MIDDELBÜRGSCHE COURANT. r 269. 1872. Dinsdag 12 November. Dit blad verscliijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2tn Paascli- en Pinksterdag en een der Kerstdag®. De prijs per 3/m.franco 3.50. BIJ DEZE COURANT BEHOORT EEN BIJVOEGSEL. Middelburg 11 November. Uit het door ons medegedeelde drietal is Vrijdag tot griffier der provinciale staten van Noord-Holland met 57 van de 62 uitgebrachte stemmen Mr. Jacobi gekozen. Op jonkheer mv. Gr. de Bosch Kemper zijn 4 stemmen, op mr. Th. de Haan Hugenholtz 1 stem uitgebracht. De kiesvereeniging Orde te Rotterdam heeft den heer W. S. Burger candidaat gesteld voor het lidmaatschap van de provinciale staten van Zuid-Holland. „De directie der Nederlandsche bank heeft besloten het koopen van zilveren baren voorloopig te staken" zegt het Nieuws van den dag. In het City-artikel van the Times wordt als reden opgegeven dat de Ne derlandsche regeering voornemens zou zijn den gouden standaard weder aan te nemen. Naar men verneemt zal met de voorloopige werkzaam heden voor het Friesch gedeelte der spoorlijn (Noord- HollandFriesland) weldra een aanvang worden ge maakt. De Friesche sub-comité's zijn reeds opgeroepen om de juiste richting van den spoorweg aan te geven. {Handelsblad.) Naar men verneemt is de commissie uit de provinciale staten van Zuidholland, in wier handen gesteld is het adres van de heeren de Bordes c. s., met verzoek om een provinciaal subsidie voor den aanleg van den spoor weg LeidenWoerden, met haar rapport gereed, en moet zij eenparig tot de conclusie zijn gekomen aan de staten te adviseeren hetzij tot een ruim subsidie, ofwel tot deelneming in het op te nemen kapitaal. (ÏV. Rolt. cour.) De minister van binnenlandsche zaken heeft bij be schikking van 7 November 1872aan Rijkée en c0., te Katendrechttot wederopzegging vergunning ver leend voor een stoomsleepdienst in de provinciën Noord- Brabant, Gelderland, Zuid-HollandNoord-Holland, Zee land, Utrecht, Overijsel, en Limburg. In de Staats-courant van Zondag en Maandag 10 en 11 dezer is opgenomen het koninklijk besluit van den 4tn dezer, betreffende de uitloting en aflossing van percents schuldbekentenissen ten laste van het voor malig amortisatie syndicaat voor 1873. In de Staats-courant van Zaterdag jl. is een koninklijk besluit opgenomen van den 3cn November 1872houdende intrekking van het koninklijk besluit van 21 October 1818 La Fs, en de nadere koninklijke beslissing van 22 April 1839n° 79, beide betreffende het verleenen van machtiging door gedeputeerde staten der provinciën tot het aanvaarden van donatiën of legatende waarde van 300 jrancs niet te boven gaandeaan publieke gestich ten gemaakt. Men schrijft ons van jl. Zaterdag uit 's Gravenhage „Naar ik verneem zal de tweede kamer aanstaanden Woensdag of Donderdag weer bijeenkomen. De begroo- tingsdiscussiën beginnen Maandag over acht dagen, en men wil zich op de dan te verwachten politieke de batten voorbereiden door eenig gekibbel inter parieles over het eindelijk verschenen censuswetje. „Of de regeering zich met dit ingrijpend en uiterst mager en onvoldoende toegelicht ontwerp een dienst gedaan heeft? Ik twijfel er aan. Zelfs zij die erkennen „dat de census dan toch ook wel verlaagd kau wor den" vinden de manier waarop 1t nu gaau moet toch wel wat al te kras, en geven niet onduidelijk hunne vrees te kennen dat de steller van de laatste troonrede, de man die voor het eerst de nieuwe spelling in de Staats-courant verschijnen deed, door de minder beza digde elementen in den ministerraad overstemd iseen leelijk antecedent zou dit zijn. „Aangaande