MIDDELBURGSCHE
R A IV
m- f
l°' 24.
Zaturdag
23 februarij.
mm
föcfccnbmalmtgcu.
4).cberÏAub0chc ^rtwbcl-RSaatschftpptj.
^cbcdtittbscltc
MIDDELBURGSCHE SPAARBANK.
N IK l! W ST ÏJI) IN GE N
ücfccvlAU&CU.
De abonncments-prijs dezer Courant is f 2 voor drie maanden, cn franco per Post f 3*
I)e abonnementen worden voor niet minder dan drie maanden genomen, cn de beta-
li"* geschiedt comptant, of bij het einde van ieder vierendeel jaars.
De inzending der Advertentien behoort le geschieden des morgens vddr 10 uren indien
men dezelve in het eerst uit te geven No. wil geplaatst hebben.
De Advertentien worden berekend togen 22 Cents de regel, met uitzondering van Huwelijks-
Geboorte- en Doodbekendmakingen waarvan de prijs van één tot zes regels is 1 60
en voor iederen regel daarboven 22 Cents.
Dezelve moeten niet op zegel geschreven zijn al zoo het regt van zegel wordt betaald.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID
DELBURG brengen bij deze ter kennis van een iegelijk
dien zulks zonde mogen aangaan, dat door den Heer Staats
raad Gouverneur dezer Provincieis invorderbaar verklaard
het Kohier der Grondbelasting op de Gebouwde en Onge
bouwde Eigendommen, voor de Dienst van 1839, en dat
hetzelve ter invordering aan den Heer Ontvanger der Directe
Belastingen is toegezonden.
E11 opdat een iegelijk hiervan keunis drage, zal deze wor
den afgekondigdmitsgaders in dezer Stads-Courant ge
plaatst.
Middelburg, den 22 Februarij 1839.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
PASPOORT VAN GRIJPSKERKE.
Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare,
A. M. B E C I U S.
Het KANTONGEREGT van het Kanton Middelburg
Provincie Zeeland, heeft, met goedkeuring van Zijne Ex
cellentie den Heere Minister van Justitie, en ter voldoe
ning aan artikel 27 van het Reglement numero 1 vastge
steld bij Zijner Majesteits Besluit van den 14 September
1838 Staatsblad no. 36), bepaald, dat hare gewone Zit
tingen zullen worden gehouden
Des Maandags, voor Burgerlijke- en Handelszaken.
Dingsdagsvoor Strafzaken.
Donderdags en Vrijdags, voor alle overige zaken aan
de Kantonregters opgedragen en
Dat die Zittingen telkens des middags ten twaalf uren
«ene aanvang zullen nemen
Gedaan te Middelburg, den 21 Februarij 1839.
I11 kennis van mij,
H. J. van D E I N S E.
Griffier.
De DIRECTIE maakt bekend, dat de VOORJAARS
VEILINGEN der Maatschappij van 1839, zullen gehou
den worden op de dagen en plaatsen, en bestaan zulien uit
de artikelen en hoeveelheden hieronder gemeld
Te AMSTERDAMop fVoensdag den 13 Maart 1839:
106.085 Balen en 343 Vaten Java KOFFIJ, liggende aldaar.
9 983 Java KOFFIJ, liggende te Middelburg,
Ie ROTTERDAM, op Maandag den 18 Maart 1839:
•£1,477 Balen en 45 Vaten Java KOFFIJ, liggende aldaar.
8,362 Sumatra KOFFIJ,
11.428 en 400 Vaten Java KOFFIJliggte Dordrecht,
Te AMSTERDAM, op Donderdag den 28 Maart 1839
■660 Vaten NOTENMUSCAATliggende re Amsterdam,
500 dito Rotterdam,
145 FOELIJ, Amsterdam.
100 dito Rotterdam,
120 Amcoina NAGELEN, Amsterdam.
60 dito dito Rotterdam.
6 Kisten NOTEN-ZEEP Amsterdam,
2 dito Rotterdam.
