MIDDELBURGSCHFi COURANT
Donderdag
23 November.
IV. 277.
148' Jaargang.
1905.
Doze coarant verschijnt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco pp., f 2.
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
THERMOMETER RN VERWACHTING.
22 Nov. g a. vm 34 gr., 12u. 37 gr., av. 4 u. 38 gr. F. Verwacht: toenemende Z.W. wind,
zwaar bewolk'e ot betrokken lucht, mogeigk regen, iota zachtere temperatuur.
Advortentiën20 cent per regel. Bij abonnement veol lager. Geboorte-, dood- en
allo andere familieberiokten on Dankbetuigingen van 17 rogols 1.50; elko rogol moei
20 cent. Reclames 40 oent per regel. Grooie lottere naar do plaats, die zij innomor.
Tot de plaatsing van advortentiën en reolames, niet afkomstig uit Zeeland, betreflende
Handel, Njjverheid en Geldwezen, is uitsluitendygerechtigd het Algansean Adv«rt«ntia-BBraMu
A. DO LA MAR An., S.S. Voorburgwal 366, Ainatardant.
Bij deze courant belioort een Bijvoegsel.
Jodenvervolging in Rusland.
Nu hot bestuur dor afdoeling Zeeland
van de Alliance Israelite Universelleto
Middelburg, om voor hem overwegende
redenen, die ons inziens te billijken zijn,
geen collecte mot bus of schaal zal houden,
hebben wij aan ons bureau oen bus ge
plaatst, waarin ieder een bijdrage kan
storten.
De bij ons ingekomen gifton zullen, zoo
als gebruikelijk, achtereenvolgens worden
vermeld.
DE REDACTIE.
Middelburg 22 November.
Sprokkelingen.
Op gevaar af dat menig lezer het niet inte
ressant zal vinden, moeten wjj toch ditmaal
de aandacht vragen voor een persoonlijk feit.
De redaotie der Vlissingsche Courant, zeker
nog altjjd niet op haar gemak waar z{j zich
niet vrij van schuld gevoelt, heeft eenige regelen
over oub geschrevenen wel naar aanleiding
van den eerste onzer jongste Omtrekken.
Zjj doet dit nu op heusoher, welwillender
toon dan onlangs in haar stukje, dat een we
derwoord van don heer Stofkoper uitlokte.
En daarom willen wg haar ook gaarne van
antwoord dienen.
Wjj hebben zoo beweert zjj ons ook
■iet steeds gehouden aan het «spreken is
silver en twjjgen is goud."
Stel dat dit zoo ware een iegeiyk iszioh
zeiven wel eens niet geljjk dan nog, zouden
wjj zeggen, mag en kan dit voor haar geen
excuus zjjn voor eenzelfde onhandigheid. In dit
opzicht doet hare redeneering denken aan het
gewone getwist op straat onder groot en klein.
Wat doe oi wat ben je zelf klinkt het dan
vaak.
Al hadden wjj meermalen gedaan wat ge
noemde redactie ons ten laste legt, dan ver-
zaoht dit in geen enkel opzicht haar eigen
doen of laten.
Drie feiten haalt zjj aan om ons gebrek aan
voorziohtigheid te kunnen verwjjten.
Gelukkig ia zjj daarbjj niet.
En al zjjn wjj allerminst verplicht rekenschap
te geven van onze daden, voor ditmaal willen
wjj wel eenige opheldering geven, om te be-
wjjzen dat wjj oorreot handelden en geheel in
de door ons aangegeven ljjn.
Eerstens dan hadden wjj geBohreven over een
frootsche exploitatie van de badplaats Vlissin-
gen. Daarover was in eene geheime raadszit
ting gesprokenen den leden van dit college
waB geheimhouding opgelegd.
Nu moeten wjj opmerken dat, waar zulk
een pliohttot geheimhouding bestond, bet voor
ons toch hoogst moeiljjk, zoo niet onmogeljjk
was te weten ot de raad over die kwestie had
gesproken.