de aanstaande begrootingsdiscussiën kan ik u eene herhaling van 't meermalen opgevoerde stuk voorspellen. Men zou meeïfeBÊ^tfe^ fl&HTamer nu eindelijk eens een ministerie naar haren zin hadeen paar zeer bekwame mannen als kern met een piquante saus van geavanceerd-liberalen toebereid, dat zou, zou men denkenvoor het verwend verhemelte der geavanceerd liberale partij in ons lagerhuis toch niet te smakeloos wezen. En toch heerscht er eene soort van apathie van politiek indifferentisme in de kamer van tachtigen, die onophoudelijk voor den dag komt, die alleen eenige afleiding schijnt te vinden in het loom en lusteloos toe brengen van een duw of stoot aan een der ministers, en uitgedrukt zou kunnen worden in de woorden: wat kan 't ons schelen of ge aftreedt; voor u alweer een ander." Hij, die de discussies over de besmettelijke ziekten-wet of over de Indische tarieven volgde, moet dunkt mij dien indruk met mij gedeeld hebben. Won derlijk acl rem was dan ook de raad dien het met de betrokken regeeringspersonen bevriende Vaderland dezer dagen aan de ministers gaf, dat zij het census wetje bij de tweede kamer moesten doordrijven door het volgende argument: als gij 'twetje aanneemt dan wordt gij ontbonden als een natuurlijk gevolg van de aanneming; stemt gij 'taf dan wordt ge ontbonden omdat gij het afgestemd hebt. „Ik acht het echter gevaarlijk voor de voorstanders van het wetje van zoo veel over dat ontbinden te praten. Voor eerst kan men 't daardoor bij de eerste kamer niet winnen, maar men moet eens bedenken tot welk een drukke ontbinderij de totstandkoming van dat „wetje van wijde strekking" aanleiding geeft. Niet alleen de tweede kamer zou moeten vernieuwd worden, maar ook de provinciale staten, de eerste kamer en de gedepu teerde staten van alle provinciën, als een gevolg daar van, en al de gemeenteraden van het land met en benevens dc wethouders van alle gemeenten. Mijn hemels welk een stemmerijEen waar buitenkansje voor naar verkiezings-advertentiën hunkerende dagbladen. „Van dagbladen gesproken, het was recht ondeugend van de Staats-courant dezer dagen onder haar „betrouw bare" nieuwsberichten uit een Italiaansch dagblad te vermelden, dat de minister van oorlog in Italië Venjo.nt chéri is van het parlement en niet alleen alles wat hij vraagt, maar meer nog dan hij vraagt krijgen kan. Waarom die speldeprik aan den generaal van Stirum en nog al in het officieele blad. Had men den gene raal nu geen rust kunnen gunnen totdat zijne begrooting aan de orde komt; want of gij't weet de generaal „moet er uit." De gevanceerd militaire oppositie in de tweede kamer heeft dat gedecreteerdde Janssen-quaes- tie wordt al vast te vuur gezeten van de parlementaire pronmeiamento voorspelt men zich de schitterendste gevolgen. Men schijnt de moeilijkheid niet te tellen, die toch bij elke formatie van een vrijzinnig ministerie heel wat hoofdbrekens kost, om een tamelijk vrijzinnig man te vinden die in het leger de discipline weet te handhaven, die in de kamer tegen de raisonneurs en grognards (oude en jonge) opgewassen is, die de spe ciale blinde en zichtbare klippen weet te ontzeilen die het vaarwater van den minister van oorlog onveilig maken, en die bovendien met de andere hooggeplaatste staatsmachten op een goeden voet weet te blijven. De generaals raken op ofschoon men misschien in de kamer meent dat men 't wel eens met een kapitein-minister van oorlog kan probeeren. Er zullen wel kapiteins te vin den zijn die zich zonder zeer lang bidden zouden laten overhalen; ik denk hierbij echter niet aan den oud kapitein