MIDDELBUllGSCHK
COURANT,
N°- 31.
Dingsda
8
1839.
12 Maart.
nieuwstijdingen"
iDuitödi'r.ub.
Jfv.infertjfi.
Hebeirianbeu.
I)e abnniiements-prijs dezer Courant is 2 75voor drie maanden, en franco per Post ƒ3.
De abonnementen worden voorniet minder dan drie maanden genomen, en de beta
ling geschiedt comptantof bij het einde van ieder vierendeel jaars.
De inzending der Advertentien behoort te geschieden des morgens vddr 10 uren, indien
men dezelve tn het eerst uit te geven No. wil geplaatst hebben.
De Advertentien worden berekend tegen 22 Cents de regel, met uitzondering van Huwelijks-
Geboorte- en Doodbekendmakingen waarvan de prijs van één tot zes regels is i,5o
en voor iederen regel daarboven 22 Cents.
Dezelve moeten niet op zegel geschreven zijnalzoo het regt van zegel wordt betaald.
De Provinciale COMMISSIE van ONDERWIJS in ZEE
LAND zal hare gewone Voorjaars-Vergadering houden bin-
nen Middelburgin de Abdijop Woensdagden 3 April
1839, des voormiddags te half-elf urenzullende op Don
derdag den 4 dier maanddes morgens te negen uren
worden overgegaan tot het examineren van zoodanige Aspi
ranten naar eenigen Rang als Onderwijzer, welke, met
overlegging van een getuigschrift van hun goed gedrag,
afgegeven door den Burgemeester hunner woonplaats en
van eene authentieke acte hunner geboorte, zich ten minste
acht dagen te voren bij den School-Opziener van hun
District zullen hebben aangemeld.
Middelburg, ADR. P. van DEINSE.
den 12 Maart 1839. Secretaris.
REGLEMENT der gewone Teregtzittingen van
hel Kantongeregt te Axel.
Het KANTONGEREGT te AXEL in het tweede Arron-
dissentent der Provincie Zeeland
Gezien het Reglement betreffende de wijze van de inwen
dige dienst van den Hoogen Raad, gelijk mede van de Iloven
en Ilegtbankengoedgekeurd bij Zr. Ms. besluit van den 14
September 1838 {Staatsblad No. 36);
Gelet op art. 27 van hetzelve;
Gehoord het gevoelen van het Openbaar Ministerie;
Heeft goedgevonden te regelen zoo als geregeld worden
bij deze, de dagen en uren der gewone Teregtzittingen van
het Kantongeregt aldaaren te bepalen als volgt
De gewone openbare Teregtzittingen zullen gehouden wor
den ten Stadhuize te Axel, tweemalen per week, en wel
bepaaldelijk op Ditigsdag en Vrijdag, aanvangende des voor-
middags ten tien ure. De zittinggehouden wordende op
Ditigsdag, zal bestemd zijn tot de behandeling van Burger
lijke zaken, daaronder begrepen zaken van Koophandel, als
mede tot eeds-prestatien. De zitting van Vrijdag zal be
stemd zijn tot het behandelen van Strafzaken. Verder zal de
Dingsdag na den afloop der openbare Teregtzitting, bestemd
zijn tot het benoemen van Voogden en Curators, en tot het
houden van andere deliberatien betreffende belangen van Min
derjarigen.
Aldus gedaan en gearresteerd bovenstaand Reglement, na
dat hetzelve bevorens door Zijne Excellentie den Heer Mi
nister van Justitie bij dispositie van den 9 Februarij jl.
No. 40, was goedgekeurd,bij ons, A.J. Paulus, Kan-
tonregter, en hebben hetzelve met den Griffier M. H.Telchuys
geteekend, te Axel, den 27 Februarij 1839.
I11 kennis van mij
M. II. TELCI1UYSGriffier.
VERGADERING van het Middelburgsche Departement
der MaatschappijTot Nut van 't Algemeen, op Woens
dag den 13 Maart 1839, des avonds ten zes ure. Reke
ning van de School-Commissie Voorlezing en Bijdrage.
