Ü3«
ito, 170
Vrijdag 20 Juli
171° Jaarganp
Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel.
BINNENLAND
DE REIS DER KONINKL. FAMILIE.
Het Noorsch Telegraafbureau seint uit
Oslo, dat Koningin Wilhelinina en Prin
ses Juliana gisterenmorgen in Finse zijn
aangekomen, waar zij nog eenigfe dagen
zullen verblijven alvorens terug te kee
ren naar Nederland
Zij hebben met haar gevolg in Jotun-
beamen uitstapjes gemaakt naar de meest
bekende plaatsen.
ZEGELRECHT EN LEDENKEGISTEIL
Men deelt ons van bevoegde
mtedei:
Het is den Minister van Financiën
gebleken, dat veie vereenigingen
dere dan coöperatieve ongezegcllde
ledenregisters hebben aangehouden, daar
zij meenden dat deze ledenregisters niet
aan zegelrecht waren onderworpen. Deze
meening is evenwel onjuist. De re
gisters, waarin door leden een onder-
teekende verklaring van hun toetreding
als lid wordt gesteld, zijn onderworpen
aan zegelrecht naar de oppervlakte van
het papier. 1
De Minister wenscht de verecnigingen
in de gelegenheid te sleilen bij wijze van
transactie, dus zonder boete, de zegel
rechten voor begane overtredingen te
voldoen. Zij moeten daartoe, voor 7
October a.s. naar den ontvanger var
het zegel, waaronder zij ressorteeren
gaan met vohedige gegevens, waaruit kan
blijken, lioevee, zegelrecht naai* ae op
pervlakte van het papier berekend, se
dert de invoering der Zegelwet 1917, zou
moeten betaald zijn Wordt het zegelrecht
alsnog voidaan, dan kan vordering van
boete achterwege blijven.
Ter voorkoming van onaangenaamhe
den, raden wij de secretarissen der Ver
eenigingen aan, zich met hun ledeurc-
gisler naai* den ontvanger te begeven,
voor Walcheren is het de Ontvanger der
registratie 2 en domc-inen, le Middelburg
Lange Noordslraat L 127.
DE MIJNRAMP IN' BRENSSUML
In verband mei de (mijnramp te Bruns-
sum, heeft 't hoofdbestuur van den Alg
Ned Mijnwerkersbond in een spoedver
gadering na langdurige besprekingen be
sloten, den Minister van Waterstaat te
'verzoeken in verband met deze mijn
ramp, een deputatie mijnwerkers te wil
len ontvangen-
UIT STAD EN PROVINCIE
Dit Middelburg.
Een aantal MiddeJmrgsclie padvin
ders zuLen onder leiding van hopman
Méijboom van 21 tot éii met 20 Juli ccn
kamp betrekken nabij Ipswich (En gel/and)
Van Engelsche zijde wordt dit bezoek
zeer op prijs gesteld, wat bJjkt uit hel
programma. Wij onlleenen daaraan dat
de Middei'burgscne jongens Zaterdag"
avond ten Stadhuize van Ipswich door
den burgemeester worden ontvangen,
waarna zij op 't kampterrein door de Ro
tary Club en de padvinders worden ont
haald en begroet. Zondag brengen zij
een bezoek aan het hoofdkwartier der
Engelsche cojega s; Maandag wordt de
Ipswich School bezocht, Dinsdag geva
ren naar Shetley Barracks; Woensdag
volgt een bezoek aan Orwc.i Works,
Donderdag aan CranfieliS Mins, Vrijdag
wordt groot Kampvuur gehouden; Zater-
1 .dag wordt per hoot Felxstowe bezocht
en Zondag wordt de thuisreis gemaakt
Van •ooggetuigen, bij hel ongeluk
aan den rioolput op den Noord'sirigeï,
vernemen wij nader, dat ofschoon F.
bij zijn poging lot redding1 getoond heeltt
zeer moedig te zijn, liet toch onjuist is,
dal hij Dekker een louw rond liet lijf
heeft gedaan, want hij had geen louw
bij zich. Dekker is gered door andiere
helpers, die een bakkershaak in zijn
Ikleeren haakten en liem zoo kond'en
optrekken; bij den verongelukten Dor-
Ieijn mislukte dit. omdat de klcereu
steeds afscheurden.
