N°. 46.
MIDDELBURGSCHE
COURANT.
Dingsdag
den 17 April.
NIEUWSTIJDINGEN.
DUITSCIILAND.
I"FRANKFORT den 13 april. l)e Wurtenbergsche bladen geven thans
eeni'g b'erigt van de aldaar ontdekte zamenspanningen. Zij verze
keren dat het misdrijf bestaat in eene poging van een dweepziek jong
mensch, om eenige landlieden te vervoeren doch voegen er bij, dat
de bekende liefde der Wurtenbergers voor hunnen koning nimmer ernsti
ge gevolgen zoude hebben doen duchten. Omtrent het eigenlijk oogmerk
en de uitgebreidheid van het complot is nog niets zekers bekend; men
spreekt intusschen steeds van het gevangen nemén van ettelijke niet on
aanzienlijke lieden.
Uit de laatste brieven van Bucharest en Jassy blijktdat de tij
ding wegens een opstand of oproerigheden in de Vorstendommen geen
geloof verdient.
De Grieksche nationale vergadering zet te Aegina hare werkzaam-
Weden ongestoord voort.
GROOT-BRITTANJE.
LONDEN den 10 april. Volgens tijdingen uit Cantontöt den 50
december, is er in de noordwestelijke provinciën van het kèizerrijk van
China een opstand uitgebroken, en zijn de Tartaren van Klein-Bucharie
(egen den keizer opgestaan. Z. M. deed nieuwe troepen ligten en maak
te zitfh gereed om deze oproerlingen spoedig tot hunnen pligt terfig te
brengen.
Over Maltha zijn tijdingen uit Morea welke zeer voordeelig voor
4e Grieken zijn. Tripolitza zou door hen zijn hernomen.
FRANIfRIJK.
PARIJS den 10 april. Het ministerie van marine en koloniën heeft
verschillende rapporten ontvangenbetreffende de meer en meer waar
schijnlijk wordende ontdekking der overgebleven manschappen van de 1
ónder bevel van la Pérouse gestaan hebbendé én iri den aan Nieuw-Zee-
Iand gfenzenden archipel verongelukte schepen de Astrolabe en de Bous-
sole. Deze rapporten schijnen voornamelijk gegrond te zijn öp berigten
van een* in Bengalen van Valparaiso aangekomen Engelschen kapitein, ten
gevolge van welke berigten de Engclsche regering te Calcutta reeds beslo
ten heeft om naar gezegden archipel het schip de Recherche af te zenden
hetwelk van den 15 tot den 20 december van' Calcutta moet vertrokken
zijn. Van Pondicheri schijnt ook een schip afgezonden te zijn, aan boord
van hetwelk de aldaar residerende naturalist van Z. M., de heer Bellan
ger, zich moet ingescheept hebben.
Uit Spanje zijn tijdingen ingekomenwelke vrij verontrustend zijn
de oproerigheden in Oppcf-K'atalonie nemen toé en hebben te Girona
haren hoofd-zetel. Te Valparaiso is eene Samenzwering van 800 consti-
lutionelen ontdekt; 27 hunner zijn gefusilleerd.
MARSEILLE den 5 april. Het fregat van den Bassa van Egypte is
pit de haven Dieudonné naar Toulon gezeild om vajt daar, ondercon-
vooi van de Fransche oorlogs-corvet Cireénaar Alflcandrie te stevenen,
flet schijnt, dat dit convooi voornamelijk voor het fregat is verleend
ofcqhpon het 60 stukken voert en 400 man equipagie heeft.
NEDERLANDEN.
BRUSSEL den 12 april. Ter gelegenheid der verdediging van de
concept-wet op de regterlijke organisatiedoor den minister van justi
tiein de zitting der Tweede Kamer van den 10 dezer, heeft Z. Exc.
