MIDDELBURGSGHE COlfRANT.
f
9
P
N" 8
188' Jaargang,
v>
f
v>
Donderdag
7 Januari
Binnenland.
De Tlnchtelingen.
- 1v,
1918
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering vnn Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in
Nederland franco p. p. f 1.25.
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Advertentiën a 20 cent per regel. Bij abonnement veel lager. Geboorte-, dood- en
alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels f 1.50:
elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel. Groote letters naar de plaats
die zij innemen.
Advertenties TÓór één unr te bezorgen.
Bij dit nummer behoort een bijvoegsel.
Dg Komende Vrede.,
Mem leze in dit opschrift geen aankon
diging van een wordend feit. Zoover is
het nog lang niet! Het is slechts de titel
!van een 5-cents propagandaboekje, uit
gegeven door den Nederlandschen Anti-
Oorlogsraad.
Toen we eenigen tijd geleden, naar
aanleiding van de van particuliere zijde
op touw gezette adresbeweging, ten
doel hebbend aan onze Koningin te ver
zoeken Haar bemiddeling aan te bieden,
onzen twijfel uitspraken over het doell-
treffende van die beweging omdat men
aan de Koningin iets vroeg te doen
waarvoor men zelf de juisten weg niet
zou kunnen aanwijzen toen hebben
we tevens gezegd méér te voelen voor
het streven van den An ti'-Oorlogsraad,
omdat die geen illusies schept dood
dingen te probeeren, die gedoemd zijn
te mislukken, maar integendeel over de
zen oorlog heen reikt met haar poging
om de ellende voor later zooveel mo
gelijk te bezweren.
In dat boekje nu vouden we eenige
opmerkingen, die we gaarne ook onder
de aandacht brengen.
Achtereenvolgens geeft het korte toer
lichting tot de vijf punten van het proh
gramma van den Raad die we hier nog
maar eens zullen herhalen omdat het
goed is dat er telkens weer door velen
over wordt nagedacht.
De Raad is n.l. van oordeel dal bij
het sluiten van den vrede het volgende
gewensteht is1:
1. Samenwerking der Staten inplaais
van tegenover elkander staande bond
genootschappen
2. Beperking der bewaping krachtens
internationale regeling;
3. Zeggingschap der volksvertegen-
woordingen over het vredesverdrag;
4. Vermijding van het gevaar, gelegen
in. overgang van grondgebied of annexau
tie tegen den wil der bevolking;
5. Nieuwe stappen, tot bevordering
van verplichte arbitrage en verplicht on
derzoek van internationale geschillen.
En als al die punten kort besproken
zïjln, wordt in het boekje nog het vol,-
volgende gezegd, dat o. i. juist aangeeft
wat wel, en wat niet mogelijk is:
„Men versta het optreden van den
Ned. Anti-Oorlog Raad niet verkeerd!
Geen naïviteit bezielt dit lichaam,
zoodat het in de meexiing zou ver-
keeren, dat deze denkbeelden nu
maar eens van Maastricht lot Har-
lingen of van de Eems tot de
Schelde behoeven te weerklinken om
te kunnen zegevieren over heel de1
wereld! Nederland is een klein,
neutraal, land, dat bescheidenheid
past. Wie zich de illusie maakt
„Europa den vrede af te kunnen
dwingen', zal daarvan spoedig gene
zen worden. "Wanneer en hoe de
vrede, d. w. z de beëindiging van
den wereldoorlog, zal komen, wij
weten het nog niet.
De N A. O. Raad hoopt te rech
ter tijd tenminste het mogelijke voor
een spoedige vredesluiting he doen.
Een groot woord past ons hierbij
allerminst; alle excentriciteit ver
kleint onze macht en onzen invloed.
Officieel-deftig is onze bewegingeven-
min, maar overleg met de regee-
ringsorganen om poolshoogte te ne
men, versmaadt zij daarom niet.
Geen kans, geen faktor om nut
tig te werken dient verwaarloosd.
Zóó is het ook gesteld met de
verwezenlijking van ons program. In
het buitenland wordt er voor ge
werkt, zoodat oolc in oorlogvoerende
landen gepoogd wordt de open-
weer zullen moeten vinden om sa
men het verstoorde maatschappelijke
leven voorl te zetten. In onze te
genwoordige wereld mei haar enor
me verkeersmiddelen is dit niet
ontberen! Daarom moet de tijd wogden
voorbereid, dat de raeusehheid weer
in vrede kan leven.
