N°. 284, 120® Jaargang. 1877. Zaterdag 1 December. Hoofdagent voor België en Frankrijk; Advertentiên 20 Cent per regel, Geboorte- Trouw- Doodberichten enz,! van 1—7"regels"/ 1,50 iedere regel meer t 0,20, Groote letters worden berekend naar plaatsruimte, Laffitk C°. te Brussel en Parijs. Middelburg, 30 November, FEUILLETON. DE OLM EN DE KLIMOP, Benoemingen en besluiten, Marine en leger. Rechtzaken, Koloniën. COURANT. Dit blad versobijnt dagelijksj met uitzondering van Zon- en Feestdagen.7 Prijs per 3/m, franco f 3,50, Afzonderlijke nemmers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. «tffls>^£><sv<tffirrrr» De minister van waterstaat, handel en nij verheid heeft bepaald dat het varen in de huiten- en binnenhaven van IJmniden en het schutten door de Noordzeesluizen tnsschen zonsonder- en opgang vergund wordt, tenzij de weersgesteldheid, de duisternis of eenige andere omstandigheid, ter beoordeeling van den sluismeester der Noord- zeesluizen, zulks onraadzaam maakt. De minister van financiën heelt, naar wij ver nemen, eene commissie benoemd om advies uit te brengen over den toestand vaD het Haagsche Bosch. Zij bestaat uit de heeren Verhuëll, lid van den gemeenteraad (voorzitter,) Witte, hortu- lanus te Leiden, Boer, inspecteur der rijksbeplan- tiugen, en Zoeher, boomkweeker te Haarlem. (DU.) Naar wij vernemen, bestaat bij de directie der spoorweglijn MechelenTerneuzen het voor nemen, om op de lijn St. Nikoiaas—Terneuzen een stoomrijtuig naar het systeemBelpaire in te voeren. Yoor zooverre bekend, zal dit de eerste lijn zijn, waar van de zoo vernuftige uitvinding van Belpaire practisch zal worden gebruik gemaakt. Dit stoomrijtuig bestaat uit de machine, benevens twee of drie compartimenten met ongeveer een 40tal zitplaatsen. Door den ingenieur der boven genoemde maatschappij schijnen daaraan nog eenige verbeteringen te zijn gebracht. In ons nommer van den 13 dezer deelden wij mede, dat te Utrecht ook vóór niet-leden van Eigen hulp onder zekere voorwaarden, in een 13tal bestelhuizenbestellingen konden worden gedaan op kachelkolen, gascokes en Duitsche cokes tegen zeer lage prijzen. Als bewijs dat van dit aanbod reeds een vrij groot gebruik werd gemaakt kan. dienen, dat op den 24en November, dus iu 12 dagen tijds na het in werking treden, zija afgeleverd aan verschillende ingezetenen203 hec toliters steenkolen, 240 hectol. gezeefde Duitsche kleincokes, 73 hectol. direct aangevoerde gascokes. Het is te verwachten, dat bij meer bekendheid van deze inrichting, een algemeen gebruik van deze bestelhuizen zal worden gemaakt. De kracht van het ultramontanisme is daarin gelegen, dat het gewoonlijk in 't duister werkt. 29. ESN VERHAAL VAN ANTON GIULIO BARRIL1. Uit het Italiaanveh. IV. Vervolg.) Dienzelfden dag kwam hij een vriend tegen op straat. Zoo Lanrenti, hoe gaat het? Goed. Wat zegt ge dat met een overvloed van woorden! Gij ziet er uit als iemand die het vol strekt niet goed maakt, zoo al niet naar het lichaam, dan toch zeker naar den geest. Gij sohertst. Wanneer hebt go mij dan anders gezien? O zoo dikwijls, maar in vroegeren tijdwant tegenwoordig ziet men u niet, of als men u ziet zijt ge niet te spreken, sooals ze in Toskane zeggen. Laurenti, Laurenti! Gij zijt tot over de ooren toe verliefd. Ik? Zijt ge dwaas? Ik weet het van goeder hand. zr. Dat ge dwaas zijt? Daardoor is het nooit op de daad te betrappen en wie de daden der ultramontanen aan het licht brengt, wordt op de gemakkelijkste manier van de wereld, door eene eenvoudige ontkenning, tot een leugenaar gemaakt. 