MIDDELBURGSCHE
COURANT.
mm
r 142.
laandag
1872.
17 Juni.
Dit biad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2eD Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m.francois f 8.50.
Middelburg 15 Juni.
Eergisteren had te Sluis de stemming plaats voor
een lid van den gemeenteraad. Bij do opening der
bus op gisteren bleek, dat ingeleverd waren 59 stem
biljetten, waarvan 2 oningevuld waren en 1 van on
waarde werd verklaard, zoodat de volstrekte meerder
heid was 29.
Er zijn uitgebracht op de heeren P. J. Cauwels 18.
A. de Priester jr. 17, Dav. de Smidt jr. 6, P. A. P
terse 5, J. F. Wemaer 3 stemmen en op verschillende
personen eene stem.
Tusschen P. J. Cauwels en A. de Priester jr. moet
dus eene herstemming plaats hebben.
De kiesvereeniging Vrijheid en orde, te Kampen,
heelt gisteren besloten zich aan te sluiten Ijjidj ver-
eeniging te Deventer, teneinde midlelcn tentamen
om voor den heer Thorbecke een blijkend aandenken
te stichten.
Jn de Staats-courant wordt ter kennis van belang
hebbenden gebracht, dat de toezending aan bijzondere
personen van biljetten, ter aankondiging van voorge
nomen bestedingen ten behoeve van de rijkstelegraaf,
voortaan niet meer rechtstreeks vanwege het departe
ment van financiën, maar door tusschenkomst van het
in hunne woonplaats gevestigde rijkstelegraafkantoor
zal plaats hebben. Logementhouders, kasteleins, enz.,
woonachtig in gemeenten, waar zich een zoodanig kan
toor niet bevindt, en die tot heden voor de toezending
dezer biljetten in aanmerking kwamen, kunnen zich,
voor zoover zij ook in het vervolg deze stukken wen-
schen te ontvangen, aanmelden bij dén directeur van
het naastbijgelegen rijkstelegraafkantoor en met dezen
ambtenaar overeenkomen omtrent de wijze, waarop de
overmaking voortaan, zonder kosten voor het rijk, zal
geschieden.
Met de toezending dezer aankondigingbiljetten aan
gemeentebesturen en verdere autoriteiten wordt op den
tot heden gebruikelijken voet voortgegaan.
ONDERWIJS.
In de gisteren te Rotterdam gehouden derde alge-
njeene vergadering van het Nederlandsch schoolverbond
waren 38 afdeelingen vertegenwoordigd. Zij werd ge
opend met eene rede van den heer mr. W. J. van
Weideren baron Rengers, die tot volharding aanspoorde,
daar de akker dien men zich ter bearbeiding gekozen
heeft niet onvruchtbaar is, ja zelfs, al zijn de velden
nog niet rijp om te oogstenreeds menige spruit ont
kiemt.
De algeraecne secretaris, de heer D. Harting, bracht
een zeer uitvoerig verslag omtrent den stand van zaken
in 1871 uit. Op de vraag: of het afgeloopcn jaar een
vruchtbaar jaar is geweest voor de bevordering van de
deelneming aan het onderwijs en de bestrijding van het
schoolverzuim? werd in dit verslag bevestigend geant
woord. Minder gunstig klonk de mededeeling, dat het
aantal afdeelingen van het Schoolverbond tot 90 is
gedaald, terwijl in verschillende gemeenten zelfstandige
plaatselijke vereenigingen zijn opgericht.
Na een langdurige beraadslaging is besloten het
hoofdbestuur te machtigen, om zich tot de regeering te
wenden met verzoek den fabriekarbeid van kinderen te
regelen bij de wet.
De hoofdcommissie heeft verslag uitgebracht betref
fende de stappen die zij heeft gedaan tot het bevor
deren van het schoolgaan van kinderen die bij openbare
werken gebruikt worden. Zij is in haar pogen niet
gelukkig, geweest, maar hoopt bij de regeering nog
maals op de zaak. aan te dringen, vertrouwende dan
betere resultaten te verwerven.
