De reis geschiedt in streng incognito. De heeren H. Diemer, directe ur-!hoofd redacteur van het dagblad „De Rotter dammer", mr. J. Drost, advocaat en| Di vani Staveren, voorzitter van de Centra Ie commissie voor de filmkeuring, dit door den heer Ed. G-. Scjhürman, voor zitter van den Kon. Ned. Middenstands! bond, waren uitgenoodigd, om inge volge een door A. Dorgelo, papi erf abri' kant te Gouda,, aldaar handelende ond'er den naam De Papierhandel M. A. Calls gedaan verzoek een commissie te vor men ten einde een onderzoek in te stel len naar de gedragingen van Dorgelo ten opzichte van L. \V. Duyvestein, die te 's-Gravenhage door Dorgelo, door Duy veslein, te 'spGravenkage, die door Dor igeto is gegij, hebben thans hun rappor uitgebracht. Na de verschillende feiten te heb. ben nagegaan, verklaarde de commis sie te begrijpen, dat Dorgelo tegen Duy veste in streng is opgetreden; de dooi Duyvestein aangenomen houding gaf hier toe h.i. alle aanjleidirfg. Het geval staat echter niet alleen In) den korten tijd van 5 jaren heeft Dorgelo 21 malen een volmacht tot gij' zelingi geleekend. Dit getal is ontstellend groot. De com missie begrijpt, dat in een bedrijf als dat vani Dorgelo vele kleine vorderingen: voorkomen, die tot moeilijkheden aan leiding geven. Reizigers die geen salaris genieten, maar uitsluitend op provisie; werken, slagen er maar al te dikwijls Sn om1 aan financieel weinig krachtige per sonen bestellingen op te dringen, 'die hun behoefte te boven gaat. "Wie zulk een bedrijf uitoefent, moet wel in elk igeval afzonderlijk zeer nauwgezet over wegen, of hij gerechtigd is. het voor den schuldenaar en zijn gezin zoo- gru: welijk middel van gijzeling toe te passen Dat Dorgelo dit begreiep, is op zijn mins twijfelachtig. Voor hem1 schijnt gijizeling een normaal middel te zijn .geworden Ook in het geval Duyvestein had Dor gelo wellicht niet mogen gijzelen dat hij niet reeds lang vóór 3 Maiarft 1 ij30 de gijzeling heeft opgegeven, moet de commissie ernstig afkeuren. f Het communistische Tweede Kamer- de heer L. de Visser heeft aan den mi nister van Binnenland sche Zaken en land bouw de volgende vrajgen gesteld: 1. Is de minister bereid,, in verband- met den noodtoestand waarin ten gevolge van de agrarische crisis de kleine boe ren op dit moment verkeeren, de noodige maatregelen te nemen, waardoor voor deze categorie van de bevolking geen faillissementen kunnen worden uitge sproken en geen executies worden ten uitvoer gelegd? 2. Is de minister tevens bereid,, ten sjpoedigste de noodige maatregelen te nemen waardoor aan de kleine boeren voor [zoover hun zuiver inkomen tot be neden de f 1 500. per jaar is gedaald, een weTtelijksche crisissteun wordt verleend? Dr. Posthuma, oud-minister, en mr A. Philips, oud-gezant in de Ver. Sta ten hebben ontslag genomen al-s leden van den Radio-raad. Volgens ,,De Stan daard" is de zendtijdver.deeling hiervan de Oorzaak; de N.R C. zegt, dat dr., Posthuma wegens drukke bezigheden be dankte en mr. Philips wegens zijn benoe minig tot commissaris van het Philips- iconcern te Eindhoven. Met het stoomschip' Crijnsisen is Vrij dagochtend van Amsterdam vertrokken een detachement van 20 militairen met bestemming voor den 'dienst bij de.mili tai-re politie op Curasao. Een detachement van ongeveer gelijke sterkte ,dat evenals het hiiervoren ,g noemde, een opleiding voor dien dienst bij het depot politietroepen