ÏHIDDILRURGSCHE
C O U R AIV T.
1852.
Zaturdag
18 December.
v
sv'ïv.; \:A.
Ni H
iScetuvcu ca Qbmttnölraticu.
stjlthewjile militie,
limuïatïrtubschc STijbiitgctu
Buttcnlattbsidie &ijbi«0cn.
■5
A.ASTB E Si TE liïXti.
Op Donderdag den 30 December 1852des voormiddags
ten 10 ure, zal, onder nadere goedkeuring, door den Staats
raad Commissaris des Iïonings in de Provincie Zeelandof
bij zijne afwezigheid door een der Leden van de Gedepu
teerde Statenen in bijzijn van den Hoofd-Ingenieur van den
Waterstaat, in het elfde District, aan het' Lokaal van het
Provinciaal Bestuurte Middelburg worden aanbesteed
Wiet boutven van eene Steenen Suatiesluis aan
rfe Hfoord&ijde van het Eiland Schoutvenin
den xoogenaamden tossenhoeh betvesten lirou-
tvershavent alles met de vereischte Materialen.
Deze Aanbesteding zal geschieden bij inschrijving en opbod.
Het Bestek zal ter lezing liggen aan het Lokaal van het
Ministerie van Binnenlandsche Zaken, aan dat van het Pro
vinciaal Bestuur van Zeeland, te Middelburg, en op alle
zoodanige plaatsen, alwaar gewoonlijk de bestekken van Water
staats-werken, in gemelde Provincie, ter lezing worden gelegd.
Acht dagen vóór de Besteding zal do noodige aanwijzing
in loco worden gedaan, en voorts nadere Informatien te be
komen zijn bij den Hoofd-Ingenieur van den Waterstaat, in
het elfde District, te Middelburg.
De Minister van Binnenlandsche Zakeu
TIIORBECKE.
De Burgemeester en "Wethouders van jtSiddelhurg
brengen bij deze ter kennis van een iegelijk dien zulks zoude mogen
aangaan, dat, ter voldoening aan de bepalingen, voorgeschreven bij
de Wetten van 8 Januarij 1817 en van 27 April 1820, betreffende
de Nationale Militie, op den 3 Januarij aanstaande zal worden ge
opend het Register van Inschrijving tot de loting voor dezelve Militie.
Dat dit Register dagelijks (uitgenomen des Zondags), des namiddags
van 12 tot 3 uren, op de Secretarie zal gereed liggen tot en met
den 20 derzelfde maand dat hetzelve alsdan opgemaakt en door het
Hoofd van het Bestuur onderteekend zal worden, en dat de zoodani-
gen welke daarna worden bevonden in hunne verpligting nalatig te
zijn gebleven, tot en met den 28 Januarij nog op het Register zullen
worden gebragt, doch met eene boete van 3 tot 100 Gulden gestraft
moeten worden en dat de nalatigen, die eerst na den 28 Januarij
zullen worden ontdekt, dadelijk gearresteerd moeten worden, om tot
de dienst te worden ingelijfd, zonder tot het aanvoeren van eenige
reden van vrijstelling te kunnen worden toegelaten.
Er worden mitsdien alle Jongelingen luin domicilium of vaste
woonplaats binnen deze Gemeente hebbende welke op den eer
sten Januarij 1853 hun negentiende jaar zullen zijn ingetreden
en hetzelve niet hebben volbragten dus alle die in het jaar 1834 ge
boren zijn, bij deze opgeroepen en aangemaand om zich op voor
schreven plaats en uren vrfór den 20 der maand Januarij aanstaan
de, ter inschrijving in het Register aan te dienen, met overlegging
van een extract tot opgave van den datum hunner geboorte; gelijk
de Ouders, Voogden, Curators ofGeinagtigden van afwezigen worden
opgeroepen, om hunne Kinderen of Pupillen binnen den bepaalden
tijd ter inschrijving aan te geven en alsdan aan het Gemeente-Bestuur
zoodanige onderrigtingen te verschaffen of te doen verschaffenals
van de Lotelingen zeiven zouden kunnen worden verlangd; wordende
voorts aan al de Jongelingen, die hun negentiende jaar zijn ingetre
den, hij deze te kennen gegeven, dat zij zich na den 1 Januarij 1853
noch vrfór den 1 Junij daaraanvolgende tot gcene vrijwillige Militaire
Dienst hij de Armee te Land of ter Zee kunnen of mogen verbinden,
naar aanleiding der bepalingen dienaangaande, vervat in Art. g4 Litt.
gg der Wet van den 8 Januarij 1817; terwijl al verder, tot voorko
ming van alle misvatting welke zoude kunnen ontstaan met betrek
king tot de vcrpllgtingen die hij de bestaande Wetten worden voor
geschreven aan de belanghebbende Ingezetenen dezer Gemeente bij
dezewordt onder het oog gebragt:
3.) Dat alle Jongelingen, in den jare 1834 alhier geboren, en
alhier hunne woonplaats hebbende moeten worden ingeschreven zon
der onderscheid of voor hen al dan niet eenige reden van vrijstelling
kan worden bijgebragt.
