N°. 69. MIDDELBURGSCIIE COURANT. Zaturdag den 9 Junij. NIEUWSTIJDINGEN. duitsciil and. IFRANKFORT den 2 junij. Uit Zante wordt van den 9 mei gemeld, dat de gemeenschap ïnet de binnendeelen van Morea is gestremd door eenen inval van Ibrahim-pacha in het gebied van Arcadie, Pirgo eii Gastuni waar hij schrik en verderf onder de inwoners heeft gebragt. Van Napoli de Romanie wordt de gelukkige tijding bevestigd, dat de Grieken .den 21 april de Turken uit de positie rondom Athene hebben verdrevenen den Acropolis op nieuw hadden geproviandeerd. De se- raskier had veel volk' verloren, en hij zelf zou gekwetst zijn. GROOT-BRITTAN JE. LONDEN den 2 junij. Kapitein'Parry is den 19 april te Hammer- fest in Noorwegen aangekomenen zou aldaar binnen weinige dagen zijne rendieren aan boord nementen einde omtrent het midden van mei ten noorden van Spitsbergenhet anker te laten vallen. De ingenieur Brunei had op den 26 11. een nieuw verslag gege ven omtrent den toestand van den gang onder de Theemsomtrent welken hij betuigd had, geenen twijfel te voeden of het lek in de bed ding der rivierwaardoor het water doorgedrongen was en nog door drong, zou kunnen gestopt worden. Om dit te bewerkstelligen, heett hij eergisteren een houten vlot van 30 voet in het vierkant op de bed ding der rivier willen doen zakkenter plaatse waar het lek wasen waar de klei reeds was nedergelatenmet oogmerk, om op de hoeken van dat vlot een soort van gemetseld muurtje op te halen, en de tus- scbenruimte daarvan met klei te vullen. Doch juist toen men bezig was het vlot te doen zakken, kwam eene stoomboot de rivier opvaren, die tegen hetzelve met kracht aanzette en het van zijne ankers sloeg. Dit ongeluk mismoedigde evenwel den ingenieur niet, en woensdag avond heeft hij het vlot doen nederdalen. Zoodra men verzekerd was dat het op den grond was, ging de stoommachine aan het werk, en ont lastte den gang van eene zoo groote hoeveelheid waters, dat er niet meer dan 2Voet iii den gang over gebleveu waren en dat de jonge Bru nei in een klein schuitjeonderzoek naar den staat van het metselwerk kon doen. Doch op eens wordt men gewaar, dat alle pogingen om meerder water uit te pompen vruchteloos werden. Wel verre van af te nemen nam het oogenschijnlijk toe, ja binnen weinigen tijd liep de ge- heele gang weder vol. De zoon van den heer Brunei daalde hierop in de duikerklok naar het bed der rivier nederom de reden hiervan te on derzoeken en nu bevond hijdat de oorzaak van deze nieuwe ramp geene andere wasdan dat het vlot door het getijde van de plaats weg gesleept was, en dat het met zich een groot gedeelte der klei had me degevoerd. Hierdoor was het gat weder geopend en liep het water met kracht in den gang. Wat van dit alles het-gevolg zal zijn, is nog on zeker. Er worden allerlei plannen gemaakt, maar of zij zullen geluk ken zal de tijd leeren. FRANKRIJK. PARIJS den 3 junij. De commissaris-generaal der marine te Havre heeft van den minister berigt ontvangendat Zr. Ms. gouvernement niet zeker is van de gezindheid van den dey van Algiers ten opzigte van Frankrijken heeft dus last om den koophandel te waarschuwendat de Fransche schepen op hunne hoede moeten zijn tegen de Algerijnsche vaartuigen. De minister heeft berigt, dat er maatregelen genomen wor den om de Fransche scheepvaart in de Middellandsche-zee te beschermen. In de courant van Lyon leest men, dat eene dienstmaagd te Cra- pone in het departement der Haute Loirewelke zich steeds door een onbesproken gedrag en d-oor het naauwkeurig waarnemen harergodsdienst- pligtcn onderscheiden had ten gevolge van het vieren van het jubilé haar Verstand verloren heeft, en des avonds voor Hemelvaartsdag op.de plaats van het huis waar zij dieude, eenige takkenbossen opeen ge stapeld heeft, daarop geklommen is en het hout in den brand heeft ge stoken, waardoor zij zich zoo deerlijk gebrand heeft, eer men haar te hulp konde komen, dat zij weinige dagen daarna den geest heeft gege ven. Zij zeide uit den hemel last gekregen te hebben om zich