MIDDELBÜRGSCHE
COURANT.
F110.
Donderdag
1872.
9 lei.
Dit "blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2cn Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
Do prijs per 3/m., franco, is f 3.£»0.
Middelburg 8 Blei.
De Nieuwe Rotterdamsche courant oordeelt dat de
tweede kamer maait wat zij gezaaid heeft en het haar
eigene schuld is dat zij den aftocht heeft moeten blazen.
Dat de ministers niet hebben voldaan aan de uitnoo-
diging om met de kamer in verder overleg te treden
wordt door genoemd blad verdedigd op grond van
de naar onze meening zeer gewaagde stelling dat
art. 89 der grondwet van de hoofden der ministerieele
departementen spreekt, en dat er thans geen wettige
hoofden meer zouden zijn, omdat de ministers in
afwachting zijn van 's konings beslissing.
Het "Vaderland keurt het af dat het ministerie-Thor-
becke „het hazenpad heeft gekozen." De herziening
der belastingen stond toch niet in de eerste plaats
op het kabinetsprogramma. Eerst had de verbetering
der defensie moeten in aanmerking komen en dan naar
vermeerdering der middelen en gelijkmatiger verdeeling
der te dragen lasten moeten worden omgezien. Ook na
de verwerping van de linancicele voordracht van den
minister Blussé was er nog geen enkele reden om te
meenen dat de vertegenwoordiging aan de regeering
de middelen zou onthouden om haar militaire plannen,
eenmaal goedgekeurd, ten uitvoer te leggen. Niets
belette dat, zoo niet de heer Blussé dan een ander
minister van financiën, een ander wetsontwerp tot her
ziening van het belastingwezen in tverband met de
defensie zou indienen. De toon der oppositie was zel
den welwillender, en de regeeriug is dus zonder nood
zakelijkheid op de vlucht gegaan. „Zij kan volgens
Het Vaderland de verdenking niet ontgaan dat zij
wellicht ook in verband met do klimmende jaren en
verzwakte gezondheid van dou heer Thorbecke, voor
de uitvoering van haar programma is teruggedeinsd,
en gretig de eerste en beste gelegenheid heeft aange
grepen om zich daaraan te onttrekken."
De Staats-courant van heden bevat het „Reglement
houdende vaststelling van den hofrouw, uitgeschreven
bij gelegenheid van het overlijden van H. K. H. me
vrouw de prinses Hendrik der Nederlanden."
De kamer van koophandel en fabrieken te Dordrecht
heeft besloten, de door den heer Kol ff van Oosterwijk
gevraagde concessie voor de afdamming van het Haring
vliet en het Vuilegat en den aanleg van een scheep
vaartkanaal door Overflakkee, met een spoorweg van
den mond van dat kanaal naar Rotterdam en Dordrecht,
niet te ondersteunenen wel omdat door die afdamming
voor Dordrecht de waterweg langs het Haringvliet en
Hellevoetsluis naar zee zou worden afgesloten en dus
verloren gaan, en de aan te leggen spoorweg de minder
gewenschte overbrugging der Kil zou vereischen.
Aan de Staats-courant van heden ontleenen wij het
volgende
„Volgens mededeeling van den afgetreden waarnemen-
den gouverneur der Nederlandsche bezittingen ter kuste
van Guinea, den heer Fergusongedagteekend 8 April jl.
en verzonden van de reede St. George d'Elmina, aan
boord van 7j. M>. stoomschip CitSdel van Antwerpen,
heeft de overdracht en feitelijke overgave der Neder
landsche bezittingen aan de Britsche autoriteiteninge
volge de overeenkomst van 25 Februari 1871 (goedge
keurd bij de wet van 20 Januari 1872, Staatsblad n°. 6,
en den 17«n Februari 1872 te 'sHage geratificeerd) op
den 6en April jl. plaats gehadterwijl het onnoodig is
geacht de aankomst van het fregat Admiraal van Was-
senaer en van den commissaris voor de overdracht af
te wachten.
„De overdrachtgeschieddehinnen het kasteel St. George,
in het openbaar en in tegenwoordigheid en met toe
stemming van de koningen hoofden en negerbevolking
van Elmina, Chama en Saccondee.
„Noch voor, noch tijdens of na de overgave, is
eenige tegenstand ondervonden. De beste orde is voort
durend bewaard gebleven.
