COURANT.
U
N". ui.
MIDDELBURGSCHE
Zaturdag
den 15 September.
NIEUWSTIJDINGEN
DUITSCHLAND.
W EENEN den 2 september. Berigten van Konstantinopeltot op
den 10 augustus, door het half-officiele dagblad de Beobachter
medegedeeld behelzen niets dan de beschrijving van het plegtig ope
nen van de aldaar nieuw gebouwde groote kazerne welke voor 6000
man is ingerigt; bij welke gelegenheid de sultan zelve, in kolonels
uniform de nieuwe troepen in oogenschouw heeft genomen alsmede
de tot stand gekomene organisatie van het korps Topdschis of artille
risten, die voortaan geen ambacht meer zullen mogen blijven uitoefenen,
maar zich geheel aan de kazerne-discipline en aan de dienst zullen moe
ten overgeven.
FRANKFORT den 8 septemberMen heeft hier thans berigten uit
Konstantinopelvan den 11 augustusvolgens welke de Russische mi
nister aan alle Russische scheepskapiteins eene circulaire had gezonden
waarbij hun, op straffe van verbeurdverklaring, verboden wordt om
voor eene der twee oorlogende partijen, de Turken en de Grieken,
krijgs- of mondbehoeften aan boord te nemen of te vervoeren. Men
beschouwde dit als een voorloopige maatregelten gevolge van het
Londonsche traktaat van 6 julij 11. Dat traktaat zelf was overigens nog
niet officieel aan de Porte medegedeeld. In Konstantinopel bleef het
inmiddels steeds zeer rustig. Adrianopel wasin het laatst van julij
door eenen brand bezocht waardoor een groot gedeelte dier stadon
deranderen van den bazar of de wijk der koopmans-winkels en pakhui
zen, in de asch was gelegd.
Te Zante liep een geruchtdat lord Cochrane nieuwe voordeelen
op de Turken zou behaald hebben. De zeerooverij in de Grieksche en
Ionische wateren neemt thans schrikbarend toe.
FRANKRIJK.
PARIJS den 9 september. Als officieel worden heden in onze mini
steriele bladen, betreffende de gebeurtenissen welke zich in de Levant
voorbereiden medegedeeld de navolgende berigten waaruit men met
genoegen zal ontwaren dat het aan de drie groote mogendhedendie
het bewuste traktaat van Londen van den 6 julij 11. geteekend hebben
volkomen ernst is om dat traktaat met nadruk uit te voeren en, over
eenkomstig hetzelveeen einde aan den kampstrijd tusschen de Turken
en de Grieken te makenmen zal er ook uit ziendat de bewegingen
van troepen in Ruslanden het zamentrekken derzelven naar den kant
van Turkije, waarvan tot hiertoe meestal slechts bij geruchte gesproken
werd eene onlochenbare daadzaak moet zijn. Doch men leze en oor-
deele zelf. Zie hier de bedoelde officiële berigten
De schepen des konings le Tridentle Breslaw en la Provencezijn
den 15 augustus 11. van Algiers naar Milo vertrokken; het schip le Sci-
piondezelfde bestemming hebbende, was den 19 augustus tusschen
Sicilië en Maltha. Het Fransch eskader heeft zich uiterlijk den 25 te
Milo moeten bevinden. Het Engelsch eskader was reeds in die wateren.
Het Russisch eskader is geziende Straat van Gibraltar doorzeilende.
Men kan berekenen dat de scheepsmagten van de drie mogendheden in
de eerste dagen van deze maand vereenigd zullen zijn geweest, en ge
reed om in de Levant te handelen.
Men weetdat reeds aan den pacha van Egypte was te kennen
gegeven dat zij niet meer naar Griekenland zouden doorlaten de ver
sterkingen welke hij daarheen mogt willen zenden en dat Rusland
van zijnen kant aan de Porte had doen zeggendat de minste beleedi-
ging, den ambassadeur en den onderdanen van de drie mogendheden te
Konstantinopel aangedaan, het teeken zijn zou van het inrukken der
Russische armee op het Ottomannisch grondgeöied. Eene Russische vloot
bevindt zich voor den Bosphorusaan den kant van de Zwarte zee."
