Tweede blad
van de
PROVINCIALE ZEEUWSCHE
van
Woensdag 15 Jan. 1930 No. 12.
BINNENLAND
FEUILLETON
HET VONNIS
PERSKRONIEK.
KERKNIEUWS
KUNST EN WETENSCHAP
DE STERRENHEMEL IN NEDERLAND.
IN DE WEEK VAN 15—22 JANUARI.
DES AVONDS TE 8 UUR.
ZUID
LANDBOUW
STEMPLICHT EN VERVOLGING,
Op de vragen van het Tweedie Kaimjer-
lidi den heer Kersten betreffende door de
burgemeesters van Enschede, Schoonho
ven, Bergambacht en Rilland-Bath^ na
de jongste Verkiezingen genomen maatre
gelen tot vervolging van vrouwen die bij
herhaling hadden verklaard, om des ge
wetens wil niet aan de stemming 1e kun
nen deelnemen, heeft die minister" van
OBiinnenl. Zaken ein Landbouw jjeant
woord ,dat art. 149 der Kieswet het oor
deel iOmtrent de geldigheid der voor het
niet-nakomen van de verplichting, op
gelegd bij srt. 72, tweede lid, aangevoer-
ae redenen in de eerste plaats laat aan
den burgemeester en in hoogste instan
tie aan den rechter. In verband hiermede
kunnen oopr den minister geen stappen
worden gedaan welke herhaling van
maatregelen tot vervolging als bovenbe
doeld zullen voorkomen. De minister kan
ten deze niet verder gaan dan van zijn
zienswijze aan de betrokken autoritei
ten te doen blijken, hetgeen bereids heeft
plaats gehad bij circulaire aan die bur
gemeesters d.dl. 20 Juni 1928. Aangezien
de minister zich met de strekking dier
circulaire geheel kan vereenigien, heeft
hij, mede naar aanleiding van de onder-
werpelijke vragen, den commisfsariss|en
der Koningin in de provinciën verzocht,
de burgemeesters ook met zijn met die
strekking overeenkomende opvatting in
kennis te stellen.
DE VER. STATEN EN NEDERLAND.
Naar Reuter uit Washington meldt,
is het nieuwe larbilrageverdrag lusschen
de Vereenigde Staten en Nederland gis
teren onderteekend door den', wjaame-
mtenden secretaris van Staat, Cotton, en
den Nederlandschcn gezant, mr. dr. J.
H. vjan Royeu.
DE ONSCHENDBAARHEID VAN HET
ENGELSCHE KANAAL EN
NEDERLAND.
Volgens den diplomiatieken medewer
ker van de Daily Telegraph is in diplo
matieke e u maritieme kringen groole be
langstelling gewekt door zijn om-thulling
dat tijdens de besprekingen te Locarno
Lord d'Abernon de kwestie van internati
onale waarborgen voor de onschendbaar
heid van hel Engelsche Kanaal ter spra
ke gebracht had. Hij' kan daar 'alsnog
aan toevoegen dat de Nedterlandsche re
geering toentertijd informteel geraad
pleegd is over de mogelijkheid dal zij
bij zutlc een overeenkomst tezamen met
Duitschland, Frankrijk, België en Groot-
Britanje partij zou zijn, maar dat de Ne
derlandsche regeering eenige weifeling
getoond zou hebben. Deze schrijver acht
dit geen reden om' de kwestie niet tot
nieuw leven te brengen, nu van Groot-
Britanje nogmaals garanties voor andere
mogendheden gevraagd worden, zonder
dat men het eenig daartegen opwegend
voordeel aanbiedt.
EINDHOVEN 90.000 INWONERS.
De gemeente Eindhoven heeft het aan
tal inwoners van 90.000 overschreden.
NEDERL. WAARDEERING VOOR
BUITENLANDSCHE ZEELIEDEN.
De Nederlandsche regeeringi heeft aan
den kapitein en den hofmeester van hel
Britsche ss. „Findhorn" belooningen toe
gekend als 'blijk van waardeering voor
de goede dienstenj bewezen bij de red
ding van de opvarenden van het Nederl.
door mevrouw Belloc Lowndes.
vissch'èrsvaartuig „Gerard' IJ.M. 316, dat
op 13 Juli 1929 op de Engelsche kust
is vergaan.