1 Om die reden, omdat het zoo moeilijk valt met de stukken in de hand, de streken der ultramon tanen te bewijzen, laten wij hier volgen wat het blad „de Gelderlander" schrijft over den verkoop der goederen van Sint Agatha. Men weet dat het hier geldt den publieken verkoop van domeingrond, die door de heeren van Sint Agatha sinds onheu- gelijken tijd tegen eene veel te lage pachtsom bezeten werd. Men neme voorts in aanmerking dat „de Gelderlander" een blad is, waarvan de lezing door de geestelijkheid aan de geloovigen wordt aanbevolen, als tegengif voor het bederf, dat door de booze liberale bladen verspreid wordt. Wat dus „de Gelderlander" zegt, komt zoo goed als uit den preek- of biethtstoel. „De Gelder lander" nu schrijft als volgt „Ten overstaan van den te Cuyk resideerenden notaris Snoeek zal de veiling plaats hebben ten huize van Jan Joosten te Cuyk. Deze katho lieke herbergier schijnt er dus geen bezwaar in te vinden zijne lokalen tot zoodanig doel be schikbaar te stellen, of wel, geheel te goeder trouw, te meenen dat alles „in den haak is." Wij raden hem echter ernstig aan zijn catechismus nog eens in te zien, waar gehandeld wordt over rechtstreek- sche en zijdelingsche médewerking aan verboden handelingen, welke te strafbaarder moet zijn als er heiligschennis mee gepaard gaat. „Een ander katholiek, debakenmeestervan Bergen, te Sint Agatha, stelt zijn huis beschikbaar tot vereenigingsplaats voor gegadigden, die de aanwijzing op het terrein met hunne tegenwoor digheid willen vereeren, en weer een ander katho liek, de wethouder Meeuwsen, te Mook, doet hetzelfde voor gegadigden, die zin hebben in het te veilen hooiland onder Mook. „Wij raden ieder aan zeer voorzichtig en op zijne hoede te wezen, want men kan heel licht zoowel door zijdelingsche medewerking als recht streeksche medeplichtigheid aan een of ander kwaad zijn geweten bezoedelen, en, zoo er heiligschennis mee gepaard gaat, nog in ernstiger moeilijkheden geraken met de .geestelijke overheid. „De pacht- en andere boeren te St. Agatha hebben een loffelijk voorbeeld gegeveD, dat waard is met gouden letters voor de nakomelingschap te worden opgeteekend. Zullen Joosten, van Bergen, Meeuwsen en anderen zich nu ook niet wachten voor ieder rechtstreeksch of zijdelingsch hulpbetoon, dat wel een kleine materieele winst belooftdoch met allerernstigst geestelijk verlies dreigt? Zullen Neen, dat gij verliefd zijt. Ik zeg en herhaal dat ik het weet. Verbeeld u dat er zelfs een heele boel over gepraat is, onlangs in een groot gezelschap ten huize van mevrouw Perrotti. Wat? hoe? riep Laurenti ontsteld uit. O, ziet ge? Nu valt gij door den mand. Val ik? Gij vergist u; ik beweer in tegendeel dat die praatjes, waarop gij doelt niets anders zijn dan vrouwelijke kwaadsprekendheid. Daarin hebt gij misschien gelijk. Mevrouw Aurelia is een Asmodeus in vrouwelijke gedaante. Maar bij slot van rekening blameerde zij u toch niet door te vertellen dat gij dokter zijt bij oen zeer sehoone dame en dat gij verliefd op haar zijt, of zij Zwijg; die menschen weten niet wat zij zeggen. Van dit alles is geen woord waar, be halve dat ik bij iemand als dokter kom. En zeg mij eens, werd er een naam genoemd? Dat geloof ik niet, maar iedereen wist wie het was. Het waren altemaal kennissen en ieder voegde er voor zichzelf den naam bij. En hebt gij het niet tegengesproken? Ik, mijn beste vriend? Nu zijt gij de dwaas en ik niet. Wat denkt ge? Men vertelde in mijn tegenwoordigheid dat Gnido in een liefdesavontuur gewikkeld is met een zeer sehoone dame, dat hij gelukkig is, of op het punt om het te worden en ik, zijn vriend, zou moeten opspringen en