23 Pakken en 1 Kanasser Java KANEEL Amsterdam.
De Maatschappij geeft bij deze aankondiging de verzeke
ring dat zij vóór bare gewone Najaars-Veilingen geen an
dere Koffij en Specerijen dan de bovengemelde partijen aan
de markt zal brengen onder voorbehoud alleenom met
betrekking tot de Koffijopgemelde hoeveelheden te ver
meerderen met de ladingen die tijdig genoeg mogten aanko
men om daarbij gevoegd te kunnen worden doch met be
paling tevens, dat deze vermeerdering in geen geval 50,000
Balen zal te boven gaan.
De Monsters van de voormelde thans aanwezige Koffij
zullen op Vrjdag den 22 Februarijen die van de Spece
rijen op Vrjdag den 1 Maartverkrijbaar zijnterwijl
de Notitien met de Veil-Conditien in tijds zullen worden uit
gegeven.
Amsterdam, den 7 Februarij 1839.
VAN DER HOU VEN, President.
KOOY Directeurfungerend Secretaris.
De DIRECTIE maakt bekend, dat door haar zullen ge
veild worden
Te AMSTERDAMop Vrijdag den 22 Maart 1839:
1167 Kisten Java INDIGO, liggende aldaar.
Te ROTTERDAMop Dingsdag den 26 Maart 1839:
845 Kisten Java INDIGO liggende aldaar.
De Notitien met de Veil-Conditien zullen in tijds wor
den uitgegeven.
Amsterdam, den 7 Februarij 1839.
VAN DER HOUVEN President.
KOOY, Directeurfungerend Secretaris.
Het BESTUUR der Spaarbank heeft bij haar, aan het
Departement Middelburg der Maatschappij: Tot Nut van
V Algemeen ingezonden verslag over het jaar 1838 deal-
lezins gunstige staat derzelve Bank kunnen inededeelen.
Het was het Bestuur aangenaam te kunnen berigtendat
deze nu twintig jaren bestaande Spaarbankmeer algemeen
op prijs wordt geschat door diegenen waarvoor dezelve
voornamenlijk is daargesteld en dat de opwekkingen tot
spaarzaamheidalsmede de uitloving van Premien ter be
looning derzelve door eene niet onaanzienlijke vermeerde
ring van Deelnemers zijn achtervolgdwaarom het Bestuur
dan ook weder naar bekomen magciging van het Departe
ment eene uitloving van twintig Premien a drie Gulden
heeft gedaan.
Zijnde door het lot begunstigd de Numeris 184, 242,
25', 3°i, 338 456, 467. 487» 55°. 7°4, 713 732
819-. 855, 880, 933, 967, 988, 1016 en 1044.
Op de dus genummerde aanteekening Boekjes wordtbij
aanbieding derzelvede gezegde Premie bijgeschreven.
Middelburg, den 21 Februarij 1839.
In naam van het Bestuur voornoemd
H. J. van DEINSE Secretaris.
MIDDELBURG den 22 februarij. Gisteren is op de
werf der couiinercie-compagnie dezer stad, de kiel gelegd
van een barkschip, groot 500 tonnen, voor rekening van
do heeren Boddaert Co. en bestemd voor de vaart op
Suriname.
Bij Zr. Ms. besluit van den 9 dezer maand no. 88
is tot ontvanger bij het kantoor van waarborg der gouden en
zilveren werken te Middelburg benoemd, de ontvanger bij
het kantoor te 's Hertogenbosch de heer J. L. Boisius, en
bij het kantoor te 's Hertogenbosch de heer J. C. Klaassen
tot dusver ontvanger van dat middel alhier.
De Belgische Moniteur van den 19 februarij, behelst
een door vorst Leopold den vorigen dag genomen en door
den minister de Theux mede onderteekend besluithetwelk
onder de tegenwoordige omstandigheden van vrij wat betee-
kenis is. Daarbij wordt bet door den graaf Feiix de Merode
gegeven ontslag, uit zijne betrekking van lid van den raad
van ministers en ais ad interim met de onderteekening voor
het departement van finantien beiast, aangenomen. Tevens
wordt bepaald dat de minister van oorlog (generaal fVill-
marj ad interim de onderteekening voor het departement van
finantien zal hebben. Ten gevolge van deze beschikkingen
bestaat het Belgische ministerie thans slechts uit drie leden
namelijk de heeren de Theux Nothomb en PVillmardié
ieder voor het oogenblik met het beheer van twee departe
menten belast zijn.
