Orqaan ter verspreiding der Christelijke Beginselen in Zeeuwseh-Vlaanderen.
No. 90.
le Jaargang.
Uit de Schrift.
Christelijke Boeren- en Tuinders-
bond in Nederland.
Buiteiilandsch Overzicht.
ABONNEMENT:
Dit blad verschijnt DINSDAG- en VRIJDAGAVOND, uitgezonderd op Feestdagen,
Dij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN. - TELEFOON Nr. 20.
Per drie maanden bij bezorging f 1,—, Franco per post voor Nederland f 1.10.
Handelsadvertentiën over twee
ADVERTENTIE N.
Van 1 4 regels /'0.40. Voor eiken regel meer ƒ0.10.
kolom 8 cent per regel. Abonnementen per contract.
Inzending van advertentiën tot 12 uur 's middags op de verschijndagen.
NU
ZAL IK
Jeruzalem had het bange. Sanherib,
de koning van Assyrië zou afrekenen
met het Westen.
In 't Oosten had bij orde op zaken ge
steld. Maar in Kanaan en omgeving
hadden- vele vasallen zich de troonwis
seling in Assyrië ten nutte gemaakt,
om de betaling van de tribuut te staken.
De eerste vijand die neergelegd wordt
is Sidon.
Tal van staten baasten zich Sanherib
te huldigen met geschenken.
Sidon en andere Fenicische vorsten
in 't Noorden in 't Zuiden Ammon, Moab,
Edom en de Filistijnsche Asdod.
Drie vijanden houden stand in 't Zui
den Askelon, Ekron en Juda. Met
Askelon en Ekron wordt afgerekend.
Dan begint de tocht tegen Hiskia, den
koning van Juda.
Tal van steden in Juda worden ver
overd ruim 200,000 menschen gevangen
genomen. De koning Hiskia oordeelt
dat de weigering van tribuut niet langer
vol te houden is, en zendt ,zijn boden
naar het Assyrische hoofdkwartier te
Lachis.
De Assyriër legt hem zware schatting
op n.l. 300 talenten zilvers en 30 talenten
gouds. Hiskia geeft dan al het zilver
dat gevonden werd in J't huis des Heeren
en in de schatten van 't huis des konings.
Hij sneed het goud af |van de deuren
van den tempel en van de posten.
Maar hiermee was de zaak niet afge-
loopen.
Aan de eisch was voldaan en 't ver
drag was dus geteekend. Maar 't schijnt
dat Sanherib inplaats van verdere druk
en wraakneming af te zien, berouw kreeg,
't Was toen maar half werk dat bij ge
daan had. Hij zendt dan een opperofiicier
met den titel rab-sake aan 't hoofd van
een machtig leger naar Jeruzalem, en
deze eisclit onvoorwaardelijke overgave.
Dan krijgt het, belegerde Jeruzalem het
o zoo bang.
In de vesting roept men tot den Ileere,
en deze antwoordt door den profeet
Jesaja.
Over den schenner van het verdrag
spreekt de bode des Heeren deze woor
den
„Wee u, gij verwoester, die niet ver-
„woest zijten gij die trouwelooslijk
„handelt, waar men niet trouwelooslijk
„tegen u gehandeld heeftAls gij het
„verwoesten zult volbracht hebben, zult
„gij verwoest wordenals gij liet trou
weloos handelen zult voleind hebben,
„zal men trouwelooslijk tegen u handelen.
En aan Hiskia belooft bij vanwege de
vreeze des Heeren die in Zijn hart. is
„vastigheid der tijden" en „sterkte van
behoud enissen".
Do rab-sake spuwt zijn spottaal en
scheiding uit tegen den God van Juda
en hoont den Koning 2 Kon. 18, en liet
volk op de muren hoort dit stilzwijgend
aan.
De Koning wordt door deze taal als
verteerd en met een hart vol bange bë-
nauwing zoekt hij 't aangezicht des Hee
ren in zijnen tempel. Hij zendt eene
deputatie naar den profeet Jesaja met
bet. verzoek dat deze een gebed doe op
gaan voor liet overblijfselterwijl hij de
toestand teekent in deze woorden
„Deze dag is een dag der benauwdheid,
„en der scheiding, en der lasteringWant
„de kinderen zijn gekomen tot aan de
„geboorte en er is geen kracht om te
„baren".
