MIDDELBURGSCHE
COURANT.
N° 134.
Donderdag
22 Augustus.
1867.
Editie van Woensdag avond 8 uren.
Middelburg 21 Augustus.
Onze provincie mag zich op dit oogenblik verheugen
111 een bezoek van een der meest beroemde mannen dezer
eeuw. Victor Hugo zette vergezeld van een viertal
^den zijner familie, waaronder ook zijn zoon Frangois
'ctor, die zich door zijn uitmuntende vertaling van Sha-
®8Peare een rechtmatige vermaardheid heeft verwor-
Maandag morgen te Wemeldinge voet aan wal.
jai»i werden de belangwekkende reizigers door den heer
A. A. Fransen van de Putte afgehaald, onder wiens
êeleide het merkwaardigste der stad, met name do groote
het raadhuis en de tijdelijk geopende tentoonstel-
nS van voorwerpen van kunst en smaak, bezichtigd
erd. Tegen den avond kwam de beroemde balling
et zijn gezelschap te Middelburg aan, waar onze
e S0ver-redactenr de eer had hen aan zijn tafel te zien
verder tot geleide te verstrekken. De dag van gisteren
t(l besteed aan de bezichtiging der merkwaardige tapij-
waarmede de vergaderzalen van de provinciale en
®eputeerde staten behangen zijn, het archief en de
'otheek der provincie, de verschillende lokalen van het
j. °vinciaal gerechtshof, met de daar aanwezige Gobe-
de kabinetten van het Zeeuwsch genootschap der
Genschappen, voorts na een oogenblik toevens in
e Sociëteit op de markt, waar namens de directie ver-
^nhingen werden aangeboden het raadhuis en
."aar ;n het bijzonder de verzameling der op Middel-
,ltS betrekking hebbende oudheden, en eindelijk het
T>.aa'graf der gebroeders Bvertsen in de Nieuwe kerk.
<kze bezoeken werd zoowel door den griffier der
e0, als door den archivaris, den substituut-griffier
0 het hof, een.der bestuurders van het Zeeuwsch ge-
j °'schap der wetenschappen, mr. M. F. Lantsheer, en
11 secretaris der gemeente de meeste voorkomendheid
aa den dag gelegd.
Alles werd door den heer Hugo bezichtigd met
11 belangstelling die alleen het eigendom kan zijn
v 11 iemand van buitengewoon uitgebreide kennis en
r'£e verbeeldingskracht, eigenschappen die bleken
I in niet geringe mate het deel te zijn van zijn
btgenooten. Het diner werd gebruikt te Domburg, in
omstreken de reizigers onderscheidene uren met
j. 'jhbaar welgevallen hebben vertoefd en waarvan de
6 ®'ijke wandelingen, zoo wel als het heerlijke land-
Zeegezicht dat men op de duinen geniet, vooral bij
1®D Sfooten dichter een diepen indruk scheen achter te
gleden morgen werd de reis naar Vlissingen en verder
s'oomboot over het Zijpe naar Zierikzee voortgezet.
Jt °nzen lezers het leven en streven van den burggraaf
Voole Victor Hugo te schetsen zou even onmogelijk als
b r velen overtollig wezen. Eene volledige leveus-
v0 Uving te leveren ware een taak die wellicht alleen
Ifeh echtgenoot is weggelegd. Maar zelfs in korte
le e" de hoofdmomenten van een zoo veel bewogen
'n herinnering te brengen en op de voortreffelijkste
er dichterlijke voortbrengselen slechts terloops te
V6t et!' zou vrij wat meer kalm nadenken en onderzoek
bJ"*Aen, dan waartoe men onder den indruk van zijn
zich nederzetten kan. Het valt licht zijn Odes
}etj a"aden (waarvoorChateaubriand hem den bijnaam van
tij toekende),zijn Dernierjour d'un comdamné,
e Dame de Paris, zijn Misérables en zijn Travail-
O 'a roer in eenen adem te noemen,of er den lof van
de bazuinen, maar vrij wat zwaardere taak zou het wezen
"iet"''1'8'0 P'aa^s aan te wijzen die elk dezer werken,
der Z°° menig ander, in de geschiedenis der letterkunde,
t;VtSa®enleving, der politiek en der beschaving inneemt.