verklaard, dat de grondwet alleen het geschil wegens de afscheiding der
magten in onze staats-inrigting moest beslissenen dat daarin geen schijn
to vinden was van drie van elkander afgescheiden magtende wetge
vende, de uitvoerende en regterlijke. Hij zeide, dat onze regering mo
narchaal en de Koning de uitvoerende magt niet was, daar het tweede
hoofdstuk der grondwet van den Koniug en niet van de uitvoerende magt
het derde hoofdstuk van de Slat en-Generaal en niet van de wetgevende
magthet vierde hoofdstuk van de Staten der Provincie en niet van de
uitvoerende of administrative magten het vijfde hoofdstuk van de Ju
stitie en niet van de regterlijke magt handelt, en dat, zoo in het 166ste
artikel gevonden wordt, dat de regterlijke magt uitgeoefend wordt door
regtbankenmen door de woorden regterlijke magt moet verstaan de be-
decling van het. regt. Dat de regterlijke magt een uitvloeisel is van het
jouverein.. gezag, blijkt uit de bepaling van art. 162, dat in naam en
van wegtf* den Koning regt wordt gesproken. De Koning staat dus aan
het hoofd der justitie en de justitie zoo wel als de administrative magt
verccnigen zich in de Koninklijke attributien, behoudens eene behoorlij
ke onafhankelijkheid der regterlijke magtmet betrekking tot hare uit
spraken. Z. Exc. beweerde, dat het openbaar ministerie afgescheiden
is- van deregterlijke magt, alleen voor de belangen der regering .zorgt
en aan "SS^ooge magt onderworpen moet zijn, wil deze instelling van
nut wezen." Dit gevoelen staafde de minister met zich te beroepen op
het werk van den kundigen advokaat Meijer. De minister betoogde ook
dat de voordragt van het tegenwoordig ontwerp noch ontijdig noch voor
barig ('at die voordragt door vele leden der Kamer verlangd is.,, en
deze wet de manier van procederen moet voorafgaan, om dat de pro-
ces-prde niet geregeld kan worden zonder deze voorloopige bepalingen.
Omtrent de bedenkingen wegens het verminderen van het getal der ar-
rondissements-regtbankenzeide Z. Exc., dat hij in zijne toelichtende
verklaring alleen de mogelijkheid heeft doen zien van eene vermeerde
ring Merzelveen dat, zoo de wet niet aangenomen wordt, de Neder-
landsche wetgeving weder voor eenigen tijd veraebterd zal worden. De
minister wederlegde nu de bedenkingen tegen de bepalingen omtrent de
knntons-regtershunne assessoren de arrondissements-regtbanken het
niet toelaten van appel iri criminele zaken en het getal der provinciale
hoven. Omtrent dit laatste punt verklaarde hij, dat de zin van art. 182
der grondwet is, dat voor elke provincie een geregtshof moet daarge-
steld worderf en dat de letter en geest der grondwet provinciale hoven
wileven als provinciale statenhetgeen zeggen wil voor elke provin
cie. Tot meerdere bevestiging hieryan las Z. Exc. eene zinsuede voor
van de jumspaakdoor hem, uit naam van den Soevereinen Vorstin
1814 te Amsterdam, in de vergadering der notabelen, bij het aanbieden
der grondwet gedaan, welk stuk alvorens door den Vorst, na eene klei
ne verandering.was goedgekeurd. Eindelijk antwoordde de minister op
dtr overige aanmerkingentegen de wet in het midden gebragt. Op die
omtrent het vestigen eener jcrisj^rudfcncie verklaarde hij niet te weten
wat het betcekenen wil, eene jurisprudentie in het koningrijk der Neder
landen 'te vestigen. Omtrent de conflicten zeide hij, dat daarin ml door
eene bijzondere wet zal moeten voorzien worden.
In de Zitting van gisteren is, met eenparigheid der 6t tegenwoor
dig zijnde leden, aangenomen het voorstel van den heer Beeiaerts van
Blokland, strekkende om, overeenkomstig art. 7 der wet van 26 junij
1822, de dispensatien tot huwelijken tusschen schoon-broeder en schoon
zuster en tusschen oom en nicht of tante en neef, van stonden aan op
te dragen aan dén Koning.
De Eerste Kamer heeft gisteren de wet op de Schutterijen bijna
met eenparige stemmen aangenomen.
De Uitdeeling bij de Ncderlandsche bank te Amsterdamover het
afgeloopen dertiende boekjaaris bepaald op 66 per aandeel.
CENT den april. Op gisteren had hier wederom eene vergadering
plaats van ons genootschap van Nederlandsche taal- en letterkunde. Naar
aanleiding der gewigtige herinneringen welke die dag (goede vrijdag)
allen christenen opleverdeheeft de heer Schrant eene redevoering over
den dood des Zaligmakers uitgesproken. Na de treffendste omstandig
heden van den verhevendsten doodwaarop de ongewijde geschiedenis
met rederi boogt, dien van Socrates, geschetst-te hebben, heeft da
spreker op eene wegslepende wijze doen gevoelen, dat al wat er schoon
en grootsch bij het sterven van den zoon van SophroniCus heefc plaats
gehad, zulks in geenerlei opzigt met den dood van Jezus kan vergeleken
worden. De welsprekendheid van den eerw. Schrant heeft op de vergade
ring eenen levendigen en godsdienstigen indruk gemaakt, toen hij da
woorden van een bekenden wijsgeer heeft ontwikkeldZijn het leven
en het sterven Van Socrates die van eenwijzen geweesthet leven en
sterven van Jezus Christus waren die van eenGod.