En aan een raad als college vragen of wjj
over ietB mogen sohrjjven, gaat toch moeiljjk.
Maar dit daargelaten: door onB is des'jjda
opgenomen een verslag van onzen Amstordam-
ichen correspondent betreffende een gesprek,
door hem gevoerd met een by dit plan tot
exploitatie betrokken persoon, die dus -wel
degsljjb belang had by de zaak. E«n der beide
partgen was das gehoord en deze had hoege
naamd geen bezwaar tegen de openbaarmaking
van hare meening.
Wjj zei ven schreven destgds over die be-
langrgke zaak in algomeene termen, en o.n.
in ons nommer van 27 Maart eenvoudig dit
»Het wil nog niet vlotten met nieuwe plan
non om Vlissingente maken tot moderne
badplaats.
Onze Amsterdamsohe correspondent heelt
een tipje opgelicht van den sluier, die daar
over ligt.
Nu, het is maar goed dat niet dadeljjk over
zulke onderhandelingen het volle licht opgaat.
Er valt bjj dergelgke zaken zooveel te ploo'en,
te schikken en, laat ons maar zeggen, te
marchandeeren.
Men zie ons nommer van 17 Maart j.l.
Er is zooveel dat op papier er machtig mooi
uitziet maar bg de uitvoering zoo dikwjjls
tegenvalt en tot allerlei moeilijkheden aan
leiding geeft 1
Dat er, ten opzichte van onze naburige
havenstad en badplaats, plannen aanhangig
waren met een Duitsoh syndicaat, wisten wjj -,
even goed als ons bekend was, dat het mei
e<n Engelsch syndicaat niet lukken wilde.
Maar wjj wisten niet dat het dageljjkach
bestuur het al voor een groot deel eens was
met de Duitsche ondernemers.
Ea nog minder dat de zaak nu hokte by
den raad, waatvan~enkele leden zich verzetten
tegen de goedkeuring van het ontwerp-oontract.
Wg zullen ons wel wachten in deze een
oordeel uit te spreken of die zich-verzettende
raadsleden hard te vallen over hun verzet.
]En wjj zouden wel ieder willen aanraden dit
eveneens te doen zoolang wjj niet meer weten
van de ontworpen overeenkomst en de bezwa
ren dier raadsleden.
Twee weten en zien altgd meer dan oen en
allicht heeft een derde of een vierde een ge
heel anderen, een beteren kyk op do zaken
dan een burgemeester en twee wethouders.
Ondernomors, die zich voor dergelgke groot-
sche plannen interesseeren, doon dit ook niet
belangeloos; hun eigen beurs is daaTbg in 't
spel. En al valt hun ondernemingsgeest te
prgzen en al kan die aan Vlissingen ten goede
komen, zjj kannen ook wel, wat meermalen
het geval is, hun eischen to hoog stellen.
Daarommen zjj voorzichtig met oordeelen,
en nog meer met voroordeelen.
Voortvarendheid is goed, is prgzenswaard.
maar al te groote haast bracht menigeen teleur
stellingen en moeilijkheden.
Maar aan den anderen kant bedenken Vlis-
singen's vroede mannen dat de voorspoed van
menige onderneming of plaats afhing ot bevor
derd werd door een kloeke daad.
En dat onder te lang wikken en wegen
menige goede kans allicht voorbjjgaat
Wg hopen nu maar dat spoedig over de
hangende plannen het volle lioht kan opgaan
en het algemeen daarover eens zal kunnen
Maar bovenal dat de nu gevoerd wordende
onderhandelingen mogen leiden tot eene flinke
onderneming, die aan de badplaats Vlissingen
nieuw en vooral gezond leven brenge.
Het is noodig!"
Op die mededeeling en beschouwing zullen
dus de onderhandelingen toch zeker wel niet
zjjn afgesprongen.
In de tweede plaats wgst de llutingiche
courant op het vermelden door ons van feiten
toen in Middelburg een pereoon werd aange
houden in verband met den bekenden diefstal
eener schilderg van Frans Hals in Den Hang
en een inbraak in onze stad zelve.