En Jesaja in ons texthoofdstuk be
schrijft de ellendige toestand van Jeru
zalem met deze woorden
„Ziet, hunne allersterksten roepen
„daarbuiten de boden des vredes ('t ge
zantschap afgezonden naar den rab-
„sake) weenen bitterlijkde gebaande
„wegen zijn verwoest, die door de paden
„gaat. houdt op hij (Sanherib) vernietigt
„het verbond, liij veracht de steden, bij
„acht geen menscli.
„Het land treurt, liet kweeltde Liba-
„non schaamt zich, bij verwelktSaron
„is geworden als eene woestijnzoo
„Basan als Karmel zijn geschud."
Er zijn geen bondgenooten waarop
Juda rekenen kan.
Zelf is liet tegen zulk een leger niet
opgewassen.
Wat moet er komen van land en stad
en tempel?
Het is nacht, donkere nacht. Is hier
nog te hopen
Vanwaar moet de hulpe komen
David's troon wankelt
„Nu zal lk opstaan, zegt de HEERE,
„nu zal lk verhoogd worden, nu zal Ik
„verheven worden."
Een rijk woord, rijk door zijn climax,
door de' drieledige opklimming die we
er in bespeuren.
Nu juist, nu de nood op 't hoogst is,
nu zal 110 opstaan.
Nu, nil nergens geen hulp is en liet
graf voor Jeruzalem wordt gegraven, nu
staat op in kracht en majesteit en
mogendheid van Zijn' troon, de HEERE,
de God van Zijn Israël, de Hoorder der
gebeden.
Nu zal Ik verhoogd worden, tegen
over de vernedering Hem aangedaan
door de hoon- en spottaal van den rab-
sake.
Nu zal Ik verheven worden, door
Mijn volk en door de heidenen.
En zóó is liet geschied.
Plotseling kwam uit 't land van den
Nijl de mare, dat een nieuwe legermacht
aanrukte tegen Assyrië's koning, aange
voerd door den oppersten veldheer Tir-
liaka.
Wat moet Sanherib doen terugkeeren
naar Assyrië, dan verliest hij alles wat
hij in Palestina veroverde. Neen, hij
moet het Afrikaansche leger van Cuscli
tegemoettrekken 2 Kon. 19 9.
Maar het is gevaarlijk dit te doen met.
Jeruzalem in den rug.
Sanherib heeft zoo pas bet verdrag
met Hiskia gebroken (vs. 1), zal nu
Hiskia op zijn beurt niet hetzelfde doen
Hij zal den diplomatieken weg inslaan.
Wie weet, of dan 't gevaar nog niet kan
afgewend.
Sanherib zendt brieven.
En de inhoud van deze brieven wed
ijvert met de godlasterlijke taal van den
snoevenden Rab-sake
„Laat u uw God niet bedriegen, op
welken gij vertrouwt, zeggende: „Jeru
zalem zal in de hand des konings van
„Assyrië niet gegeven worden." De go
den der volken hebben hunne vereerders
niet kunnen redden van den koning van
Assyrië, wat zou dan uw God
Hartroerend is Hiskia's gebed, wan
neer hij in 't huis des Heeren gegaan
deze brieven voor 's Heeren aangezicht
uitspreidt.
Jehovah hoort. Jesaja brengt den
koning 'sHeeren antwoord; en op tref
fende wijze teekent liij de situatie vtvii
Sanherib wanneer hij hem aldus aan
spreekt
„De jonkvrouw, de dochter van Zion,
„veracht u, zij bespot u, de dochter van
„Jeruzalem schudt liet hoofd achter u.
„Wien hebt gij gehoond en gelasterd?
„en tegen Wien hebt gij de stem ver
hieven, en uwe oogen omhoog opgelie-
„ven Tegen den Heilige Israels
„Maar lk weet uw zitten, en uw uit-
„gaan en uw inkomen, en uw woeden
„tegen MijIk zal Mijnen haak in
„uw neus leggen, en Mijn gebit in uwe
„lippen, en Ik zal u doen wederkeeren
„door dien weg, door welken gij gekomen
zijt".