Janssen. „Maar, in allen ernst, ik verneem dat de dagen van den generaal van Stirum geteld zijn. Hij is binnens kamers gewogen en te licht bevonden; zijn rijk zal worden verstoord en overgeleverd aan ONDERWIJS. De nieuwbenoemde hoogleeraar in de geneeskunde aan de Leidsche hoogeschool, dr. G. D. L. Huët, zal morgen12 dezer's namiddags te half 2 uur het hoogleeraars-ambt aanvaarden met het houden eener plechtige redevoering in de groote gehoorzaal van het akademie-gebouw. De nieuwbenoemde hoogleeraren, dr. H. G. van den Sande Bakhuyzen (wis- en natuurkunde) en dr. J. P. N. Land (letteren) zullen, naar wij vernemen, spoedig volgen. Het verslag der commissie belast met het afnemen van het eindexamen der hoogere burgerscholen in Noord-Holland in het jaar 1872, is opgenomen in de Staast-courant van Zondag en Maandag 10 en 11 dezer. KERKNIEUWS. Gisteren morgen heeft de heer H. W. Creutzberg, predikant bij de Nederduitsch hervormde gemeente te Vlissingen, bekend gemaakt dat hij voor het beroep naar Sneek heeft bedankt. De heer J. J. Richard heeft het beroep van pre dikant bij de Nederduitsch hervormde gemeente te Vlis singen aangenomen. De heer B. Bakker, predikant bij de Nederduitsch hervormde gemeente te Ouwerkerk in Duiveland, be roepen naar 'sHeer Ilendrikskerke, predikte gisteren zijn afscheid, naar aanleiding van Deuternomium 533. Gisteren vierde de predikant I. Prins in de Nieuwe- kerk te Amsterdam het zeldzaam voorrecht van zijn zeventigjarige ambtsbediening. Eene aanzienlijke schare had zich in het kerkgebouw vereenigd, om deze zeld zame plechtigheid bij te wonen. Met een opmerkelijke kracht en jeugdig vuur sprak de geachte 92jarige grijsaard naar aanleiding van Johannes 17 vers Ga„Ik heb uwen naam geopenbaard den menschen, die gij mij nit de wereld gegeven hebt." Na de godsdienstoefening werd den feestvierenden leeraar door de gemeente toe gezongen het laatste vers van Psalm 134. De Staats-courant van Zondag en Maandag 10 en 11 dezer bevat het koninklijk besluit van den 31cn Octo ber jl., bepalende de aanstelling van twaalf hulppredi kers ter voorziening in de godsdienstige behoeften van Inlandsche christengemeenten inNederlandsch-Indië, en zulks met wijziging van het koninklijk besluit van 22 December 1867 (Staatsblad n°. 154). MARINE EN" LEGER. Zr. Ms. fregatschip met stoomvermogen Java, den len Augustus van Batavia vertrokken, is Vrijdag te Nieuwediep binnengeloopen. Den 5cn September te Kaap de goede hoop aangekomen, is het den 15*n Sep tember uitgezeild. De kapitein 1° klasse bij het korps mariniers L. F. Geilllaatst behoord hebbende tot het eskader in Oost-Indië en van daar den 2cn dezer in Nederland teruggekeerd, wordt met dien datum ter beschikking gesteld van den kommandant van gemeld korps. {Staats-cour.) GEMENGDE BERICHTEN. H. M. de koningin wordtnaar Het Vaderland ver neemt, den 21en of 22en dezer maand uit Engeland in de residentie terugverwacht. Z. M. de koning der Belgen heeft tot ridder der Leopoldsorde benoemd den heer A. N. Sopersdiyecteur der koninklijke school voor nuttige en beeldende kunsten te 'sHertogenboschvoor beeldhouwwerk, door dien kunstenaar op de jongste algemeene tentoonstelling van schoone kunsten te Brussel geëxposeerd. Naar verzekerd wordt, is 't wrak van de Batavier doormidden gebroken, en dus reddeloos verloren. Naar men aan de Nieuwe Rotterdamsche courant bericht, zijn er gisteren namiddagomstreeks half twee, op de lijn Antwerpen—Brusselnabij 't station Lier, twee passagiers-treinen tegen elkander geloopen, me^

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 1