te ver branden daags voor haar overlijden is zij nog opgestaan om de lofzan gen der missionarissen te zingen. NEDERLANDEN. BRUSSEL den 5 junij. Bij koninklijk besluit van den 24 mei, uit gegeven den 3 junüwordt bepaalddat voortaan voor het leveren van elke expeditie of extract van eene acte van huwelijk, aanneming en scheiding niet meer dan veertig centen zalmogen gevorderd worden en piet meer dan vijf-en-twintig cents voor elke expeditie of extract van eene acte van geboorte, overlijden of huwelijks-afkondiging, behalve bet regt van zegel en registratie bij de wet vastgesteld. Het is ver boden iets meer dan het genoemde regt te vorderen voor het afgeven van zoodanige stukken als mede van iets te rekenen of te ontvangen voor bet opmaken der acten van den burgerlijken stand, of voor het inschrij ven dier acten op de registers of eindelijk voor eenig ander werk hetzij dit geschiede ten voordcele der steden of gemeentender beamb ten- of bedienden of der arm en-gestichten en godshuizen. De over treders zullen, als schuldig aan knevelarij, volgens de wet gestraft wor den. Van het betalen van het regt voor het afgeven der boven bedoel de papieren zijn bevrijd allen die van het gemeente-bestuur een bewijs van onvermogen ontvangen hebben.De .magt aan de provinciale auto riteiten bij koninklijk besluit van den ?8 junij 1814, no. 84, en 25 november 1818, no. 2 toegestaanom, volgens de plaatselijke om standigheden, het tarief,, bij decreet, van 12 ju lij .1.807 y voor de expe- ditien der acten van den burgerlijken staatte vermeerderen is inge trokken en vernietigd. Het tegenwoordig besluit zal in plano gedrukt en in al de bureaux van denburgerlijken staat opgehangen worden, ten einde elkeen het zal kunnen zien en lezen. Ook heeft Z. M.bij besluit van den 24 mei 11., eene som van ƒ300 toegelegd aan de visschers weduVvön en weezen te OStende, welke hun ne echtgenooten èn vaders op dert 17 en '18 maart' 11. oja zee verloren hebben. GENT den 4 junij. -Dezer.dagen heeft de directeur der policiever gezeld van de commissarissen der edr-ste en tweede wijkzich naar het hulp-seminarie vaii de II. Barbara begeven, 0111 aldaar eene opneming te doen van de heeren' seminaristendie dit gebouw bewonen. Op de aanmerkingen die hem gemankt zijn, heeft de directeur der policie zich vergenoegd met eene naamlijst mede te nemen, die hem overhandigd is. ENKHUIZEN den 3 junij. De jaarlijksche zeildag van de haringbui zen zoo van de Rijp als van deze stadzal alhier plaats hebben op den 15 dezer maand, terwijl het biduur, om den goddelijken zegen over deze zoo belangrijke onderneming af te smeeken, is bepaald op den avond te voren. MIDDELBURG den 8 junij. In het verslag van Z. Exc. den mi nister van binnenlandsche zaken, nopens den staat van de hoogemid delbare en lagere scholen, over 1825, wordt omtrent onze provincie het volgende gezegd In Zeeland kwamen vele plaatselijke verbeteringen tot standmot name in de gemeenten Hulst, TholenMiddelburg en Vlissingen. De leerwijze, welke op de Rijks-kweekscholen gevolgd wordt, werd in vele scholen ingevoerd. Voorts werd een aanzienlijk getal school-ver- trekken aanmerkelijk verbeterd en werden eenige nieuw gebouwd." Nog vindt men, in dat verslag, omtrent de toevoeging van het be kende Collegium Philosophicum aan de hooge school te Leuvendeze aanmerkingen Het zou niet overeenkomen met den aard van het tegenwoordige verslag, om over dit onderwerp in het breede uit te weiden. Genoeg zal het zijn, te doen opmerken, dat, in elke burgermaatschappij, maar vooral indezen Staat, waarde aangenomen Grondwet zulks uitdrukke lijk voorschrijft, het de pligt van den Souverein is, om voor het open baar onderwijs, bij alle klassen van burgers, te zorgen. Nu is er geen stand van zoo veel gewigt voor de maatschappij als die van godsdienst leeraars, geen die grooteren invloed uitoefent op de gemoederen der in gezetenen. Het is daarom van veel belangdat het burgerlijk gezag een wakend oog hebbe op de opleiding van toekomstige godsdienst-lee