MIDDELBURGSCHE C Oü II A I T. W. 152. Donderdag 1839. 19 December. Ecfceubmafcingctt. JVaufcrijfc. «Departement t»an (5)orlo0. NIEU WSTIJ DINGEN. «Dmtechlaub. Hcbecknben. i .V De abonnemcnls-prijs dezer Courant is f 2-jb voor drie maanden, en franco per Post f 3. De abonnementen worden voor niet minder dan drie maanden genomen, en de beta ling geschiedt comptantol bij heleinde van ieder vierendeel jaars. De inzending der Ad.verten.ti en behoort te geschieden des morgens vrfór 10 ure, indien men dezelve in het eerst uit te geven No. wil geplaatst hebben. De Advcrtentien worden berekend tegen 22 Cents de regel, met uitzondering van Huwelijks- Geboorte-en Doodbekcndmakingenwaarvan de prijs van een lot zes regels is 15o en voor iederen regel daarboven 22 Cents. Dezelve moeten niet op zegel geschreven zijn, alzoo het regt van zegel wordt betaald. De ADMINISTRATEUR van 's Rijks Schatkist in ZEELAND adverteert, dac, van af Maandag den 23 dezer, zoo ten zijnen Kantore als bij de respective Ontvangers hun ner woonplaatsen, zullen worden uitbetaald de Traktemen ten aan 's Rijks Ambtenaren en Toelagen, over het vierde kwartaal 1839. Middelburg, den 19 December 1839. De Administrateur voornoemd, P. P O U S. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID DELBURG Gezien eene missive van den Staatsraad Gouverneurvan den 7 dezer maand, houdende mededeeling, dat, voor de bespoedigde uitgifte der Brieven binnen deze Stad, aanko mende met den Post van Bergen-op-Zoom het navolgende is bepaald geworden 1. Dat gedurende de maanden MeiJuni/ en Julijof zoo veel langer als zulks nog eenigermate bij daglicht zal kunnen plaats hebben de met den Post van Bergen-op-Zoom ten Postkantore te Middelburg ontvangen wordende Brieven nog denzelfden dag van derzelver aankomst aan de huizen der Ingezetenen binnen de Stad zullen worden rondgebragt. 2. Dat, met instandhouding van hetgeen in dit oogenblik plaatsvindt, ten aanzien van de Correspondentie der Handel drijvende en Neringdoende Personen, die voor het doen afha len der Brieven ten gemelden Kantore tegen betaling van het zoogenaamde droit de boite zijn geabonneerd ook daaren boven aan alle andere Ingezetenen die dit voor hunne Par- tiktiliere Correspondentie mogten verlangen gelegenheid zal moeten worden gegevenom zich voor het doen afhalen hunner Brieven mits voor een geheel jaar te gelijk, te abon neren, tegen betaling van niet meer dan drie gulden in het jaar; Brengen het bovenstaande ter kennis der In- en Opgeze- tenen, ter einde hen in de gelegenheid te stellen, daarvan, voor zoo ver zij zulks verlangen mogten gebruik te maken. Middelburg, tien 16 December 1839. Burgemeester en Wethouders voornoemd PASPOORT van GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare, A, M. BECIUS. Uit hoofde van het invallende Kersfeestop Donderdag den 26 December, zal de gewone WEEKMARKT worden gehouden op Vrijdag den 27 dezer. PROVINCIE ZEELAND. OPENBARE VERKOOP1NG. De Militaire Onder-Intendant in bovengemelde Provincie, door liet Departement van Oorlog gemagtigd zal te VLIS- S1NGEN, op Vrijdag den 27 December 1839en te BRES- KENS, op Maandag den 30 dezer maand, des voormiddags ten 10 ure, eti zoo veel noodig op de volgende dagen, pu bliek aan de meestbiedenden verkoopen eene aanzienlijke partij oude en defecte GENIE-GOEDEREN, voornamelijk bestaande in afbraak van Barrières Bruggen en Magazijn- tjes, Schilderhuizen, Balken, Palissaden Planken Latten oud Ijzer, oud Lood en meer andere voorwerpen; welke Goederen vóór de Verkoopingen zijn te zien en te bevra gen bij de Heeren Eerst-aanwezende Ingenieursen bij de Magazijnmeesters der Artillerie, te