m. 261 Zatepdagi4 Novembepj 165" Jaargang RölllEïö», B i n 11 e n 1 a n <L tegen den zomertijd. Dit nusEHier bestaat uit TWEE bladen. EEB&TEBiLAIK Abonnementsprijs per kwar taal: op de buitenwegen om Middelburg, en voor de andere gemeenten p. post f 2.50; voor Middelburg en agentschap Vlis- singen f 2.30; weekabonnementen in Middelburg 18 cent per week. Advertentie n: 30 cent p. regel. Ingezonden Mededeelingen: 50 cent p. regel. Bij abonnement veel lager. Familieberichten en dankbetuigingen: van 17 regels f 2.10, elke regel meer 30 eent. Kleine advertentiën niet grooter dan vijl regels druks en waarbij is aangegeven dat zij in deze rubriek moeten geplaatst worden, 85 cent bij vooruitbetaling. Advertentiën onder Brieven of bevragen bureau dezer cou rant 10 cent extra. Bewijsnummer 5 cent plus 2 cent voor port per stuk. Advertentiën moeten, willen ze nog in ons blad van dienzelfden dag worden opgenomen, uiterlijk 12 UUR en des ZATERDAGS uiterlijk HALF ELF aan ons Bureau bezorgd zijn. Aangesloten bij den Post-, Cheque- en Girodienst onder no. 43255. het niet ver&rooten van het salarisver- wordt door een groot deel der bevolking schil van groote stad en provincie, n.l. j niet nageleefd. Waar zij bovendien voor de- bewoners zelf der provincie. een groot deel der bevolking eeriige be- We spreken bier van „groote Steden",1 z war en oplevert, behoort zij te verdwijL omdat het bijna ondenkbaar is, dat ook nen. een nieuwe overweging van de plaatse- j Van de in het rapport geopperde be- lijke prijken zou leiden tot een andere1 zwarcn. vermelden wij de volgende scheidingslijn dan de grootte van hetDeze wet voert op het platteland een zielenaantal. Ook de rangschikkingslijst tweeslachtige tijdsverdeeling in. De of- gevoegd bij het Bezoldigingsbesluit 1920 ficieele personen en lichamen houden plaatste in de eerste klasse de twaalf zich aan de wettelijke regeling, doch grootste steden benevens eenige gemeen- vele anderen, als melkslijters, winkeliers, ten en gemeente-gedeelten die met een smeden ehz., moeten zich aanpassen aan groote arbeidersbevolking aan groote ste-j den landbouw1, die nu eenmaal met den den grenzen zooals Schiedam, Schoten, stand der zon rekening moet houden. Velzen, Watergraafsmeer. De groote mid- - Ook in het gezinsleven van den tber delimoot der tweede klasse bevatte deWerkt de wet storend, vooral met hef overige steden en de grootste dorpen, en oog op (üje schooltijden der kinderen, de rest werd in den staart der derde Gewoonlijk kunnen dezen de maaltijden klasse gebracht. En nu zullen er meer I niet gelijktijdig gebruiken met de ove- nuances (mogelijk zijn Bjs men vijf inplaats rige leden van het gezin, van drie klassen maakt, maar dat ma^ktj Ook met het oog pp de gezondheid de zaak er Waarlijk niet beter op, wan-| van het kind, dat door den zomertijd neer men het max. aftrekpercentage dernachtrust te kort komit, is het van fae- laagste klasse verhoogt van 8 tot 20, zooals het voornemen heet te zijn. Wat voor gevolg zullen nu de inwo ners der kleinere steden, groote en (kleine dorpen ondervinden, w'anfaeer de sala rissen der rijksambtenaren in grootere gemeenten naar verhouding' honger wor den? Dat gevolg zal dit zijn: Dat alle rijksambtenaren zullen trach ten, en zich als einddoel zullen stellen: een plaals te krijgen in een der groote (ste den die dus 'n keur zullen hebben uit de hesten. Want het zal er in de praktijk lang, dat deze regeling verdwijnt. Imlmers wannéér het klokje van ter ruste gaan voor de kinderen slaat en de zod nog betrekkelijk hoog aan den hemel staat, gaat men er niet zoo gemakkelijk toe over de kinderen te ke>d te brengen, doch regelt men zic'h naar den stand der zon; des morgens echter slaat de schoolklok op het officieele uur zoo,dat het school kind een uur nachtrust te kort komt. Heeren doctoren 'dringen steeds op veel nachtrust voor kinderen