raars. Edoch dit wakend oog en dit toezigt behoort zich niet uit re strekken tot bemoeijingen omtrent den inhoud der eigenlijk gezegde kerk leer, maar daartoe, dat de toekomstige geestelijken behoorlijke overtui ging erlangen, dat 1 zij burgers van den Staat zijn en blijven en dat zij hunne verpligtingenals zoodanig, wel kennen. Het zijn deze oogmer ken, welke den Koning bewogen hebbenom niet verder te dulden, dat de -toekomstige godsdienst-leeraars van het meerendeel zijner onder danen zouden worden onderwezen en opgevoed buiten alle toezigt van het burgerlijk bestuur. De opening van de nieuwe stichting had plaats onder vele gunsti ge voorteekenen. Men zag het onderwijs opgedragen aan mannen van erkende bekwaamheid en van onbesproken wandel. De toevloed van jon ge lieden was aanzienlijken het gebouw, ter hunner huisvesting be stemd, ruim en doelmatig. Intusschen is het te bejammeren, dat bij sommigen argwaan tegen de instelling is ontstaanwelke aanleiding gaf tot verontrusting van naauwgezette gemoederen. Eene bedaarde over weging van de aangevoerde bezwaren heeft echter de overtuiging te weeg gebragt, dat dezelve inderdaad niet gegrond zijn, en dat geene regten van kerkvoogden zijn verkort. Die overweging heeft integendeel de overtuiging bevestigd, dat de nieuwe stichting in het wel begrepen belang is van 's Konings Roomsch-Katholieke onderdanenja de groot ste weldaad is voor de duurzame vereering van de Roomsch-Katholieke godsdienst zelve. Het is dan ook te hopen en te verwachtendat de opgevatte argwaan zal worden afgelegd en plaats zal maken voor eene erkenning en waardering van 's Konings weldadige bedoelingen, van Iloogstdeszelfs genomene maatregelen." Uit gemeld rapport blijkt ook nog, dat in het koningrijk der Neder landen, op eene bevolking van 6,157,286 zielen, 633,859 kinderen on derwijs ontvangen. In Frankrijk daarentegen maken, in de 32 Noorde lijke departementen, op eene bevolking van 13 millioen, 740,846 en in 54 Zuidelijke departementen, op eene bevolking van 18 millioen, 375,931 kinderen gebruik van de scholen. In de Nederlanden wordt dus van het publiek onderwijs tweemaal zoo veel gebruik gemaakt als in de Noordelijke, en zesmaal zoo veel als in de Zuidelijke departemen ten van Frankrijk. Uit het verslag omtrent den staat van het armwezen over het jaar 1825, van bovengemelden minister, blijkt, dat in dat jaar 800,000per sonen op de eene of andere wijze zijn bedeeld dat de inkomsten der armen-inrigtingen en godshuizen hebben bedragen ruim 10,700,000 en daaronder ƒ5,600,000 eigene middelen, ƒ1,500,000 koliekten en 2,594,000 subsidien. Van dit bedrag is besteed aan administratie-kos ten 1,716,000aan voeding en onderhoud 8,167,000. In 1825 is het aantal der spaarbanken tot 47 geklommen, van welke 15,450 personen ruim 2,426,000 aan kapitaal en renten te vorderen hadden. Het kapitaal Van 125 banken van leening heeft in dat jaar 4,846,900 de opbrengst derzelve 232,235 bedragen. zee- Tijdingen. MIDDELBURG den 7 junij. Heden is ter reede gearriveerd het brikschip Prins Frederik der Nederlandenkapitein D. Jonkmanvan Dcmerarij voor deze stad. BESTUREN en ADMINISTRd TIEN. De COUVERNEUR van de Provincie ZEELAND verwittigt bij de zen al de Grond-E-igenaren in de Gemeenten HengstdijkBoschkapclle en Sint-Jansteen dat de werkzaamheden betrekkelijk de opmeting voor het Kadaster, binnen dezelve Gemeenten, op den 14 dezer maand zullen Worden aangevangen. Geschiedende deze kennisgeving ten einde hen instaat te stellen om bij de meting hunner Eigendommen, waarvan de juiste tijd binnen de Gemeenten nader zal worden aangekondigd, tegenwoordig te zijn, of -zich door hunne Pachters of Zaakwaarnemers te doen vertegenwoordigen j:ot het geven van de noodige inlichtingen. Middelburg', den 8 Junij 1827. VAN VREDENBUIICH. AANBESTEDING. Op den 29 Junij 1827, des voormiddags ten 10 uren, zal, aan het lokaal van het Gouvernement te Gentworden aanbesteed de leverantie"

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1827 | | pagina 1