Viissingen en te Breskens. Deze Verkoopingen, alsmede die welke tegen den 19 en 23 dezer in het 4de en 5de District van Zeeland, zijn aan gekondigd zullen geschieden 0111 gereed Geld. Viissingen, den 7 December 1839. De Militaire Onder-Intendant voornoemd, D. J. REE SE. NADERE OPGAVE. De Verkooping te Breskensop den 30 December 1839, zal op dien dag des voormiddags ten 10 ure aanvangen op het Fort Frederik Hendrik terwijl daarna ook eenige Kave lingen op het Havenfort en IVillem I te zien en te koop liggen. De Militaire Onder-Intendant, D. J. REE SE. De Nedenlandsche Godsdienstige Israëlitische SCHOOL COMMISSIE, over het Ressort Middelburgheeft de eer ter kennis van de Ingezetenen te brengen, dat, ingevolge van Hun Edel Aclub. de lleeren Burgemeester en Wethou ders dezer iStad bekomene magtigingvoor de inschrijving van vrijwillige bijdragen tot instandhouding gedurende het aanstaa-nde jaar, van het alhier bestaand Instituut van Onder wijs Cltesed Negnurim dezer-dagen de vereischte Biljetten op de gewone wijze zullen worden rondgebragtvleijende de Commissie zich dat zij wederom bij derzelver geachte Stadgenooten dezelfde blijken van welwillendheid zal onder vinden, als waarvan zij, wegens een tijdvak van een-en- twintig jaren, bij deze loffelijke melding kan maken. Middelburg, den 13 December 1839. De School Commissie voornoemd Van wege dezelve S. W, PRAAG, Lid en Secretaris. FRANKFORT den 12 december. Te Koppenhagen heeft des avonds van den 3 dezer een volksoploop plaats gehad, waarbij in eenige huizen de glazen zijn ingeworpen. De voorstanders van een meer liberalen regeringsvorm in Dene marken teekenen pecitien aan den nieuwen monarch waarbij zij de invoering eener constitutieop den voet der Noor- weegscbe, verlangen, en men gelooft dat Z. M. niet onge negen is aan dien wensch gehoor te geven. De handelstand van Koppenhagen heeft, bij adres aan den koning, dringend 0111 opbeuring verzocht. In het Zwitsersch kanton Tessin bleven de opstande lingen den 5 dezer nog de overhand behouden, en de afge zette regering vond bij het landvolk zeer weinig bijval. PARIJS den t4 december. De afgevaardigden beginnen alhier aan te komen, ter bijwoning der zitting van 1840, van welke de opening op den 24 dezer zal plaats hebben. Reeds ontbreekt het niet aan allerlei intriguesom, bij die gelegenheidhet tegenwoordig ministerie te doen vallen. De oppositieonder aanvoering van den heer Odillon-Bur- rot, heeft zich van de uiterste partij, die de banier des heeren Lafitte volgtafgescheiden blijkbaar met het doel om daardoor des te gemakkelijker tot het bestuur te ge raken. 'sGRAVENHAGE den 14 december. In de op heden ge houden zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal is door de centrale afdeeling rapport uitgebragt over het ont werp van wet tot daarstelling van schuld ten laste der Over- zeesche bezittingen. Dit ontwerpzoo als het is gewijzigd benevens de ant woorden daartoe betrekkelijk in de afdeelingen van nieuws onderzocht zijnde geworden, heeft in alle nog stof opgele verd tot vele bedenkingen. Gaarne erkende de eerste afdeeling de veranderde redactie van het ontwerp voor beter, en gaf haar groot genoegen te kennen over de stellige aankondiging der afschaffing van het syndicaat. Daarentegen bleef bij onderscheidene leden nog hetzelfde bezwaar bestaan van zonder volledige inzage der geheime stukken niet genoeg met kennis van zaken over het ontwerp te kunnen oordeelen. En dit bezwaar was niet weggenomen door de antwoorden der Regeringwaaruit bleek 1. dat de schatkist ongeveer 40 millioen aan de handel-maac- schappij schuldig is, 2. het syndicaat eene jaarlijksche