en toen
begon het
hoe langer hoe
harder
te waaien
het verhaal
het verhaal
het verhaal
het verhaal
het verhaal
het verhaal
van iemand uit
Nieuwe Tonge
van een radio
verslaggever
van een dijk
van een
heiicopterpiloot
van de kranten
van een soldaat
Hij werd om kwart voor vier 's morgens door
de brandweer van bed gehaald. Ze zeiden hem
dat er ergens een dijk was doorgebroken.
Waar precies wisten ze niet. Hij moest met
zijn auto naar de Kerkring van het dorp. Men
sen redden. Op de Kerkring stuurden ze hem
door naar Battenoord. Hij kwam op de dijk
aan en werd toen aangehouden door een man,
die hem vroeg zijn autolampen op een woning
beneden aan de dijk te richten- Daar ergens
moest zijn vrouw het water ingelopen zijn. Die
vrouw heette Pietertje Tanis-Meijer, ze was 44
jaar. Ze was verdronken. Zoals er die nacht in
Nieuwe Tonge nog 85 verdronken.
Nog weinig vergeleken met wat er in het nabij
gelegen Oude Tonge gebeurde; daar lieten er
305 het leven.
De man moest zijn auto verlaten en zag dat
het water nog steeds aan het stijgen was.
Gearmd met een brandweerman worstelde hij
zich door de storm terug in de richting van
het dorp. Er kwamen nog wat mannen bij:
Jac Oosterling, die 59 was, Pieter de Haan
(34), Aalbert van Prooijen (29). Op de dijk
stond nu ook al water. Ze kwamen bij een
auto aan, waarnaast Johannes Willem Brugge-
man stond, een 50-jarige landbouwer. In de
De 32-jarige Jan de Troye was op die avond
van 31 januari een gewetensvol radioverslag
gever. Hij ging om half twaalf naar de VA-
RA-studio om de telex te bekijken. De storm,
die ook in Hilversum dakpannen van de hui
zen blies, leek hem tè krachtig dat er hier en
daar in het land niet wat ernstigs aan het ge
beuren was.
De telex meldde op dat moment echter slechts
I dat er wat schepen in nood waren, dus ging
De Troye weer naar huis. Zondagmorgen half
zes werd hij uit zijn slaap gebeld door Rutger
Schoute, de VARA-medewerker voor klassieke
muziek-
ZATERDAG 27 JanuARI 1973
Onze gids zegt, als we in de zuidelijke hoek
van Schouwen-Duiveland rijden half januari
1973 en als we opgemerkt hebben dat dit
zulk mooi land is: „Ja, dit is een mooi land".
Hij stuurt de auto een dijkje op om extra-uit
zicht te geven op het land waar het leven
weer goed heet te zijn. Maar dan zegt hij:
„Zie je die bomen bij die hofsteden? Dat zijn
bomen van daarna- Dit land had je eens moe
ten zien daarvóór! En dan die asfaltwegen
van nu; vóór de ramp sukkelde je over maca
dam, veel langzamer dan nu, maar je zag
mooie dingen. Echte bomen bijvoorbeeld".
Het is de dijk van de polder Vierpannen,
waarop we staan. En als we in de richting
van de delta-arm Keeten kijken, waarvan het
water een weg zoekt naar de Oosterschelde,
zien we drie kolossale klompen beton.
Die zijn van „daam&".
Hier, zuidelijk van Ouwerkerk, werd de bui
tenbedijking op drie plaatsen doorbroken.
Daardoor kwam er op het dorpje een vloed
4 water aanzetten, die voor 101 Ouwerkerkers
«s» afscheid van dit, levers _werd__JWe.s tappen
zijn er drie en Hun type heeft de naam
i Phoenix". Zo heet die vogel, die uit zijn as
herrijst; lichtelijk verdwaald in dit land van
worstelen en ontzwemmen.
Het betreden van de betonkolossen is ,,op ei
gen risico", zo wordt gewaarschuwd. We doen
het toch maar en kijken even later van een
tiental meters hoog naar dat water, dat ooit
zo boosaardig omhoog gestuwd werd.
In de zeer late avond van 6 november 1953
werd dit caisson gelegd en daarmee had
Rijkswaterstaat tevens de laatste belangrijke
dijkdichting na de ramp volbracht- In een ver
slag hebben we gelezen: „Na het openen van
Gérard Trémerie was een jonge piloot van de
Sabena. Hij bestuurde een helicopter, zo'n
ding dat men toen nog steeds hefschroefvlieg-
tuig wenste te noemen.