Voorts heeft de Nederlandsche re
geering aan den gezaghebber van het
Spaansche s.s. „Marqués de Cornillas"
een belooning toegekend als blijk van
wlaardeering voor de goede diensten, be
wezen hij de redding van de drie opva
renden van de Nederlandsche redding
boot „Schutlevaer", welke op 18 Maart
1929 bij de Ganarische eilanden in nood
verkeerde.
Remarques boek.
Het maandblad „Mavors" schreef on
langs over het boek van Erich Maria Re
marque -,Im Westen Nichts Neues":
„Het is buitengewoon boeiend en mee-
sleepend geschreven en maakt absoluut
den indruk tot in de kleinste details door
den schrijver zelf te zijn meegemaakt en
doorleefd. Dit laatste nu schijnt echter
niet geheel waar te zijn, tenminste vol
gens gezaghebbende Duitsche militaire
kringen, waaronder verschillende on
kreukbare, hoogere militairen, die zelf
den geheelen wereldoorlog hebben mee
gemaakt.
Wat wij hieromtrent vernemen, werpt
wel een eenigszins zonderling licht op
den persoon van den schrijver.
Paul Erich Remark Erich Maria
Remarque is zijn pseudoniem heeft
zijn Duitschen naam een Fransch tintje
gegeven en den voornaam Maria uit'on
verklaarbare redenen er bij gevoegd. Hij
zegt zelf dat hij den oorlog van 1917 en
1918 als gewoon soldaat heeft medege
maakt; hij schijnt echter na den oorlog
onbevoegd de uniform van officier en
het IJzeren Kruis le klasse te hebben
gedragen. Dit heeft hij zelf moeten toe
geven, echter beweerde hij zijn aanstel
ling tot officier van een arbeiders- en
soldatenraad te hebben gekregen.
Remark is slechts zeer kort aan het
front geweest; na zijn afmelden bij een
"reserve-bataljon in Duitschland, ging hij
naar een aan het front gelegen recruten.
depot, waar hij slechts ongeveer twee
maanden verbleef. Hij werd gewond,
waarschijnlijk door een uit een vliegtuig
geworpen bom, ging naar Duitschland
in het hospitaal en bleef daar tot No
vember 1918. In het hospitaal schijnt hij
de indrukken van zijn boek van verhalen
van gewonden te hebben gekregen. Men
moet hierbij natuurlijk niet uit het oog
verliezen, dat deze verhalen vaak over
dreven werden en steeds onheilspellen
der werden naarmate zij meer werden
verteld. Het schijnt dan ook vrij ge
waagd om hieruit een waarheidsgetrouw
boek samen te stellen.
Van leidende Duitsche militaire zijde
is men dan ook zeer verontwaardigd
over vele zaken, welke in dit boek wor
den meegedeeld en verklaart men zeer
veel hierin, op zijn zachtst uitgedrukt,
overdreven, zoo niet onwaar. Het Mili-
tar Wochenblatt schrijft dan ook: ,.Für
uns ist das Buch nicht ,,von allen Toten"
geschrieben, sondern eine grobe Belei-
digung des deutschen Heeres und des
deutschen Frontsoldaten."
Maar niet alleen van leidende militai
re zijde, maar ook van Duitsche kringen,
daar buiten staande, gaan verontwaar
digde stemmen op.
Zoo geeft Rudolf Binding onder den
titel: „Krieg für genügsame Leute" een
zeer scherpe, vlijmende critiek op Re
marque's boek. Het is vlot geschreven
en tintelt van humor. Zeer fijntjes loont
schr., die zelf onder dienst aan het front
is geweest, de onwaarschijnlijkheid van
menige episode aan. Episoden, die den
onbevangen lezer als werkelijk gebeurd
voorkomen, doch het toch vaak niet zijn.
Binding eindigt zijn artikel met den
goeden raad aan ieder, die iets wil we
ten, wat den oorlog betreft, zich te wen
den tot hen, die er over gezwegen heb
ben."
78.)