2.) Hat gehuwden en afwezenden ook in de inschrijving moeten
worden begrepen, en dat de gehuwden hunne bewijsstukken bij den
Militie-Raad moeten overleggenop hetzelfde tijdstip hetwelk tot
overlegging van andere bewijzen van vrijstelling bepaald wordt.
3.) Dat de Ouders Voogden en Regenten verpligt zijn hunne Kin
deren of Pupillen in persoon, of door iemand daartoe geinagligdte
doen inschrijven, en daarin nalatig blijvende, verbeuren zullen de
boeten bij de bestaande wetten bepaald.
4.) Dat de straffen op het niet voldoen aan de verpligtingen be
trekkelijk de inschrijving, zijn vermeld in de Artikelen 53, 65, 64,
65, 66, 67, 68 en 166 der Wet van den 8 Januarij 1817 en in
Art. 10 en 11 der Wet van den 27 April 1820.
5.) Dat nopens de woonplaats of het domicilium van inschrijving
bij Art. 56 der Wet van den 8 Januarij 1817 het volgende is bepaald:
«De wettige woonplaats of domicilie, voor de inschrijving hier-
boven vermeld, wordt gehouden: voor hen die ongehuwd zijn, de
woonplaats der Ouderen, en bij overlijden van beide, die van den
o cerstbenoemden Voogd; voor de gehuwden, de plaats alwaar zij hun
bestaan hebben;in twijfelachtige gevallen omtrent gehuwden, zal
b voor dc wettige woonplaats gehouden worden die plaats, alwaar zij
n op den 1 Januarij van elk jaar, tot de uitoefening van eenig beroep,
B Patent hebben bekomen, of wel voor het middel van het Personeel
b en Mobilair, of dat hetwelk in de plaats daarvan zoude mogen
b worden geïntroduceerd, beschreven zijn, en voor zoo verre zij daar
0 in niet beschreven zijn, noch Patent hebben bekomen, de plaats,
b waar zij zich bevinden; met deze verdere bepalingen, dat zij, die
o in een vreemd Land, uit Ouders, ter oorzake van 'sLands dienst
afwezend of anderzins op reis zijnde, buiten het Rijk zijn geboren,
s zullen worden ingeschreven binnen de plaats, alwaar zij hunne wettige
n woonplaats hebben; dat Jonge Lieden, door hun Vader of Moeder
Voogd of Curator achtergelaten, en geen bestaan hebbende, op de
3 lijsten van die Gemeente zullen worden gebragt, alwaar hunne Ou-
a ders, eerst in rang benoemde Voogd of Curator, het laatst hunne
b woonplaats hebben gehaden wanneer deze woonplaats niet bekend
b mogt zijn, of dat dezelve buiten het Rijk is gelegenop die van de
b plaats alwaar zij zich bevinden.
Zij, die geene Ouders, Voogden pf eigen bestaan hebben, zullen
worden ingeschreven op de plaats alwaar zij zich bevinden.
De Gealimcntecrden en Kinderen in Godshuizen en liefdadige Ge-
stichten zullen worden ingeschreven in de plaatsen, alwaar dc Gods-
b huizen zijn gelegen of de alimentatie geschiedt.
b Ten opzigte van de Gevangenen, welke in de jaren der loting val-
b len zullen de Regenten der Gevangenissen verpligt zijn, voor den
a 10 Januarij aanstaande aan het Bestuur van de Gemeente?, alwaar
die Gevangenen hunne vaste woonplaats hebben, eene naauwkeurige
b opgave te doen van alles, wat hetzelve voor de opschrijving noodig
a heeft te weten, met bijvoeging der misdaad, waarvan zij beschul-
digd of om welke zij veroordeeld zijn geworden en van den tijd voor
a denwclken zij zijn geconfincerd."