aan, doch dit wordt door den zomertijd tegengewerkt. Dit bezWaar geldt feitelijk voor den «HkiWEEttTE-AFTHEK. We behoeven niet veel te schrijven over de argumenten die pleiten tegen 'de verscherping van den aftrek der salaris sen van de rijksambtenaren naar de classificatie der gemeenten. De ambtenaren zullen die argumenten zelf wel in het licht stellen! Ze zijn er al druk mee doende. Ook in dit jiumL mer vindt men onder „ingezonden stuk ken" een oproep tot een proJjeptlbteWteging tegen die voornemens. We hebben dezer dagen reeds een aan tal dier argumenten opgesomd, maar ach ten het werkelijk niet noodigj ioon lezers „in de provincie" te overtuigen dat er tal van factoren zijn, die het leven in kleinere steden en dorpen zoodanig met extra-uitgaven bezwaren, dat die geheel of grootend eels opiweg|en tegen de ©x- tra-onkosten welke het groote stadslef ven meebrengt, afgezien nog van gerieven/ van het groote. stadsleven, die niet in geld rijn uit te drukken. We hooren nu van een nieuwe en quête naar prijzen van levensmiddelen en belasting in de verschillende gesneen- ten. Maar ook die gegevens kunnen niet overtuigend zijn, 'want het zijn niet slechts de plaatselijke prijzen die het duunbepeil bepalen, maar vooral ook de uitgaven noodig, omdat men in een andere ge meente moet zoeken w'at niet of niet naar wensch aanwezig is in de eigen woonplaats. We denken aan: speciaal onderwijs, aan speciale doktershutp', aan vrouwenkleeding, enz. Maar zooals gfeZegd zullen we ons daar nu niet in verdiepen, omdat de ambte naren zelf wel zullen zorgen, dat daar de aandacht op wordt gevestigd. Wat wij echter wèl in het licht wil len stellen, is het belang dat ook a n- deren dan rijksambtenaren hebben bij onvermijdelijk toe lijden dat die hef landbouwenden stand ook op oudereD eerst in aanmerking komen voor cfe veel-leeftijd. Ook de volwassen landbouwer begeerde plaatsen. die blijft werken zoolang het dag is, Daar zien wij, provincialen, heelemaal1 geniet door den zomertijd een te korte de noodzakelijkheid niet van in. Waarom nachtrust. VAN RENÉ BAZIN, tad van de Fransdie Academie. 10). O moet de noodlottige trek naar de groote stad nog versterkt worden door een op zuiging ook van |de besten? Het zijh waar lijk niet de groote steden die de moei lijkste Werkzaamheden aan de ambte naren geven. En het is ook met het in,*- wonersaantal, dat aan de groote steden De bezkv'aren betreffende het melken oogsten enz., reeds, herhaaldelijk naar voren gebracht, worden ook "in dit rap port vermeld. Ook de bewering, dat kunstlicht be spaard woriit, gaat slechts voor een ge ring deel op. Die besparing' is eenzijdig. aanspraak geeft op zulk een hevooTrech- j Zij bestaat hoofdzakelijk voor de stede- ting. lingen en spoorwegen. Daar staat echter Volgens de jonglste volkstelling bedroeg1 nog verlies tegenover, want gedurende de gezamenlijke bevolking van de jje- het voorjaar en het najaar moeten velen, meenten boven de vijftigduizend inwo- die vroeg moeten beginnen, des morgens ners 2.186.985, en die van de kleinere i werk Mj kunstlicht verrichten, gemeenten 4.654.170. j Samenvattend, komt de comtaissie, op Laat men dus van regeeringswege alsje-grond van voornoemde overwegingen, tot blieft de tegenstelling van stad en land, de slotsom, al (mjogte de ivvet op |den zptmec- van centrum en provincie, niet nog groo- tijd voor de stedelijke bevolking eenig ter (maken dan ze helaas al is. Die te genstelling is in de laatste jaren mteer voordeel brengen, dat dit voordeel niej kan opwegen tegen de onaangenaamhei- verscherpt dan wensclielijk mag worden den en nadeelen, die voor den land- en geacht. Bij de verkiezingen is dat al op tuinbouw- van haar het gevolg zijn. De een onbehaaglijke wijze voelbaar gewtor- j comtaissie dringt er daarom1 ten ernstig- den. En dje verhouding! zal er niet op ste op aan, het mogelijk te doen, opdat