ügt het binnen ons bereik den invloed aan te
f''en sommige staatkundige gebeurtenissen op zijn
l^Qg C<^ en geest hebben uitgeoefend. Den 26 Februari
berejp')oreni had Hugo den vijfjarigen leeftijd nog niet
>8eds5t' 'oen bij zijn vader, kolonel in Franschen dienst,
%ev0) V^Q ®esanSon naar Elba, Parijs, Rome en Napels
Sd was. Was die eerste jeugd reeds het zinnebeeld
van een verder leven? Welke gewaarwordingen zijn
door Hugo niet doorleefd van het oogenblik toen de
generaal Lahoiie, van wien hij onderwijs genoot en dien
zijne moeder voor de nasporingen der Napoleontische
politie verborgen hield, verraden en ter dood gebracht
werd en welke gebeurtenis in het jeugdige gemoed
een zoo krachtigen indruk achterliet totdat Palmer-
ston de hand leende aan Napoleon, om hem in 1855 het
verblijf op Jersey te ontzeggen, van waar hij zich sedert
op Guernesey gevestigd heeft. Al deze gewaarwordin
gen raakten het innigste gemoedsleven, een leven, waar
van te nauwernood een trouw vriend of liefhebbende
echtgenoote den sluier kan opheffen.
Wat echter wol onder ieders beschouwing kan ge
bracht worden is niet alleen het verhevene zijner talrijke
gedichten, den steeds afwisselenden altijd schitterenden
vorm waaronder elke uiting van zijn geest zich vertoont,
maar ook de volharding en de waardigheid, die hem,
niettegenstaande zijne vervolgingen, ziju bijgebleven.
Victor Hugo behoort zeker tot die weinigen die na hun
dood beter zullen gewaardeerd worden dan gedurende
hun leven.
Thans op 65jarigen leeftijd bezit Hugo nog in vele
opzichten het vuur der jeugd tegelijk met den ernst van
den grijsaard. Zjjn blik herinnerde ons aan een regel in
een zijner gedichten:
»Et 1'on voit de la (lamme aux yeux des jeunes gens,
Mais dans 1'oeil du vieillard on voit de la lumière."
In zijn oogopslag ontdekt men echter beide. Zijn
stemming schijnt thans evenwel meerendeels tot het
ernstige over te hellen. Ontlokt nu en dan een vertrou
welijk gesprek hem een klacht over geleden onrecht
meer dan éen kenteeken vertoont in hem den man die
veel doorworsteld heeft zoo brengt wat hij goeds,
schoons en edels op zijn weg ontmoet, hem in eene opge
wekte weldadige stemmiDg, in welke hij ook hen die hem
omringen, weet te doen deelen.
In de heden namiddag alhier gehouden zitting van
den gemeenteraad is den heer C.Brunings,opzijn verzoek,
eervol ontslag verleend als lid der commissie van toe
zicht op de scholen voor middelbaar onderwijs, wegens
vertrek naar elders.
Een request van eenige slachters die de intrekking
verzoeken van de bepaling, volgens welke bij invoer van
vee een certificaat van oorsprong van den burgemeester
moet worden overgelegd, inhoudende de verklaring dat
in de plaats van herkomst iu de laatste twee maanden
geen veeziekte heeft geheerscht— is verzonden naar de
commissie voor de strafverordeningen.
Een ingekomen nader adres van den heermr.C. J. Pieké
betreffende den verlangden strook gronds op de wande
ling tnsschen de Noord- en Koepoort, is, in verband met
het in de vorige week omtrent het eerste adres uitgebracht
rapport, gesteld in handen der commissie ad hoe.
Het voorstel tot plaatsing van een herkenningsteeken
aan den mond der haven is goedgekeurd.
Den rector van het gymnasium is met algemeene
stemmen, overeenkomstig de voordracht van curatoren,
eene gratificatie van f 600 toegestaan, wegens zijne ver
richte meerdere werkzaamheden tijdens het niet aanwezig
zijn van een conrector.
De rekening van den schuttersraad is goedgekeurd.
Op een rapport betreffende de voor een nommerverwisse-
laar bij de schutterij verschuldigde doch niet betaalde
contributie, is de beraadslaging aangehouden.
De rekening der gemeente over 1866 is gearresteerd.
Het gewoon verslag van het in deze zitting verhan
delde deelen wij in een volgend nommer mede.
„Naar ik vernomen heb\zullen de miliciens, tot dit
regiment behoorende, alhimr niet in garnizoen komen,
maar elders worden ingedeéid."