ver meerdering van toelage van 4 millioen (de rente van 80 mil lioen,) behoeft, en beide kapitalen, te zanten 120 mil lioen door het gouvernement zijn uitgegeven zonder daar van op eene wettige wijze te doen blijken terwijl eerst na dat de schuld nu werkelijk bestaat de toestemming tot het maken derzelve gevraagd wordt; dat die wijze van hande len lijnregt met de grondwet strijdig is, en, indien dezelve gewettigd wordthet gemeen overleg niets anders is dan eene zaak van vorm; dat, indien men al daarcoeuit aanmerking der plaats gehad hebbende tijdsomstandigheden, wilde over gaan dit voorzeker niet behoort te geschieden alvorens door de werkelijke opheffing van het syndicaat, door verbeterde grondwettige instellingen, en door herstelde eenvoudigheid en orde in de finantien de zekerheid verkregen te hebben dac dergelijke handelingen onmogelijk zijn geworden dac de ondervinding van zoo vele jaren geleerd heeft, dat beloften van den kant der Regering in dezen niet altijd verwezenlijkt worden, en dus, vóór de werkelijke vervulling derzelven in geene vermeerdering der nationale schuld kan worden toe gestemd dat de Regering als voorname reden voor de noodzakelijkheid der geldleeuing opgeeft, dac, indien zij de vrije beschikking over de Oost-Indische producten niet terug krijgt, men door geldieeningen in 's Rijks behoeften zal moe ten voorzien; maar, behalve dat die redenering gebaseerd is op eene begrooting van 56 millioen, en vervalt wanneerdie begrooting tot hare gewone hoogte van 45 millioen wordt teruggebragtschijnt men te moeten vooronderstellen dat het ware doel met de leening geen ander is, dan door kunstma tige verwikkelingen door verkoop weder inkoop en daarna weder verkoop van producten die eene waarde van 40 mil lioen hebben, 80 millioen inde schatkist te brengen en in dien dat het doel niet was, dan verklaarde men de'gehee- le operatie niette begrijpen, want met de handel-inaatschap- pij zal alleen da wijze vat) betalen anders geregeld worden en waar is de waarborgdat deze niet spoedig op den te- genwoordigen voet zal worden terug gebragt? feu opzigte der 10 millioen, welke het departement van koloniën aan de schatkist is schuldig gebleven verklaarde men niets te begrijpen een onderdeel van het algemeen be stuur is schuldig aan den Staat, dac is het geheel, niet we gens ontvangsten maar wegens te weinig verstrekte gelden dus is de Staat te gelijk debiteur en crediteur van dezelfde som, hetgeen eene strijdigheid in zich bevat; die 10 mil lioen zijn niet ontvangen kunnen dus niet uitgegeven zijn, of is daarvoor eene schuld aangegaan wie is dan de schul denaar en is er geen schuld aangegaan, dan behoeft er ook geene leening voor die som gedaan te wordenwant ministerie van koloniën en schatkist zijn onderdeelen van het zelfde geheelen er is in de daad geene schuld en geen sciiuldeischer. Een lid opperde de bedenking, of misschien die 10 millioen voor den spoorweg op Arnhem zonden moe ten strekken, en sprak van bestemmingen van fondsen tot andere dan de opgegeven einden. Men wenschte de mede deeling der overeenkomst met de handel.maacschappijom daaruit de verpligcingen van beide partijen te kunnen be- oordeelenwant had men ten oogmerk 0111 slechts zoo veel van de 40 millioen dadelijk af te betalen als de oogenblik- kelijke behoefte zal vereischen, dan zal het voorgewende doel eener finale vereffening met de handel-niaatschappij toch worden gemisten bestaat de verpligting niet 0111 te resti tueren alvorens dit door middel der produkten kan geschie den dan beseft men het doei der leening niet. Zoo als de zaak thans is voorgedragen, worden verschillende