Dit Vlissingen.
De slagerspatroonsvereeniging le
Vlissingen heeft op een daartoe
strekkend verzoek van de afd(eeling sla
gersgezellen van den Ned. Centralen
bond Van Cr. arbeiders in de vocdings^-
- en ge n o tmidde le n bed,r ij venm. a. sl beslo
ten een vacanlieregeling voor de gezellen
in te voeren. ft i
Het ligt verder in de bedoeling om
te trachten in gemeenschappelijk overleg
van patroons -en arbeidersorganisaties
te komen tot de oprichting van ee\n
vakcursus. Aanvankelijk in hoofdzaak
voor opleiding in étalagegarneerwerk enz.
Dit Walcheren.
Donderdag is ©en staking uitge
broken onder tüe vlastrekkers van dien
vlasbaas J. Cijsouw te Souburg. De
staking omval 10 personen.
Bij het zwemmen in zee te Dom
burg, is een schooljongen nit Thole
verdronken.
Uit Z u i d-B e v e 1 a n d.
De afdecling S chore van de Ver-
eeniging voor ZiekenhuisverplegingZufd
en Noord-Beveland, kwam in Vergadering
bijeen in het schoolgebouw. Een huis
houdelijk regelement werd vastgesteld!.
Tot bestuursleden werden gekozen de
heeren M Maas A. Bierens, H. v. Koe-
veringc, H, D. Trimpe en A. Ivole Het
aantal leden bedraagt thans 163, terwijl
later nog enkele leden rijn toegetreden
Tot bode werd benoemd J. v. d Maas
Uit Noord-Beveland.
Te middernacht, tusschen Donder
dag op Vrijdag, luidde 'te Wissenke.
ke de brandldok, het wagenhuis, tevens
garage van den landbouwer A. Israël
stond in lichte laaie, een kwartiertje
buiten de kom. Op enkele meters van
het vuur stond de 'sfchuur, waarvan de
hitte de teer dééd afdruipen. Den -af
stand in aanmerking genomen, was
(vrachtauto met spuit en spuitgasten
spoedig ter plaatse. Water was echter
schaarsch, de dijksputten van den Vlie-
tepolder, op korten afstand, stonden zóó
goed als droog Met emmers watër wist
men echter dc schuur te beschermen
en de brandhaken deden de rest. Dank
zij de windstilte werden schuur en
woonhuis behouden.
Woensdagmiddag hield de raad van
Colijns plaat een openbare vergade
ring, waarin de heer- Dees met en dc
heeren Potappel en Verburg zonder ken
nisgeving afwezig' waren
Op voorstel van B. en W. werd af
wijzend beschikt ofp eein verzoek van
de politieschool te Hilversum om een
subsidie groot f 25.
Van den minister van Arbeid, Han
del en Nijverheid was een schrijven in
gekomen betreffende toetreding lol het
werkloosheidsbesluit 1917 Hierop werd
met alg. st. afwijzend beschikt.
Ook op een schrijven van G. S. van
Zeeland betreffende invoering van hel
schoolartseninstituut werd afwijzend be
schikt. Eveneens op een schrijven van
de besturen van den polder Oud- en
Nieuw-Noord-Bevclnnd, belreffende ver
betering van de wegen naar Kortgene.
Een verzoek van P. C. de Lange e.a.
om een lantaarn le plaatsen in den Groe
nen Achterweg werd aangehouden tot
een volgende vergadering. Tegelijk zal
dan behandeld worden een reeds vroe
ger ingekomen dergelijk verzoek van M.
iramer.
Op voorstel der wethouders wordt be
sloten om de buizen, die vrij zijn ge
komen uit de rioleering van de Oost-
Kruisstraat le gebruiken bij verdere rio
leering van den Groenen Achterweg.
Tot slot wordt de geme©nilerekening
1927 aangeboden.