verbeteren, wanneer een r©geling wordt bedoelde wet ten spoedigste worde in- doorgevperd, die er op zou gaan lijken, dat die ruim! 41/2 millïoen inwoners van de kleinere gemeenten zich moeten be helpen met göedkoopere krachten om de ruim "2 miHioen inwoners der grootere steden te voorzien van duurdere krachten, waarvoor de besten worden uitgezocht. getrokken. (Injgjez. Med.) In het rapport van de landbouw-oomL missie uit dé Christelijk-Hstorsche Unie, omtrent den W'ettelijken zomertijd, wordt blijkens de „Ned." o.m'. opgemerkt: Evenals andere crisismaatregelen is de wet op den zomertijd onnatuurlijk en ti«.n«Seme ^tak de linkerarm door het hengsel van de eerste mand en klom' op de doft van de toot, vandaar op de ver- sehansing om vervolgens op de eerste trede van de trap te springen tot waar het getij stond. Hij' hmld de rechtervuist in den zak van rijh Wambuis. Niemand was er om hem te beletten een voet aan wal te zetten. Hij sprong dus met ge- Logen knieën op de eerste trede, richtte zich weer op, zag over zijn schouder heen naar zijn kameraden, die naar hem keken en stonden te lachen. Toen liep hij onder het geroep Van de visschers uit de Vendee: „Sla hem dood, werpt hem in het water!" met het hootd in de schouders, verwoed ineengedrongen, schreeuwde: „Uit den weg_ Raakt de visch niet aan!" de trap op. Zijn klompen klepperden negen maal, want er waren negen treden. Op de tien de zag men drie mannen staan, die den aanval afwachten. Quéverne drong zich tegen hen op en zij werden bang en lie ten hem door. Maar zij1 keerden weer terug, omringedn heta en men zag hen alle vier op 20 meter afstand over de steenen rollen. Toen sch-oo-t de menigte toe. Er werden vuisten opgeheven. De vrouwen met haarscherp gekrijsch vorm den een kring om de strijdenden en de deuren van de café's werden opengewor pen Toen overstemde een doodskreet al het geraas,„Ach hij heeft muj gedoodj Quéverne richtte zich met één sprong weer op. Hij was taet bloed bedekt. Hij had zijn taes nog in de rechterhand. Een van zijn tegenstanders bleef naast "hem uitgestrekt liggen. „Wie nu aan de beurl?" Pierre deed drie Sjtappen naar de boot. Hij zag juis,t dat mfeer dan twin tig! mjannen die zich op de Comloran hadden geworpen, taet tobben vol de visch in het water gooiden. Hij zag den scheepsjongen in verbijstering) -in zee springen en naar n naburig) schip zwemi- taen. Toen liet hij zijn mes vallen en riep: Neem nu den Breiagner, lafaards om dat bij ongewapend is! En men nam hem gevangen. Het was eigenlijk niels meer dan een politiezaak. Er was seen doodslag ge pleegd. Len taan, een van hen die altijd in alle haven- en herbergtwisten gemengd was had twee flinke klinghonwen over UIT DE PERS. Loterij. De Maasb. schrijft. De firma Jamin heet indertijd de lote- rijwet te hebben overtreden. Zij is althans terzake van overtreding dier wet op een 'twintigtal plaatsen voor den rechter ge daagd. Ed we stellen ons geen partij; we deuken er niet aan het beter te willen weten dan in'r. A. die volleerd in de wets- exeige.se tot veroordeeling overgaat, of dan mr B. die even volleerd een vrij spraak Laat volgen. Maart het publiek vraagt zich af, of het niet een beetje op een loterij begint te lijken, of je voor een den linkerschouder onder het sleutelbeen gekregen. Hij had twee maanden noodig iota weer te herstellen. Quéverne, die voor de rechtbank van la Roche clur Yon (moest verschijnen, werd tot vier maanden gevar enisstraf veroordeeld, die voor hem op 3 Juli begonnen. Te Champdolent werd het nieuws over gebracht door een zeeman. De dagbladen deelden het vervolgens; mede. De tajan zelfs, schreef niets. Marie Wachtte. Maar op 'den dag toen 't Nieuw.v blad van BreLagne en andere couranten onder de rubriek plaatselijk nieuws de vei oordeeling bekend maakten, kwam1 een vriendin een van haar die Marie zoo noemde van Fouësnant oonl haar in