Namens Bestuurders
P. de MARET TAK, Secretaris.
HANOVER den 5 maart. De vergadering der stenden
is eergisteren weder voor onbepaalden tijd geadjourneerd ge
worden. Het koninklijk manifesthetwelk dit besluit bevat
is, 11a de gewone inleiding, van den volgenden inhoud:
Aangezien verscheidene medeleden der tweede kamer van
de door ons den 15 der vorige maand zamengeroepen sten
den vergadering des koningrijks, zonder zich verontschuldigd
te hebben, aldaar niet verschenen zijn, anderen, nadat zij
het aanvangen der beraadslagingen door hunne afwezigheid
onmogelijk gemaakt hadden, nu deels hunne aftreding als ge
deputeerden hebben te kennen gegeven deelsten gevolge
van hun verder wegblijven of door hunne verklaring de be
staande constitutie van 1819 niet te willen erkennen, opliou
den medeleden der vergadering te zijn, en op deze wijze het
getal leden der tweede kamer, dat tot het nemen van be
sluiten gevorderd wordtin weerwil hunner 14de bijeenkomst
ook nu nog ontbreekt; zoo vinden wij ons bewogen, onze
getrouwe stenden-vergaderinggelijk bij deze geschiedt,
te verdagen te meer dewijl door het langer bijeenzijn der
opgekomen afgevaardigden, welke hunnen pligt betracht heb
ben het land met onverantwoordelijke kosten bezwaard
wordt, terwijl ons landsvaderlijk doel zich uitstrekt om de
natie in ieder opzigt mmelooze uitgaven te besparen.
Derhalve zullen de verkiezingen tot vervanging der uit
vallende afgevaardigden bevolen worden enz."
FRANKFORT den 5 maart. Uit Berlijn wordt gemeld,
dat 2 bataillons van het 14de infanterie-regement van linie
te Stangard garnizoen houdendelast bekomen hebben oin
zich marschvaardig te houdenten einde naar het groother
togdom Posen te marcheren, werwaarts reeds een regement
dragonders uit Landsberg is vertrokken, terwijl uit Glogau
■eene batterij naar Lissa gezonden is. Ook bij de koninklijke
lijfwacht te Berlijn worden maatregelen genomen om in ge
val van nood onverwijld op marsen te kunnen gaan.
De luitenant-generaal von Pfueldie het 7de Pruissische
leger-korps komraandeertis naar Dusseldorf afgereisd waar
hij een tijd lang met zijnen staf zal blijven.
LONDEN den 6 maart. De nieuwe onder-koning van
Ierland lord Ebrington heeft maandag zitting in het hoo-
gerhuis genomen, onder den titel van lord Fortescueen bij
die gelegenheid zich verdedigd omtrent vroegere gezegden
die hem dezer dagen waren verwetenbetrekkelijk de Iersche
tiendenwet, en waaruit opgemaakt was dat hij als een vijand
van de gevestigde kerk en hare regten moest aangemerkt wor
den. Deze verdediging scheen lord Lyndhurstdie zich over
de benoeming van zijn lordschap tot lord-luitenant van Ier
land beklaagd had even min als andere voorname leden der
Torie-partijte overtuigen dat zij zich zonder reden onge
rust getoond hadden dat het zenden naar Ierland van een
man, die zoodanige politieke gevoelens beleed als de her
vormingsgezinde lord Ebringtongevaarlijk voor de Prote-
stantsche kerk aldaar worden kon. De debatten over dit punt
waaraan ook de hertog van IVellington lord Brougham en
lord Melbnisrnc deel namen hebben geen verder gevolg gehad.
Dienzelfden avond heeft de eerste secretaris der admirali
teitde heer C. IVoodin het huis der gemeenten, bij het
aanbieden der begrooting voor de uitgaven van het departe
ment van marine, verschillende aanmerkingen door de oppo
sitie-partij tegen de ministers gemaakt, betrekkelijk den staat
van 's iands zeemagtbreedvoerig vvederlegd en begonnen
met aan het huis de noodige sommen te vragen om in het
volgend jaar 34,165 man in dienst der marine te onderhou
den. Woensdag moet het huis wederom in comitté verga
deren om de beraadslagingen over dit belangrijk onderwerp
verder voort te zetten.
PARIJS den 7 maart. De opgave van den uitslag der
verkiezingen die het Journal des Dèbats heden geeftbiedt
eene voor het ministerie gunstiger alhoewel altijd onvol
doendeverhouding dan gisteren aan. Volgens hetzelve wa
ren er gisteren avond 431 verkiezingen bekend; daarvan be
hoorden er 214 tot de ministeriele of constitutionele partij,
en 213 tot de coalitie; 4 leden had men geene plaats onder
eene van de beide partijen kunnen geven.