bezweren dat het niet waar is dat het onmogelijk is, omdat Laurenti leelijk en onaangenaam is en nooit een vrouw zal vinden die zin in hem krijgt katholieken eenig bod doen op de St. Agatha eigendommen? Wij zullen zien! „Wij weten dat de katholieke herbergier Jokten een paar „voordeelige" protestantsche klanten heeft, maar wij weten ook, dat, mocht hij zich al niet ontzien de veiling aan zijn hnis te doen doorgaan, de gunst zijner vele katholieke medeburgers hem toch meer waard moet zijn. Ook van Bergen en Meeuwsen, ja zelfs protestanten, moeten maar weten wat hun te doen staat." Tot zooverre de „Gelderlander." Het zou jammer zijn, dit kostelijke stuk door verdere commentaar op te sieren. Alleen kan eene herinnering aan art. 412 van ons wetboek van strafrecht haar nut hebben „Die bij de toewijzing of het toeslaan van den eigendom, van het vruchtgebruik, of van de kuui van roerend of onroerend goed, van eene aanneming, van eene levering, van een werk of van eenigen dienst hoegenaamd, de vrijheid van bieden of aanbieden bij wege van feitelijkheid, geweldda digheid of bedreiging, hetzij voor betzij onder het bieden of aannemen belemmerd hebben, zullen gestraft worden met eene gevangenzetting van ten minste veertien dagen, ten hoogste drie maanden, en eene boete van ten minste honderd en ten hoogste vijf dnizend franken. „Dezelfde straf zal plaats hebben tegen degenen, die de bieders of aannemers door gav en of beloften teruggehouden zullen hebben." onderscheidingen. Bevorderd tot kommandeur der orde van den Nederlandschen leeuw de luite nant-generaal G. P. de Neve, kommandant van het leger en chef van het departement van oorlog in Nederlandsch-Indië. [Gisteren reeds onder Tel. her. gemeld.] Toegekend aan W. A. Knip te Amsterdam, als blijk van goedkeuring en tevredenheid wegens de redding van een drenkeling uit het IJ voor de Haarlemmersluis aldaar op 22 September 1877, alsmede aan D. B, Vieyra, te Amsterdam, als blijk van goedkeuring en tevredenheid wegens de redding van een drenkeling uit de Raamgracht aldaar, op 5 Februari 1877, de bronzen medaille, ingesteld bij besluit van 22 September 1855, n° 64, alsmede een loffelijk getuigschrift. hooger onderwijs. Bij koninklijk besluit is de benoeming van E. Brusa, thans hoogleeraar aan de universiteit te Modena, tot gewoon hoogleeraar in het strafrecht en de strafvordering aan de universiteit te Amsterdam, bekrachtigd. pensioenen. Bij koninklijk besluit is aan jhr. mr. H. J. van der Heim, eervol ontslagen minister van Ga elders vrienden zooken die u dergelijke diensten kunnen bewijzen, Laurenti, maar niet in het studeervertrek van den eersten advocaat te Gehua, waar ik conclusies zit te nemen, zonder ooit tot een conclusie voor mij zeiven te komen. Gij hebt gelijk, bedaar, gij hebt gelijk. Maar er is geen woord waar van alles wat er bij de Perrotti's verteld is, hooi! Ik zweer het u bij de nagedachtenis mijner moeder. Mijn hemel, ik geloof u wel, zonder dat gij zweert. Maar waarom verbergt gij u dan voor elk menschelijk oog? Ge weet dat het altijd mijn liefhebberij is geweest om eenzelvig te leven, en nu ben ik op het punt van weg te gaan? Zoo? Ja, ik ga naar Milaan. En wanneer? Morgen; ik ga er eenige dagen hij mijn vrienden doorbrengen. Als gij nog iets over die geschiedenis hoort babbelen, zeg dan kort en bondig dat ik niet eens te Genua ben; want gij weet, wanneer men een belastering, vooral indien zij eene vrouw betreft, met een paar woorden kan tegenspreken Gij hebt gelijk, en stel u gerust, ik zal doen zooals gij verlangt. Vaarwel dan Adieu; goede rei» en tracht een Lombar dische