In een verzoek om gratiedoor den Korsikaanschen advokaat Pa-
torni, aan Z. M. gerigtten behoeve van zekeren Ambroisidoor het cri
minele hof van Korsika te.r dood veroordeeld wordt een opmerkelijk
en verschrikkelijk voorbeeld aangehaald van de dwalingenwaaraan de
menschelijke geregtigheid is blootgesteld
De geneesheer llusticoni, uit het kanton Ampngnanivalt door het
staal van een' moordenaar. De vermoedens vestigen zich op zijnen kunst
genoot Micheli en zekeren eigenaar Cruciano. Het criminele hof van
Korsika veroordeelt beide personen om onthalsd te worden. De dag der
executie komt. Cruciano, ongeveer 60 jaren oud, stapt onverschrok
ken naar de strafplaatszonder den mond te openenzich alleen bezig
houdende met het beeld van den Zaligmaker op zijne lippen te drukken
en eeniglijk denkende aan de eeuwigheid. Micheli, daarentegen, houdt
niet op te zeggenThansdaar de leugen mij van geenerlei dienst
meer kan zijn, protesteer ik van mijne onschuld: mijne handen zijn
zuiver van het vergoten bloedik sterf als slagtoffer van de dwaling
mijner regters." De verslagenheid was groot in Bastia, ten dage dat
die ongelukkigen hun doodvonnis ondergingen. Eenigen tijd daarna wordt
een Korsikaansch bandiet (Sanroccbi was zijn naam), die naar Sardinië
uitgeweken was, gearresteerd en naar de gevangenis van Bastia gebragt.
Wegens verschillende misdaden ter dood veroordeeld, beklom hij het
schavoten verklaardeten aanhooren van de geheele bevolkingdat
n hij alleen de moordenaar en medepligtige was van den moord aan den
geneesheer Rusticoni; dat de geneesheer Micheli en de grijsaard Cru-
ciano et geen het minste deel aan genomen hadden dat zij onschul-
dig gestorven waren." Deze daadzaken hebben plaats gehad in de ja-
reu 1824 en 1825, en geheel het departement van Korsika is er nog
diep door getroffen."
In Katalonie groeit het getal der insurgenten steeds aanen wor
den hunne gelederen van alle kanten aangevuld en versterkt door de ko
ninklijke vrijwilligers en de oude officieren van het geloofslegeracht
der aanvoerders hebben reeds den titel en de teekenen van generaal aan
genomen. Ook Valeucia wordt door eene bende van oproerlingen ver
ontrust. De generaal-majoor Monnetdie de militaire linie van Oud-
Kastilie aan de Portugesche grenzen kemmandeerde, is benoemd tot op
perbevelhebber der tegen de insurgenten bestemde en reeds in aantogt
zijnde krijgsmagt; hij is den 29 augustus van Zamora te Madrid aange
komen, na zich eenige uren te St. Ildephonse opgehouden te hebben.
NEDERLANDEN.
LUIK den 9 september. Er zijn alhier van den burgemeester van
Stavelotgeloofwaardige berigten ontvangen omtrent den brand In dat
stadje, den 29 augustus II. ontstaan. Volgens dezelve zijn elf huizen
eene brouwerijeene leerlooijerij en zeventien schuren en stallen tot
den grond toe afgebrand, en zijn acht huizen en twee schuren zeer
baschadigd geworden. Men begroot de schade op veertig k vi'f-en-
veertig duizend gulden. Bovendien heeft deze ramp, welke alleen aan
onvoorzigtigheid is toe te schrijven het leven aan twee werklieden ge
kost en zijn onderscheidene personen gekwetst. De ijver der inwoners
van Stavelot zelve, en de trouwe bijstand van de ingezetenen van het
naburige Malmedy hebben het stadje, van welke de huizen bijna alle
van hout zijnvoor eene geheele vernieling bewaard.
BRUSSEL den 12 september. De heer A. de Trasegnies, welke ver
leden donderdag avond alhier van Rome is aangekomen, is, naar meti
verz«3ctde overhrenger van de met den Paus gesloteneen door de
beide mogendheden geratificeerde conventie Omtrent den inhoud der-
zelve is nog niets uitgelektdoch uit hetgeen het Journal des Pajs-Bas
van heden zegt, schiet er geen twijfel over, of deze conventie heeft
zoowel betrekking tot de Noordelijke ais tot de Zuidelijke provinciën.
Immers leest men daarin de navolgende zinsnedeLaten wij ons ge
luk wenschendat de Katholieken der Noordelijke gewesten weldra op
houden zullen langer onder Missiën te staan, en dat zij, bestuurd door
dezelfde orde van zaken als de Katholieken van het Zuiden, met ons
niet meer dan ééne nationale kerk zullen uitmaken."
Bij koninklijk besluit van den i september 1827 wordt bepaald,
dat, door de hoofd-commissie tot de zaken der Israëliten, en door alle
Israëlitische kerkelijke collegien en godsdienstige school-commissien
het noodige toezigt zal moeten gehouden wordendat door niemand
eenige functie van godsdienstig en godgeleerd onderwijzerrabbijn of'
rabbinaal-assessorleeraar en oefenaar, zal worden uitgeoefend, tenzjj
bevorens daartoe het vereischte examen te hebben afgelegden wijders
behoorlijk daartoe beroepen of toegelaten te zijnzullende zijwelke
de voormelde functien onbevoegd mogten uitoefenen, vervallen in de
strafbepaling, bij de wet van den 6 maart 1818 {Staatsblad no. 12)
vastgesteld.