„Zoo wel door den heer Ferguson, als door den heer
Hope Hcnnessy, gouverneur en hoofdadministrateur van
de Britsche nederzettingen in Westelijk Afrika, zijn
proclamatiën uitgevaardigd.welke aan alle aanwezigen
in de „Palabber zaal" (groote openbare raadzaal) van
het kasteel en op het plein voor de poort van het kas
teel zijn voorgelezen en duidelijk vertolkt, en daarna
op de gewone wijze behoorlijk zijn aangeplakt.
„Het bezetten der forten en het aftrekken der Neder
landsche troepen had. met alle militaire honneurs plaats
volgens een programma, opgemaakt door de respectieve
kommandanten van de Nederlandsche en van de Brit
sche zeemacht.
„De verwisseling der vlaggen geschiedde in dier
voegedat na de overgave de Engelsche vlag geheschen
werd naast de Nederlandsche, en beide vlaggen, gesalu
eerd met 101 schoten, naast elkander bleven wapperen
tot zonsondergang.
„Dadelijk na de overgave heeft de heer Ferguson
zich begeven aan boord van de Citadel van Antwerpen,
waarop hij zijn verblijf heeft gekozen.
„Omtrent de overgave der buitenforten en verdere
schikkingen van minder belang, worden nadere berich
ten gewacht.
„Van de overgave en overname is op den Go April
een proces-verbaal opgemaakt, in tegenwoordigheid
behalve van de gouverneursaan de zijde van het
Nederlandsch gouvernement, van de lieeren: J. J. Boe
len, kommandant van Zr. Ms. zeemacht ter reede van
St. George d'Elmina, mr. E. J. Huber, dr. F. M. Lu
ther, G. E. Eminsang en W. Smith; aan de zijde van
het Engelsche gouvernement, van zijne excellentie den
administrateur H. T. Ussher; den commodore J. E.
Commerell, kommandant van de zeemacht in de stati
ons van Kaap de goede hoop en Westelijk Afrika; en
de heeren C. S. Salmon, D. P. Chalmers en R. S. Turton,
welke allen het proces-verbaal hebben onderteekend."
BENOEMINGEN EN BESLUITEN.
eereteekenen. Toegekend, als blijk van 'skonings
goedkeuring en tevredenheid, wegens de redding dei-
bemanning van het op 20 November 1871 nabij de
haven van Ancona verongelukt Nederlandsche koopvaar
dijschip Cornelia Suzanna, aan G. Gualandi, haven
meester te Anconaen B. Yiolinihavenschipper aldaar,
ieder de zilveren medaille, ingesteld bij besluit van
22 September 1855, n°. 64, alsmede een loffelijk ge
tuigschrift; aan C. Malucci, A. Trau, G. Piers anti,
M. BrauraA. FerrettiM. Ferretti en P. Catenazee
lieden, ieder de bronzen medaille, ingesteld bij genoemd
besluit, alsmede een loffelijk getuigschrift, en aan de
Societa di Salvataggio pei naufraghi, gevestigd te An
cona, onder wier leiding en op wier kosten de hulp
verleend werd, mede een loffelijk getuigschrift.
notarissen. Vergund aan L. L. Woutersenom zijne
notarieelc standplaats over te brengen van de gemeente
Serooskerke naar de gemeente Middelburg.
vereenigingen. Benoemd tot voorzitter van liet
hoofdcomité der Nederlandsche vereeniging tot hetver-
leenen van hulp aan zieke en gewonde krijgslieden in
tijd van oorlog, 's konings adjudant-generaal, de ge
pensioneerde luitenant-generaal jonkheer F. V. A. rid
der de Stuers.
ONDERWIJS.
De uitslag van de examens voor het lager onderwijs
in Noord-Hollandvan 3 April tot 4 Mei jl. gehouden,
is weder niet gunstig. Van de 60 als hoofdonderwijzer
geëxamineerden zijn slechts 9 toegelaten, van de 78
adspirant-hoofdonderwijzers 30, van de 36 geëxamineer
den als onderwijzer in de Fransche taal 13, van de
6 geëxamineerden als onderwijzer in de Hoogduitsche
taal 2van de 8 geëxamineerden als onderwijzer in de
Engelsche taal 2, van de 20 geëxamineerden in de
wiskunde 8, van de 17 geëxamineerden als onderwijzer
in de gymnastiek 9, van de 23 geëxamineerden als
onderwijzer in het teekenen 7.