Ze e u w s ch-VI a a n dere n O. D.
Bij den aanleg van een electrische
aansluiting le St o p p e 1 d ij lc, slipte de
ladder, waarop de elcclricien E. K.
stond nij greep naar 'n houvast en vat
te een onder stroom staande» draad.
Bij den een paar meter hoogen val
kwam hij met zijn hoofd terecht op
de ijzeren roe eener balie, waardoor hij
een vreeselijke wonde opliep. Bewus
teloos werd hij opgenomen
Zijn toestand is, hoewel' érnstig, toch
niet hopeloos.
PROV. STATEN VAN ZEELAND.
Hedenmorgen werd de zitting der Sta
ten heropend.
Voorzitter: de Commissaris der Ko
ningin, jhr. mr. J. W. Quarles v. Uf-
ford.
Afwezig de heer Fruytier
Mededeelingen.
Mededeeling wordt gedaan van een
adres van den Minister van Binnenl. Za
ken, dat de Kon, goedkeuring van het
reglement op den rechtstoestand der
ambtenaren in dienst der provincie Zee
land nog niet is verkregen, daar door
den Minister van Justitie hierover over
leg wordt gepleegd
Voor kennisgeving aangenomen.
Ingekomen is het gister door ons ver
melde adres van B. en W. van Middel
burg inzake de electrificatie van de
Middengroep. Het wordt gevoegd bij het
desbetreffende dossier.
Verenregiem.
Aan de orde is het voorstel tot vast
stelling der algemeene reglementen op
de overzetveren in de wateren tusschen
de Zecuwsche en Z. Hollandsche eilan
den over de Eendracht,
AMeelings verslag
Naar aanleiding van de beraadslagin
gen in de afdeelingen, wijzen Ged. Sta
ten er op, dat het hier een zaak betreft
die door de Staten van Zeeland in ge
meenschappelijk overleg met die der pro
vincie Z. Holland, resp. N. Brabant, ge
regeld zal moeten worden, en waar
voorts het voorstel door de Staten der
provincie Z. Holland, in den vorm,
in het werd aangeboden, reeds tot be
sluit werd verheven, oordeelen Ged.
Staten het minder wenschelijk, dat daar
in thans door de Staten van Zeeland nog
wijzigingen worden aangebracht. Zij zijn
evenwel bereid de in de afdeelingen ge
uite wenschen in overweging te nemen,
en zoo noodig, met hunne ambtgenooten
in overleg te treden over de wensche-
lijkheid dier wijzigingen.
In de afdeelingen is o. a. gevraagd, of
er ook reservevaartuigen beschikbaar
moeten zijn, en om het gebruik van al
coholhoudende dranken gedurende den
dienst aan het personeel te verbieden.
Bezwaren werden geopperd, dat iede
re politieman gerechtigd is het overzet
ten te verbieden. Ged. Staten wijzen er
echter op, dat het betreffende artikel
nog nooit tot moeilijkheden aanleiding
gegeven heeft, en dat er toch gemotiveer
de toestanden aanwezig moeten zijn,
voordat tot die stopzetting wordt over
gegaan.
Een der leden acht het verbod zich
in een rijtuig of auto op te houden, dat
zich op de pont bevindt, of het op- en
afrijden in luxe auto's, niet noodig en
wil dit alleen toegepast zien op autobus
sen. Een ander wenscht. dat het niet al
leen in de roeibooten, maar ook op de
ponten geoorloofd zal zijn te rooken
De heer Moelker begrijpt niet
waarom wel in de roeiboot mag worden
gerookt en niet op de pont. Niemand is
daarmee geschaad Ged. Staten zullen
echter met de Ged. Staten der andere
provincies overleggen en spr, neemt daar
genoegen mee.
De heer De J o n g_e doet enkele vra
gen over het herstel van een vaartuig.