Gisteren morgen werd te Goes eene vergadering ge
houden van burgemeesters en secretarissen van eenige
gemeenten in Zuid-Beveland, om te spreken over het
oprichten van een weeshuis, ten einde het lot der weezen
te verbeteren. De aanleiding tot deze bijeenkomst waren
beschouwingen over weezen-verzorging van den heer
J. A.Geill jr. te Nisse, welke in de Goesschc courant waren
opgenomen. Na lang beraad werd beslotenom burge
meesters en secretarissen en onderscheidene hoofden van
armbesturen over drie weken tot een vergadering op te
roepen, ten einde over het al of niet wenschehjke van
de oprichting van een weeshuis te spreken.
De gemeenteraad van Yerseke heeft besloten, om,
wegens enkele te Rotterdam voorgekomen cholera-ge-
valien, dit jaar de kermis niet te doen plaats hebben.
De Staatscourant van gisteren bevat een tweede en
laatste aankondiging der algemeene commissie vau liqui
datie der zaken van de voormalige wees en momboir-
kamers, gevestigd te 's Gravenhage, betreffende de
voormalige weeskamers van Koudekerke, West-Souburg,
Oost Souburg en Biggekerke.
Te Maassluis is, volgens de Nieuwe Rotterdamscbe
courant, een 23jarig meisje, dat Zaterdag en Zondag de
Rotterdamsehe kermis had bijgewoond, gisteren aan
cholera overleden.
Men schrijft ons heden uit Vlissingen
„Dr. J. Sas, inspecteur van den geneeskundigen dienst
der landmacht, heeft zich alhier eenige dagen opgehou
den tot het instellen van een onderzoek naar de heer-
schende oogziekte onder de militairen en hare oorzaken
vooral ook ïn verband met het al of niet alhier in gar
nizoen leggen der opgeroepen lichting van 1863.
De minister van binnenlandsche zaken heeft dd. 15 Au
gustus jl-, de volgende circulaire gericht aan de commis
sarissen des konings:
„Enkele gevallen van cholera zijn te Rotterdam waar
genomen. Hoe betreurenswaard dit feit moge zijn, geeft
het noggeeneaanleiding tot ernstige bezorgdheid, zoo lang
die ziekte geene epidemische uitbreiding erlangt. Het
is echter de plicht van de regeering en van gewestelijke
en plaatselijke besturen, om onverwijld maatregelen te
nemen tot wering der cholera, voor zoover die maatre
gelen niet reeds genomen zijn. Bij mjne circulaire van
14 Februari 1!., no.236 (9eafd.),wees ikuhoogedelgestr.
op de noodzakelijkheid, om met het nemen van maatre
gelen niet te wachten totdat de cholerazich in ons midden
vertoonde, maar vooraf alles te doen wat.mogelijk is, om
voor de volksgezondheid schadelijke omstandigheden weg
te nemen, en verzocht n, de aandacht der gemeente
besturen nadrukkelijk hierop te vestigen, met opsomming
van de punten, welke in de eerste plaats voorziening
vereischen.
„Ik acht het niet ondienstig u hoogedelgestr. thans aan
die circulaire te herinneren, alsmede aan die van mijnen
ambtsvoorganger, van den 23 April 1866, geplaatst in
de Staatscourant van den 25 April van dat jaar, en aan
mijne circulaire van den 19 Juni 1866, no. 238 (9e afd.).
„Het is van het grootste belang, dat overal door de
gemeentebesturen de in die circulaires aanbevolen maat
regelen onverwijld worden genomen,en dat zij met kracht
en energie worden uitgevoerd, opdat niets verzuimd
worde wat in 'smenschen macht is, om de verbreiding
der cholera tegen te gaan of, zoo zij ergens binnendringt,
bare kracht te verzwakken.
„Ik verzoek u hoogedelgestr. de gemeentebesturen, bij
do mededeeling van het bovenstaande, te wijzen op de
groote verantwoordelijkheid, die volgens onze staatsin
stellingen ten opzichte van de zorg voor de gezondheids
belangen der gemeente op hen rust.
„Aan de besturen der gemeenten, waar in den loop
van deze of der eerstvolgende maanden kermissen of
jaarmarkten zouden gehouden worden, zal iu ernstige
overweging behooren gegeven te worden, die dit jaar
niet te doen plaats hebben, wanneer de cholera onver
hoopt eene epidemische verbreiding in een deel van het
rijk bekomen moeht.
„Aan allen zij verder aanbevolen het vaststellen van
verordeningen, zooals te Maastricht en te 's Gravenhage