diensten dooreen gemengdhetgeen den ingetvikkelden aard onzer financien nog zou verergeren. In alle geval moet men zwa righeid maken daartoe mede te werken zoo lang niet blijke dat de verlangde gelden op eene wettige wijze zijn uitgege ven. Hetgeen men ten laste der koloniën wil brengen houdt men voor overdreven en het leenen op naam derzel ven terwijl eigenlijk de geheele Staat als debiteur geldt, voor schadelijk. Ten opzigte van art. 4 zijn alle leden van oordeeldat de toegezegde jaarlijksche mededeeling der bate uit Oost-Indie niets of althans weinig beteekentwan neer dezelve niet gepaard gaat met de. rekening van ont vangsten en uitgavenen met het doen van rekening en verantwoording der algemeene rekenkamer. Zonder dat blijft het vermoeden bestaan dat men slechts het middel zoekt om de uitgaven op dezelfde onmatige hoogte te houden, en aan eene zoo gewensclue bezuiniging niet denkt. Men zou dus dat art. 4 aldus verlangen geredigeerd te zien A"* 4- Jaarlijks in de maand october, zal de staat van ten ge.dehjken toestand van 's Rijks Overzeesche bezittin gen aan de Staten-Generaal worden kenbaar gemaakt. De laatst geslotene jaarlijksche rekening van ontvang en uitgaaf zal daarbij worden overgelegdtot regtvaardiging van het beschikbaar saldo, en tevens opgave worden gedaan van hetgeen voor het volgend jaar gerekend kan worden beschik baar te zuilen zijn. De oestemming van deze beschikbare gelden zal telkens bij de wet worden geregelden bij voor keur tot aflossing van schuld worden aangewezen." Drie leden der eerste afdeeling zouden bepaaldelijk ver langen dat de twee volgende artikelen almede in deze wet wierden opgenomen, naardien deze wet te beschouwen is, als moetende screkken tot regularisatie van ons geheel finan cieel wezen: Art. Hst amortisatie-sijndicaat zal op den 31 de cember 1840 worden ontbonden; voor dien tijd zal men de vereischte maatregelen vaststellen om de door hetzelve be- heeide onderwerpen aan de verschillende departementen over te brengen, en die in de begrootiug van 1841 en volgende op te nemen. Alle traktementen en emolumenten der geëm ployeerden bij het amortisatie-syndicaat houden met den ge noemden datum op. Art. De rekenkamer zal, te beginnen met t janua- rij 1841 geene posten buiten de begrooting mogen vereffe nen van alle de ontvangers en andere aan den lande comp tabelen de rekeningen opnemen; derzelver ontvangsten jusci- ficeren, en geen ontslag aan eenige comptablen mo^en ver leend worden zoo lang niet van de geheele voldoening aan hunne verpligting zal zijn gebleken. Voortaan zal's jaarlijks aan de Staten-Generaal een gedetailleerd rapport van verant woording der begrooting van het voorlaatste dienstjaar als" mede van hetgeen betrekking tot de finantien des lands heeft worden aangeboden. Het dienstjaar zal telkens door de we: worden afgesloten." Eenige leden der eerste afdeeling hielden het voor moge lijk om de begrooting over 1840 met 4 millioen te vermin deren en zouden verlangen dat het daardoor te ontstaan excedent alsdan besteed wierd om in het tekort van het amortisatie-syndicaat te voorzien. Eindelijk werd in dezelf de afdeeling nog gevraagd, of de leening van 30 millioen ontspruitende uit de wet van 24 april 1836, dadelijk is op gevolgd door de vernietiging der restanten van de'vroegere vier Oost-Indische leeningen. 0 In de tweede afdeeling konden van de 11 leden er 10 zieli niet met het ontwerp vereenigen. Allen wenscheen meer opening omtrent 'slands financielen toestand met alle de.szclfs bijzondere en geheime iurigcingen fondsen en administrati'en

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1839 | | pagina 1