MIDDELBÜRGSCHE COURANT. Maandag 20 Mei. 1° 119. 1872. Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2,n Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen. XDe prijs per 3/na., franco, is 3.£50. Middelburg 18 Mei. De tweede kamer der staten-generaal zal a. Donder dag, den 23"» dezer, des namiddags te 3 uren, eene vergadering houden. In ons nomraer van 3 Februari jl. is iqpit&ig gemaakt van het adres, hetwelk door liet hoofdbestuur dei- Maatschappij tot bevordering van landbouw en veeteelt in Zeeland tot gedeputeerde staten dezer provincie gericht is, terzake van het in November jl. vastgestelde reglement op het gebruik en de instandhouding dei- kunstwegen in Zeeland. Het derde der vijf vraagpun ten, waaromtrent dat hoofdbestuur een ollicieel onder zoek verzocht, luidde: „Of de meerdere breedte der velgen op wegen of bouwland in voebtiStikleierigen toestand verkeerende, zooals teil tijde van den oogst of de bemesting der landerijen niet weinig voorkomt, niet zooveel meerder trekkracht dan de thans gebe zigde door aanhechting van slib vereischen zal, dat het thans gebruikelijke tweespan onvoldoende cn de uitoefe ning van het bedrijf voor veler ondoenlijk worden zal?" Nadat gedeputeerde staten zich bereid verklaard had den om in overleg met den hoofdingenieur van den waterstaat en het hoofdbestuur der maatschappij een officieel onderzoek in te stellen omtrent dat derde vraagpunt, moest de krachtmeter der maatschappij eenige niet onbelangrijke wijzigingen ondergaan en onder anderen van een zelfregistreerenden wijzer voor zien worden. Door het langdurige drooge weder in de laatste helft van Maart en de eerste helft van April waren de wegen en het bouwland inmiddels te droog geworden, om eene proeve te kunnen nemen. Eerst na de vele regenbuien van de laatste weken kon men daartoe overgaanofschoon deze proeve niet als afdoende kan beschouwd wordenomdat de bouwlanden cn wegen thans, hoe nat ook, niet in genoegzaam voehtigen, kleierigen toestand verkeeren. LI. Donderdag nu werd onder de gemeente Arnemui- den, in tegenwoordigheid van twee leden van gedepu teerde staten, van den hoofdingenieur eu een ingenieur van den waterstaat, van twee leden van het hoofdbe stuur der landbo rw-maatschappijalsmede van een paar belangstellenden, eene proeve genomen. Een boe renwagen, belast met ongeveer 1COO kilogrammen gewicht, beurtelings van breedc en van smalle velgen voorzien, werd door een stuk braakland en door een kleiweg getrokkenterwijl de zelfregistreerende kracht meter de trekkrachtonder de verschillende omstan digheden vereischt, constateerde. Welke conclusie uit dit onderzoek getrokken mag worden is ons nog niet bekend. De Gazette van Eecloo meldde in haar jongste nom- mer dat thans ernstig gedacht werd aan een spoorweg van Heyst naar Sluis en verder naar Oostburg, IJzen- dijke en Axel, met zijtakken van Oostburg naar Bres- kens en van IJzendijke naar Basscvelde. Naar aanlei ding van ons onderzoek naar de waarde van dit bericht, ontvangen wij de volgende mededeeling: „Misschien is u bekenddat de Belgische kust, Knocke, Heyst, Blankenberghe, Ostende, door de navolging van het Nederlandsch treurig systeemwering der paal hoofden van de stranden en vervanging door lage steenen hoofden, het strand en duin zoodanig heeft zien afne men en verminderendat dé Belgische bladen er inder tijd onophoudelijk op aangedrongen hebben, dat daartegen krachtdadige voorzieningen van staatswege behoorden genomen te worden zooals ge weet is de gansche kust en oeververdediging in België ten laste van den staat en er speciaal op gewezen werdotn den van oudsher bekenden Grave Jansdijk te verhoogen en in zijn vroegeren staat van tegenweer of als inlaagdijk te her stellen, en daaraan heelt men den eenige jaren geleden tusschen Blankenberghe en Heyst boven over den zeer verhoogden en verzwaarden Grave Jansdijk aangeleg- den spoorweg te danken, voor welk werk door de Bel gische regeering een subsidie vau, naar ik