Gedurende de lange "besprekingen' in
de j urykamfer onderging de vrouw', wier
naam' geen enkele maal door een van de
zworenen was genoemd, een zoo mogelijk
nog vreeselijker foliering, dan de be
klaagde, die wachtte, tot zij zou worden
binnengebracht, om de uitspraak te hoo-
ren. Aetelqide Strain en Jack Mintlaw
waren de eenige menschen op de wereld,
die innig medelijden met haar hadden,,
want Eva was een eenig kind geweest en
haar weinige verre bloedverwanten had
den in de laatste weken m'aar één
wensch geloond, namelijk: elke betrek
king met haar te verbreken.
Geen v OïMier dus dat me rouw Strain
en krlonel Mintlaw zich zoo nauw bij
elkander hadden aangesloten zij', de
toegewijde vriendin van de beschuldigde,
hijt, Jack Mintlaw, de man die Eva Ray-
don oprecht liefhad en die vrijmoedigi,
misschien wel wat onberaden verklaard
Door wijten mej. M. W. Lab-rijn te
Nieuwerkerk is hij testament aan de
Ned. Herv. Kerk In deze gem. gelega
teerd de som van f 2000 vrij van alle
rechten en een gelijk bedrag aa,n de Di
aconie.
had', dat het zijn bedoeliing was', haar 1e
Ircuwen, ingeval zij werd vrijgesproken
en zij dan bereid zou zijn, hem igelukkig
te maken door zijn vrouw te worden. En
nu zelfs in zijn angstige spanning
was er plaats in het warme hart ivan den
Canadees van oprechte sympathie en
deernis met Fva's oudste vriendin, die
hij tijdens den loop van het geding met
greote bezorgdheid had gadegeslagen
Dien morgen, toen zij het treffende,
nieuwe, getuigenis had afgelegd over dat
wonderlijke geval, wat ten slotte onder
de menschen bekend was geworden als
„de geheimzinnige voetstappenhad hij
gemeend, dat zij te ziek was, om in de
bank plaats te nemen. Groote bewonde
ring had hij gehad voor de overwinning
van den geest op het lichaam, waarvan
zij zulk een heldhaftige proef had gege
ven, en die overwinning had haar in fr'aat
gesteld, die waardevolle verklaring te ge
ven, welke, zoo hij wist, volgens het oor
deel van verscheidene knappe rechtsge
leerden de procureur-generaal meege'-
rekencli, Eva Raydon het leven zou red
den. En daarbij was zij kalm, zelfbe-
heerscht, oogenschijnlijk zelfs volstrekt
onpartijdig geweest, gedurende het stren
ge kruisverhoor, dat was gevolgd op haar
Zangvereeniging „Tot Oefening
en Uitspanning" Concertzaal
De Zangvereeniging „Tot Oefening en
Uitspanning", tot oude liefdes terugge
keerd, heeft gisteravond een uitvoering
gegeven van Mirjam's Siegesgesang van
Schubert, Rheinberger's Stabat Mater en
Osterkantate van Max Bruch.
Max Bruch was een zeer vruchtbaar
componist van symphonieën en groote
koorwerken. Met zijn koren heeft hij ech
ter grooter belangstelling gewekt dan
met zijn symphonieën, die streng van
vorm zijn, doch tevens een vrije melo-
diek, in den geest van het volkslied, heb
ben. Hij heeft getoond machtige kooref
fecten te kunnen geven. Zijn muziek mist
diepte, maar de melodiek is altijd vol
leven en geeft soms groote bekoring. Ook
in zijn schilderingen is hij vaak expres
sief. Dramatische uitdrukking vindt men
zelden in zijn werken, doch wel veel
glans en muzikale stijging. Voor ons heb
ben zijn werken nog slechts weinig waar
de behouden. Niettemin bewees de uit
voering van Bruch's Osterkantate, dat de
koristen het werk onder de knie had
den. De koren klonken frisch en krach
tig, soms wel eens ietwat tè krachtig.
Hoe meer de klank verfijnd wordt, hoe
meer het geheel aan kleur wint en hoe
treffender de ontroerende diepten en de
stralende hoogten van een werk belicht
worden en naar voren treden.
Het koor begon met Mirjam's Sieges
gesang van Schubert. De muziek van dit
opus is min of meer hybridisch; naar haar
innerlijk wezen beweegt zij zich op een
niveau, dat „schon dagewesen" is. Maar
dat innerlijke heeft een beperkte expres
sie, die zich nog al eens tracht te ver
bergen achter uiterlijke accenten en een
krachtsvertoon, dat lang niet altijd over
tuigend is. Ook hier zong het koor met
entrain en met weiverzorgden klank.