"Want het wordt weer vrede en
hoe die ook gesloten wordt: meer
dan ooit zullen de menschen zich
gaan afvragen, of de wereld daar
even niet veel geleek op een groot
krankzinnigengesticht en of de oor
logsfakkel niet voorgoed moet wor
den gedoofd
Dan zullen de gemoederen ont
vankelijk 2ijn
Dat is heel iels anders dan het door
een klein neutraal volk roepen van
Vrede! Vrede! tot de vechtende kolossen.
En we verwachten er ook meer resul
taat van
Of we dan zoo optimistisch zijn te ge-
Looven dat zoo'n Anti-Oorlogsraad, gesteld
dat hel lukt ook in andere landen aan
hang le krijgen, er in zou slagen na de
zen strijd iederen verderen oorlog le
voorkomen
Neen, dat niet.
Maar wel, dat het nuttig en mogelijk
zal zijn om onder de meest belangheb
benden zelf, nl. de onderdanen, de stem
ming te verwekken dat hel hun in de
eerste plaats aangaat alles te doen wat
kan leiden tot vermijding van den oor
logsgruwel; dat het een vrceselijke krank
zinnigheid is hun eigendom, hun be
staansmiddelen, him familiegeluk en hun
leven zelfs op le offeren voor dingen,
waarover zij niet de minste medezegging
schap hebben, waarvan ze zelfs meeren-
deels niets wisten, en waarbij ze voor 'l
overgroole deel geen enkel belang luid
den.
In een boekje dat we dezer dagen
lazen „The war and a way out" van C.
Lowes Dickinson, worden rake dingen
gezegd over die belangentegenstelling van
de realiteit van mannen, vrouwen en kin
deren, en het abstractie-begrip van den
staat.
En bok is er veel waars in de waar
schuwing van dezen schrijver tegen de
manier waarop de diplomaten, blijkens
de geschiedenis van bijna alle ioorlogen en
kwesties, gewoon zijn den toestand van
de 'wereld te „regelen", louter daarbij
lettend op de belangen der staten en ge
heel ter zijde stellend de belangen der
bevolkingen, wanneer die niet toevallig
ook in het verlangde „evenwicht" der
staten passen.
Over den „way out", den uitweg dien
aezen schrijver aangeeft, nl. een Staten
bond zijn we minder goed-geloovig als
hij Maar het voornaamste is dat eerst
de algemeene stemming gewekt wordt,
dat eerst goed door de menschen zelf ge
voeld wordt, idat de tegenwoordige metho
de dolhuis-werk is.
Misschien klinkt het naïef Maar we ge-
looven werkelijk dat het bestaan en de
prop aganda van zoo'n anti-oorlogsraad
een goeden invloed zal hebben op de toe
passing van bet volkenrecht, als 't later
toch nog weer tot een oorlog mocht ko
men.
'lis waar dat allen, die zich verheug
den in het tot stand komen dier verdra
gen over oorlogsgebruiken, wreed teleur
gesteld zijn door hetgeen ze in dezen,
oorlog zagen gebeuren.
Maar laten we niet t moedeloos wor
den. "We gooien ook onze gewone wei-
boeken van strafrecht niet in een hoek
omdat er nog altijd menschen zijn die ze
overtreden. Men vergete ook niet, dat die
nog slechts zeven jaar geleden gesloten
verdragen, eigenlijk pas voor de eerste;
maal worden toegepast
En het feit dat alle oorlogvoerenden
voortdurend, bij ieder nieuw geval zich
trachten vrij te pleiten, van de bcschul-
Dare meemng voor ons doel te win-dicing dat zij die overeenkomsten ge
nen. Tot nu toe vonden °nze stem- sc!icrKjen zou<jen hebben, doet dan toch
men weerklank, al willen wij ons zien (jat die verdragen hun invloed
hebben.
succes allerminst overschatten!
Doch in den chaos van Europa
en van de wereld moet een mid- We willen deze aanhalingen en opmer-
delpunt zijn, van waaruit getracht kingen niet besluiten, zonder ook nog den
wordt op te bouwen hetgeen is weg te hebben aangegeven voor hen die
verwoest of omgeworpen. «Ie beweging van den Anti-Oorlog Raad
Wij weten, dat dit in andere willen steunen. Men geve zich daartoe;
landen wordt gewaardeerd. De ge- dp, als lid bij den secretaris, jhr. mr. dr.
moederen, die thans verhit zijn B- de Jong van Beek en Donk, Theresia-
door toorn en haat, zij moeten ge- straat 51 Den
leidelijk weer tot kalmte en be-
zinning komen. AI die strijdvoeren- Verschenen bij Gebr. Belinfanfe,
de en elkander vernietigende mannen, Hen Haag.
die elkander hatende vrouwen, zij
zifri menschen, die elkander straks
ONS NATIONAAL VERMOGEN.