Voorts werden benoemd: tot voorzitter der hoofd
commissie de heer G. van Miliigen, te Groningen; tot
leden derhoofdcommissie de heeien van Weideren
baron Rengers en mp.:R. C. Nieuwenhuys, te Deventer
(de becren dr. F. G. B. van Bleeck van Rijsewjjk en
jonkheer rar. C. de Jongedie aanvankelijk waren voor
gedragen hadden bedankt)en tot leden van de com
missie bedoeld bij art. 40 van het algemeen reglement
tot herziening der wet, de heeren mr. A. Kerdijk,
dr. M. P. Lindo, mr. R. C. Nieuwenhuys, mr. P. Ro-
meijn en dr. M. Salverda, inet bevoegdheid van de
hoofdcommissie om vacatures in die commissie aan te vullen.
Met 54 tegen 9 stemmen is verworpen een voor
stel der afdeeling Gouda, luidende „Deafdeelingis,op
grond van hare vruchtelooze bemoeiingen tegen het
•fiool verzuim, van oordeel, dat alleen eene wet waarbij
leerplichtigheid wordt voorgeschreven en het verzuim
wordt strafbaar gesteld doeltreffend kan zijn; dit be
ginsel stelt zij aan het Nederlandsch schoolverbond voor,
met de bepaling om bij de hooge regeering, ter verkrij
ging van zoodanige wet, alle mogelijke pogingen in het
werk te stellen."
Evenzeer is verworpen een voorstel van de afdee
ling Nieuw-Lelckerland (overgenomen van de afdeeling
Harderwijk, die het had losgelaten), strekkende om
vanwege het Schoolverbond aan de regeering eene wet
te vragen, waarbij verboden wordt dat iemand, hetzij
om niet, hetzij voor loon, kinderen in zijn dienst neemt
die den vollen leeftijd van twaalf jaren nog niet hebben
bereikt.
Een voorstel van de afdeeling Middelburg met de
strekking om art. 11 van het algemeen reglement in
dien zin te wijzigen, dat niet 1/3, maar slechts 1/10 van
de contributie zal beschikbaar zijn voor de algemeene
kas, en een der Haagsche afdeeling om tct dat doel 1/5 der
contributie af te zonderen, werden verworpen, omdat
men den arbeid van de commissie voor de wetsherziening
niet wilde vooruitloopen, maar voornamelijk omdat uit
de mededeelingen van der. heer Delfos bleek, dat de
gewone inkomsten te nauwernood de uitgaven kunnen
dekken, wanneer door de afdeelingen 1/3 van de contri
butie aan de bondskas wordt opgebracht.
De overige aan de orde zijnde voorstellen zijn door
de voorstellers teruggenomen.
De eerstvolgende algemeene vergadering zal te Arn
hem worden gehouden.
KERKNIEUWS.
Het kiescollege der Nederduitsche hervormde gemeente
te Rotterdam heelt uit het vroeger gemelde drietal tot
predikant beroepen den heer E. A. G. vanHoogenhuijze,
te Steen wijk.
MARINE EN LEGER.
Tegen 21 dezer zijn een 50tal jongelieden voor het
instructie-bataljon te Kampen opgeroepen.
KOLONIËN.
De per mail uit Oost-Indië aangebrachte berichten
loopen tot 8 Mei.
Aan het algemeen overzicht van het Nieuw Bata-
viaasch Handelsblad ontleenen wij het. volgende:
„Eergisteren werd ons per telegraaf de verwerping van
de voordracht omtrent de invoering eener inkomsten
belasting en het daarop gevolgd ontslag van het minis
terie bericht.
„Wij betreuren de verwerping dier wet.
„De inkomstenbelasting is in ons oog de billijkste
aller heffingen.
„Maar bovendien moeten wij in de verwerping zien
dat de overgroote meerderheid in Nederland nog steeds
wil leunen op Indische baten en niet inziet, dat een
financieele toestand ongezond is, wannneer men zijne
gewone uitgaven en zeer zeker niet de buitengewone
uitgavenals voor het defensiewezenspoorwegen enz.,
niet kan dekken dan ten koste van de koloniën, die
zelve de dringendste behoeften hebben. Spoorwegen
havenswegen en zooveel meer kan men hier niet aan
leggen zonder gedurende eenige .jaren over belangrijke
sommen te kunnen beschikken.
De heer Blussé was intusschen niet de^ man om de
politiek eener kleingeestige en slecht berekenende heb
zucht tegen te gaan.
„Het geld, hier doelmatig.besteed tot .ontwikkeling
des landswerpt de rijkste vruchten af.Maar de- heer
Blussé begreep dat niet. Hij nam de batige sloten voor
Nederland. De wijze, waarop hij van zijn aftreden at
in het moederland met de financiën omsprong, moest
hem buiten de mogelijkheid stellen een hervorming tot
stand te brengen. Voor hem geldt mede tel brille au
second qui eclipse au premier.