6.) Dat bij het laatste lid van Art. 5g van evengemelde Wet nog
wordt bepaald:
si Tot de Gemeente, in welke iemand, bij het intreden van des-
s zelfs 39de jaar, voor de eerste klasse zal zijn ingeschreven, zal hij,
a met betrekking tot de Nationale Militie blijven behooren, werwaards
a hij zijn domicilie, gedurende den tijd dat hij in de jaren der Mili-
a tie valtmoge overbrengen."
En eindelijk, 7.) Dat Buitenlanders, welke zich, als Ingezetenen
van het Rijk, binnen deze Gemeente met der woon lieBbcn gevestigd
overeenkomstig Art, 6 der Wet van den 27 April 3820, zich, voor
zooverre zij nog in dc jaren der Militie vallen insgelijks binnen den
bepaalden tijd moeten aangeven tot inschrijving in dat Register,
waartoe zij volgens hunnen ouderdom behooren.
En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort.
!IiDSi;i.Boac den 13 December 1852.
De Burgemeester en Wethouders,
PASPOORT VAN GRIJPSKERKE.
De Secretaris
M. F. LANTSHEER.
EEïiT OJP I SlIJSTELLESTE
VAN DE DIENST BIJ DE NATIONALE MILITIE.
De Burgemeester en "BVetlioutteirs van Middellinrg
verwittigen een iegelijk dien zulks zoude mogen aangaan dat bij Art.
21 der Wet van den 8 Januarij 3837 op de Nationale Militie is be
paald, dat zich jaarlijks aan het Plaatselijk Bestuur, in geschrifte,
moeten adresseren de voor zichzelven dienende Manschappen die in
den loop van het nog loopende jaar, overeenkomstig de bepalingen
bij Art. 93 en g4 der Wet gemaakt, regt op Vrijstelling hebben ver
kregen en hun ontslag diensvolgens zouden verlangen; en dat bij deze
Verzoekschriften zullen moeten worden overgelegd de noodige Bewij
zen, ingerigt overeenkomstig de voorschriften, bij de aangehaalde Art,
93 en g4 vastgesteld.
En worden mitsdien alle Jongelingen mitsgaders alle Ouders Voog
den, Curators of Gemagtigden voor hunne Kinders en Pupillen w el
ke, volgens Art. 91 en g4 der Wet, in de termen van Vrijstelling
vallende, hun ontslag uit de dienst der Nationale Militie verlangen,
•pgeroepen en aangemaand, ora vdrfr den 5 Januarij aanstaande,
aan Ilecrcn Burgemeester en Wethouders in te zenden de schril-
telijke aanvrage ora ontslag uit de dienst, met bijvoeging van de
behoorlijke bewijzenbij Art. 21 en 22 derzeive gevorderdzul
lende omtrent degenen die verzuimd mogten hebben vóór den bo
ven opgegeven dag daaraan te voldoen, geene toegevendheid worden
gebruikt en de verzoeken die later ten hunnen hehoeve ter beko
ming van verlof of opbelling van werkelijke dienst mogten worden
ingediend worden van de hand gewezen.
Terwijl alverder aan alle belanghebbenden bij deze wordt herinnerd
dat deze aanvragen, bijaldien zij niet tijdelijk bij Heeren Burgemeester
en Wethouders zijn ontvangen, of niet van de vereischte Bewijsstuk
ken zijn voorzien niet meer voor dat jaar zullen in aanmerking ko
men, overeenkomstig de bepalingen dienaangaande, vervat in Art. 2.0
der meergemelde Wet.
En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort.
Middelburg den 13 December 1852.
De Burgemeester en Wethouders voorooemd
PASPOORT VAN GRIJPSKERKE.
De Secretaris
M. F. LANTSHEER.
WELEA HUi MiMl IMi.
Sedert de laatste opgave is, ten behoeve der arme School.
meesters-Weduwe en hare vijf Kinderen nog het vol
gende ontvangen
Donderdag 9 December van A. Z. verzegeldf 5,00.
Denzelfden dag, 's avonds van P.verzegeld f 5,00.
Vrijdag 10 Decemberverzegeld, f 1,00.
Zaturdag 11 December, in een' Brief, postmerk Goeseen Munt-
billetno. 275278 15 Oct. 1849, f 10,00.
Maandag 13 Decembereen pakjen uit Vlissiiigen van A.met de
spreuk: „In hoop van navolging", f 2,50.