In verband met de oorlogsleening hoort
men thans herhaaldelijk de vraag stellen hoe
groot het totaal vermogen is van de bevol
king in Nederland,
Wanneer men als grondslag voor die be
rekening aanneemt de aanslagen in de ver
mogensbelasting, dan bedroeg volgens de
pas verschenen »Jaarcijfer8 1913" het
totaal bedrag der in die belasting aange
slagen vermogens 7.607 millioen gulden.
In het dienstjaar 1912/13 was het totaal
7478 millioen. In het daaraan voorafgaande
dienstjaar was het totaal 192 millioen minder.
Trouwens in de zes daaraan voorafgaande
jaren was de gemiddelde toeneming per jaar
162 millioen.
Omtrent het aantal aangeslagenen in die
belasting kan gemeld worden dat dit in 't
dienstjaar 1913/14 vergeleken bij het daar
aan voorafgaande, van 99.803 tot 101.797
is gestegen.
De getallen van de aangeslagenen voor
vermogens boven 75.000 (die dus in de
gedwongen leening zouden worden aange
slagen, maar dan volgens den vóór 1 Mei
1914 vastgestelden aanslag over het dienst-
1914/15) zijn de v<
75.000 t
100.000
150.000
200.000
300.000
500.000
750.000
1.000.000
1.500.000
2 000.000
.000.000
volgende
100.000 5293
150.000 5600
200.000 2772
300.000 2689
500.000 2070
750.000 878
1.000,000 378
1.500.000 335
2.000.000 134
5 000.000 165
15.000.000 18
10.0000.000 en daarboven
Het totaal bedrag der vermogens is zooals
we reeds zeiden 7607 millioen. Trekt men
hiervan bet totaal der vsrmogens beneden
f 75.000 af, dan blijft 5254 millioen.
Alle rubrieken van bovenvermeld slaat
je, zoo merkt de N. Ct. er bij op, ver-
toonen bij het daaraan voorafgaande ver
geleken eenigen vooruitgang die tot aan
f 300,000 met tientallen; die daarboven
met enkele eenheden. Er zijn acht één-
millionnairs bijgekomen, terwijl de drie
hoogste rubrieken een vooruitgang van
elk é!én vertoonen
kelijk verklaard, dat het de wensch is
van liet Koninklijk Nationaal Steun
comité, dat de provinciale comité
vraagstukken voor hunne provincie van
belang uit eigen initiatief zullen be
spreken en bij de commissie voor de
voeding van roensch en dier aanhangig
zullen maken
2. Nijverheidsconimissie.
Deze commissie kan, naar haar sa
menstelling, geacht worden een veel
omvattend geheel te zijn van deskundi
gen, achter wie daarenboven nog de
door hen vertegenwoordigde organisa
ties staan Zij vormt dus de vertegen
woordiging van de georganiseerde indus-
triëcle bedrijven. Mocht later blijken,
dat hel wenschelijk is aan de commis
sie alsnog de vertegenwoordigers van
andere bedrijven toe te voegen, dan
zal dit alsnog geschieden.
Het ligl in hel voornemen der regee
ring om in zake bij haar ingekomen
verzoeken en adressen voortdurend over
leg te plegen met het bureau Ider com
missie, dal zal beslaan uit den voorzit
ter en den algemeeuen secretaris van
hel Steuncomité en waaraan de chef
der afdeeling Handel van hel Ministerie
van Landbouw enz wordt toegevoegd.
Dit bureau zal den leden der com
missie kenbaar maken, wanneer het
•ergadert, zoodat op die tijden bezoe
ken en telefonische vragen kunnen wor
den afgewacht.
Het ligt in de bedoeling het overleg
inzake quaesties voor bepaalde indus
trieën te plegen tijdens de vergade
ringen van het bureau.
Op deze wijze hoopt de Regecring
op de eenvoudigste en vlugste wijze
door bemiddeling van het Kon Nat
Steuncomité, san-, de meest deskundi
gen in den lande raad te ontvangen
voor het oplossen van moeilijkheden,
die in een of andere industrie dreigen.
DE WERKWIJZEN VAN DE VOEDINGS
COMMISSIE EN DE COMMISSIE
VOOR DE NIJVERHEID.