In de zitting der Belgische kamer van vertegenwoor
digers van den 19, waren 88 leden tegenwoordig. Op de
bank der ministers waren tegenwoordig de heeren de Theux,
Nothomb en kVillmar. Na de opening der zitting vroeg de
heer de Theux, als minister van buicenlandsche zakenhet
woord en bragt een zeer uitvoerig rapport uit. De minis
ter begon met te herinneren aan zijn rapport vair i februarij
jl. en aan de toenmaals nog bestaande, alhoewel zwakke hoop
om door den weg van onderhandelingen het betwiste grond
gebied niet te verliezen. In die hoop had men den 4 febr.
eene nota aan de conferentie ingediendwaarbij de bezetting
van een korps speciale troepen in Limburg en Luxemburg
werd voorgesteld (deze nota hebben wij vroeger medegedeeld.)
Op denzelfden dag werd de toetreding van het Nederlandsch
gouvernemenc bij de conferentie ingediend en ook op dien
zelfden dag gaf de conferentie van die toetreding aan den
Belgischen gevolmagtigde kennisen tevens antwoord óp de
laatste voorstellen van Belgiedênzclveu te kennen gevende
dat zij in geen geval over eenig voorscel meer in discussie
kon treden en dus ook als onaanneembaar het jongsc gedane
voorstel omtrent het grondgebied afwees, tevens de hoop uit
drukkende dat Belgie niet langer toeven zou met tot de voor
stellen der conferentie toe te treden. Behalve de gezegde
pogingen voor het grondgebied had men nog andere in het
werk gesteld betrekkelijk de materiele belangen, voorat om
trent de regten op de Scheldevaarc, maar eene nota van lord
Palmerston van den 8 februarij aan den Britschen gezant
Seymour, welke daarvan mededeeling aan den heer de Teux
moest doen hield bepaaldelijk, dat ook daarin volstrekt
geen veranderingen te brengen waren. De heer de Theux
gaf vervolgens verslag van de nota's der conferentie omtrent
het terugtrekken der troepen. Bij het bestaan van deze daad
zaken ging de heer de Theux voort heeft het gouver
nement de overcuiging bekomen, dat het, zoo het de dier
baarste belangen van het land niet in gevaar wil brengen
aan de kamers de autorisatie moet vragen om tot de voorstel
len van 23 januarij toe te treden. Het gouvernement betreur
de levendig dac zijne pogingen vruchteloos waren geweest,
maar de zekerheid dat het al gedaan had wat het kon ver
zachte de bitterheid van zijne smart. De minister zette ver
volgens breedvoerig uiteenjioe de gevaren van binnen en
van buiten tot de toetreding der 24 artikelen van januarij jl.
noodzaakten, hetwelk men zonder oneer kon doen; hij zette"
de voordeelen van dit nieuwe traktaat uiteen en besloot mee
te zeggen dat het thans aan de vertegenwoordigers verbleef,
om over liet vredes-craktaat uitspraak te doen.
De minister gaf alsnu voorlezing van twee wetsontwerpen
waarvan het eerste, in één artikel vervac, en van den vol
genden inhoud is
De koning is geautoriseerd om de traktatendie de
scheiding cusschen Belgie en Holland regelen te sluiten en
te teekenen onder zoodanige bepalingenvoorwaarden en
vooi behoud als Z. M. noodig of nuttig zal kunnen oordee-
len in het belang van hec land. (get.) Leopoldde Theux,
kVillmarNothomb
Met tweede ontwerp bepaalt, dat de ingezetenen van de
af te stane gedeelten den naain en de hoedanigheid van Bel
gen behoudenmee hun domicilie op het Belgisch grond
gebied te verplaatsen. De ambceuaren uit de afgestane ge
deelten die naar Belgie uitwijken zuilen op twee derde
van hun traktement geplaatst worden.
De rede van den minister schijnt met vrij veel bedaardheid
te zijn aangehoord alleen bij de voorlezing van hec tweede
ontwerp, omtrent de naturalisatie, verhieven zich eenige
stemmen dat zij die gunst versmaadden.