De koning van Assyrië zou in Jeruz.
niet komen, noch daar eenen pijl inschie
ten, met geen schild daarvoor komen,
geenen wal daartegen opwerpen. „Want
Ik zal deze stad beschermen, om die te
verlossen om mijnentwil, en om Davids
mijns knechts wil.
En dan velt in dienzelven nacht de
engel des Heeren die uitvoer, 185.000
Assyriërs, waarschijnlijk door de pest.
„Zóó vertrok Sanherib, de koning van
„Assyrië, en toog lienen en keerde we-
„deren hij bleef te Ninevé.
Zoo werd Jeruzalem behouden, bleef
de troon van David staan, werd de
HEERE verhoogd en verheven.
De groote overwinnaar van Babel
moest van Jeruzalem met schaamte
terugtrekken.
Ja, het Godswoord 2 Kon. 19 7 „Ik
zal liem vellen in zijn land" werd vol
komen aan liem vervuld.
Niet in 't land van den Iinmanuël dat
hij onder de geeselslagen Gods moest
verlaten, niet in den tempel te Jeru
zalem, want hij heeft nooit een voet
binnen hare poorten gezetneen, niet
in 't heiligdom van den gesmaden God
van Israël, maar in 't huis van de hoog
geroemde goden van zijn eigen land
daar heeft hem Jehovah, de gehoonde,
gedood.
Smadelijke nederlaag voor die goden.
„Ik zal hem vellenIn zijn eigen
land, dat met gansch de aarde 't eigen
dom is van Sions God, Die overal op de
smaadredenen der menschen let.
„Als hij in 't huis van Nisroch zijnen
„god zicli nederboog, versloegen hem
„zijne zonen met het zwaard."
Zijne zonen.„Als gij het trouwe-
„loos handelen zult voleind hebben, zal
„men trouwelooslijk tegen te handelen.'
Hoe is de Godspraak ook hier letterlijk
vervuld.
„Nu zal Ik opstaan.'
Laten alle ware Jertizalemmers, alle
echte Sionieten vertrouwend en biddend
altoos op den veel gesmaden HEERE
hopen, want Hij „zal verhoogd worden,
Hij zal verheven worden.
Als de nood op 't hoogst is, is de
redding nabij.
In Sanherib zien -e óet beeld van de
onbeteugelde wereldheerschappij. Ook
wanneer de Sanherihs tegen het Jeruza
lem Gods optrekken, dan is dat Jeruzalem
bij Z ij n God veilig.
De poorten der hel zullen Mijne ge
meente niet overweldigen.
„De HEERE is onze KoningHij zal
ons behouden."
Als alle hulp' is afgesneden, dan juist
klinkt 't machtwoord des HEEREN
„Maar na zal Ik Halleluiah
Zaamslag. De Walle.
Sinds onze Christelijke Boeren- en Tuin-
derbond in het begin dezes jaars zijne
actie begon, kan met zekere voldoening
op het bereikte teruggezien worden.
Ongetwijfeld is de tijd in bijzonderen
zin gunstig vqor het vormen van orga-
nisatie's en vepeenigingen. Het organi-
seeren zit in de lucht. Men gevoelt, dat
men als enkeling niet opgewassen is te
gen al het nieuwe, dat sinds Augustus
1914 liet menschelijk leven en in het
bijzonder het maatschappelijk leven door
elkaar schudt, bestormt en op de oude
fundamenten doet wankelen.
Doch al had onze organisatie daar door
wind en getij mêe, andien inderdaad
niet de actie gedekt was door de behoefte,
welke in de Christelijke kringen onzer
boeren en tuinders aan eene dergelijke
organisatie gevoeld werd, dan zouden de
resultaten niet zoo g eest zijn, als het
geval is gebleken te zijn.
Ons blad „Het Platteland" had al aan
stonds hij het verschijnen een zeer goede
pers. En de toename van het aantal
abonnees wijst erop, dat het orgaan een
welkome gast is in onze hoeren- en tuin
derskringen.