Spr. heeft in de stukken niet gevonden
den eisch van ©en reservevaartuig, en
dringt daar op aan. Spr. wil voorts de
bepaling scherper gesteld ,dat liedjen, die
in staat van dronkenschap zijn, niet de
vaartuigen mogen bedienen, met het oog
op de veiligheid. Het bedienend perso
neel moet zich onthouden van alle al
coholhoudende dranken. Spr. stelt voor
de vaartuigen niet te doen bedienen door
Heden, die tijdens den dienst alcohol ge
bruiken.
De heer S o n k e stelt voor te bepa
len, dat het verboden is .zich' in rij-
of voertuigen op t© houden, die ziclr
bevinden op den veendiam.
De heer W elleman gelooft, dat de
voorstellen weinig practisch zullen zijn.
Wij kunnen met de toezegging van Ged.
Staten volstaan, dat zij met de gemaak
te opmerkingen rekening zullen houden.
De heer v. d. W e y d e maakt deze
laatste opmerking tot de zijne. Laten de
heeren hun amendementen niet hand
haven. Ged. Staten zullen met hun col
lega's in Z. Holland en N. Brabant over
leg plegen. Daar kunnen de Staten op
rekenen.
De heer S o n k e trekt zijn amende
ment in.
De heer R e i 1 i n g h heeft bezwaar
tegen het voorstel-Sonke.
De reglementen worden z. h. st. aan
genomen.
Vr ij verklaring cal.
polder Borssele.
Aan de orde is het voorstel tot afwij
zing van het verzoek van den calamiteu-
zen polder Borssele om vrijverklaring.
In de aldeelingenis zeer uitvoe
rig over deze aangelegenheid gesproken.
Gewezen is er op, dat dit reeds voor
de derde maal is, dat een dergelijk ver
zoek de vergadering bereikt, en op de
eigenaardigheid, dat de dijkraad in 1923
zich tegen vrijverklaring uitsprak, doch
het advies in 1927 ten gunste daarvan
luidt. Ook de gunstige verwachtingen van
den finantieelen toestand zijn oorzaak,
dat de ingelanden meenen dat de pol
der niet langer in calamiteuzen toestand
verkeert. Ook zouden de verdedigings
werken er niet zoo slecht aan toe zijn,
ook niet die aan den Noordnol. Ook in
1923 gold het argument, dat buitengewo
ne werken mochten worden uitgevoerd,
en wat is sindsdien gedaan niets.
Een ander lid zegt, dat tevoren actie
gevoerd is om de meerderheid van den
dijkraad te verkrijgen. Men is er in Bors
sele slechts op uit den pot met geld te
verdeelen. Over het hoofd word) gezien,
als door storm of andere onvoorziene
handigheden de uitgaven zeer stij
gen, en de polder daarvoor alleen komt
te staan. Dc benoodigde gelden kunnen
dan niet anders verkregen worden dan
van eigenaars der gronden zelf. Hij ont
raadt inwilliging, evenals een ander lid,
die legen geld ver dee ling waarschuwt
Weer een ander waarschuwt tegen mo
gelijke ver-strekkende gevolgen. Gedep,
Staten willen door hun voorstel de in
gelanden tegen zichzelf beschermen, 't
behoud van den grond is niet alleen een
particulier, maar ook een gemeentebe
lang.
Overweging wordt gevraagd of dc wet
op de calamiteusverklaring van 1870 nog
wel van kracht is. Dit zou kunnen ge
schieden door een te benoemen commis
sie of door den Zeeuwschen Water-
schapsbond
Vanwege Ged. Staten werd opgc
merkt, dat het in hoofdzaak te doen is
om verdeeling der uitstaande gelden en
aan de toekomst en het verleden verder
geen aandacht wordt geschonken. Men
kan nu eenmaal niets met vastheid zeg
gen. Is niet in 1906 daar de grootste
schade aangericht, waar het minst werd
verwacht? Ged. Staten wijzen op pol
ders, die vrij zijn verklaard en nu op
hooge kosten zijn komen te staan, en op
andere, waarvan 't gelukkig is dat die
vrijverklaring niet door ging. Met die
voorbeelden voor oogen, en mede gelet
op het rapport van den hoofdingenieur,
is, mede in het algemeen belang, vrijver
klaring niet verantwoord. Over het in
stellen eener bovenbedoelde commissie
zijn de meennigen van Ged. Staten uit
eenloopend.