Het eersce liddat 11a den minister sprak om zijne ver
ontwaardiging lucht ce geven was de heer DumortlerHij
was ver van iets dergelijks te verwachten. Ellendige staats
lieden" zeide hij ziet gij niet dat uwe misslagen het
land ten verderve leiden. Maar Belgie heeft jegens Europa
andere verbintenissen aangegaandan die gij voorstelt. Het
heeft verklaard voor geene opoffering te zwichten en 11 al ge
geven wat gij vroegt. Indien uw voornemen was het land
zulk eene vernederende rol te doen spelenwaarom spraakt
gij dan van volharding en moeddie gij nooit hebt gekend."
(Hier gingen luide toejuichingen in de zaal en op de tribu
nen op.)
De heer Pirson vroeg daarop voor eene motie van orde bet
woord. Hij wilde wecen waarom er slechts drie in plaats
van zes ministers tegenwoordig waren. De grofheden door
hem gezegd werden met bravo's begroec. Hij eindigde met
naar de redenen van hec aftreden der ministers Ernst
d'Huart en de Merode te vragendie men zoo hij zeide
lafhartig belasterd had.
De president der kamer gaf alsnu het woord aan den heer
de Theux doch deze zeide dac hij niets te antwoorden had.
De heer Gendebien kwam 1111 aan hec woord om de mo
tie van den heer Pirson te ondersteunen.
De gewezen minister Ernst trad vervolgens op om de
reden van zijne aftreding te verklaren. Toen hec finaal be
sluit der conferentie gekomen was en hetzelve aan de kamer
moest medegedeeld wordenmeende hij en zijne ambgenooc
dT Huartdat het gouvernement eensgezind in deze groote
questie moest zijn; hij meende, dat men niet voor bedrei
gingen maar alleen voor geweld moest zwichten en van
daar de reden zijner afcreding.
De heer de Merode ontvouwde op zijne beurt de oorzaak
zijner afcredinghij had zijne demissie gegeven omdat hec
gouvernement' geen protest van Leopold aan de conferentie
tegen het traktaat had willen opzenden.
De heer Pollenus en Dumortier spraken daarna in één geest
dat aan de wetgevende kamers het regt niec toekwam om
over de questie te beslissenaangezien het den afstand be
trof van een deel grondgebied bij de constitutie vastgesteld-
de kamer zou dan eerst ontbonden en eene nieuwe zamen-
geroepen moeten worden, die met eene meerderheid van
twee derden der leden de questie moest beslisseu
De zitting van dien dag is geëindigd met het met alge-
meene stemmen aangenomen voorstelom over te «aan tot
het in sectien vergaderen der kamers op den volgenden dag
(woensdag), waarna de kamer is uiteengegaan, onder groote
opschuddingalle de toegangen tot de vergaderzaal waren
met eene groote menigte nieuwsgierigen bezethet was
toen 4 ure in den namiddag en tot op dezen oogenblik had
den er geene wanorden plaats gehad.
In het dorp Beeringenop den nieuwen straatweg van
Diest naar hec kamp van Beverloois vrijdag een droevig
ongeluk gebeurd. De kerktoren, die zeer oud en bouwval
lig wasis gedurende eene hevige windvlaag ingestorten
wel op de gemeente-school, waarin zich 13 kinderen be
vonden die allen onder liet puin bedolven en gedood zijn.
Hec getal der kinderen die gewoonlijk deze school bezoeken
is omtrent 50, doch gelukkig was liet meerendeel naar de
rauzijk van het 2de regemenc van linie, dac in hec dorp ge-
kanconneerd ligt, gaan hooren. De militairen hebben ijverig
gewerkt om hec puin op te ruimen, ten einde zoo mogelijk
nog het leven van eenige der slagtoffers van dit ongeval te
redden doch hunne pogingen zijn te vergeefs geweest' 'daar
al de gevonden kinderen reeds dood waren
De laatste berigten uit Brussel zijn van den 20 en behel
zen hec volgende
heden heeft zich de kaïncr van vcitegtn'.vcoi'iiigets ju