meen430,000 franken verleend is. „Eene Belgische spoorweg-maatschappijalthans drie barer leden, de heeren Lauwers, bankier, en Noort, aan nemer, te Brugge, en de Meester,eigenaar vandegroote Kursaal te Heyst, hebben nu 12 a 14 dagen geleden eene conferentie gehad met het gemeentebestuur van Sluis, ter behandeling van hun voornemen, om, wanneer zij een behoorlijke'subsidie van de Belgische regeering mochten kunnen verkrijgen, waarop zij veel hoop hadden, om clien Grave Jansdijk ook dooreen daarop te leggen zeer te vermogen spoorweg, waar door ook dat deel des dijks waterkeerend worden zoude van Heyst tot Knocke en verder tot aan het Hazegras, of zij in dat geval, bij doortrekking van den spoorweg van het Hazegraslangs een van dam naar Sluis zich "uitstrekkende, thans binnen-polder- dijlc, op onze krachtige médewerking zouden mogen rekenen, te kennen gevende dat het in dezen meer te doen was om zedelijke ondersteuning en medewerking dezer zijds, dan wel om financieele hulp, die zij verklaar den dat geheel en al zou afhangen of men al dan niet, voor de aangehaalde verdere verzwaring van don Grave Jans dijk, van staatswege een belangrijk offer veil zoude hebben, en of ook te openen onderhandelingen met de rijke cn belangrijke Belgische grensgemeente West-Cappelle, voor eene, aan die gemeente te huigen richting, tot een goed resultaat leiden zal. „Mocht dit alles slagen, dan zouden zij vooreerst slechts concessie vragen tot Sluis, met het bepaalde voornemen echter, om die lijn later langs onderling te regelen plaatsen tot Breskens door te trekkenmet aansluiting onderweg eener lijn naar IJzendijke en ver der naar Oost-Vlaanderen. Dat hen van de verlangde zedelijke ondersteuning de verzekering is gegevenligt in de reden. Reeds voor de sluiting"der Belgische kamel en vóór de aanstaande verkiezingen aldaar hopen de ondernemers niet alleen in het bezit der concessie te zijn, maar tevens verzekerd te wezen van het rijks subsidie, en evenals men in weinige dagen 650,000 fran ken toegestaan heeft voor verbeteringen te Ostende aan te brengen, oordeelen sommigen het niet onmogelijk, dat niet alleen met een politiek doelmaar om de werkelijk noodige voorziening der Belgische vooroevers, de sub sidie zal toegestaan worden." Wij vernemen, dat voor het examen van surnumerair bij de posterijen, hetwelk in de volgende weck in den Haag zal gehouden worden zich 39 adspiranten hebben aangemeld. Ook zullen den 10en Juni voor liet eerst de examens plaats hebbendie ten gevolge van de meer en meer toenemende combinatie van posterijen en telegraphie voor de ambtenaren van laatstgemeld vak zijn ingevoerd. Niet minder dan 63 telegrafisten wenschen van hun be kwaamheden de bewijzen te kunnen leveren. Onze Raagsche correspondent schrijft ons het volgende van 17 dezer: „Van de ministerieele crisis niets nieuws: vage ge ruchten, bedruktheid bij de hoofdleiders der goed- conservatieven, wier overleg met de ultramontancn niet tot goede uitzichten schijnt geleid ie hebben; groote ijver der du minorum gentium van 't conservatisme als Nierstrasz, Sijpesteyn enz., die al met minister lijstjes in den zak loopen waarop geen van de twee graven van 1866, maar daarentegen de twee afgevaar digden uit Delft voorkomen: inkeer van de gcavan- ceerdendie zich reeds vooraf verklaard hebben voor de moties van vertrouwenwaarmede de meerderheid in de heide kamers het ministerie tot blijven zal trach ten over te halen, en waartoe, naar men zegt, in de eerste kamer de heer van Twist, en in de eerstdaags samen te komen tweede kamer de Rotterdamsche afge vaardigden het initiatief zullen nemengeheimzinnigheid eindelijk in de regeeringskringen, waaruit velen meenep te moeten afleiden dat deze pogingen niet geheel zon der gevolg zullen blijven, ziedaar in korte woorden de politieke toestand van den dag. Naar mijne opvat ting is de oorzaak dat er niets aangaande den loop der ministerieele crisis uitlekt, doodeenvoudig te zoeken in het feit dat