te Nieuwer- sluiis heeft gevolgd zal op 20 dezer "daar heen vertrekken. In verband met de uitbreiding van mi litair politiepersoneel en plaatsing daar van, behalve op Curasao, ook op Aru ba, zulten binnenkort nog 80 man voor bedoelden dienst worden opgeleid bij ge noemd depot politietroepen. „Het is niet algleimeen bekend, dat over twee of drie weken van de werf van de .firma Halliday en Go op de Tyne twee der machtigste oorlogsschepen van het Dreadnought type, die ooit zijn gebouwd, vaii .stapel zullen loopen." Hierop volgden een paar bijzonderhef den betreffende tonnenmaat, bewapening enz. die mij niet interesseerden en hiel bericht eindigde aldus;: „De vraag ligt voor de hand, hoe een land van de ïhiancieele positie van Brazilië het met zijn plicht om zoo zuinig mogelijk zijn kan over eenbrengen om een bedrag van ze ker drie millioen Pond uit te g|even voor .slagschepen, terwijl naar allo waarschijnlijkheid er niet de minste kanS bestaat, dat men er ooit gebruil van zal behoeven te malten." Die zinsnede legde beslajg op mijn gedachten en ik las en herlas haar, maar ik snapte nog niet het verWand tiftschen het bericht en het bezoek van Delora aan Newcastel, vooral omdat hij vergezeld werd van den Chineeschen ge zant. Maar hoe langer ïk ©r over Öacht^ des te vaster werd ik overtuigd', dat er een v«ernand tusschen moest bestaan Ik legde tenslotte de courant uit de hand en riep uit de kamer een hioton rijdenden vriend toe: ,|Zeg| Jack, hoe ver is het van hier Benoemd tot brigadier-majoor van den Rijksveldwacht met standplaats Nieuwpoort ae rijksveldwachter-briga dier H. J. Weertman alhier. Het is ons gebleken dait vel© bezoe kers van Antwerpen, en dit aantal zial zeker den geheelen zomer groot zijrf. nog niet bekend zijd met het feit, dat verschillende der van dapr naar Esschen vertrekkende treinen niet meer van het Centraal Station, doch van Antwerpen Oost vertrekken en dit o.a. de laatste naar Newcastle?" Jack Dalton, -een blond© reus,, ee|n der flinlkste sportmenschen, die ik ooit he'b ontmoet en die met hart en ziel opging in al wat motorrijden aangaat, antwoord de mij na een oogjenblik nadenken. „'Tuisschen de twee honderd en twee honderd en twintig mijl, Austen. Het is een prachtweg. Mjeit mijn nieuwen Napier doe ik er nog geen zes uur tover, 'vooral (in een nacht met zoo'n maa|n als nu.T Ilc stapte naar het raam. In het glan zende maanlicht waren de omtrtekkerf van de hoornen en zelfs van de varenis buitengewoon duidelijk te onderscheiden Er was geen windje aa,n de lucht, geen tochtje werd er gevoeld, hoewel a|ile ramen van het hui-s open stonden. 'Wij maakten juist een periode van mooi weer door. „Lieve hemel, wat zou- -dialt een pracht rit vannacht zijn" merkte Dalton' opt, terwijl hij over mijn schouder naar bui ten keek. „Geen sterveling op den weg, zoo helder als op Ida ar lichten dag en niet meer dan een zefirkoelte. Volei je er niet wat voor Auste-n?" ,jZou jij me willen meenemen?" vro© ik op mijn beurt. ,jNu en of' antwoordde hij. „Maar is het je ernst, Austen?" „Wel wis en' drie" verklaarde ik. „Als je geen spijt er over gevoelt, dat jje morgen niet aan de jacht kunt deel nemen, dan zou ik graag dat ritje, maken Het is toch haast onmogelijk' bij de|ze Kouvatten en keelpijn zijn in vele gevallen te voorkomen# Vraagden menschen die re. gelmatig Lakerol gebruiken of ze er ooit last van hebben. Dat komt