Daaromtrent dit.
Destjjda hadden wjj politie en justitie toe
gezegd te zullen zwggen over de bewuste arre
statie, niettegenstaande wg reeds al de gege
vens hadden voor een juiBf, uitvoerig relaas
omtrent beide feite», waarbg zelfs de in onz-
Btad bestolene zoo beleefd was geweest onzen
verslaggever rond te leiden in zjjn woning en
alles mee te deelen.
Dos middags kwam echter nit Den Haag
een telegraphison bericht van bet bekende cor
respondentie-bureau, waaruit bleek dat dit
reeds op de hoogte was van de arrestatie.
Vermoedende dat men daar das meer
wetenniet kunnende nagaan hoever de me-
dedeelingen van dit bureau aan andere bladen
zich zouden uitstrekken niet de kans willende
loopen dat wjj achteraan zouden komen met
onB bericht omtient een gebeurtenis in onze
eigen stad, vermeldden wg wat wg wisten,
na echter vooraf de justitie en de politie kennis
te hebben laten nemen van het door ons ont
vangen telegram en haar te hebben meegedeeld
dat wg ons nu niet meer gebonden achtten.
Dat ons uitvoerig berioht nu het vinden van
den dader bemoeilgkt zou hebben, betwgfelen
wjj ten sterkste. In elk geval was het feit
reeds elders bekend. En het is later gebleken
dat door die mededeeling men op het spoor is
gekomen van de geatolen Frans Hals.
Bekend is het tevens dat de dader alleen
door de hulp van een advokaat in Antwerpen,
eene eigenaardige opvatting van zgn
ambtsgeheim had, zeer ten bate van dieven en
diefjesmaats, uit handen der justitie is kunnen
big ven.
De derde opmerking van het Vlissingsoh
blai geldt een berioht betreftsnde do overnam
van De Zeeland, door de S taats-spoor wegmaat-
schappjj
Dat bericht was ons laat in den middag,
toen er geen gelegenheid meer bestond om naar
de juistheid ervan te informeeren, uit Utrecht
goseind.
En waarom nu hierby zwggen goud zou
geweest zgn, is ons niet recht duidelgk.
Een dergelgk gerucht heeft al moermalee
geloopen.
In elk geval meenon wjj dat tegen de opname
van een gewoon gerucht als dit volstrekt geeri
bezwaar behoefde te bestaan.
Dat het gemelde nog geen feit is geworden,
behoeft ook geen verbazing te wekken; en
daaraan zal ons berioht wel niets toe of al
gedaan hebben.
Dergeiyke gebeurtenissen hebben haar tyd
noodig,
kunnen niet beoordeelen of zulk een
overname in 't belang dor Maatschappjj Zeeland
zon zgn, maar meenden en meenen nog dat
opname van het bewuste bericht haar be
langen allerminst schaadt.
Ziedaar nu de drie feiten, door de Vlissingsche
courant in hare acte van beschuldiging tegen
genoemd. Zjj heeft er bljjkbaar nog meer,
maar zjj wil hot bg die drie laten.
Zg goueero zich anders niet.
Wanneer die verzwegen feiten van dezelfde
kracht zyn als de nu genoemde, schikt hot
vry wel.
Wjj beloven echter niet dat, mocht zg er
later nog meedeelen, wg daaromtrent opnieuw
ons zullen verdedigen. Want ons dunkthet
nu al wel.
Eén groot ding verliest de Vlissingsche Cou
rant behalve dat men elk geval op zich zelf
moet beschouwen uit het oog. By al wat
wy deden, pleegden <vg overleg zooveel dit
r washielden wg voeling met de
personen die bjj de zaken op de eene of andero
wjjze betrokken waren.
En dit deed zg niet bg hare mededeeling
omtrent de bekende Ijjn Zg ging sf op ge
ruchten en aprak geen enkel woord met de
firma Stofkoper Co, de eenige personen die
konden oordeelen over de vraag of in deze
gewenscht was in het belang van
Vlissingen.