„Zijn aftreden alleen zou het ministerie eer versterkt
dan verzwakt hebben.
„Was het te voorzien dat de eerste ministerdie een
inkomstenbelasting zou voorstellenkon vallende
onhandigheid van den heer Blussé had hem reeds alle
prestige in en buiten de staten-generaal doen verliezen.
„Het geheele kabinet is nogtans in zijn val mede-
gesleept.
„Het zou alweder bevestigen, dat een fatum op Indië
rust, als de heer van Bossc thans aftreedt en met hem
de voordrachten op de Indische spoorwegen en het
tarief vcor langen tijd verdwenen, waaromtrent do
beslissing hier met de grootste belangstelling tegemoet
gezien werd. Deze vraagstukken moeten nogtans
opgelost worden, wie ook aan 't.bestuur komt.
„Bovenbedoelde telegrammen danken wij niet aan
Reuter, die ons wel overseint welke partij bij de
boairaces tusschen de Engelsche universiteiten de over
hand heeft, dat de Vesuvius lava heeft uitgeworpen en
zulke fraaiigheden meer. Een speciaal agent van Bom
bay kwam onlangs hier, om meer private subscribers op
Renter's telegrammen te wervenof na te gaan op
welke wijze aan de telegrammen maatschappij meerdere
inkomsten te verzekeren zouden zijn. Natuurlijk faalde
die poging, en het is te voorzien dat tegen Juli de
telegrammen van Reuter niet meer hier zullen aankomen.
Wij zullen er niet veel aan missen; als de agent alhier
de maatschappij had weten te instrueeren van 'tgeen
men hier van belang acht, zouden zijn telegrammen
ook meer waarde gehad hebben.
„De tijding, dat het kabinet afgetreden is, treft ons
te meer op het oogenblik dat het aoant-projci gereed
gemaakt is voor een haven van Batavia, die aan de
eischen des tijds beantwoordt, zoodat de hoop begon
levendig te worden dat binnen een vijftal jaren in die
dringende behoefte zou voorzien zijn. Zal ook dat over
groote belang geen speelbal der politieke partijen in
het moederland worden? Wij wenschen het, maar vree
zen er voor.
„De bijzonderheden van het plan zijn onbekend. Alleen
weet men dat het besluit genomen is, dat de haven
zal moeten kunnen dienen om de grootste schepen
daarin te kunnen laden en lossen. Uitbouwing van het
Oosterhavenhoofd tot in vijf vademen diepte lag voor
de hand.
„Omtrent de gevolgen van de uitbarsting van den
Merapi zijn treurige berichten ontvangen. Een week na
de uitbrarsting dampte de berg nog. Thans kan men
waarnemendat de in 1869 gevormde slakkenkegel
ingestort is. Een 200tal menschen zijn bij deze gele
genheid omgekomenbenevens veel rundvee en paarden.
Het landschap Bojolali, in het Solosche, is geheel ver
woest en de ellende is daar groot Prins Mangkoe
Negoro heeft 5000 aan de noodlijdenden gegeven. Ook
onderscheidene particuliere ondernemingen hebben veel
schade geleden.
„In Djocja is de troonsopvolging, een belangrijke
quaestie, geregeld. Den 25<«> Maart is de radhen Ajoe
Sepooh tot ratoe verheven. Den 24e" April volgde
daarop het gouvernementsbesluit, waarbij haar zoon als
kroonprins werd erkend. Den 6™ dezer is pangeran
Hario Hangabegbie, luitenant-kolonel, adjudant van
zijne exc. den gouverneur-generaal, ouder den titel en
naam van pangeran Adhipati Anom Hario Ilamang-
koenegoro hing kang Soedliikbio Rodjo Poetro Na
irn dhro Mataram tot kroonprins verheven.
„Den len Juni zal de spoorwegsectie Djokja-K latten
geopend worden. Een comité te Djocdja heeft zich
met de Samarangsche Handelsvereeniging verstaan om
dit feit feestelijk te vieren.
„De spoorweg Batavia—Buitenzorg heeft in de maand
Februari' opgebracht 3245.80 en die van Samarang
naar de Vorstenlanden 57,459.97."