omdat Lakerol de keel en die andere gevoelige organen beschermt tegen de schadelijke invloeden van ikou en vocht. Let vooral op da groa— c (Ingez. Med.) trein, die verbinding met Zeeland- geeft die van kwart voor negen (Belgische tijd), Men zij! dus op zijn hoede. Konden wij! verleden week schrijven over een mooien Hemelvaartsdag, de eerste en tweede Pinksterdag' hebben al even weinig teleurgesteld. Er is dan ook door duizenden en nog eens duizen den geprofiteerd van het heerlijke zo merweer. De treinen, trammen, bussen en andere vervoermiddelen maakten uit stekende zaken en o.a. op de Markt en aan het station was hel een drukte van belang. Malar ook met eigen vervoermid delen, auto's, rijwielen en voeten is heel1 wat afgelegd. De buitenzaken, die het van zulke da gen moeten hebben, zullen ook wel niet klagen, want allen, die niet op reis wa ren, zochten toch bosch, duin en strand op, om van de vrije dagen te genieten. Omgekeerd kwamen ook' vele vreem delingen, en provinciggenootèn Walche ren met een bezoek vereeren; het was een gaan en komen van belang. Onder de uiltrekkenden w'aren o.a. de leden der mondharmionica-vereenigiingen. Crescondo, (Eendracht) bracht gisteren eerst een serenade aan het zilveren echt paar van der Moore-Blankert op den Seisweg en trok toen naar dfen Buiten tuin op de Abeele. Crescendo .(Buiteïftuin:) bracht denzelf den dag een bezoek aan Dishoeck, waar het in de kiosk een uitvoering gaf. Beide vereenigingen mochten met hun optreden wel verdiend succes oogsten. De Nederlandsche afhaalkotter No. 2, heeft Zaterdagmiddag nabij het vuur schip Wandelaar twee opvarenden van het Engclsche zeiilja-cht Ylex gered en alhier aan w'al gebracht. Door een ruk wind was van de Ylex een opvarende overboord geslagen. De kapitein was'hem nagesprongen. Beiden zijn daarna door een sloep opgepikt. De Ylex is inmid dels in de haven alhier binnengeloopen. In den mailtrein, die Maandag alhier te half één aan kwam, bleek een puilseh passagier overleden te zijn. Het was ver moedelijk een rechtelijk' ambtenaar, di© hitte te slapen." - 1 „Een prachtidee" riep Diaillton geest driftig! uit. „Ik1 heb- er niets op tegen ■een® een dag niet te jagen." Ik wendde mij tot een mijner jonger dl neven, die even te. voren uit de toilj ar ij- kamer wasi gekomen en zeide „Zeg Dick, wil jij voor de gasten zor gen alsl ik met Dalton een autotocht mlaaik en niet 'tijdigi terug ben?" ^Natuurlijk" antwoordde hij. „In ieder geval blijven wij morgen op honk. Ik vind dat wel goed, daar ik dian/ ijn rieni namiddag naar den cricketwedstrijid kan g.Tack. ik ben je, man verklaarde ilk nu. jüaM zullen we mijn chauffeur Ferris maar dadelijk roepen. Ik verwed er mijn hoofd om1, -dat hij binnen eiein, kwiarftieri klaar staat om met ons weg] te: rijden. Ik zorgl er altijd voor, dat de: wa|ge>ni reisvaardig) is. Ik belde en beval Jack's; chauffeur te laten; komen. Deze verscheen na en kele oogenblikken, een kleine maar ste vig gebouwde kerel, die,, vóór hij bij Jack ini dienst kwam, achter het stuur van een race-auto had gezeten. („Ferri-s" zei zijn meester ,wij ver trekken n-innen het half uur naar New castle. Ik zal zelf gedeeltelijk sturenL Allesi is toch in orde?" „Alles'- mijnheer. U kunt, alls u Wil,,over ti-enl minuten vertrekken." „jHoe- staat het met de benzine?" vroeg ik. (Wordt Vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1930 | | pagina 1