Natuurlijk zal daarin uit den aard der
zaak nog zeer veel te veranderen en te
verbeteren blijken. Niemand kan al aan
stonds eischen, dat een zesmaahdelijke
spruit het voorkomen heeft van een twin
tigjarige jonge dochter. Wonderboomen
als die van Ninevé verdwijnen gewoonlijk
even spoedig, als zij gekomen zijn.
Onze Permanente Comuiissie's voor den
landbouw, de veehouderij en den tuin
bouw toonden zich, ieder op zijn terrein,
zeer actief en verschillende belangen van
deze bedrijfsgroepen werden ter hevoeg-
der plaatse bepleit.
Toen minister Posthuma met moderne
dragonades huiszoeking liet doen ook bij
goedgezinde boeren, liet onze organisatie
haar stem liooren.
Toen dezelfde bewindsman in zijne be
kende circulaire de vraag opwierp, of met
het oog op de nijpende voedselvoorziening
voor Nederland het wel door den heugel
kon om den verbouwer van graan in de
allereerste plaats eigen verbruik toe te
staan, is er onzerzijds geantwoord, dat
zelfs in de becijfering van dien minister
liet nog mogelijk was met minder kosten
en met meer kans op welslagen den boer
dit recht te geven, maar is vooral op
moreele gronden om knoeierij tegen te
gaan, om niet meer van een menscli te
vergen dan redelijkerwijze van hem ge
vergd kan worden, bepleit om op deze
wijze het geschokt vertrouwen te her
winnen.
En zoo zouden wij kunnen doorgaan
met te wijzen, op wat door onze jeugdige
organisatie in de zes eerste maanden van
hay bestaan is gedaan om krachtig voor
de belangen van de hoeren en tuinders
in de bres te staan.
En niet alleen is er eenzijdig en egoïs
tisch alleen met de belangen van den
door onze organisatie vertegenwoordigden
stand gerekend.
In September j.l. kwam te Utrecht bij
een een vergadering van mannen, uit
den Roomsch-Katholieken en onzen Pro-
testantschen Boerenbond, vertegenwoor
digers van 'Middenstand, Arbeiders en
Werkgeveiv van beide confessies en is
er gevormd een commissie, waarin ver
tegenwoordigers van al die organisatie's
aanwezig zijn. Daardoor wil men komen
tot een eendrachtige samenwerking van
de verschillende standen, die op positief
Cliristelijken grondslag staan, om in deze
tijden van verwijdering, van haat tus-
schen de verschillende standen, te ver
krijgen een verstaan en begrijpen van
elkaar. De echt Christelijke gedachte,
dat het maatschappelijk leven een lichaam
is, de verschillende standen de leden,
die niet in strijd, ma,ar in samenwerking
met elkaar eikaars welzijn hebben te be
vorderen, lag aan deze samenkomst ten
grondslag.
En bemoedigend is liet, dat in deze
tijden van verwording, van botsing en
strijd van alle zijden in het maatschap
pelijk leven een dergelijke commissie in
het leven kon worden geroepen.
En dank zij onze jeugdige organisatie
kon ook onze positief Protcstantsche
boeren- en tuindersstand thans daarin
vertegenwoordigd worden.
Doch onze Protcstantsche Boeren- en
Tuindershond staat nog slechts aan het
begin van zijne ontwikkeling.
Er moet nu doorgezet worden. Krach
tig dient de propaganda ook in Zeeuwscli
Vlaanderen ter hand genomen te worden.
Er mag niet gerust, voor dat elk positief
Protestantsche boer en tuinder lid is
geworden van onzen Bond.
Veel en vrucht-haar werk ligt nog te
wachten. Slechts indien allen, die steunen
kunnen, ook inderdaad hun schouders
onder liet werk gezet hebben, kunnen
we slagen.
En daarom, wanneer D. V. in den loop
der maand November te Axel een pro
paganda vergadering voor onzen Bond
m Zeeuwseh-Vlaanderen gehouden zal
worden, laat dan elk, die kan, die ver
gadering bijwonen en door zijn tegen
woordigheid, en indien hij nog geen lid
is, door zijn toetieden dit no'odige en
nuttige werk steunen.