Trémerie kreeg in de voormiddag van zondag
1 februari berichten over noodtoestanden in
Holland. Hij is toen naar zijn Sikorsky-toestel
gegaan en in zijn eentje opgestegen om te zien
hóe erg die nood was-
Gérard Trémerie was de eerste die bij de
ramp vanuit de lucht hulp kwam bieden. Door
de toen afnemende storm heen wentel-
wiekte hij zich eenzaam naar het Hollandse
deltagebied. Hij slaagde er in om op een dijk
bij Oude Tonge te landen.
Hij was ontsteld toen hij de ravage zag. En
nog ontstelder toen ontredderde dorpsbewo-
Voorpagina maandag 2 februari:
„Orkaan en springtij teisterden Nederland".
„Steden, dorpen en polders werden over
stroomd".
„Tot dusver zijn 138 mensen om het leven ge
komen".
„Koningin bezocht geteisterde gebieden": Ver
gezeld van prinses Beatrix heeft koningin Ju
liana gistermiddag een bezoek gebracht aan
de omgeving van de Krimpenerwaard. De
komst van de koningin was de autoriteiten in
die streek niet bekend. Zij reed eerst tot aan
Ouderkerk, welke plaats zelf onbereikbaar
was, zodat de koninklijke auto slechts tot aan
de grens van het ondergelopen land kon rij
den. Vervolgens werden Lekkerkerk, Krimpen
aan den IJssel en Krimpen aan de Lek be
zocht..-
De kapitein der mariniers De Jonge Oudraat
schrijft in zijn rapport van donderdag 5 fe
bruari:
,,09.00 uur. Stomen haven Den Bommel bin
nen.
09.10 uur. Nemen contact op met Ltz. Gong
grijp. Reddingswerkzaamheden niet meer
noodzakelijk. Toestand chaotisch. Burgergezag
hier hoegenaamd niet meer aanwezig. Ongeor
ganiseerde burgerwerkploegen belemmeren
overzicht van te nemen maatregelen en ver
storen de orde, ook al in verband met optre
dende diefstallen. Politieapparaat functioneert
niet meer-
auto zaten zijn vrouw Maria en zijnjdnderen,
de 7-jarige Marinus, Johannes Willem van 6
en Cornelis van 3.
„Help me alsjeblieft die auto douwen", zei
Bruggeman wanhopig tegen de mannen- Ze
deden het en hielden het vijf minuten vol.
Toen moesten Oosterling en De Haan het op
geven: ze konden niet meer tegen de storm en
de waterstroom op.
De eerste man hield zich vast aan de auto en
zag een waterzuil komen, die Oosterling en De
Haan optilde en van de dijk wegsloeg. Ze ver
dronken.
De man moest even later horen hoe Brugge
man zei dat hij ook niet meer kon, waarna er
weer een golf water kwam, die de boer met
de auto, waarin zijn gezin zat meenam, de
polder in. De man bleef over met Ab van
Prooijen. Samen worstelden ze verder door
het water. Ze kwamen opnieuw bij een auto
Daarin zat Gijsje de Jong (28) met haar drie
kinderen van 8, 6 en 3. Hulpeloos. Ab van
Prooijen haalde alvast één kind uit de auto
om het in zijn armen mee te nemen naar de
veiligheid, die hij in de dorpskern vermoedde.
En de man zag hoe Van Prooijen met het kind
in zijn armen door het water werd opgetild en
weggesleurd.
Schoute vertelde door de telefoon dat hij was
opgebeld uit Zeeland door iemand, die een le
zing over muziek, die Schoute daar zondag zou
moeten houden, afgelastte.
Want alles daar in Zeeland stond onder water.
Zo kwam het dat Jan de Troye zondagmorgen
vroeg in Dordrecht stond, het kolkende water
zag en er met zeer bewogen stem verslag van
gaf. Maar nóg bewogener, haast huilend was
zijn stem toen hij tegen de avond op een dijk
bij Rilland-Bath uit de reportagewagen was
gestapt en vertelde over die man, die met een
roeibootje mensen uit het verdronken land aan
wal bracht.
de afsluiters zakte het gevaarte op de drem
pel. Aan boord van het vlaggeschip van de
Dienst der Zuiderzeewerken „De Breezand",
afgemeerd op zeer korte afstand van het sluit
gat, begond zich H.M. de Koningin, temidden
van enkele ministers en hoge waterstaatsauto
riteiten. Onder ademloze spanning van meer
dan duizend toeschouwers en met geheel Ne
derland meeluisterend aan het radiotoestel
voltrok zich in dit historisch moment om 4 mi
nuten voor middernacht, deze slothandeling
van de dijkdichtingen in het rampgebied".