Daar zit hem de kneep; daarin schuilt het
groote versohil tusschen haar en ons.
En dit klemt te meer waar het een groot
o 1 ang voor haar eigen stad betrot.
Bovendien kou zjj er tegen gewaakt hebben
dat er in Rotterdam en elders ruchtbaarheid
werd gegeven aan die zaak.
Zg bad ook uit dat oogpunt beter gedaan
zich niet achter ons te verschuilen.
Want men wacht in haar lezerskring nog
te vergeefs op oen verdediging van hare eigen
houding, zoo Ignrecht in strgd met die, aan
te nemen door een orgaan, dat geroepen is in
de eerste plaats Vlissingen's bloei te
bevorderen.
En ten slotte een verzoek.
Als zg tegenover on9 loyaal wil handelen,
laat haar dan ook in h&Te kolommen onB
toog tegenover het hare stellen.
kon. besluit is, met vernietiging van het
besluit van Ged. Staten van Zeeland, aan F.
Mays, hoofd der openbare school to Wil-
helminadorp, vergunning verleend de be
trekking waar te nemen van ontvanger-grffier
van den calamitenzen polder Oost-Beueland.
Heden is het besluit officieel vermeld.
Men zie Laatste berichten.
Men herinnert zioh allicht hoe indertgd h
ons blad over dit besluit van Gedeputeerde
Staten niet gunstig is geschreven.
Men zinspeelde op een daad van nepotisme,
die daar achter schuilde.
In hoever geheel juist was wat n
meldde, weten wjj niet.
Onze berichtgever gaf echter goede gronden
op voor zgn beweren.
In elk geval is tbauB dit plan zoo het
bestond veïjjdeld en kan de hoer Mays,
evenals zgn voorganger, de betrekking aan
vaarden.
De Regeering deed voorzeker oen verstan
dige daad door den post voor de stallen
woningen van het stalpersoneel op Het Loo
van de staatsbogrooting af te nemen.
Hierdoor komt zjj te gemoet aan oen bjjna
algemeen uitgedrukten wensch.
Er kan thans onderzocht worden oi ook op
minder kostbare wjjzo te voorzien is in de
bestaande behoefte; of het soms mogeiyk is
noodige verbeteringen in meerdere jaren
aan te brengen, zoodat de daarvoor noodige
uitgaven door het rjjk gemakkelgkor kunnen
worden gedragen.
Nu, in de tegenwoordige omstandigheden,
-en die te boog voor onze schatkist, welkt
meerdere, noodzakelijker behoeften moet
Ten slotte iets van pohtioken aard.
De Standaard bejjvert zioh nog maar steedc
het gowezen Ministorio-Kuypor te verde
digen en vooral om den hoofdman daarvan te
erheerljjken of schoon te wassohen waar bg
zich schuldig maakte aan inconsequentie.
Zoo o. a. ten opzichte der Katholieken.
Daaraan wgdde do redaotie van'dr Kuyper's
lgforgaan dezer dagen een hoofdartikel. Zjj
zette daarin o. a. uiteen dat dr Knyper, toen
aan het begin van zyne politieke ontwik
keling stond, Bteeds de Roomschen heelt be
streden. Dat standpunt was toen reeds door
Groen van Prinsterer verlatenmaar aanvan-
kelgk *00 schrjjft Di Standaard weigerde
dr Knyper die zwenking mede te maken.
Maar toen dr Kuyper, door zfc'ne verhuizing
naar de residentie, voor het eerst in dagelgk-
achen omgang met Groen kwam, is ook h
allengs tot het inzioht gekomen dat zyn anti
papistisch standpunt ondoordacht en niet lan-
houdbaar was«dr Kuyper is door nie
mand minder dan door Groen van Prinsterer
van dit bekrompen en verouderd standpunt
afgebracht".
Aldus De Standaard.