Onder de 28 benoemden, wier namen nog worden inge
wacht, telt hec ministerie, naar men meent, slechts een
klein getal voorstanders. Doch al is dit werkelijk zoo, daar
de wederzijdsche krachten der partijen schier gelijk staan
zal de nieuwe kamer waarschijnlijk met de ontbondene nage
noeg overeenkomen. Intusschen zijn al de opmakingen om
trent de sterkten der partijen nog geheel onzekeren men
zal nog drie of vier dagen moeten wachten, alvorens met
zekerheid deswege te kunnen spreken. Algemeen is men
van oordeei dat het ministerie Molé zal aftreden. Omtrent
de zamenstelling van een nieuw kabinet, is hec echter mede
niet doenlijk jets bepaalds aan te kondigen. Dit alleen is
vooruit te zien, dat, welk ministerie ook optrede, hetzelve
weinig kans heeft om langen tijd op het kussen te blijven
wanneer niet eene der partijen eene zege behaalt die beter
beslist.
Bij de verkiezingen is hec zoo woelig toegegaanzegt
een der dagbladen, dat men twijfelen zou indeXIXde eeuw
en in Frankrijk te zijn. In verschillende steden zijn de kie
zersbijeenkomsten in zwelg- en dollemans-partijen ontaard
die voor geene beschrijving vatbaar zijn, en waarvan de
kosten door bekende volksleiders zijn gedragen. Na de hoof
den aldus verhit te hebben is men tot buitensporige uiter
sten gekomen. Een ambtenaar van hoogen rang, onder an
deren is blootgesteld geweest aan pogingen die zelfs hem
het leven hadden kunnen kosten.
Wat onder al deze omstandigheden door de tegenwoor
dige bewindslieden zal gedaan worden, is voor als nog een
raadsel. Doch iièt laat zich niet ontveinzen, dat Frankrijks
toestand in 1839 eene wonderbare overeenkomst heeft met
dien van 1830. Ook mannen, op wier oordeel en beraden
heid, niet alleen Frankrijk, maar ook geheel Europa, groo-
ten prijs steltcoonen zich van deze waarheid diep door
drongen. De grijze en achtenswaardige Royer-Collard heeft
dezer dagenin eene circulaire aan de kiezers van V/try
de aan het Fransche staatsgebouw geslagen wonden met zijne
gewone scherpzinnigheid opengelegdzie hier de eigen woor
den van dezen voortreffelijken staatsman:
De regering wordt door haar (de coalitie) in hare wer
king verlamd, vernederd, met onrnagt, ja zelfs met onmo.
gelijkheid geslagen. Achter haren bedriegelijken sluijer ver-
heft zich de geesc der revolutie En gelooft nietdat
deze zich met de kortstondige eer van hec ministerie en van
een ondergeschikt deel aan het gezag vergenoegen zalom
hare onverzadelijke hartstogten te bevredigen. Neendien
geest schrijdt over puinhoopen en veroveringen naar eene
rijkere prooi voorwaarts Wij zijn een nieuw tijdvak
ingetredengroote rampen bedreigen onsom dezelve te
kunnen bestrijden moet men zich wachten voor begocbe-
lingen. Hec is de julij-troon die aangerandja zelfs aan
het wankelen gebragc wordt, die troon welken ik niet heb
helpen oprigcen, maar die op dit oogenblik, ik erken het,
tegen verderfelijke aanslagen onze eenigste toevlugt is."
Hec dagblad le Commerce behelst eenen brief van de
Potter, over de vervolging van deszeifs vriend Barthelsdoor
hem een opregt belangloos en standvastig man geheeten.
Deze brief besluit als volgtAan de lieden welke Belgie
verzaakt, ontbrak nog slechts de onderdrukking van den pa
triot, wiens eenig ongelijk geweest is, dat hij het volk de
zwakheid, de omkooping, de laagheid en het verraad heefc
willen doen kennenwaarmede zijne binneniandsche vijanden
het land schandelijk aan deszeifs buitenlandsche vijanden
overleveren."
Uit Baijonne van den 3 dezer wordt het volgende ge
schreven
De zege van Maroto is volkomen. Don Carlos en zij
ne familie hebben zich den 27 februarij naar Tolosa begeven.