Bij besluit van den 1 julij 1827 is een octrooi verleend, voorden
tijd van 10 jaren, aan Jacobus en josepkus Dcsaghervader en zoon,
te Brusselop de uitvinding van een verbeterd toestel voor een open
vuurbij middel van ijzeren gordijnenhetwelk den rook belet van uit
te slaanen hetwelk in beweging gesteld wordt door eene mecanieke
op verschillende hoogten, en kan bovendien daardoor het vuur tweemaal
vier-en-twintig uren in den haard bewaard worden.
De generaal baron Travers de Zeverinspecteur-generaal van de
maréchaussée, is, den 10 dezer, op zijn buitenverblijf te St. Trond,
overleden.
BRUGGE den 9 september. Z. M. heeft goedgunstig eene som van
ƒ3000 toegestaan, tot het vergrooten van het lokaal van het koninklyke
collegie te Kortnjk.
In het laatste nommer van de nieuwe Gazette dezer stadwordt
een verslag gegeven van de prijsuitdeeling, welke onlangs in het colle
gie der Jezuiten te St. Acheul, nabij onze grenzen in Frankrijk gele
genplaats gehad heeft. Men ziet uit dat artikel, dat in de school
der Jezuiten zich nog onderscheidene Nederlandsche jongelingen bevin
den. Er zijn er, die zulks vreemd vinden, daar deze jongelingen In
hun eigen vaderland het meest doelmatige onderwijs zouden kunnen ge
nieten en zij, door hun verblijf te Acheul, welligt, bij meer gevor
derde jarenzich den weg afsnijden tot de aanneming in eenen achtba
ren stand der maatschappij.
AMSTERDAM den 10 september. Het stedelijk bestuur alhier heeft,
aan den Franschen ingenieur Renaud Blancbet, na den goeden uitslag
eener door hetzelve bevolene proefneming door deskundigentoegestaan
het oprigten in deze stad van eene waterplaatstot het bekomen van
door kolen gefiltreerdgezuiverd en klaar water.
De bezuinigingen, welke uit deze inrigting zullen voortvloeijenzijn
voor het algemeen onberekenbaar, daar men in Amsterdam voor 10cen
ten eene dragt of twee emmersvan 50/2 Ned. ponden zal kunnen be-
komenterwijl men op dit oogenblik voor eene dergelijkewelke men
van Utrecht doet komen 75 k 80 centen moet betalenniettegenstaan
de het waterhetwelk door dit etablissement zal geleverd wordenhet
andere in deugdzaamheid zal overtreffen.
De vergunning van H. E. A. magtigt den heer Renaud Blancbetom
te ontvangen voor iedere dragt van twee emmers water 10 centen
wanneer hetzelve aan de huizen bezorgd, en centen wanneer het
aan de plaats zelve wordt gehaald, behoudens eene vermeerdering,
wanneer het water van de Vecht op sommige tijden van het jaar in prijs
gestegen mogt zijn.
De hooggeleerde heer IV. A. van Hengelmet zeer veel lof al
hier het hoogleeraars-ambt bekleed hebbende, naar Leyden beroepen en
de hooggeleerde heer J. Willmeteen man van grondige geleerdheid en
kennis, verzocht hebbende, dat, wegens toenemenden ouderdom, een
adjunct hem werde toegevoegdis in de plaats van den heer van Hen
gel tot hoogleeraar in de godgeleerdheid en kerkelijke geschiedenis en
tot prediker en conclonator aan het athenaïum met waarneming van
eene halve predikbeurt bij de Hervormde gemeente, aangesteld de wel-
eerw. zeer geleerde heer Gijshertus Johannes Rooijensv. d.m.geacht
predikant alhier bij gemelde gemeente. En is aan den hooggeleerden heer
J. IVillmctsalvo honore et stipendio, als buitengewoon hoogleeraar in
de Oostersche letterkunde en oudheden, toegevoegd de wel-eerw. zeer
geleerde heer Taco Roorda, litt. hum. en theol. doet. en thans predikant
te Burgwerd en Hichtum, in Vriesland, onder de klassis van Harlingen.
'sGRAVENHAGE den 11 september. Naar men verneemt, wordt
het bedelaars-werkhuis te Hoorn opgeheven en zijn de stichting van
de Ommerschans en de stichtingen van Veenhuizen welke niet tot kin
dergestichten dienenverklaard voor bedelaars-werkhuizen voor de
Noordelijke provinciën.
Z. M. heeft tevens nog eenige bepalingen gemaakt betreffende de
verpligtingom de kinderen van 6 tot 18 jaren, uit de godshuizen,
welke, geheel of gedeeltelijk, worden gesubsidieerd of uit openbare
collecten ondersteundvan jaar tot jaar in de koloniën van de maat
schappij van weldadigheid te plaatsen.