Vil de instaüaliereden van minister
Posthuma valt het volgende aan te ha
len omtrent de werkwijzen van beide
subcommissies van het Koninklijk Na
tionaal Steuncomité.
1Voedingscommissie.
Provinciaal plegen de bestaande rog
ge commissiën en de bemiddelingsbureaux
voor den Nederlandschen Landbouw
overleg met elkander in zake alle vraag
stukken de voeding van mensch en dier
betreffend. Van dit overleg wordt ver
wacht dat wederzijdsch het beste inzicht
wordt verkregen óf in elkanders be
lang óf in hetgeen voor het algemeen
belang de meest juiste maatregel moet
geacht worden te zijn. Stilzwijgend
wordt aangenomen dat men provinciaal
een uitvoerend comité vormt, de be
slissing neemt in die zaken, waarover
de voorzitters van de roggecommissie
of het bemiddelingsbureau het nietnoo-
dig oordeelen de leden hunner com
missi c op te roepen. Het is bepaald
renschelijk dat door zoo'n provinci
aal uitvoerend comité getracht wordt de
medewerking te verkrijgen van de plaat
selijke organisatiën, waarvan de voor
zitters der landelijke organisatiën in de
Commissie voor de voeding van mensch
en dier van het Kon Nat. Steuncomi
té zijn opgenomen. Noodzakelijk is, dat
iedere provinciale commissie een adres
heeft waaraan alles de provincie be
treffende kan worden gezonden.
Verwacht wordt dat het op deze wij-
(ze voor de Regeering mogelijk zal zijn
van het Kon. Nat. Steuncomité in
lichtingen te verkrijgen, waarin de
verschillende belangen die de verschil
lende provinciën dikwijls hebben, ge
heel tot uiting komen.
De regeering heeft het voornemen
vele malen hetzij van het bureau, het
zij van het bureau versterkt door voor
een bepaalde vraag meer aangewezen
leden advies te vragen en vertrouwt
dat bij vragen van algemeenen aard
of het landsbelang rakende door het
bureau dezer oommissie het advies der
provinciale comités zal worden
maagd. Ei* wordt hierbij1 verder nadruk-
NEDERLAND EN DE OORLOG.
Het spoorwegverkeer
Bij de Staatsspoor zal, ingaande 1 Fe
bruari a.s., het aantal personentreinen
aanmerkelijk worden uitgebreid
L. C.
Kostwinnerschap.
De Minister van Oorlog heeft lot
de burgemeesters in den lande een
volgend schrijven toegezonden:
Zooals u wellicht bekend is, mag, in
gevolge de aangenomen wet betreffende
het langer in dienst houden van inge-
lijfden bij de militie, ter zake van
den werkelijken dienst, in Januari 1915
•ervuld door dienstplichtige kostwinners
der militie, als maximum-vergoedings
bedrag worden toegekend f 1.50 per
dag en mag ingevolge de eveneens
dezer dagen tot stand gekomen wet
betreffende het langer in dienst hou
den van dienstplichtigen bij de land
weer, ter zake van den werkelijken
dienst, in genoemde maand vervuld
door dienstplichtige kostwinners der
Landweer, voor wie in normale tijds
omstandigheden de diensttijd op 1
Augustus 1914 of op een lateren dag
zou zijn geëindigd, als maximum-ver
goedingsbedrag f 2 per dag worden toe
gekend.
Ten slotte wijst Zijne Excellentie nog
op een gedeelte uit de Memorie van
Toelichting betreffende bedoelde wet,
welk gedeelte luidt
,De bedoeling is geenzins om de
aan betrekkingen van miliciens toege-
vergoedingen met 1 Januari 1915
eene algemeene verhooging te doen
ondergaan, maar alleen om de vergoe
dingen boven het bedrag van f 1 per
dag te kunnen doen stijgen in die
gevallen, waarin de omstandigheden van
de vergoeding genietende personen daar
toe aanleiding geven.
De Officieele Prijscourant
De met spanning verwachte koersen
bedoeld in art. 4 lid 1 der Beurswet
1914 (onderpandkoersen) waarnaar wordt
berekend de waarde van fondsen strek
kende tot onderpand voor geldleeningen
van vóór 29 Juli 191-i, voor de eersle
maal bepaald op 6 Januari 1915 (gelden
de zoodra de artikelen 4 en 5 der Beurs
wet 1911 in werking zullen zijn gelreden),
zijn thans verschenen.
Men heeft zich in hoofdzaak aan de
noteeringen van den laatsten Beursdag
gehouden.
