MIDDELBURGSCHE
C O U R A N T.
F 282.
Woensdag
1872.
27 November.
Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2™ Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m.franco is f 8.50.
Middelburg 26 November.
In de gisteren avond gehouden vergadering van den
geneeskundigen raad in Zeeland werden eenige ingeko
men stukken voor kennisgeving aangenomen.
De mededeeling van de handelingen van het genees
kundig staatstoezicht was, evenals de vorige maal,
gedrukt aan de leden toegezonden, zoodat zij niet werd
voorgelezen. Ingevolge art. 22 der wet op het genees
kundig staatstoezicht werd den leden echter gelegenheid
gegeven tot bespreking dier mededeeling. De heer de
Ligny maakte hiervan gebruik, in de eerste plaats om
te kennen te geven, dat de gezondheidscommissie te
Middelburg evenals die te Goes verschillende monsters
Amerikaansch spek onderzocht, doch vrij van trichinen
bevonden heeft. De voorzitter bedankte voor deze
mededeeling, onder opmerking dat het gemeentebestuur
alhier hem omtrent deze zaak geen bericht heeft gedaan.
Over dit laatste gaf de heer Dobbelaer de Wind zijne
verwondering te kennen.
Vervolgens vestigde de heer de Ligny de aandacht
op het door den voorzitter gegeven toestemmend ad
vies aan een gevestigd apotheker, die gevraagd had
of de geneeskundigen van Zaamslag bevoegd zijn om te
Axel geneesmiddelen te blijven leveren, wanneer zich
aldaar een apotheker vestigt. Dit advies steunde op
art. 20 der wet regelende de uitoefening der genees
kunst, luidende: „De geneeskundigen die bij de invoe
ring dezer wet tot het leveren van geneesmiddelen
bevoegd zijn, behouden die bevoegdheid zoolang zij in
de plaats gevestigd blijven waarin zij op dat tijdstip
gevestigd waren." De heer de Ligny kon zich met het
advies niet vereenigen. Naar zijne meening zou, indien
de zienswijze van den voorzitter juist ware, do vesti
ging van apothekers op het platteland bijna onmogelijk
worden. Hij kan die zienswijze evenwel niet deelen.
Zijns inziens moet art. 20 der wet beschouwd worden
in verband met de 3e alinea van art. 9, hetwelk be
paalt dat in plaatsen waar slechts éene apotheek geves
tigd is, gedeputeerde staten, na den geneeskundigen
raad gehoord te hebben, aan de geneeskundigen verlof
kunnen geven om geneesmiddelen te leveren. Hieruit
leidt hij af, dat het bedoeld verlof alleen betrekking
heeft op de plaats waar de geneeskundige gevestigd is,
hetgeen ook bevestigd wordt door een antwoord van
den minister Geertsema, den 30on Mei 1866 aan gede
puteerde staten van Drenthe gegeven.
De voorzitter bleef bij zijn gevoelen, dat aan een
geneeskundige, die eenmaal de bevoegdheid tot het
leveren van geneesmiddelen bezit, die bevoegdheid niet
kan ontnomen worden zoolang hij op de plaats blijft
waar hij die bevoegdheid verkregen heeft.
De heer Persant Snoep vraagde, of de gezamenlijke
inspecteurs van het geneeskundig staatstoezicht door
de regeering zijn geraadpleegd omtrent de bepalingen
aangaande de vaccine in het wetsontwerp houdende
voorziening tegen besmettelijke ziekten? De voorzitter
antwoordde hierop, dat de inspecteurs aan den minis
ter een ontwerp hebben aangeboden, waarvan de regee
ring ten deele gebruik heeft gemaakt. Aangaande de
vaccine luidde het advies der inspecteurs om die in
ons land niet verplichtend te stellen.
Toen de behandeling der verslagen van gecommit
teerden voor de winkelvisitatiën aan de orde was, had
weder eene discussie plaats over de vraag of die be
handeling volgens de bedoeling der wet in het open
baar, dan wel in geheime zitting zou geschieden.
De slotsom hiervan was dat met 9 tegen 4 stemmen
besloten werd deze zaak in geheime zitting te behan
delen. Voor de openbare behandeling stemden de heeren
A. P. Fokker, van Berlekom, Snijder en de voorzitter.
Tegen stemden de heeren Snoep, de Ligny, Hennequin,
de Bruijne, van der Grijp, Hazenberg, de Man, Keijzér
en Dobbelaer de Wind.
