HnlircDOlutionair «oor nieuws* en üdoertemieblad Zeeland. FEUILLETON. De Katacomben te Valkenburg. Uit de Pers. No. 956. Woensdag 9 October 1912 10e Jaargang. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,Franco per post: voor Nederland ƒ1,10. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec teuren en Brievengaarders. Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op Feestdagen, bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN. Inzending van advertentiën vóór uren op den dag der uitgave. ADVERTENTIËN: Van 1—4 regels ƒ0,40 Voor eiken regel meer ƒ0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIES TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER. Advertentiën voor dit blad worden aangenomen tot 's namiddags I UUR op den dag der uitgave. V Lasterpraat. Het Volk, het socialistisch dagblad, zond onlangs een bericht de wereld in, dat eenige sensatie wekte. Bij de manoeuvres die dezen herfst werden gehouden, zou de automobiel van den lieer Colijn, minister van oorlog, een landweerman hebben aangereden, die ten gevolge daarvan zod gestorven zijn. En 't was zeker waardoor den schok was de man omgevallen en de bajonet was hem door 't hart gedrongen, zoodat hij onmiddellijk dood was. Zulke bijzonderheden zuigt men immers niet uit den duim er viel dus aan de waarheid van 't bericht niet te twijfelen. Ue minister heeft intusschen een onderzoek gelast en daarbij is gebleken, dat hetgeheele bericht van 't begin tot 't eind verzonnen is. Er is geen man aangereden en geen land' weerman gestorven. Men noemt een luitenant, die 't verhaal ver zon en aan zijn partijblad opzond, wetende dat 't niets dan lastertaal was. De minister heeft, naar wij vernamen, eeR aanklacht tegen den berichtgever en het blad ingediend wegens laster. V Hij vergat zijn rol. Ds. Siemelink, de moderne doopsgezinde predikant van Goes en Vlissingen, opende zooals we gemeld hebben voor enkele dagen den Vrijzinnigen Bondsdag met een toespraak, waarin hij het afkeurde, dat vele vrijzinnigen allen godsdienst overboord hebben gegooid. Godsdienst.was toch zoo goed altijd niet een dienst Gods volgens de Schrift, maar volgens 't maaksel van ds. Siemelink. Als men slechts liep in de voetstappen van dezen Eerwaarde, werd 't spoedig vrede op aarde en leerden allen bidden Uw koninkrijk kome 1" In één woord, 'twas zeer dierbaar op modernen trant. Vele dagbladschrijvers hebben die rede wat nader bekeken Standaard, Nederlander, Nieuwe Zeeuwsche Courant en ook Zelandia. De R. K. Nieuwe Zeeuwsche Courant was gevallen over dezen zin uit 't verslag in de Midd. Courant„de geestelijke-, moreele- en sociale ontwikkeling van meer dan 1000 jaren is door een dwangvoorstelling tegengehouden, de klassieke poort der vrijheid door monniken- gepeupel met geweld gesloten. Dat zulk een vredesapostel, die zoo dierbaar (7 Volledigheidshalve vermelden wij nog de Katacombe van Priscilla, of „de kapel der in kleeding" aldus genoemd naari de overgave van den sluier door den bisschop aan eene Godgewijde maagd. De geheele voorstelling eene orante, voorstellende de persoon die bij gezet is, in rijke kleeding, met links een groep van drie personende bisschop op zijn zetel, die bijgestaan door een diaken, den sluier overreikt aan een Gode gewijde maagd en met den vinger wijst op eene andere groep, waar onder we hebben te verstaan de moeder des Heeren met het Kind Jezus, wijst erop, dat ook deze fresco's niet uit de eerste of tweede eeuw dagteekenen. Ten slotte maken we nog melding van de „Grieksche Kapel", die in verbinding staat met een groote voorhal met verschillende nabij ge legen krypten, waar al de geloovigen saam kwamen tot het bijwonen van hun godsdienst oefeningen. De historische bijzonderheden worden be waard in een kast, die we aantreffen links van de uitgangstrap. over den godsdienst sprak, de monniken voor gepeupel uitschold, paste natuurlijk niet erg in zijn rol. t Hij liet 't echter in de Midd. Courant staan, tot de N. Z. C. hem er over aanviel. Nu heet 't, dat het een drukfout was. 