Goes. Mr. J. W. GqEDBpoED.
Dr. Kuyper's aftreden.
Bijna 50 jaren heeft Kuyper de Anti
revolutionaire partij geleid. Van een klein
groepje werd ze onder Gods zegen door
Kuyper's leiding een krachtig georgani
seerde en talrijke partij.
En nu ziet hij zich genoodzaakt den
veldheersstaf neer te leggen. Het is te
hegrijpen. Een-en-tachtig zomers en win
ters gingen over Kuypers hoofd voorbij.
De toenemende doofheid maakte hem
het waarnemeil van het presidium van
het Centraal Comité bijkans onmogelijk.
Maar voor onze partij is het een zwaar
verlies.
't Is een tijd van lievige beroering.
Vraagstukken van diep ingrijpende be-
toekenis zijn aan de orde. Een nieuwe
periode, ook in de geschiedenis van ons
land, is ontsloten. Vastheid van leiding,
aansluiting bij het leven, vooruitziende
staatsmanskunst hebben we noodig.
Gelukkig hanteert Dr. Kuyper in De
Standaard nog de pen, en voor een grijs
aard van meer dan 80 jaren met opmer
kelijke helderheid.
Maar wie zal nu den veldheersstaf op
nemen dien Kuyper neerlegde?
Zal 't professor Diepenhorst zijn, nu
Idenhurg achter de groene tafel zit Of
Bavinck, oud-voorzitter van 't Centraal-
Comité
Hoe het zij, zeker is wel, dat we voor
taan het- éénhoofdig bewind, waaraan
we gewoon waren geraakt, zullen missen.
Geen der jongeren kan op een histo
rische heteekenis voor de Antirevolutio
naire partij bogen, als Kuyper. Geen op
dat in den loop der tijden, in jieeten
strijd verkregen overwicht.
Voortaan moet het Centraal Comité
meer naar voren treden.
„De leiding berust bij liet Ceutraal-
Comité", moet in de toekomst meer we
zen dan een bepaling in de statuten
liet moet in de werkelijkheid wortelend
beginsel zijn.
In deze dagen van ontbinding gaat veel
van het oude voorbij. Nieuwe toestanden
zijn ontstaannieuwe mannen gorden
zich aan.
Wat zal liet lot zijn der Antirevolutio
naire partij, nu Kuypers zeldzame talen
ten en groote leidersgaven ons ontvallen
Zij 't oog maar steeds op God blij ve
de partij eensgezind en trouw aan Zijn
Woord. Dan zal 'tóok verder goed gaan.
Personen mogen wisselen, beginselen
blijven.
Christelijke Vakorganisatie.
Den 17den Juni 1791 hief de Wetge
vende Vergadering te Parijs de organi
satie der gilden op. Andere landen volg
den spoedig liet voorbeeld. Ook in ons
land vaagde de revolutiegeest de gilden,
de oude organisatie's van den arbeid
weg.
Zoo was dan de arbeid vrij
Geen belemmerde bepalingen meer
omtrent loon of prijzen, productie of con
sumptie, werkliedental of vakopleiding!
Zelfs werd den arbeiders de vrijheid
ontnomen om vereenigingen te stichten
Eerst in 1884 werd in Frankrijk liet recht
om vakverenigingen te vormen, verleend.
Met de ophefling van den gildendwang
en van het recht der arbeiders om zich
te organiseeren, mocht veel verouderds
verdwijnen, nu het niet werd vervan
gen en de hooggeloofde, teugellooze vrij
heid verscheen, verdween voor de arbei
ders de zekerheid van bestaan, de op
leiding voor liet vak en de geheele
organisatie van hun leven.
De correspondentie, het overleg tus-
sclien meesters en gezellen was verdwe
nen, zonder dat er organen voor het
overleg tusschen patroons en arbeiders
voor in de plaats kwamen.
Deze leemte nu eischte voorziening.
En zoo ontstond als noodzakelijk iets,
zoo, kwam op uit het leven de vakorga
nisatie.
Bezwaren daar tegen inbrengen gaat
moeilijk.