Het verslag van gecommitteerden tot het instellen
van een onderzoek naar de wijze waarop in Zeeland
de geneeskundige armverzorging en de betrekking van
doodschouwer. geregeld zijn, is gedrukt aan de leden
uitgereikt. De vergadering vereenigde zich met het aan
't slot van dat rapport aangegeven denkbeeld, om te
gelegener tijd afdrukken van de tabel te zenden aan
gedeputeerde staten en aan de verschillende gemeente
besturen.
Tot leden der commissie belast met het nazien der
rekeningen in 1872 ziin aangewezen de heeren Hazenberg,
Hennequin en de Ligny; tot leden der commissie om
den inspecteur zoo noodig te adviseeren, de heeren
de Man, de Ligny en Hennequin; en tot leden der
commissie voor de resumtie der notulen de heeren
Kcijzer en de Ligny.
De heer de Man heeft voorgesteld, om te trachten
de aan de geneeskundige school alhier toebehoord heb
bende veizameling praeparaten en boek-en plaatwerken
in bruikleen te verkrijgen. Bij de toelichting van dit
voorstel deed hij uitkomen dat bedoelde verzameling
zeer belangrijk is. Bij de opheffing der geneeskundige
school is zij het eigendom der gemeente gebleven, en
werd op de gemeentebegrooting jaarlijks eene som van
f 25 voor onderhoud uitgetrokken. Het toezicht was
eerst aan de heeren de Marrée en de Man opgedragen-
later heeft laatstgenoemde zich alleen daarmede belast.
In den laatsten tijd is echter in den gemeenteraad
gediscussieerd over genoemde som; er werd twijfel ge
opperd of die uitgaaf, hoe klein ook, wel geacht kan
worden in het belang der burgerij te zijn. Ook spreker
betwijfelt dit. Het zou hem echter spijten indien die
belangrijke verzameling te loor ging, terwijl zij boven
dien, indien de gemeenteraad besloot haar van de hand
te doen, weinig zou opbrengen. Meermalen is van die
verzameling gebruik gemaakt en het is te vewachten?
dat bij meerdere bekendheid dat gebruik zal toenemen.
Het doel van het voorstel is daaromdat de genees
kundige raad trachte de verzameling in bruikleen van
de gemeente over te nemen, onder voorbehoud echter
dat zij bewaard blijve op de tegenwoordige daartoe
zeer geschikte plaats in het gasthuis alhier.
Na eenige discussie is dit voorstel zonder hoofdelijke
stemming aangenomen, zoodat aan het gemeentebestuur
van Middelburg aanvraag in genoemden zin zal worden
gedaan.
Op voorstel des voorzitters is voorts besloten, eene
commissie te benoemenaan welke is opgedragen het
instellen van een onderzoek welke zoogenaamde door
leeken verkocht wordende geheime geneesmiddelen in
de termen zouden kunnen vallen om getoetst te worden
aan de lijst c, vastgesteld bij beschikking van den
minister van binnenlandsche zaken van 15 Juli jl. De
bij bedoelde lijst aangeduide geneesmiddelen mogen
thans noch afzonderlijk, noch vermengd met elkander
of met andere zelfstandigheden in geringer hoeveelheid
verkocht worden dan op die lijst bij elk dier middelen
is vermeld, waaruit voortvloeit dat geheime of andere
geneesmiddelen, de aangegeven gewichtsbepaling te
boven gaande, door niemand anders zullen mogen ver
kocht worden dan door apothekers en door de genees
kundigen tot het afleveren van geneesmiddelen bevoegd.
Tot leden dezer commissie zijn aangewezen de heeren
de Bruijne, Verschoor en Hennequin.
Op voorstel van den heer Hennequin is besloten tot
herziening van de prijslijst der geneesmiddelen. De
heeren Hennequin en de Ligny zijn belast om in de
volgende voorjaarszitting omtrent de noodige wijzigin
gen advies uit te brengen.
Door den heer van der Grijp werd eene mededeeling
gedaan omtrent een beklag van den heer Wielemaecker,
geneeskundige te St. Jansteen, over bemoeilijking in
zijne praktijk door geneeskundigen uit België. De voor
zitter merkte hieromtrent op, dat de klacht alleen gel
den kan voor plaatsen die geen grensgemeenten zijn en
in zoodanig geval door den burgemeester of den veld
wachter proces-verbaal kan opgemaakt worden.