Naluuriijk, zegt het Hand., vormen deze
koersen geen basis voor do prijzen, die
bij de heropening der Beurs wellicht
te verwachten zijn Zij dienen slechts als
basis ter berekening der waarde van do
onderpanden der leeningen, die bij het
uitbreken van den oorlog liepen. Zooals
men weet, is het de bedoeling, dat deze
ladingen tol een half jaar na het stuiten
van den vrede geblokkeerd zullen kunnen
blijven, voorzoover zij op de basis der
thans gepubliceerde koersen een over
waarde van 20 pCt aanwijzen.
Met het uitgeven dezer Prijscourant is
de eerste lofficieeie stap gezet op den,
weg, die lot heropening der Amsterdam-
sche Beurs zal kunnen leiden
Voor de noteering zie men op de ge
bruikelijke plaats.
Twee mooie giften.
Een ongenoemde uit Nederland ncD
Oost-Indiê heeft eene remise uit Indië
gestuurd voor twee mooie giften, een
groot f 10,000 voor het Nederlandsch
Kanker-Instituut: te Amsterdam, en een
groot f 35,000 voor het Natonaal Steun
comité.
IJ z e r.
Aan ,,De Tijd" wordt meegedeeld, dat
een fabrikant, die een machine van
6300 K G. in Duitschland had besteld,
bericht heeft ontvangen, dal zijn machi
ne vóór de Nederlandsclie grens staat
en dat zij niet verder wordt geleverd,
als niet 6300 K.G oud ijzer door
hem in Duitschland wordt ingevoerd.
Heden zijn 1194 bons voor warm
eten afgegeven.
- Men schrijft ons uit Sluis
Dinsdagavond had alhier in het hotel
„de Korenbeurs" eene vergadering plaats
van de Belgische vluchtelingen, die niet
op de lijsten van het steuncomité ver
meld staan
Ruim 250 personen hadden aan de op
roeping gevolg gegeven en onder leiding
van den heer Van Acker van Brussel wer
den ernstige zaken besproken.
Ieder sterveling begrijpt, dat, hoe ver
mogend iemand oolc is, aan elk kapitaal
een einde komt, als men niet door nij
verheid of handel of door ontvangst van
dividenden iii de gelegenheid is een deel
van zijn uitgaven te vergoeden
Besloten werd te trachten een hulp
of voorschotbank op te richten, waardoor
credieten verleend kunnen worden, het
zij op de effecten, hetzij op de landerijen
wanneer de eigendom door twee geloof-
Nvaardige personen bewezen wordt, bij
gebrek aan koopakten of eigendomsbewij
zen.
Ten 2e Een deel van het dezen avond
gevormd bestuur belast zich om op eene
betere, gemakkelijker en op waardige wij
de verwisseling van 't Belgische tot 't
Noderlandsche geld te. verkrijgen. Men
hoopt dat de Nederlandsche Bank hen zal
helpen.
Do tegenwoordige toestand te Oostburg
is onhoudbaar, 't Is onmenschelijk zoo
veel uren in regen en koude te moeten
staan.
Ten 3e. Eene coöperatieve-aankoop van
steenkolen en conserven enz zal plaats
hebben, als een voldoend aantal fami
lies zich laten inschrijven.
Briefwisse ling met België.
De gelegenheid die tot dusver bestond
om door bemiddeling van het Prov In-
liclitingsbureau in de Lange Delft ert
verder door de goede zorgen van het
Anlwerpsche comité brieven naar Ant
werpen te vereenden is op last van de
Duitschc overheid opgeheven.
Wel bestaat nog gelegenheid om langs
dezen weg inlichtingen te verkrijgen van
strikt neutralen aard; de aan
vragen, die door een der inlichlingshu-
reaux zelf moeten worden ingediend zijn
aan strenge censuur onderhevig
Bezigheid voor de Belgische!
vrouwen.
Aan de N. R. C. deelt men nit Rot-j
terdam het volgende mede:
Bij de groote vraag naar ondergoed
hebben e enige dames te dezer stede op
kleine schaal een proef genomen, om j
Belgische vrouwen te laten naaien voor I
hun ongelukkige landgenooten Dat die!
aanvankelijke proef een groot succes -
belooft te worden, is te danken aan
de o n verwachte en niet genoeg te
waardeeren hulp van drie Amerikaan-
sche heeren, gezonden door de „Ro
ckefeller foundation for war relief."
Deze heeren hebben hulp toegezegd
als Öe wil tot werken van de vtou-
■ÜHi