De vakvereeniging is opgekomen uit
de behoefte, om ter vervanging van de
opgeheven gilden, een orgaan te hebben
tot overleg tusschen werkgevers en
werknemers.
Verrë moet hierbij worden geweerd
de leer van den klassestrijd. Juist omdat
de zoogenaamde neutrale vakvereenigin-
geu staan op den grondslag van den
klassestrijd, zijn christelijke vakvereeni-
gingen noodig. In ide neutrale vakorga
nisatie kan een christen zijn beginsel
uiet uitleven.
Deze eisch klemt meer voor de werk
lieden dan voor de patroons.
De patroonsvakvereenigingen bedoelen
oorspronkelijk over het geheele bedrijf
te handelen, en voor de ontwikkeling
van het bedrijf de beste wegen te zoe
ken niet om zich te beraden over de
wenschen en vragen die van arbeiders
zijde tot hen kwamen.
Wel krijgen de patroonsorganisatie^
dit karakter al meer. En daarom beplei
ten we óók voor de patroons eigen chris
telijke organisatie's.
Geen vakorganisatie dus van arbeiders
omdat de patroons óók hun vakvereeni
ging hebben. Die organisatie's zijn niet
gelijksoortig.
Maar vakvereenigingen van christen
werklieden omdat het noodig, geoorloofd
en nuttig is.
Doel van een christelijke vakvereeni
ging moet niet zijn strijd, maar vrede.
En in 't algemeen is ook minder strijd,
minder scherpte in de onderlinge ver
houdingen het gevolg van de vak bewe
ging-
De vakorganisatie moet niet ten doel
hebben, zelf de eigen belangen alléén te
regelen, zonder overleg met de patroons.
Het moet zijn een orgaan van santen-
spreking tusschen patroons en arbeiders.
Die samenspreking tusschen christe
lijke patroons- en werkliedenorganisatie's,
ten bate van beiden, tot zegen voer 't
bedrijf, is nuttig en niet moeilijk, juist
omdat beiden op een en denzelfden groud-
slag staan Gods Woord.
De vakorganisatie moet dus niet wor
den aanvaard, omdat men er noodge
dwongen voor zwicht, maar als eon nor
male, gezonde organisatie opgekomen uit
het leven, die in goede banen geleid
zegenrijke vruchten kan afwerpen voor
arbeider èn patroon.
is dan nu na meer dan 4 jaren van hit
teren strijd uit.
De echo van het laatste schot stierf
weg.
Hard waren de vctorwaarden die de
Duitscliers moesten betalen. Heel de
linkeroever van den Rijn en sterke brug-
gelioofden op den rechteroever zullen
door de entente worden bezet. Boven
dien moet een ontzaggelijke hoeveelheid
materiaal worden uitgeleverd. Maar daar
door raakt Duitscliland nu ook vrij van
eeu inval ojj eigen bodem door de vij
anden. En dat is ook heel wat waard.
De keizer is Maandag in ons land ge
komen als banneling. Bij Moulatid en
Visé waar in 1914 de oorlog begon,
en waar de neutraliteit van België werd
geschonden kwam de ex-keizer over
de grenzen.
Ilij vertoeft thans op 'tslot van graaf
Bentinck te Maarn bij Amerongen.
Overigens gaat de «evolutionaire be
weging in Duitschlaud tot dusver tame
lijk ordelijk. Vergeten we echter niet,
dat alle berichten uit Duitschlaud staan
onder censuur van de revolutio
nairen.
Of echter de uiterste, de anarchistische
elementen het roer niet in-handen zullen
krijgen We vreezen er voor.
Ook in Zwitserland woedt de revolti-
tiekoort, die aanstekelijk schijnt als de
Spuansche griep.
Zelfs moet in de entente-landen de
toestand gespannen zijn.
We leven wél in ernstige dagen.
Spare God Die ons genadiglijk voor
ZEEUWSCH-VLAANDEREN
„Nu zal Tk opstaan zegt
„de HEERE, nu zal Ik
„verhoogd worden, nu
„zal Ik verheven worden."
Jes. 33 10.
0e oorlog