't Moest niet zijn monniken gepeupel maar gejeuzel, d.w.z. beu zelarij. Men zou zoo zeggenuit het oogpunt van stijl wordt de zin door 't herstellen van de drukfout niet fraaierdat een poort met ge weld gesloten wordt door gepeupel heeft zin. Doch we zien met den besten wil ter wereld geen kans, de poort der vrijheid met geweld te laten sluiten door beuzelarijen, al heeft de dominee er danf ook het mooie woord gejeuzel voor gevonden. Uit stilistisch oogpunt is het te hopert, dat er in de keurig verzorgde rede niet meer drukfouten moeten verbeterd worden, want dan gaat 't mooie er geheel af. De redactie van Zelandia was zoo dwaas, te loochenen dat de Inquisitie in Spanje van 1481 1808 ruim 322.000 slachtoffers heeft gemaakt. Ds. Siemelink neemt de moeite, om in een st.uk van 2 kolommen in de Midd. Courant „Zelandia", een blad, „dat ergens in Hulst wordt uitgegeven" af te straffen. Om de Standaard en de Nederlander te beantwoorden, ontbreekt hem echter de tijd. Dat is anders wel jammer want „wij vrijzinnigen strijden niet tegen het geloof van de rooinsche, noch welke kerk ook, wij strijden tegen alles wat met Gods geest, met het evangelie, met menschenrecht en waarheid in strijd is." Was het niet in strijd met dien geest, dat ds Siemelink van genoemde bladen schrijft aan de Midd. Courant„U begrijpt dat de idiote voorstellingen door Standaard, Nederlander en de in hun gevolg gaande quasie „Christe lijke" satellieten in Zeeland, van den Bondsdag te Goes gegeven, niet door mij zullen worden gerectificeerd" Zag dominee soms geen kans, een dragelijk antwoord te geven, aan deze bladen, die met zijn godsdienstigheid een loopje namen en begon ZiEw. daarom maar te schelden Vergat hij nu in eens de rol, die hij had aangenomen Y Een andere toon. Wij schreven de vorige week, dat de vrij zinnigen blijkens hun afkeuring van de be noeming van mr. De Savornin Lobman tot professer te Utrecht nog steeds lijden aan hun oude kwaal. Toch is er althans één, die omtrent die be noeming een anderen toon aanslaat. Daar staan eenige kleine lampjes van terra cotta, gebruikt voor de verlichting der donkere crypten, verder eenige fragmenten in tufsteen en kalk uit Rome afkomstig en verder Romein- sche oudheden. En nu zijn we aan het einde van onzen tocht door de doodenstad gekomen. Niet alles konden we zien, doch wat we schreven, zij den lezer eene aansporing om met eigen oogen alles te gaan opnemen. Een bezoek aan de Valkenburgsche Katacomben is de kosten van het reisje ten volle waard. We eindigen gelijk we dit artikel begonnen een bezoek aan de Valkenburgsche Katacom ben laat een onuitwisbaren indruk achter. Terecht lazen wij in „De Tijd" eenige weken geleden, de volgende ontboezeming „Raadselen van dood en eeuwigheid vatten den bezoeker aan, terwijl hij voortschrijdt onder den onvasten schemer van het wankel gedragen wasljcht door de kruising der gan gen en verbindingswegen. Onder een hoogte van zeven tot acht voet wringt men zich door een engte van twee tot drie, men gaat graf- en offer- en onderricht-kamers voorbij, men volgt al maar nauwe steegjes met dé eene verdieping van grauw gapende wandnissen boven de andere, en telkens gaan in het ver jaagde duister nieuwe gangen open, die zich in parallel- en zijwegen ontschakelen. In de „Nieuwe Courant" schrijft dr. W. W. van der Meulen, dat „het stormpje van ver ontwaardiging, gewekt in de gemoederen der tegenstanders van de huidige regeering" geen reden heeft. „Het stellen van de voorwaarde, dat de zetel van hoogleeraar in het staats recht ditmaal bezet zou worden door een man van aan de regeering sympathieke beginselen, mag niet onvoorwaardelijk worden afgekeurden nog sterker, het dient naar onze meening door den tegen stander te worden geëerbiedigd. Dat ten minste aan één onzer Rijksuniversiteiten het staatsrecht zal worden gedoceerd door een belijder van de "Protestantsch-Chris- telijke beginselen van een der voornaam ste fracties der regeeringsmeerderheid, is geen overvragen. Evenmin is het tegen het belang van de wetenschap, dat de historie van onze staatsinstellingen en de huidige draagwijdte van deze bekeken wordt in het licht van een andere levens beschouwing dan welke gehuldigd vfrordt door de aanhangers van de liberale be ginselen. Iedere critiek, hoe scherp ook, komt de wetenschap ten goede. En dan, zijn de liberalen het voorbeeld vergeten van hun geestelijken voorvader JoanMel- chior Kemper, die ongeveer een eeuw ge leden het verkondigen van de algemeene beginselen, welke naar zijn overtuiging „na de omwenteling behoorden gevolgd te worden", van meer belang achtte, dan het bekleeden van het hoogste staatsambt De regeering zou een bewijs hebben ge geven van een zeer bedenkelijke zwak heid van overtuiging, wanneer zij in het bezit van de macht, naliet te doen, wat haar partij, indien zij minderheid ware, op grond van billijkheid had mogen vragen van een liberale regeering. Maar, zegt men, de persoon van den ge kozene is het ambt niet waardig. Beslist moet ik er tegen opkomen, dat in het verleden van dezen benoemde geen waarborgen zijn te vinden voor een be-« hoorlijke vervulling van zijn taak." De heer Van der Meulen zet dan uiteen, dat de communis opinio, die zich te dezen aanzien bezig is te vestigen on juist is. „De benoeming van den heer De Sa- vornin Lohman tot hoogleeraar in het staatsrecht verdient van het standpunt van ware verdraagzaamheid principieel geen