Als we van het caisson teruglopen naar de
auto, zien we dat jonge koningin Juliana een
mooie tekst in het beton heeft laten hakken,
waarin zij het genie van de dijkdichters prijst.
Maar nu naar de bewoners van Ouwerkerk, 't
is een klein dorp met een beelschoon gerestau
reerde Kerkring. ANWB heeft het dorp zelfs
weer opgenomen in zijn Schouwen-Duiveland-
route.
Tpch was dit jbrp na 1 februari een puinhoop.
Op de KerkAx' bevi^-i: zich ook het gemeen-
^chapshuis^^^JP2y?|^üst middelbare en
Ze hebben de ramp allemaal meegemaakt. En
ze knikken herkennend en bewogen als we de
namen noemen van Bolijn (Jan Willem, Jo
hanna Sara, Leendert Paulus en Leendert),
van Hendrikse (Adriaan, Cornelis, Jacob
Leendert, Jannetje, Johanna en Pieter), dat
gezin van Swenne, die vier van Pannekoek, de
Van Dammes die met z'n vijven waren.
Dan begint opeens een mevrouw Vijverberg te
praten. Een andere vrouw heeft ons aangesto
ten, discreet en gewaarschuwd: „Zij is een
weduwe. Haar man is toen verdronken, ergens
bij Vierpannen".
ners hem kwamen vertellen van de doden. Hij
is die nacht bij zijn helikopter op de dijk ge
bleven. Hij durfde het niet aan om in het duis
ter weer op te stijgen: zijn brandstofpeil was
onrustbarend laag.
Pas maandagmorgen waagde hij de sprong
naar de vliegbasis Woensdrecht. Hij haalde
het en zette het hefschroefvliegtuig met een
nagenoeg lege brandstoftank om half negen
's morgens aan de grond. En toen deed Gé
rard Trémerie het verhaal.
Pas daarna wist Nederland wèl veel.
Het gebeurt niet zoveel dat een krant met een
extra-editie uitkomt. Sedert de bevrijding in
1945 hadden de kranten zich tot 1 februari al
leen maar uitgesloofd op 19 december 1948
toen de bestandsovereenkomst met Indonesië
Voorpagina dinsdag 3 februari
„Aantal slachtoffers reeds tot 627 gestegen".
„Voor het lot van ruim 250 anderen wordt ge
vreesd".
„Eerste slachtoffers begraven": „De stoffelij
ke overschotten van vier slachtoffers van de
watersnood van het zo zwaar geteisterde 's-
Gravendeel zijn vanochtend in ruwhouten kis
ten op het kerkhof van Dubbeldam voorlopig
ter aarde gesteld. Het zijn de eersten van de
ramp, wier lijken geborgen konden worden..-".
Voorpagina woensdag 4 februari
„Aantal slachtoffers 1223".
„Grootscheepse reddingsacties in Zeeland".
Voorpagina donderdag 5 februari
„Schouwen en Duiveland geheel verzwolgen".
„Aantal slachtoffers: 1320".
09.40 uur. Houden stafvergadering met Rode
Kruis, Dijkringbestuur, burgemeester en an
dere autoriteiten. Nemen op aanwijzing van
Ltz. I. van Es leiding over.
09-45 uur. Doen dorp Den Bommel van onge
wenste elementen zuiveren; circa 250 ongeor
ganiseerde burgerwerkkrachten afgevoerd.
10.00 uur. Delen detachement mariniers in
voor het verrichten van noodherstellingen aan
de dijk. Detacheren in Den Bommel-oost twee
mariniers voor het verrichten van noodslach-
tingen en ten behoeve van de centrale keuken.
Verzorgen radioverbindingen met oostzijde,
één en ander op verzoek burgemeester. Nog
Even later werd ook de auto met Gijsje de
Jong en haar andere kinderen door een golf
meegenomen.
De man heeft het overleefd, maar kon het pas
veel later navertellen. Voor het die ochtend
van 1 februari 8 uur was, had hij er nog twee
zien verdrinken.
Overal op de eilanden beierden de klokken en
loeiden sirenes. Er stierven mensen in het wa
ter. Of ze zagen ze doodgaan. Wat Is erger?
Daar was ergens op Tholen een man, die zijn
vrouw en twaalf kinderen zag verdrinken. Een
ander, die op het dak van zijn huls is geklom
men en dan één-voor-één zijn huisgenoten ziet
vallen tot hij alleen over is- Schuldbesef zal
later op overlevlngsdrift volgen.