Bij do collecte van Zondag 12 Dec.als: voorm. Nieuwekerkeen
pakjen met fl,00; alsmede een dito mot het opschrift: kleine maar
van ganscher harte geschonkene gift, ter verkrijging der 100,
voor de ongelukkige Schoolmeesters-weduwe, van P. V. K. 0,50.
Voonn. Oostkerk, een verzegeld pakjen met ƒ2,50, alsmede een dito
pakjen met f 5,00.
Namiddag Nieuwekerkeen verzegeld pakjen met 1,00 een dito dito
van L. V. j 1,00, en een dito dito van K. mede 1,00.
Avond Nieuwekerkvan K. te S. een Coupon no. 386van 1 April
1852, groot 1,98; een verzegeld pakjen van H. J 1,00, en een
dito dito f 2,00.
Bij de collecte yan Dingsdag avond 14 Dcc., in de Koorkerk, een
verzegeld pakjen met f 5,00.
"Woensdag morgen 15 Dec. van N. N. f 5,00.
Het geheele montant der giften beloopt nu 114,92. Zoo
is dan mijn wenschom althands ééne volle honderd Gulden
bijeen te zamelen, tot mijne blijdschap vervuld. God vergelde
't den braven gevers! Wij zullen nu zien de arme Weduwe
verder aan een Winkeltjen te helpen waardoor zij voor zich
en de haren een eerlijk stuksken brood kan winnen.
Ofschoon ik voor haar geene verdere giften durf vragen,
zal ik ze echter met dankbaarheid blijven ontfangen.
Middelburg, den 15 December- 1852.
J. J. L. TEN KATE.
JIIODKMH Uft US December.
Den 16 dezer werden de stembrieftjes geopend in de
gemeente Kattendijke c. a.ingediend ter benoeming van een
lid voor de kamer van koophandel en fabrijken te Goes
in plaats van den heer I. G. J. van den Bosch die zijne
benoeming niet aangenomen had. Getal brieftjes 12, waarvan
een in blanco. Stemmen waren uitgebragt op de heeren
J. C. Kakebeeke 8, G. Hector, L. Korstanje en N. Ver-
venne, ieder eene stem, zoodat eerstgemelde benoemd is.
Bij de opening der stembrieftjes voor een lid van den raad
te Zierikzeeis gebleken, dat van de 235 geldige stemmen
de meeste stemmen waren uitgebragt op den heer C. de Wit,
die 64, en op den heer J. H. Ochtmans Jhz, die 56 stemmen
had bekomen zoodat tusseben deze beide heeren eene her
stemming moet plaats hebben.
Bij koninklijk besluit van den 3 dezer, is de luitenant-
ter-zee van de 1ste klasse O. A. Uhlenbeck onder-inspecteur
over het loodswezen debetonniug, bebakening en verlichting
in het 4de district te Amsterdammet den laatsten dezer n
op zijn daartoe gedaan verzoekeervol als zoodanig ontsi
en met den 1 januarij 1853 de gezegde betrekking opg
gen aan den luitenant-ter-zee der 2de klasse J. O. H.
zenius.
De tweede kamer der Staten-Generaal is eergistere.
nadere bijeenroeping gescheiden. Naar men verneemt
lenindien er geene bijzondere omstandigheden voorkor
de werkzaamheden der kamer gedurende eenigen tijd gesel
blijven Van de opening der zitting tot nu toe is de ka
onafgebroken werkzaam geweest.
Z. M. heeft op zijn verzoek eervol uit zijne betr
king ontslagen den heer J. M. Geluk als plaatsvervangi
kantonregter te Brouwershaven.
Naar men verneemtis de heer A. van der Eb ko
niale gouverneur der Nederlandsclie bezittingen ter' km
van Guinea, ridder der orde van den Nederlandscli
Leeuw, in den ouderdom van 39 jaren, te St. Geor-i-e d'E
mina overleden.
Men meldt uit Hellevoetsluis van den 13 dezer
Heden namiddag ruim 2 ure is Zr. Ms. transportschi.
Prins WiHem I rederik Hendrik door de stoomboo
Kinderdijk van de reede naar zee gesleept. Genoemde boden:
is besterad naar de Oost-Indiënonder bevel van den luite
nant-ter-zee 1ste klasse G. M. Buschman. Het état-major
bestaat voorts nog uit de luitenants-ter-zee 2de klasse G. H.
Bakker, D. L. Feldmann, N. C. de Fremery en G. W.