te lichten. In den zak van haar sjcshort ver borg zij het gedrukte papier klein opge vouwen. Toen zij op de binnenplaats) kwam sjtond de jonge vrouw bij de put te wösschen. Het kind sliep in een houten wieg dicht bij de heg van den boomgaard. De zon speelde in de waterdruppels die de s,tamper uit het natte linnen deed opspatten. Zij speelde op den nek van Marie op den vlierboom, die een schaduw op de wieg wierp op den gepleisterden tauur van de vervallen schuur die dicht bij qond. Men zou (meenen dat de levens vreugde daar woonde. Als er een schil der vooTb-ijgekolmlen was, zou hij een schets hebben gemaakt en er onder ge- feit gestraft wordt of vrij-uitgaat en in het eerste geval, hoe hoog de strafmaat zal worden genomen. Voor hetzelfde feit werd gjeëis-cht te Almelo f 1000 boete; te Rotterdam f 1000 driemaalte Arnhem f 200, driemlaalte Leiden f 15. Men ziet, er is eenig verschil in waardeering; Rotterdam en Almelo me ten zes-en-zestig mjaal zoo waar als de sleutelstad. In Almelo en Leiden volgde vrijspraak, luidde dus het oordeel diat geen overtreding van de loterijwet had plaats gevondenRotterdam was van mee- ning dat er wel overtreding1 had plaats ge had en veroordeelde de firma tot drie- (maal f 25: Arnhem is' nog' in beraad. In oen aantal andere plaats.en moet voorts de zaak nog voorkomen. Het is intusschen nu reeds een heel aardige puzzle. Men zou tegenwoordig wel in een loterjj kunnen spelen, door op verschillende plaatsen aanraking mefi de rechterlijke ir|acht uit te lokkeu. Straks, 'maakt een handig reclame-agent zich ook nog van deze loterij m'eester en krijgt wellicht de rechterlijke mjarlht te becordeelen of speculatie op veroordee- ling of vrijspraak en op strafmaat onder de loterijwet valt! Onze Nederlandsehe wetgeving lijkt op menig punt gevaarlijk duister. KUNST EN WETENSCHAPPEN. Jongens e n M e i s, j e/g- boe'ken. De uitgeversfirma Gefcr. Kluitman te Alkmaar, die reeds een lange lijst kin derboeken in haar catalogus heeft staan, en die we ook dit jaar al eenige malen 'hekhen kunnen vermelden, zond weer eenige mooie (boeken in het licht. Twee ervan verdienen onze bijzondere aandacht omdat ze van Zéeuwschen bo dem stammen. Ze zijn n.l. geschreven door D. A. Polderm'ans, aan de lezers van ons blad welbekend, door zijn ver halen in Zuid Bevelandsch dialect. Het eene, „De Katuil, heeft Zee land lot omgeving, maar dan in den Geuzentijd. De Katuil is een water geus, wiens ervaringen men eerst mee maakt in Zuid Beveland tijdens het be leg van Middelburg, en Sic later als beurtschipper in Zierikzee het beleg van deze stad door Mondragon beleeft. Heit zal vooral voor Zeeuwsche jongens, een genot zijn dit verhaal te lezen, waarvan zij de omgeving zoo goed kennen. Het is geïllustreerd met teekeningen van W. Hardenfcerg, en is bestemd voor jongens van 10 tot 12 jaar. Het tweede boek van dezen schrijver is geen historisch verhaal. Het h£et „T) e Strandjutter" en vertelt van de lot gevallen van een jongen in een dorp zet: „Idylle'. F.n waarlijk, al les was licht warmte en rust: de vredigheid van den Oce aan verspreidde zich buiten de oevers eu beheerschte de aarde. Men hoorde slechts het geluid van den stamper en de echo er van sprong' van de eene taluur naar de andere over. t De vriendin aarzelde met. Zij kW&fml naderbij en zeide: t Marie. Hier ben ik. Ik mjbet je spreken De kleine Bretonsjche keerde toen zij dit hoorde het hoofd om en legde dén stamper neer. Waarover? Over hem. Dan is er een ongeluk gebeurd! Men komt de mensphen geen gel ukstij ding ■brengen! Wat is1 het? i De andere reikte haar een courant oVei- en hevige ontsteltenis stond op haar ge laat. Dood? Zij hebben heta' gedood? Neen, taaar het is> torfc iets heel treurigs. Twee uur later kwam Jean Quéverne Ihuis van den akker, die het verst van de hoeve was verwijderd, den èenigen waar taien de stem van dengene die