De uitvoering van Rheinberger's Sta
bat Mater had voor ons wel een groote
bekoring. Deze compositie, met haar tra
gisch pathos en trotschen stijl, bevat zeer
schoone koren. Het klinkt alles zoo op
recht -en eenvoudig en ligt daarom ook
geheel binnen het technisch bereik van
elk goed-geschoold ensemble. Maar ook
dat wat „achter" de noten staat, de gees
telijke inhoud, ligt binnen de gevoels
sfeer der uitvoerenden. Het behoort niet
tot de onmogelijkheden de ontroering,
waaruit dit kunstwerk werd geboren, na
te voelen en dus ook mede te deelen.
Deze weemoed, deze angst en vroomheid
vindt zijn resonans bij iederen zanger.
De koren klonken beheerscht en bezield.
Tot het welslagen van dezen avond
heeft niet weinig bijgedragen de voor
treffelijke Amsterdamsche zangeres mej.
Di Moorlag, die met de vertolking van
3 liederen van Brahms en Trois Chants
religieux van Joh. H, Caro, het publiek
zeer heeft doen genieten. Di Moorlag is
een persoonlijkheid, die eerbied inboe
zemt. Haar stem is uitmuntend geschoold,
haar voordrachtskunst van een door
dringende intensiteit. Onverschillig wat
zij zingt, elke vertolking wordt gedragen
door den strengen ernst, het doelbewus
te streven, om aan het lied volstrekt al
les te geven wat het toekomt. Bovenal
is Di Moorlag de uitverkoren vertolkster
van den weemoed, het schrijnende heim
wee, en daar de meeste liederen dezen
inhoud hadden, hield zij de hoorders
schier doorloopend gevangen.
Eindelijk deed de gelegenheid zich
weer eens voor het prachtige orgel in de
Concertzaal als solo-instrument te hoo-
ren; de uit het Noorden tot ons gekomen
stadgenoot, de heer Th. C. Ferwerda,
heeft met Joh. S. Bachs Toccata en een
Pastorale van F. A. Guilmant de gele
genheid geboden, zoowel de vele moge
lijkheden van dit schoone instrument als
des organisten muzikale talent en diepe
gevoel te beluisteren en er van te ge
nieten. Kwam in het meer magistrale
werk van Bach de krachtige volheid der
schoonheid van het orgel tot uiting, in de
eenvoudig-melodieuse Pastorale bleek,
dat de heer Ferwerda ook met fijn ge
voel de harmonieuse registreering van
een teer werkje weet te treffen.
Een zware en voorzeker niet te onder
schatten taak had mevr. NonhebeiFaro,
die zich, zoowel in de begeleiding der
nieuw getuigenis.
Naaat mevrouw Strain uit de getui
genbank was gelaten, had Mintlaw ge
tracht, haar te overtuigen dat zij beter
deen het rechlsgebouw te verlaten; maar
daar wilae zij niet van hDoren. Zij had
echter een eigenaardige voorwaarde we
len te üeuingen, n.l. dat haar zoonifje,
de kleine Gilly in gezelschap van een
(der jonge hulponderwijzers van zijn
school, dien laatsten morgen in de groo
te hal van het Old Bailey-gerechts'hot
mocht komen. Volgens het oordeel van
Mintlaw was dat niet een alleen bui-
tennissige, maar ook een wel wat on
behoorlijke wensch. Doch hij was diep
getroffen geweest, toen zij hem had ver
teld, aat het bijzijn van haar kind haar
zou sterken, om de uitspraak aan te hoo-
ren, hoe die ook mocht luiden.