Als hoofdonderwijzeres werden 7 van de 10 candi-
daten toegelaten, als onderwijzeres in de Fransche taal
25 van de 47als onderwijzeres in de Hoogduitsche
taal 4 van de 8, als onderwijzeres in de Engelsche
taal 10 van de 16, als onderwijzeres in het teekenen 2
van de 5, als onderwijzeres in de handwerken 42 van
de 56. Als onderwijzeres in de gymnastiek werd eene
candidaat geëxamineerd, die echter niet is geslaagd.
De voordracht voor een directrice der hoogere
burgerschool met driejarigen cursus voor meisjes te
Amsterdam, bestaat uit: mej. M. 11. Westerman Hol-
stein, directrice aan de middelbare school voor meisjes
te Arnhemmej. H. J. von Schubertzdirectrice aan
de meisjes-burgerschool voor middelbaar onderwijs te
Haarlem, en mej. B. T. de Boevé hoofdonderwijzeres
aan de gesubsidiëerde school van meer uitgebreid lager
onderwijs voor meisjes te Zwolle.
KERKNIEUWS.
De heer A. Steketee, predikant bij de Christelijk
gereformeerde gemeente te Zaamslag, heeft ten tweeden
male een beroep ontvangen naar die gemeente te Bergum,
bij Leeuwarden.
MARINE EN LEGER.
De luitenants ter zee 2c klasse P. Ie Comte en
E. Kempedienende respectievelijk aan boord van Zr. M».
raderstoomschip Valk en wachtschip te Hellevoetsluis,
worden met den 15en dezer op nonactiviteit gesteld;
terwijl met den 16en daaraanvolgende worden geplaatst:
aan boord van eerstgenoemd stoomschip de luitenant
ter zee 2« klasse C. J. de Jongen aan boord van
laatstgenoemd wachtschip de luitenants ter zee 2« klasse
G. J. Buyskes en B. de Groot.
GEMENGDE BERICHTEN.
In de Belgische dagbladen van heden is een brief
van den heer Beijens in de Nederlandsche en Fransche
taal opgenomen, waarin hij met het oog op den natio-
nalen rouw in Nederland in bedenking geeft, om het
voorgenomen verbroederingsfeest voorlóopig uit te stellen.
De gemeenteraad van Hellendoorn neemt voor
f50,000 deel in de prioriteitsleening van f 1,600,000
voor den spoorweg ZwolleAlmelo.
Door een noodlottig toeval is eergisteren avond
bij het ophalen van de hijsehmachine in het militair
hospitaal te Amsterdam, waarmede de zieleen worden
op-en afgelaten, het touw uitgeschoten en de machine
plotseling nedergestort. De sergeant-ziekenvader Ver
loop, die den toestel op hoofd en beenen kreeg, is daar
door oogenblikkelijk gedood.
Volgens de Landbouw-courant legt een hen in den
gewonen loop van een kippenleven in het eerste jaar 20,
in het tweede 120, in het derde 135, in het vierde 114
eieren, en neemt dat aantal in de volgende jaren gere
geld met 20 af. In het gunstigste geval legt zij in haar
negende jaar slechts 10 eieren. Hij die derhalve voe
ding en voortbrenging met elkander in overeenstemming
wenschtboude de hennen niet langer dan tot aan het
einde van haar vierde levensjaar, tenzij er sprake is
van voortplanting van kostbare rassen.
Uit Limburg aan de Lahn wordt gemeld, dat het
groote dorp Niederbrechten op 30 April jl. door brand
is vernield. Niet minder dan 96 woningen, benevens
110 schuren en stallingenzijn door de vlammen
verteerd. Het was niet mogelijk het vuur te bedwingen,
omdat geen voldoende watervoorraad aanwezig was en
een felle wind de vlammen te sterk aanwakkerde. Meer
dan drie vierde der bevolking is tijdelijk van dak
en have beroofd, want de brand nam zoo snel toe,
dat schier niets kon gered worden.
Het bestuur van het Protestantsch weeshuis in
het voormalig Augustijnsch klooster te Erturt is thans
bezig met het bijeenbrengen van gelden tot herstel of
herbouw van de gedeelten van bet klooster, welke bij
den brand in Maart beschadigd of vernield zijn, als: in
den oostelijken vleugel de zwaar beschadigde cel van
Luther, benevens de kerk waar hij de priesterwijding
ontvangen en bij zijn doorreis naar Worms gepredikt
beeft; in den westelijken vleugel de Martini-stichting,
sinds 1846 een asyl voor havelooze kinderen. In dien-