„Ik had me ook moeten laten vallen, mijn kin
deren moeten naspringen. Maar voordat ik be
sluiten kon, zag ik al niemand meer. Ze wer
den weggesleurd. Wat moest ik toen nog sprin
gen? Maar toch..-".
Het binnenland, ver van de dijker. dia door
braken, had op dat moment slechts met het
bulderen van de storm te maken. Wist men
veel... In het nieuwscentrum van het ANP in
Den Haag werd slechts gewag gemaakt van
dreigende toestanden op het eiland van Dor
„Ja", zegt hij bijna twintig jaar later, „die
emotie was echt. Zoiets kun je niet spelen".
Maandag 2 februari gaf De Troye in een
NRU-uitzending gedurende drie kwartier ver
slag van de verkenning, die hij met een vlieg
tuig had gemaakt boven Zeeland. Jan de
Troye, nu VARA-bestuurder, zegt dat hij nooit
een belangrijker reportage heeft gemaakt.
Overal in het land werden tijdens die storm
van 31 januari/1 februari de hoogst bekende
waterstanden met 30 tot 75 centimeter over
schreden. De dijken begaven het. Op het ei
land Goeree-Overflakkee alleen al op 118
plaatsen. Op de Zeeuwse eilanden beukte het
Mevrouw Vijverberg is een struise vrouw met
een gaaf, gezond gelaat, verweerd in positieve
zin, een Zeeuwse waarvoor ze het woord
„pront" bedacht hebben.
Ze vertelt het verhaal van de dood van haar
man. Hoe de oude Bolijn het haar die nacht
kwam vertellen; de enige Bolijn die nog over
was en die haar echtgenoot Vijverberg in een
telefoonpaal had zien hangen nadat hij eerst
zijn gezin in veiligheid had gebracht en terug
gegaan was naar het water om anderen te
redden.
„Hij hing daar in die telefoonpaal met dat
kind van 6, Johanna Sara Bolijn in zijn ar
men- En toen is-ie in het water gevallen",
vertelt iemand namens mevrouw Vijverberg,
die vochtige ogen heeft gekregen en in haar
thee roert.
„Toen die oude Paulus Bolijn werd binnenge
bracht, levend, wist ik dat al de anderen dood
waren.' Mijn man ook", zegt nu de weduwe
Vijverberg.
Herinneringen: „Die zaterdagavond was mijn
zoon met verlof van militaire dienst. Op zolder
selen. Opeens kwam 'hij naar beneden: „Va
der, moeder, ik heb radio Scheveningen te
pakken gekregen- D'r is slecht weer op komst,
storm...".
Er is in het gemeenschapshuis iemand, die la
ter tegen ons zegt: „Wij praten nooit over
vóór de oorlog of n& de oorlog. Wij hebben het
altijd over vóór of nè de ramp. Die oorlog, dié
zegt ons niks meer...".
In Colijnsplaat op Noord-Beveland stonden in
die nacht zo'n honderd mannen met hun
schouders tegen vloedbalken te duwen. En ze
hielden het. Maar op andere plaatsen op de ei
landen zaten er al mensen op daken van hof-
werd opgezegd. Na de februariramp zou het
nog een paar keer gebeuren: in '56 toen de
Hongaarse opstand samenviel met de Suez-cri-
sis, in '62 toen prinses Wilhelmina overleed en
eerder in dat jaar bij de treinramp van Har-
melen, in '63 toen Kennedy werd vermoord en
dan zijn er nog wat bulletins geweest na
KLM-rampen-
Zondag 1 februari 1953 was in ieder geval een
dag, waarop de krant met een speciale uitga
ve móest komen. En die krant, die zondagmid
dag laat van de persen rolde, pakte uit als
een goedbedoeld produkt van onwetendheid.
„Tal van schepen vergaan", zo wordt gemeld.
„Tanklichter losgeslagen", ook nog. „Vliegtuig
boven Kanaal vermist", hoor toch es. En zo
waar: men is ook te weten gekomen dat op de
Het zou tot 2 juni van dat jaar duren eer men
het juiste aantal slachtoffers van de ramp kon
vaststellen. Het waren er 1795. Pas eind juni
werden de laatste 32 vermisten geborgen.