In een andere afdeeling wordt gewe
zen op het gevaarlijke precedent, 'wan
neer dit verzoek wordt toegestaan, voor
andere polders. Een lid gelooft, gezien 't
feit, dat de polder de provincie de laat
ste jaren niets heeft gekost, wel te mogen
aannemen, dat d© poïdipr zichzelf bedrui
pen kan.
Een ander lid meent, dat, als een pol
der zich de weelde kan veroorloven
stcenglooiingen op te breken, die zeker
nog jaren zouden heben meegekund, vrij
verklaring verantwoord is. Vooral om
dat, gezien den afstand! van 800 M van
onmiddellijk gevaar voor het W. deel van
den oever geen sprak© js.
Vanwege Ged. Staten wordt in die af
deeling eveneens inwilliging ontraden.
Thans is weliswaar f 250.000 in kas, maar
daarvan zal f 140.000 noodig zijn voor uit
te voeren werken.
Hoe weinig staat men kan maken op
bestaande oeververdediging en wat
daarmee verband houdt, kan reeds blij
ken uit het feit, dat aan de Zuidwatering
an den polder Walcheren ter plaatse,
waar eertijds strand was, een verdieping
is ontstaan.
In weer een andere afdeeling neemt
een lid het voor de vrijverklaring op, nu
de polder zich zelf kan redden. Een an
der lid heeft van eenige ingelanden ver
in,omen dal 't hun f20 per H A- zou
schelen, als de polder vrij zou zijn. Hij
doet de oplossing aan de hand in de
richting van een polder of waterschap
voor Zuid-Beveland, en dat de bestaan
de toestand van verschillende polders
niet langer moet blijven gehandhaafd.
Dan zouden ook al die andere polders
kunnen bijdragen. Ook zij hebben im
mers dan belang bij het behoud van den
polder; de buitenpolders zouden dan niet
langer onevenredig hoog belast zijn.
Ged. Staten merken op, dat de moge
lijkheid of wensche lijkheid voor het voiv
men van één polder t z. t ter sprake
kan worden gebracht bij de begrooting;
bespreking ervan hoort thans hier niet
thuis.
Een ander lid stelt de vraag of de wer
ken niet geleidelijk door de polders uit
gevoerd kunnen worden. Aan, vrijver
klaring zouden voorwaarden kunnen
worden verbonden. Calamiteusverklaring
kan, zoo noodig, altijd weer worden aan
gevraagd. En als de polder vrij is, blijft
het toezicht immers bij Ged. Staten. Een
ander lid vraagt, waarom ook de naast
liggende polder niet calamiteus is. Weer
een ander lid wijst er op, dat men met
polders aan diep water nu eenmaal niet
voorzichtig genoeg kan zijn. Over de
grondprijzen mag niet geklaagd worden;
ieder weet, dat voor de oeververdediging
goed gezorgd wordt. Hoevele polders
zijn reeds ingeloopen door verkeerde zui-
ligheid.
Een lid meent, dat een reserve van
f 20.000 niets beteekent, als de omstan
digheden de uitvoering van groote wer
ken zouden eischen. Hij ontraadt ten
sterkste tegen het advies van den hoofd
ingenieur in te gaan.
Een ander lid vraagt wanneer de pol
der het laatst steun van rijk of provincie
ontvangen heeft en hoe hoog de hoofd
ingenieur de noodzakelijk uit te voeren
werken schat. Ook vraagt hij zich af of
de ingelanden met de 200 H.A., die te
gen de vrijverklaring waren, wel zoo
veel beter tot oordeelen bevoegd waren
dan de ingelanden met 800 H.A., die
vóór de vrijverklaring stemden.
Vanwege Ged. Staten wordt hierop
geantwoord, dat de polder de laatste ja
ren geen steun meer heeft ontvangen.