sehoone mede te brengen! Tegen den avond begaf Laurenti zich, volgens balofte, naar mevrouw Argellani. Het gesprek financiën, een pensioen verleend van f 3771 's jaars. directe belastingen. Benoemd tot ontvanger der directe belastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen te "Valkenswaard, A. L. Thierens, thans ontvanger der directe belastingen en accijn sen te Koudum c. a. Benoemd tot ontvanger der directe belastingen en accijnsen te Ruinerwold c. a., G. Verhoeve, thans verificateur der derde categorie voor den actieven dienst der directe belastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen te Amsterdam. Het ramtorenschip Koning der Nederlanden zal omstreeks Maart van het volgende jaar naar Oost-Indië vertrekken, na eerst in het droge dok te Willemsoord van een ander roer te zijn voorzien.' De luitenant ter zee 2e klasse J. P. Lubbe Bakker, laatst behoord hebbende tot de rol van Zr. M\ stoomschip Batavia en van Aden den 24en dezer in Nederland teruggekeerd, is met dien datum op nonaetiviteit gesteld. In ons nommer van *21 dezer maakten wij melding van een zonderling incident ter zitting van het kantongerecht alhier in eene zaak tegen twee personen, die zich hadden schuldig gemaakt aan overtreding van het politiereglement te Zou- telande. Zooals men zich herinneren zal beweerden de beklaagden, dat dit poiitie-reglement niet geldig was, als zijnde niet afgekondigd. Bij het in de jongste zitting door den kanton rechter uitgesproken vonnis zijn de beklaagden echter aan het hun ten laste gelegde feit schuldig verklaard, op grond dat de politie-verordening, waarop zij zich beroepen hebben, bij eene later door den gemeenteraad vastgestelde, door hooger autoriteiten goedgekeurde en behoorlijk afgekondig de politie-verordening ingetrokken en huiten wer king gesteld, en door de thans vigeerende vervan gen is. In het Curagaosche blad „de vrijmoedige" leest men het volgende: „Naar wij van goede zijde vernemen, zijn door den gouverneur dezer kolonie de volgende bijdragen ontvangen, als tegemoetkoming in den nood, waarin een groot getal ingezetenen van de eilanden Cu rasao en Bonaire verkeeren, tengevolge van den storm, die op den 23en der vorige maand op die eilanden gewoed heeft: was niet zeer opgewekt, of rijk aan nieuwe onder werpen, alfioewel zij buitengewoon vroolijk ge stemd was. Vervuld van zijn vertrek, waaraan de gedachte bij hem opgekomen was, terwijl hij op straat met zijn vriend stond te praten, deed Guido niet erg zijn best om het gesprek levendig te houden met de beeldspraak die hij anders op alles wist toe te passen, zoodra men hem maar een onderwerp aan de hand deed. Hoe zal ik haar zeggen dat ik heenga dacht hij, terwijl Louise hem haar overpeinzingen van dien dag zat mede te deelen. Mijn reis is zoo van zelf opgekomen, zonder voorbereiding, zonder eenige waarschuwing Maar wat doet het er eigenlijk voor haar toe of ik heenga. Zij heeft nu geen dokter meer noodig, en ik mag voor geen geld ter wereld de menschen doen gelooven dat ik die vrouw bemin, hetgeen maar al te waar is, of dat zij mij bemint, hetgeen volstrekt niet waar is. Zij mij liefhebben? Zij merkt immers niet eens dat ik haar bemin Al die overdenkingen leidden er eindelijk toe dat hij hardop ze! dat hij den volgenden morgen naar Milaan moest vertrekken. Wat? Vertrekt gij? Ja, mevrouw; ik vertrek. En hoe komt gij er toe mij dat nu eerst te vertellen Omdat van morgentoen heb ik er in 't geheel niet aan gedacht. Een vriend heeft mg ver zocht bij hem te komen;een vriend mijner jeugd.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 1