Deze Zitting is door de tegenwoordigheid van zijne exc. den gouver
neur der provincie en den heer burgemeester dezer stad vereerd ge
worden.
WINSCHOTEN den 7 april. Eindelijk is de digting der doorbraak
bij Stroobos op gisteren voltooid, geworden. Groote moeite zal het éch
ter kosten om de landen van BUjhatn en omliggende streken van het in
gedrongen water te ontlasten. Dat de schaden zeer groot zijnbehoeft
geen betoogvan het winter-koren zal nagenoeg niets kunnen behouden
blijven.
MIDDELBURG den 16 april. Bij predikanten der Ned. Herv. ge
meente alhier is weder, uit de kerk-kollekte van gisteren, ontvangen s
Een stuk 10, een dito 5 en een k f 1.
Van den 6 tot en met den 13 april zijn te Groningen 21 personen
overladen.
BESTUREN sr ADMINISTRATIEN.
NOTIFICATIE.
De.GOUVERNEUR van de Provincie ZEELAND brengt bij dez®
ter kennisse van de belanghebbenden, dat, bij deszelfs dispositie van he
den No. 3 5191 is vastgesteld de Kadastrale taxatie in de Gemeenten van het
Kanton Verevan welke de voorbereidende werkzaamheden door de Amb
tenaren van het Kadaster zullen worden aangevangen op Woensdag, den
18 dezer maanden dat vervolgens de taxatiën zelve zullen worden vef-
rigtte weten
i°. In de Gemeenten OosthapelleDomburg en Aagtcherkcdoor den
Controleur Dominicusvergezeld door den Schatter J. Oost dijk
En in de Gemeenten Grijpskerke en Nieuw- en St. Joostland doof
denzelfden Controleurvergezeld door den Schatter J. Trimpe.
2°. In de Gemeenten SerooskerkeSt. Laurens en Brigdamme en Vrou
wenpolder door den Controleur Tromp Jr.vergezeld van den
Schatter C. van Vlaanderenen in de Gemeente Arnemuiden doof
denzelfden Controleurvergezeld door den Schatter J. de Groot.
3°. In de Gemeenten VereKieverskerke en Gapinge door den Surnume
rair van Cittersbijgestaan door den Schatter Trimpe.
Wordende mitsdien de bezitters van Eigendommen in die Gemeenten,
derzelver Administrateuren, PachtersHuurders of Zaakgelastigden uitge-
noodigd om bij het klassement dier Eigendommen te adsisterenen allé
zoodanige inlichtingen en opgaven aan de Ambtenaren van het Kadaster,
welke dit werk zullen verrigten, mede te deelen, als tot het behoorlijk
verrigten van hetzelve zoude kunnen medewerken.
E11 zal deze worden aangeplaktzoo in de bovengenoemdeals in da
daaraan belendende Gemeenten, en voorts in de MiddclburgscheZierik-
zeesche en Goesche Couranten worden geïnsereerd.
Middelburg den 13 April 1827.
De Gouverneur van de Provincie Zeeland
VAN VREDENBURCH.
NEDERLANDSCHE HANDEL MAATSCHAPPIJ.
De DIRECTIE verwittigt bij deze de Stemgeregtigde Deelhebbers
dat in de zitting van den Raad van den 3 April II. besloten Is gewor
den tot het bijeenroepen eener Algemeens Vergadering van Stemgeregtigde
Deelhebbers, tegen Woensdag den 16 Mei, en dit wel om te beraadsla
gen over voorspellen van dien aard, als in het 106de der Artikelen van
overeenkomst Lett. B. vermeld worden, betreffende namenlijk de Veran
dering, wijziging of vermeerdering der Artikelen van overeenkomst.
Overeenkomstig het 107de dier Artikelen, geschiedt de convocatie tot
de voornoemde vérgaderirig bij déze, en zal dezelve, ingevolge Art.
104, in 'sCravenhage gehouden worden.
De Directie herinnert ten slotte aan de bepalingen van Art. 19, dat,
namenlijk, door Stemgeregtigde Deelhebbers alleen worden verstaan Ne
derlanders op de Registers der Maatschappij sedert zes maanden bekend
zündeals Eigenaars van ten minste vier geheele Aandcelen op naam.
's Gravenhage, den 9 April'182.7.
VAN DF. POLL, President.
DE CLERCQSecretaris.
De Provinciale COMMISSIE van ONDERWIJS in ZEELAND zal
hare gewone Voorjaars-Vergadcring houden binnen Middelburgin de Abdij
op Maandag den 23 April 1827 en volgende dagendes voormiddags ten jo
uren; en is Dingsdagden'aq-daaraanvoigende bestemd v-aoriiet examitieréji
der Adspiratuen naar eenigejn Rang als Onderwijzerwelkebenevens hunna
■li
'15$