afkeuring. Immers het geldt hier het uitoefenen van een geestelijken invloed dien men van liberaal standpunt heeft te eerbiedigen. En de treffende copie der oude doodenstad begint haar suggestie van de werkelijkheid de zandsteenen wanden worden acra martyrum, (Handelingen der martelaren) welke dogma en geschiedenis der Kerk verklaren, men gaat leven in de gemeenschap der Heiligen, de Fabiola's en de Agnessen, die er het zwaard of den leeuwentand afwachtten.En dieper wordt men zich zijn kindschap Christi bewust in dat mijmerend samenleven met het voor geslacht in zijn benauwenissen van den grim- migen Christushaat, en een gedachte van fier heid heft te midden dezer begraven kerkhoven de gezonken stemming omhoog bij de herin nering hoe ons edelste ras werd geboren in dien vulkaan der Katacomben, welke het heidendom en de sidderende goden verteerde, toen in het woelende hart der aarde de Galileeër overwon Een tweede bezoek aan deze inderdaad kunstige en kunstvolle nabootsing der oude Christelijke begraafplaatsen van Rome, heeft onzen eersten gunstigen indruk zeer versterkt. Het kunstlievend Nederland mag trotsch zijn op een werk als te Valkenburg onder den grond door zijn mannen is geleverd. Het Christelijk Nederland bovendien is er den heeren Diepen dank voor verschuldigd, dat zij een werk tot stand deden komen, niet enkel om te voldoen aan de nieuwsgierigheid, doch Het staat hiermee geheel anders dan met die van een inspecteur van het mid delbaar onderwijs, die te adviseeren heeft aan welke eischen van het practische leven het onderwijs zelf, zoowel als zijn leeraren hebben te voldoen en waarbij dus een onjuiste benoeming van iemand die zich van zijn schuilhoek uit hiervan niet op de hoogte heeft kunnen stellen, niet goedge praat zou kunnen worden met het beroep, dat hij de rechtsche beginselen belijdt. En eindelijk, wat den persoon van den nieuwen hoogleeraar betreft, men verlate zich hierbij gerust op het door de Utrecht- sche faculteit aan dezen doctor juris ver leende „cum laude", een eerbewijs dat toch meer beteekent, als zij zichzelf res pecteert, dan louter een intercollegiale beleefdheid tegenover den promotor." Het zal dus met de onbekwaamheid van dezen nieuwen professor nog al mee vallen. Waaraan wij trouwens niet twijfelden. Persoonlijke vrijheid en partij organisatie. Herhaaldelijk zijn in den Iaatstcn tijd ge vallen voorgekomen, waaruit voor iedereen blijkt, welk duldeloos partij-terrorisme door de sociaal-democratie over hare leden wordt uitgeoefend. Eerst de tribunisten uitgeworpen, toen Snee vliet om [hals gebracht. Thans weer viel in Dujtschland de heer Hildebrand als slacht offer van dit booze stelsel, dat alle individueele vrijheid van meening bij den wortel afsnijdt. Het Volk voelt terdege goed, hoe dit systeem van handhaving der partij-organisitie indruischt tegen alle recht der vrije meening en tegen onzen Nederlandschen volksaard. Het blad acht het daarom tijd iets ter ver dediging in het midden te brengen. Onder den noodigen spot voor „alle senti mentaliteit en burgerlijke ideologieën" zegt het blad „De vrijheid van meening van den enkele staat tegenover het levensbelang der Partij, binnen welke wij het niet mogen laten komen tot afdwalingen, die de een heid van aktie verhinderen. De Partij is geen zaal, waarin beminnelijke en interes sante dwepers kunnen dansen. Haar ge bouw is een vesting, waarin wij allen een drachtig en gewapend staan en strijden moeten." Het is veelal een ondankbare taak, in bepaalde gevallen dit standpunt te moeten voornamelijk om de liefde tot den oorsprong des Christendoms te bevorderen. Doch laten wij onze beschouwingen over de Katacomben te Valkenburg voortzetten Gelijk wij reeds in ons eerste artikel op merkten behoorde de grond, waarin de Kata comben te Rome uitgegraven werden, aan voorname Romeinsche geslachten, die tot het Christendom waren overgegaan, 't Spr.eekt vanzelf, dat deze hier hun familiegraven hadden. Een dergelijk graf werd gevormd, doordat men crypten of kapellen in de tufsteen uit hieuw, in welker wanden dan nissen werden gemaakt, waarin de lijken werden neergelegd en de openingen hermetisch werden gesloten. Het uitgegraven gedeelte, 't welk nu werd gevonden in 't land, dat aan een bepaalde fa milie had toebehoord, werd dan dikwijls naar die familie geheeten. Zoo hebben we de Katacombe van Caecilia, aldus genoemd naar Caecilia, een bloedgetuige uit de familie der Caeciliërs, die hier in haar familiegraf werd bijgezet, de Katacombe van Lucina, uit het geslacht der Graecini, die hier werd begraven, de Katacombe vaa Dometilla, eene nicht van Keizer Domitiaan, die deze heeft laten aan leggen, enz. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1912 | | pagina 1