En in de laatste twee uren, namelijk
nadat de jury in raadskamer was gegaan
en hij', Mintlaw, met Adelaide Strain wal
,op en neer was gaan loopen in de hal,
zegende hij het moederlijk gevoel, dal
om haar kind had gevraagd, wanl de
vrouw verkeerde niet alleen lichamelijk,
maar ook geestelijk in een zeer angstwek-
kenden staat. Nu en dan gingen zij
en Mintlaw naar de plek, waar de 'kleine
HEERSTE
©VOLLE MAAN
(B LAATSTE KWARTIER
f NIEUWE MAAN
VENUS
MARS
JUPITER
SATURHUS
Weinig bijzonders: Jupiter is zoo goed
als stationnair; de V. M. staat in de
Kreeft; de heele week verlicht de Maan
onze nachten en nanachten. Om een uur
of 910 kan men den Grootenhond
,?n de Leeuw al zien, de eerste in 't
Z.O.; de tweede in 't N. O.
koorwerken, als bij het accompagnement
der liederen, op zeer verdienstelijke wij
ze hiervan heeft gekweten. Vooral in de
begeleiding van „O, wüsst ich doch den
Weg zurück" was haar spel zeer fijnge
voelig.
De leider van het geheel, de heer Joh.
H. Caro, is ten slotte gehuldigd, niet al
leen als dirigent, maar ook als componist
van de 3 Fransche geestelijke liederen,
die gisteravond gezongen werden. Voor
„Oefening en Uitspanning", dat in orkest
en orgel een goeden steun had is het
een avond van succes geworden; er was
telkenmale hartelijk applaus, zoowel
voor koor en orkest als voor de beide
solisten; mej. Moorlag noopte het eens
tot een toegiftje. Verder vele bloemen,
waaronder een mand voor den dirigent.
Vereeniging van Oud-Leerlingen der
R. L, W. S. te Goes.
Onder voorzitterschap van den heer D'.
W. Lindenbergli werd gisteren le Goes
in de Prins 'van Oranje de algemeene
vergadering gehouden van bovengenoem
de vereeniging.
Ce voorzitter heette, vooral de
nieuwe en tonale leden, welkom eat ook
den heer Stevens, directeur der school
en den heer ir. Siebenga, secretaris deir
Z.L.M. Spr. uitte de beste wenschen voor
1930 voor de leden en voor'de vereeuwi
ging en zeide dal 1929 voor de vereeni
ging een goed jaar is geweest, het le
dental ging weer vooruit. Spr. wijdde een
woord van waardeering aan de nage
dachtenis van wijlen den heer A. S. J.
Noteboom, oud-bestuurslid der vereeni-
ging. De vereeniging is er nog niiet vol
doende in geslaagd, alle landbouworga
nisaties nader bijeen te brengen. Het oog
is gevestigd op de jongeren en spr. wek
te; allen op niet te dralen als zij ge
roepen worden op een plaats in het pr-
ganisalieleven.
Wat de school betreft, kan men tevre
den zijn over het aantal nieuwe leer
lingen; ieder moet propagandist zijn voor
de school.
'De ingekomen stukken werden alle
voor kennisgeving aangenomen, waarna
de voorz. er aan herinnerrde, dat de
eerste onlwikkelingsdag in samenwerking
met de Z.L.M. en de B. v. G., goed ge
slaagd is. Op zijn voorstel werd besloten
f 5 in het tekort bij te dragen. Die
tweede onLwikkelingsdag zal 3 Mei 1e
Goes worden gehouden, er zullen vier
sprekers zijn, twee practici en twee the
oretici.
Een moderne weideafsluiling zal te
zien zijn bij den heer de Buck le Melis-
kerke.
De rekening van den penningmeester,
den heer W. A. Sneep, wees in ontvang
aan f 1137.72 en in uitgaaf f 773.1P>y2, al-
zoo een goed slot van f 364.53i/2.
De rekening werd goedgekeurd.
De voorz. wees er op, dat hel jaar-
lijksch saldo ieder jaar krimpt met f 100,
en daarom is aan contributie verhooging
gedacht. Daar dit niet goed mogelijk is,
mo,et op vermindering van de uitgaven
worden aangestuurd, bijv. door het niet
meer gratis toezenden van het jaarboek
je en andere drukwerken. Voor 1930
'wordt 'het boekje nog gratis aan alle
leden toegezonden.
Hierna bracht de secretaris, de heer
C. O. J. Hendrik se het jaarverslag
uit, waaruil o.a. bleek, dat slechts 1 van
de 225 leden en donateurs een verslag,
van den ontwikkelingsdag voor 255 cent
aanvroeg. Herinnerd werd o.a. aan klc
excursie naar de Zuiderzeewerken. Ver
ken. Verder aanx die naar Schouwen.