Hierna werd de openbare zitting gesloten.
Blijkens het bestek en de voorwaarden voor de op 5 De
cember a. te 's Gravenhage ten behoeve der staatsspoor
wegen te houden aanbesteding bestaan de uit te voeren
werken in het maken van een verbindingkanaal met het
marinedok te Vlissingen en het verdedigen der kanaal-
boorden.
Het verbindingkanaal moet gemaakt en met het
verbreed kanaal en het marinedok in aansluiting ge
bracht worden overeenkomstig de daarvan te verstrek
ken teekening. De as van het verbindingkanaal snijdt
de verlengde kanaalas onder een hoek van 160°, 42', 30"en
gaat in rechte strekking naar het marinedok. Het verbin
dingkanaal moet de navolgende afmetingen verkrijgen:
Diepte van den bodera, beginnende aan den bodem
van het verbreed kanaal, over ongeveer 82 M. lengte,
gemeten in de as G.45 M. -r A. P.; van daar over
28.50 M.gemeten als bovengeleidelijk verhoogende
met een klimming van 30 op 1 tot 5.50 M. ►f A. P.
Van daar de overige lengte tot en in aansluiting met
den bodem van het marinedok 5.50 M -f A. P.
De bodem van het marinedok behoudt de tegen
woordige diepte, doch de zate langs de weg te ruimen
beschoeiing moet worden verwijderd, zooals onder de
uitvoering door den eerstaanwezend ingenieur nader
zal worden bepaald.
Doorgaande kanaalbreedte der rechte strekking op
de hoogte van den voorkant van den blinden berm,
wederzijds van de as 26.75 M. verbreedende: noord
waarts, links van de as, van het beginpunt der ver
hooging van den bodem af en naar en sluitende aan
den voorkant van den blinden berm van het verbreed
kanaal, met een hieraan rakenden boog, beschreven
met een straal van 15 M. en rechts van de as, met
een boog, lang 102 M.aanvangende ongeveer 5 M.
voorbij het beginpunt der verhooging van den bodem,
beschreven met een straal van 314.90 M. en eene raak
lijn, die op het verlengde valt van den voorkant van
den blinden berm van den westelijken kanaaldijk en
tot dezen berm een lengte heeft van 67.50 M; zuid
waarts links van de astot aansluiting aan het marine
dok, met een aan den voorkant van den blinden berm
rakenden boog, beschreven met een straal van 40 M.
en rechts van de as, met een den blinden berm als
boven rakenden boog, beschreven met een straal
van 64.50 M.
De werken moeten geheel voltooid worden opgeleverd
vóór 1 September 1873.
Het bedrag der begrooting is f 70,820.
De Staats-courant van heden bevat de wet van den
15en November 1872, houdende vaststelling der begroo
ting van Nederlandsch-Indië voor het dienstjaar 1873
(hoofdstuk I. Uitgaven in Nederland).
Naar de Haarlemsche courant verneemt, wordt door
koopliedenmakelaars en commissionairs te Haarlem een
aan de kamer van koophandel en fabrieken gericht
adres onderteekend ter ondersteuning van de vervroe
ging van het beursuur te Amsterdam.
BENOEMING-EN EN BESLUITEN.
eereteekenen. Toegekend aan A. G. Scholte,on
der-adjudant van de schutterij te 's Hertogenbosch, als
blijk van Zr. M'. goedkeuring en tevredenheid wegens
de redding van een kind uit het water nabij die stad
op 3 Juli jl., de bronzen medaille, ingesteld bij besluit
van 22 September 1855n° 64, alsmede een loffelijk
getuigschrift.
waterschappen. Benoemd tot raad in het polder
bestuur van Walcheren J. J. I. Sprenger.
rechterlijke macht. Eervol ontslag verleend, op
verzoek, aan mr. H. Herlings Cz.als procureur bij de
ariondissements-rechtbank te Haarlem.
rijks-telegraaf. Benoemd tct directeur van een
der rijks-telegraaf kantoren, de telegrafisten der 2C klasse
J. F. Verbist en G. Vos jr. en de telegrafist 3C klasse
A. van Pesch.
ONDERWIJS.
Te Leiden is tot doctor in de rechten bevorderd de
heer E. Fokkergeboren te Middelburgna verdedi
ging van een academisch proefschrift over „Alterna
tieve verbintenissen".
Zaterdag aanvaardde dr. F. W. R. van Belltot