Maar dit mag nog geen voldoende ar
gument zijn vóór vrijverklaring. De over
tuiging evenwel, dat in de toekomst niet
(Ingez. Med.)
voldoende in kas zal zijn, is Ged. Staten
aanleiding tot dit voorstel geweest
Ook Ged. Staten kunnen begrijpen,
dat de polder liever vrij wil zijn. Maar
men verlieze niet uit het oog, dat, mocht
de polder eens eenmaal vrij zijn ver
klaard, en later weer calamiteus^ ver
klaard worden, de eerste 5 jaar de volle
geschatte pachtwaarde als dijkgeschot
betaald zou moeten worden. Tegen in
williging van het verzoek zou geen be
zwaar heslaan, a'Is het reservefonds
maar groofer was, en b.v, f 800.000 a
f 1.000.000 bedroeg.
liet rapport van den hoofdingenieur
en de peilingen van den polderopzichter
ter plaatse waar het grootste gevaar
dreigt (de Noordnol) en de daaruit door
Ged. Stalen, waarvan eenige leden bij
uitstek tot oordeelen bevoegd zijn, ge
trokken conclusies, hebben alle tot dit
voorstel meegeweerkt 't Is dan ook zeer
tc betreuren, dat destijds EUcwoulsdijk
werd vrij verklaard.
Ten slotte moet men er toch niet op
:peculeeren, dat de stroom in de Schel
de zich in de toekomst ineens ten gun
ste van Zuid-Beveland zou verplaatsen,
temeer waar deze rivier zich de laatste
jaren steeds meer op den Z. Beveland-
schen oever gericht heeft.
Ged. Stalen handhaven dus hun voor
stel.
Openbare behan
deling
De heer W a 11 i e n vindt dat onder
calamiteusverklaring verstaan moet wor
den onder curaleelc-slelling De vraag
is of die bij dezen polder moet worden
gehandhaafd. De hoofdingenieur en G.
St. meenen van wel op grond van de
gevaren, die den polder bedreigen. Als
de polder vrij is, kunnen de gevolgen
niet zijn minder goede verzorging van
den dijk, v»ant daar hebben Ged. Staten
het toezicht over Bovendien moet de
polder nog 10 jaar hetzelfde dijkgeschot
opbrengen. De vraag rijst dus, waarom
de calamiteusverklaring gehandhaafd
moet blijven. Ook in 1923 werd dat ge
adviseerd, maar in de afgeloopen vijf jaar
is niets bijzonders gebeurd. Zou de pol
der na vrijverklaring weldra weer cala
miteus worden, dan zou dat zeer ten
nadeele der ingelanden zijn. Die wisten
dus wel, wat ze met het voorstel de
den. Spr. ontraadt aanneming van het
afwijzend voorstel van Ged. Staten.
De heer J o z i a s s e betoogt, dat de
polder vrij wil zijn. Dat is begrijpelijk. De
polder heeft het reeds vier maal ge
vraagd. Er is 30 jaar verstreken sedert
de polder zijn uitgaven door de inkom
sten heeft kunnen dekken. Waarom dus
de vrijlating geweigerd? Dat er een ac
tie gevoerd zou zijn te Borssele om de
vrijlating te krijgen, wist niemand daar.
De menschen daar zullen wel degelijk
voor de zeewering zorgen. Spr wijst op
de groote sommen, die opgebracht zullen
worden na de vrijverklaring. Van ge
vaar, gezien den afstand van 800 M aan
het W. deel der oeververdediging, is vol
gens spr. geen sprake Hij zou de men
schen hun zin willen geven, f 55 per H.A.
op te brengen acht spr. nogal hoog
trouwens dat zullen de menschen de eer
ste tien jaar toch op moeten brengen.
Bovendien heeft een dergelijk bedrag in
vloed op de opbrengst van den grond.
De heer Wellcman betoogt, dat
men bij deze zaak, die zeer de belang
stelling heeft, het hoofd koel moet hou
den. Men moet letten op het algemeen
belang. En dat is dat de polder als cul
tuurgrond behouden blijft.
Spr. meent dat vrijverklaring verleend
kan worden, als de hoofdingenieur daar
toe adviseert. Er zit naast de technische
zijde ook een economische kant aan de