riep olm te komen eten niet kon hooren. Stil als gewoonlijk, na volbrachten dag taak, spande hij de taêrrie uit, volgde haar in de stal, ges|pte den halster acher aan de Noordzee, die' zooals de titei al aangeeft, veel meemaakt met het wei nig te loven maar zeer avontuurlijke werk van hef strandjutten. Maar dat Is. niet blijvend en het „eind goed, al goed" van het laatste hoofdstuk zal den lezer gerust stellen die mocht vreezen dat het hoek verkeerde dingen zou leeren. Het is een boek voor jongtens van 812 jaar, en ook geïllustreerd door W:. Hardentterg. Verder een jfcoek van Tine Brink gr eve- TV icherinkdie als schrijfster van „Mies en Loek" reeds bij de jeugdige leze re ss én welbekend is. Zij' schreef nu: „Tilly en haar vriendinnen", een [verhaal voor meisjes van 10—12 jaar, gevend een prettige beschrijving van hetgeen Tilly met haar dutje meemaakt in een kamp huis. De vele humoristische wederwaar digheden zullen wel genoten worden. De teekeningen zijn van Netty Heyligers. Een merkwaardig boek is dat van Joh. Fatricius„E i k o van d en R e i gei ,iv h o f", een middeleeuwscli verhaal vol grappige gebeurtenissen, aardig) verteld en door den schrijver zelf geïllustreerd met zeer leuke teekeningen. Het lijkt ons cell uitmuntend l öek, onderhpudenjef en leerzaam' ook. De door den uitgeven aangegeven leeftijd van 10—16 jaar is inderdaad niet te ruim' naar boven ge nomen. Fn dan ten slotte „Z War te Toon" door G. ten Napel, een verhaal dat geheel in Noord-Holland speelt, miaar dat een buitengewone reeks avonturen Irrengt. Men denke zich maai- eens wat er mogelijk is wanneer een jongetje wordt opgelicht en verborgen gehouden cwm] een losgeld af te dwingen. En daar sluiten zich dan nog een aantal andere gebeur tenissen aan. Het is geïllustreerd door iHardenfcerg, en is bestemd voor kin deren van 9^—14 jaar. LANDBOUW. Een 'KippcnkaI'ender. En dan nog wel een van bij zon dei- soort, want het is tegelijkertijd een ju bilcumjk?lender. I In het volgende jaar bestaat de wel bekende firma voor vogelvoeder, P. Sluis te Weesperkatspel, 100 jaar. En zij viert dat o.a. door een veel verfraaide en ver beterde uitgave van den kalender dien zij verleden jaar uitgaf. Wat toen een eenvoudige kalender was, taet enkele aRjeeldineen, is nu geworden een ITaai in kleuren uitgevoerde kalender, waarvan ieder maandblad twee afbeeldingen geeft, ook in kleuren, van de diverse soorten hoenders; terwijl aan den achterkant van ieder blad ten eerste een beschrijving wordt gegeven van de aan de voorzijde afgebeelde hoenders, en voorts een nut- de ooren van la Buiysonne dicht en liep naar huis terwijl hij de aarde van zijn handen wreef. Goeden avond dochter Marie, zeide hij toen hij de voet op den drempel' van de keuken zette. Ik zie dat je d& wv-.rh niet klaargekrogen hebt? Er was wat te veel niet waar? i Een hoop waschgoed uit het zeepsop stond in een (tajand bij de deur. Marie stond gebogen onder de schouw en hing de ijzeren pot aan den haak. Zij hoorde aan het geluid van de stetnf dat haan- schoonvader blijmoedig gestemd was en .geneigd tot grappenmaken. Maar toen hij de vrouw van z'ijn zoon Pierre had aangezien Jachte hij niet! lm teer. Zij richtte zich op en had die min achtende uitdrukking die zij1 aannam ale,' zij haar taan antwoordde in den laats ten tijd van hun samenzijn„Ik ben niet in armoede grootgebracht en ik hoor meer op Kerjan thuis dan bij u!" Ach, die leelijke woorden, waarjmee zij zooveel harten zeer deed en die niemand kon uit. wisjschen' Maar dezen keer zei Marie niets. Zij bleef recht overeind staan taet de honden in de zakken van haar schort en haar gje- gebiedend hoofdje, dat licht afstak tegen den zwarten schoorsteen scheen al het licht uit het armoedig vertrek naar rich te hebben toegetrokken. Wat scheelt er toch aan?

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1922 | | pagina 1