De pretendent wijde in eene nieuwe proclamatie breedvoerig
uit over de trouw van Maroto, en noemt den moord aan
weerlooze slagtoffers een billijke straf, noodzakelijk voor
de veiligheid van den Staac. Men heefc nimmer zooveel
laagheid gezien
Naar hec schijnt hebben er nog eenige fusilladen plaats
gehad. De courant van Onate en de nieuwe proclamatie
houden eenparig, dat het gebeurde de grootste geestdrift
onder de troepen en de bevolking had verwekt.
Hec schijnt, dat de bisschop van Leon de vergunning
verkregen heeft om in Spanje te blijven, maar op de uiter
ste grenzenzeker om zijne betrekking van aposcolischen le-
gaac te kunnen blijven uitoefenen.
Niets is verachtelijker, dan het gedrag van don Carlos
die gedurig, in minder dan acht dagen tijdsvan gedachte
veranderende, na Maroto vogelvrij verklaard te hebben, den
moed niet gehad heefc om zich aan hec hoofd der troepen
tegen hem te stellen.
Het getal der aanzienlijke personeu wier verbanning
Maroto geëischc heeft, bedraagt 30.
Den 26 is Maroto te Villa Franca bij don Carlos en
diens familie gekomenen heeft het welwillendst onthaal
genoten."
MIDDELBURG den n maart. In de bijeeenkomst der
Tweede Kamer der Staten-Generaal van den 7, heeft de cen
trale afdeeling verslag tiitgebragt omtrent de voordragt betref
fende de gouden en zilveren werken, waarvan de beraadsla
gingen op heden moesten plaats hebben. Een ingekomen ver
zoekschrift betreffende die voordragt is naar de commissie
verzondendoor welke vervolgens verslag op onderscheidene
verzoekschriften is gedaan.
Van Zierikzee den 7 dezer schrijft men
Naar men verneemt is door heeren directeuren der Znid-
Hollandsche maatschappij tot redding van schipbreukelingen
gevestigd te Rotterdam aan schipper Pieter de Vos en
verdere manschappen, welke bij de redding der schipbreu
kelingen van het Engelsche schoonerschip Malvina, bij hem
aan boord geweest zijn tot belooning en aanmoediging toe
gekend eene som van honderd vijftig guldenwelke som.
door den heer J. de Kater Jz.corresponderend lid dezer
maatschappijaan bovengemelden schipper en verdere man
schappen is uitgereikt en met dankbaarheid ontvangen ge
worden,
Met genoegen verneemt men, dat Z. M. bij besluit
van den 1 maart 1839, no. 76, onzen stadgenooc, de
schipper-visiceur op het recherche-vaartuiggestationeerd
op de ScheldeJan van Meerendonk benoemd heefc tot
broeder der orde van den Nederlandschen Leeuw."
In de zittingen der Belgische vertegenwoordigers van
den 67 en 8 dezer hebben weder onderscheidene leden
over het vredes-traktaac gesproken. De redenen door hen
aangevoerd kwamen meestal overeen met hetgeen reeds in de
vorige bijeenkomsten zoo breedvoerig is ontwikkeld. De
voorstanders van den vrede beroepen zich op de belangen
van de nijverheid en op de noodzakelijkheid om voor ge
heel Europa te bukken. Zij betreuren allen gedwon
gen te zijn om van de Liraburgsche en Luxemburgsche
broeders te scheiden, doch zij rekenen het geene schande
0111 goedwillig af te scaanwat men door geen geweld zou
de kunnen? behouden. De leden der oppositie daarentegen
willen geenszins erkennen, dat eene weigering, om het be
twiste grondgebied af te staan eenen oorlog ten gevolge
zoude hebben zij rekenen er op, dat de mogendheden te
veel brandstof in hun eigen land hebbenom roekeloos hec
vuur aan te steken. Aan den handelsstand verwijten zij
dat om de belangen van het oogenblik, die van de toekomst
geheel en al door hen worden voorbijgezien. Het ministe
rie moet bestendigzelfs van de voorstanders van den vre
de, de beschuldiging hooren, van doelloos millioenen ver
spild en de gemoederen tot den tegenstand opgewonden te
hebben. Ter regtvaardiging heeft dc minister van buiten-