C. Westenberg, den officier van gezondheid 2de klasse H
Evertseden officier van gezondheid 3de klasse Terveenbe
nevens den officier van administratie 3de klasse O. Eschau'zier
Als eene bijzonderheid wordt gemeld, dat dezer dagen
onder de gemeente Bennekum overleden is eene vrouw van niet
minder dan 107 jaren. Uit Aken van geboorte, had zij haar
leven lang rondgezworven als schooister, nooit goede da^en
gekendin geene halve eeuw misschien op een bed geslapen
dan in de laatste jaren, toen zij meer gevestigd de ajgemecne
liefdadigheid gaande maakte, door haren hoogen ouderdom
en do bijzondere verzorging van het hoofd der gemeente on
dervond. Zij was echter nog zóó sterk van gestel, da. zij,
een uur ver gaande, van tijd tot tijd te voet de kerk en hare
weldoeners te Wageningen, kwam bezoeken.
Eng-clanuï. Londen 13 december. Do discussien over
het budget hebben heden den geheele dag in het lagerhuis
voortgeduurd, zonder dat het nog tot stemming is gekomen.
Onder de tegenstanders der plannen van den kanselier der
schatkist behoorde, zoo als to voorzien was, de heer Cob-
den. Morgen worden de beraadslagingen voortgezet.
De wederstand tegen de wijziging in de belasting op de
woonhuizen betoont zich voortdurend in verschillende steden
van Engeland en Schotlandwaar talrijke vergaderingen tot
afkeuring van dien maatregel gehouden worden.
Dezer dagen stierven hier twee vrouwendie zich aan
zonderlinge denkbeelden overgaven. De een, mejufvrouw E
Ari-owsmith, die den leeftijd van 85 jaren bereikte, sloot
zich sedert vele jaren van allen omgang met mensclien af en
vergunde alleen hare dochter en dit nog slechts zeldzaam
haar te komen zien. Zij at zeer weinig fcragt telkens den
gelieelen winter in haar bed door, en heeft gedurende haar
geheele leven geen geneesheer willen raadplegen. Dit laatste
was ook de monomanie der andere zonderlinge, mejufvrouw
A. Thorntondie slechst 58 jaren oud werden hoe krank
zij ook nu en dan wasniet alleen geen doctor wilde raad
plegen maar zelfs dreigde het huis to verlaten als er een
binnenkwam. Zij gaf de voorkeur aan groote hoeveelheden
pillen die zij zich zelve voorschreef.
Duttsclilaiid. Weenen 11 december. De graaf en de
gravin van Chambord kwamen heden uit Froschdorf alhier
aan en gaven een afscheidsbezoek bij eenige leden der keizer
lijke familliedaar zij den 18 naar Venetië vertrekken.
De Presse meldtdat de verloving der prinses Karola
"VVasa met den erfprins van Saksen zoo goed als beslist is
zoodat de vader der prinses reeds de gelukwenschen wegens
deze echtverbindtenis ontvangt.
De beide hoogleerarenwelke in het vorige jaar naar
Persie vertrokken, zullen binnen weinige maanden met de
overige militaire reisgenooten naar Weenen terngkeeren daar
zij niet tevreden zijn over hun toestand en hunne behandeling
in Perzie.
Een brief uit Beyruth meldt, dat de Russische consul-
generaal Busily zich den 22 november naar Jerusalem heeft
begeven om de concessien aan de Grieken tot stand te bren
gen, maar dat hij onverrigter zake moest terngkeerenwegens
den onwil der autoriteiten, welke voorgaven andere instructien
uit Konstantinopel te Lebben ontvangen.
TT tenen woensdag avond). De keizer is gisteren avond
langs den Noorder-spoorweg naar Dresden vertrokkenvan
waar Z. M. zien naar België zal begeven.
Berlijn 14 december. De baron von Brück is van Weenon
hier aangekomen en aan den minister-president voorgesteld;
de koning zal hem in een bijzonder gehoor ontvangen.
De keizer yan Oostenrijk wordt morgen hier ten be-
zoeke bij het koninklijk gezin verwacht.
Jenny Lind is hier aangekomen en zal eenigen tijd hier
vertoeven.
Uit Warschau wordt gemeld, dat geene verloven bij het
leger meer worden verleend, en dat zij, die met verlof afwezig
waren, bevel ontvangen hebben om onverwijld naar hunne
korpsen terug to keeren.
Onderscheidene bladen spreken steeds van aanzienlijke
inkoopen van tarwedie Frankrijk door middel van Ilam-
burgsclie handelshuizen in Pruisson laat uitvo»»»»