Dank werd gebracht aan de Z.L.M. en
aan den directeur en de commissie van
toezicht der school vdor de aangename
samenwerking. Het vterslag werd goedge
keurd.
Hierna gaf de heer Hendrikse een uit
treksel uit het verslag van de algemeene
vergadering van den Algemeenen Bond,
dat voor kennisgeving werd aangenomen.
Een crediet werd toegestaan voor de
excursie van dien Bond in 1930 naar
Schouwen en naar Zuid-Bpveland of Z.
Vlaanderen, vermoedelijk te beginnen op
17 Juli.
De lenen, die een auto beschikbaar
kunnen stellen, weraen opgewekt dit te
doen.
Bij acclamatie werd de heer IV. A.
Sneep 'lot penningmeester herkozen.
Tot 'bestuursleden in plaats van de
heeren C. H. A. Stals en A. Wfis'se Jz„
die niet herkiesbaar waren, werden ge
kozen de heeren J. van der Bijl en |C.
Stoutjesdijk. De heeren C. O. J. Hen
drikse en A. C. Zandee werden hij accla-
tie herkozen resp. als hoofdbestuurslid
en als plaatsvervangend hoofdbestuurs
lid der Z.L.M. Alleen de heer Stoutjes
dijk was niet aanwezig, de overige namen
de 'benoeming of herbenoeming aan.
Hierna hield de heer ir. .1. Si eb1 en-
jongen en de jeugdige vriend, zelf niet
veel meer dan een jongen, samen zateu
en dan klaarde mevrouw Strain's dood-
bleek gelaat weer wat op; éénmaal lach
te zij zelfs tot Gilly. Maar wanneer het
tweetal, zij en Mintlaw, weer opliepen,
lusschen de onverschillige menigte, ging
haar hand somwijlen naar haar borst en
naar haar keel, alsof de benauwende
druk haar te machtig werd.
Bevend van trots bracht Mintlaw in
herinnering, hoe goed Eva Raydon zich
dezen en den vorigen dag gehouden had.
Geen enkel oogenblik was zij gezwicht
voor haar vreesehjke kwelling. Zelfs toen
zijl de beschuldigdenbank Verliet om de
uitspraak af te wachten, had zij hem een
entroerenaen blik vol donkbaarheid toe
gezonden en hadden zich haar bleeke,
vastberaden lippen lot een flauwen glim
lach geplooid.
Het was voor hem een groote troost,
dat bijna alten, die in nauwe aanraking
met Eva .waren gekomen, in de ellendige
weken ,die waren verloopen tusschen
den dag, waarop zij was aangehouden,
veraacht van moord op hc.ar echtgenoot,
tot de opening vam haar proces, in haar
onschuld waren gaan gélooven
Vicor Mintlaw zelf leverden de fóiten
met heirekking tot Birlley Raydon's ge-
heimzinnigen dood niet de minste moei-
lijkheiu of raadselachtigheid op. Het
stond bij hem onwrikbaar vast, dat de
tuinmansjongen, Amos Purcell, gedreven
door een soort "heimelijke wraakzucht,
welke jonge mannen en vrouwen van
zijn slanci dikwijls koesteren, den man
om het leven nad gebracht, die gepoogd
had zijn eerlijken naam te 'loezwallen,
het eenige waardeomlle bezit van zoo'n
jongen. De directrice, levens apothekere.
van het paviljoen-ziekenhuis, juffrouw Ja-
meson, haa in de getuigenbank volmon
dig toegegeven, dat zij de kastdeur in Ide
apotheek niet alleen op dien noodlotlige'n
dag maar mogelijk ook nog een keer,
of zelfs meermalen had opengelaten
Feitelijk was deze verklaring een con
cessie van haar, omdat zij in de onschuld
van Eva geloofde. Want, innerlijk leed
het 'bij haar volstrekt geen twijfel, dat
zij' diie misdaaige nalatigheid slechts één
maal, namelijk op dien bewusten vier
den September, begaan had. Daar had
zij zichzelf overreed, dat Amos Purcell,
door een \s oneerlijke samenloop van om
standigheden, dien zelfden morgjen óók
in de apotheek moest zijn geweest
(Wordt vervolgd).