Dit gat het Handelsblad, steeds op de bres
waar het geldt de halve waarheden en onjuist
heden van De Stanilaard in 't licht te stelle»,
aanleiding tot deze opmerking:
Zooala bekend ïf, is de heer Groen van
Prinsterer reeds sinds zeer vele jaren (20 Mei
1876) overleden.
Indien het vorenstaande geheel juist was,
iu dan De Standaard niet eens willen toe
lichten, hoe het mogeigk kan zgn, dat
van andere voorbeelden maar te zwggen dr
Kuyper op den 12en Mei 1891 (dus 15 jaarna
Groen's dood) in zjjne bekende redevoering
Maranatha nog sprak als volgt:
-Steeds zou ik dan ook van verraad aan
onze historie, van een verraad aan onze be
ginselen roepen, zoo er ooit van ineensmelting
of ook maar van te nauwe aaneensluiting met
onze roomsohe landgenooten sprake viel. Im
mers, wat er tusschen hen en om ligt is het
pleit voor de vryheid vas conrcientie
Ea in dezelfde rede werd zoo beslist
ljjk de gevolgtrekking afgewezen, alsof dr
Kuyper en de zgnen als één man met hen
(de Roomschen) konden optrekken: »Dat dit
niet kan, ligt aan onze glorienze historie
dat dit niet kan ligt aan het bloed der mar
telaren, dat gevloeid heeft; dat dit na niet
kan en nooit zal kunne», ligt aan den sohran-
deren grgsaard te Rome, die de pretentie
maakt gevolmachtigd Stedehouder van Christus
op aarde ta zgn."
Aldns dr Kuyper in 1891.
Hoe zit dat nu?
Men kan natuurlgk niet aankomen met de
bewering, dat dr Kuyper zoovele jaran heeft
noodig gehad om van een «bekrompen" stand
punt at te komen want wat zon dan in het
artikel van De Standaard «de dsgeljjksohe om
gang met Groen" ter zake doen
Ot ontbreekt aan bet artikel van 20 Nov.
jl. nog een vervolg, waarin wordt toegelicht,
hoe in 1891 de invloed van Groen weder ge
heel was vervluchtigd en dr Kuyper toen tot
het «bekrompen en verouderd standpunt" was
teruggekeerd Om dan 10 jareu later, in 1901,
wellicht door het toevallig bladeren in Groen's
geschriften, weder onder diens invloed te
komen, zoozeer zelfs dat wat Groen wel
uooit zou gedaan hebben zeer «nauwe aan
eensluiting" met de Roomsche landgenooten
werd gezocht om het regeeringakasteel
te bemachtigen
Komt over dr Kuyper wellioht nu weder
een verflauwing van Groen's invloed enznllen
dan misschien een nienwe democratische
wenking mogen aanschouwen togen «de
Roomscho landgenooten"? vraagt het Handels
blad ten slotte.
Kameroverzicht.
Zitting van Dinsdag.
De expedities en de emigratie van Javanen
naar de buitenbezittingen («stolsel '-Van
Deventer, zooals de heer Troelstra het
noemde) werden heden bjj het voorfgezet
debat over de IndiBohe begrooting door de ver
schillende sprekers in hoofdzaak behandeld.
Vooral over de expedities werd lang en
breed gedebatteerd, waarbjj het temperament
van de heeren ook eon woordje medesprak.
De heer Bos bv., de kalme, bedaarde heer
Bos, die alleB eerst mot zgn nuchter verstand
bekgkt, merkte zeer terecht op, dat tie vele
xpedities, die thans in Ned.-Iodië «aan het
werk" zjjn, een verklaring vinden in het feit,
dat er door vroegere achteloosheid en slapheid
van het gouvernement «achterstand" is ont
staan, welke nu goedgemaakt moet worden.