de ministerieele crisis in het geheel niet loopt, masr in statu quo blijit. Het is dan ook waar lijk niet te verwachten dat de koning zich dóórdat de begrafenis van prinses Hendrik, die heden plaats heeft, is afgeloopen met de oplossing der crisis zal bezighouden. „Schoon alle beschouwingen en onderstellingen in deze omstandigheden dus tamelijk voorbarig zijn, wil ik toch een enkel woord wijden aan de in de „Vragen van den dag" in het Handelsblad aangegeven oplossing. De schrijver, achter wiens onderteekening Vmen hier ter stede terecht of ten onrechte den naam invult van een geavanceerd politicus in ruste, die vroe ger eene niet onbeduidende rol speelde in het parle ment, acht de optreding noodig van een ministerie uit alle fraction der liberale partij gevormdcn dus niet mank gaande aan het euvel van het exclusivisme dat hij Thorbecke bij de samenstelling van ministeriën verwijt. Thorbecke exclusivist als kabinetsformeerder! Ziedaar alweer wat nieuwsZou V. nooit gehoord heb ben van de ministers van Rosenthal, Pahud, Porstner die in het eerste kabinet Thorbecke zitting hadden en toch alles behalve tot ,de Thorbeckianenja zelfs niet eens tot de door V. genoemde „groote liberale partij" behoorden? Heeft V. vergeten dat in 1862 naast Thor becke de minister Blanken met eene portefeuille belast wasmede geenszins een geestverwant van den kabi- netsformcerder en, om het eigenlijk geïnsinueerd ver wijt van exclusivisme jegens de geavanceerde liberalen te wederleggenvonden in het door Thorbecke ge vormd ministerie van 1866 niet nevens de Waaldie den „gematigden vooruitgang" op koloniaal gebied ver tegenwoordigde en nevens van Lilaar, den protégé van Godefroi, de man van het jong Amsterdam, Fock, en. de mederedacteur van het tijdschrift van Nederlandsch- Indië, van Bossc, als uitdrukking van meer geavan ceerde begrippen hunne plaats? „Maar meer nog bewijst de opneming van den heer van de Putte in het ministerie van 1862een feit waar over wij niet dan gedwongen spreken, omdat de houding van deze minister jegens zijn ambtgenootcn ons geen aangenaam onderwerp van bespreking is. Tijdens diens ministersschap kwam de eigenlijke „geavanceerdheid" op, zooals de Nieuwe Rotterdamsche courant dezer dagen terecht opmerkte, geen verschil van gevoelen betreffende op politiek terrein, maar eenvoudig te ver klaren uit persoonlijken wrok van sommigen en, voe gen wij er hij, uit het coeur leger van enkelen, ieder kent de geheime geschiedenis der quacstie „wet of besluit," en ieder weet dat die quaestie al weer aange stookt werd door KappeijneWetende dat Thorbecke en Olivier vasthielden aan de invoering van het Indisch strafwetboek bij de wet, en zijn stelsel in den minister raad eerst niet kunnende doordrijven, zocht en vond de heer van de Putte hulp bijKappeijnedie zijne berucht geworden interpellatie deed, welke aanleiding gaf tot eene nieuwe behandeling in den ministerraad en Thorbecke en Olivier uit het ministerie verdreef. „Al ware de heer Thorbecke dus op het oogenblik ook min of meer exclusief tegen de mannen der „geavanceerd- heid"men zou moeten erkennen dat hij er reden toe had. Dit alles schijnt V. vergeten te hebben: frischthij zijne memorie hieromtrent eens opdan gelieve hij meteen zich nog eens te herinneren op wiens weigering in 1871 de vorming afstuitte van een „uit alle fracties der libe rale partij gevormd" ministerie, waarin de heer Thor becke zelf niet zou optreden." O ITDEïUWTJ S De gemeenteraad van Retranchement heeft tot hulp onderwijzer benoemd den heer II. M. Hubregtse, thans hulponderwijzer te Goes. KERKNIEUWS. Door den hijzonderen lcerkeraad van de Neder- dnitsche hervormde gemeente alhier is, ter vervanging van den heer Jeijskoot, tot godsdienst-onderwijzer en krank- bezoeker dier gemeente benoemd de heer J. J. Bertel van Veere. Het Dagblad van 's Gravenhage verneemt dat de groote lcerkeraad der Evangelisch-Luthersche gemeente

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 1