Dat was een opmorking en een woordje van
pas. Het is zeer verklaarbaar dat het bloed,
bjj deze militaire tochten vergoten, afgcjjzen
en weerzin bg velen opwekt, maar men vergete
niet, dat de toestanden hier en die in Indië
hemelsbreed verschillen. Waar men leest van
onaihankeiyke" staten en vorsten, die door
wapengeweld onder ons rechtstreeks bestuur
worden gebracht, is het goed hierby wel te be
denken dat het sleohtste Europeesche bestuur
voor de onderdanen van deze «onaihankelgke
vorsten" nog beter is dan het «bewind" dier
vorsten zelf, die, geiyk de Boni-expeditie nog
onlangs leerde, leven van afpersing en kneveling
hunner onderdanen. En de heer Van Kol, die
altgd maar weer als bestrgder van wat hy
noemt het «imperialisme" in de Kamer optreedt,
is daardoor dikwyis do pleitbezorger van «vor
sten", tbb kapitalistisch van natuur en inborst
dat een gewone Europeesche «kapitalist", er
bg vergeleken, nog een onschuldig kind ia.
Maat dat zjjn sóo van die kleinigheden, waar
aan niet gedacht wordt als de heer Van Kol
of de heer Troelstra aai het uitpakkea gaat.
Wjj hooren dan liever den heer De Stuera
over die zaken Bpreken.
Ook hy overdrgft wel eens in het vuur zgner
welsprekendheid hg is een redenaar le
klasse maar vervalt nooit in het bombas
tische, geiyk met den heer Van Kol maar al
te dikwyis het geval is.
Ook heden was de heer De Stners weer op
de bres en toonde hg weder tegen hetgeen
hg «werken met karabgnen" noemde in de
Gajoo- en Alaalanden. Het was, evenals ver
leden jaar, weder muisstil in de Kamer toen
hy zyn rede uitsprak. Door podagra gepgnigd,
kon hg niet staan, zoodat hy zittend de Kamer
toesprak. In hoofdzaak was het een herhaling
en rechtvaardiging van zgn bekende Gajoe-
speech, die toenmaals zooveel opschudding
heeit verwekt, en praohtig was zgn opmerking
aan het adres zgner politieke vrienden, die
hem toen een plechtige verklaring van afkeu
ring op het dok hadden gestuurd, dat deze
verklaring voor hem een «electorale naoht-
meirie" was.
Voor de nieuwe heeren in den Roomsehen
hoek is dat een zeer slecht voorbeeld geven.
Maar daaraan stoort de afgevaardigde van
Weert eioh niet. Hg zegt wat hg denkt en
hg doet dat goed. En ad rem dat hg is 1 Dat
ondervond heden de voorzitter. Hg sprak n.l
van «stupide" opmerkingen, die do tegenwoor
dige Minister van koloniën vroeger aan zyn
adres had gericht en die hom in een «odiens
daglicht" hadden geplaatst.
Natnnriyk een interrumptie van den voor
zitter. De heer De Stners mocht niet van
stupide opmerkingen" spreken, waarop deze
dadelgk er op wees dat in hetgeen volgen zon
de rechtvaardiging van deze qualifioatie lag.
Het kwam er zoo njjdig en vinnig nit, dat de
vader van de «stupide opmerkingen" sgu
plezier aan kon.
Ook de «pacificatie" van Atj<h werd dooi
hem voor het voetlicht gebracht en het moet
gezegd wordende cyfers, door hem genoemd,
geven te denken. Pacificeeren" met een snel
heid van 2853 dooden in 1903 en van 4726
dooden in 1904 is tooh een wonderlgk proces
om een bevolking in rast en vrede te laten
leven. De heer De Stners is dan ook zeer
pessimistisch gestemd ten opzichte van het
toekomstig heil, dat uit dit pacifioatie systeem
moet voortvloeien.
De heeren Yerhey, Van Bylandt en Thomson
hadden minder scherpe oritiek over de expedities.
De heer Thomson, die zgn maidenspeech
hield, wilde expedities met een «minimum
bloedverlies"; maar hoe die in de practgk zgn
uit te voeren, gaf hjj niet aan. Wg gelooven
dan ook niet, dat dit debuut erg gelukkig was,
al moet geoonstateerd worden dat hjj voor-