Bij het Rode Kruis in Den Haag had men juist
een week voor die eerste februaridag het zoge
naamde Informatiebureau geliquideerd. Men
had het speurwerk naar vermisten uit de
Tweede Wereldoorlog afgesloten. Maar maan
dag 2 februari haalde men de medewerkers
weer van huis. Opnieuw was het moeizaam
speuren naar mensen begonnen, die door fami
lieleden als vermist werden opgegeven- Wéér
moest men lijken identificeren. „Een overstro
mingsramp brengt bijzondere problemen mee
omdat de stoffelijke resten tot op zeer grote
afstanden worden meegevoerd", stelde het
Rode Kruis later vast.
steeds bevinden zich ongewenste, zo niet ongu
re elementen in het dorp. Werken nu in nauwe
coördinatie met aanwezig Rode Kruis".
Enzovoorts.-.
Die soldaten kwamen van overal. Behalve de
gemobiliseerde Nederlanders kon men op de
eilanden Amerikanen treffen, Belgen, Engel
sen, Fransen, Zwitsers. Met hun helikopters
haalden ze mensen van de huizen.
Frankrijk leverde genietroepen. Helikopters
dropten zandzakken, rubberboten, kleding,
voedsel, medicijnen. En ze waren gids voor
militairen, die met amfibievaartuigen op weg
waren naar geïsoleerde huizen, waar nog over
levenden vermoed werden.
drecht, in Hoek van Holland; ook kwamen er
berichten uit Vlissingen.
En op een carnavalsfeest in Den Haag wordt
een verslaggever weggebeld met de opdracht
eens naar Katwijk-aan-Zee te gaan omdat het
strandhotel Brittenburg daar in elkaar dreigt
te storten, want het duin wordt weggeslagen.
In Rotterdam moest een fotograaf uit zijn bed
komen om met zijn camera te gaan vastleg
gen hoe mensen in café's bij de Oostzeedijk
tot aan hun kuiten in het water stevig door
staan te drinken.
En daarbij nog jolig heisa maken ook. Wist
men veel...
In Stavenisse moeten zich op dat moment 28
mensen met de naam Hage gereedmaken voor
de dood: Abraham Cornelis, Adriaan, Corne
lis, Cornelis Pieter, Elisabeth, Izaak, Izaak
Cornelis Johannes, Jacob, Jacobus, Jan, Jan
netje, Johanna Jacoba, Johanna Pieternella,
Johannes Jacob, Leendert, Neeltje, Pieter Cor
nells, Pieternella Catharina, Adriana Kaatje,
Fora Fransina, Jannetje, Pieternella, Maatje
Helena, Pieternella Josina, Johanna, Pieter
nella Adriana, Lisseya en Wilhelmina Janna-
De oudste is 85; Johanna Hage-Luijk, die op
de Poststraat A 378 woont, de jongste is 4, Jo
hanna Jacoba Hage van de Stoof dijk 136.
water zich ook op zo'n honderd plaatsen een
weg door en over de dijken. Vijf gaten werden
er geslagen in de boulevard van Vlissingen.
Flakkee liep onder, Schouwen-Duiveland, een
groot deel van Tholen, delen van Noord- en
Zuid-Beveland en Walcheren; er werd een
bres geslagen In Zeeuws-Vlaanderen-
Pas toen het zondagmorgen licht werd, kon
men op die eilanden zien wat kolkend water
en wat stroomgaten zijn. Als men nog kon
zien; in Ouwerkerke bracht men een vrouw op
een hoge, veilige plaats. Ze leefde, maar was
blind geworden door het zoute water dat een
lange nacht haar gezicht omspoeld had.
steden en landarbeiderswoninkjes. En In Oude
Tonge had een vloedgolf bereids de hele Julia-
nastraat weggevaagd- Van de dijk was het
water in één vernietigende zucht naar de
rijksweg gegaan. Het ging twee tot drie meter
hoog over de huisjes heen; 305 mensen ver
dronken.
„Het water kwam zó hard dat je er niet voor
vluchten kon. We waren eerst bij ons naar bo
ven gegaan en hadden de bedden boven ge
bracht en eerst Henkie natuurlijk op het ledi
kant gelegd en toen de kleren nog uit de kast
gehaald en nog wat eten naar boven gebracht
en ja, toen konden we niet meer, want toen
stonden we al tot over onze knieën in het wa
ter, dus toen zijn we naar boven gegaan en
hebben het daar maar afgewacht..- Toen stort
te dat dak in en toen zijn we nog bij Janni V.
op het zolder kunnen komen, die had de trap
uit het dakraam gelegd en daar zijn we toen
over geklommen. Maar Jaantje en Gerrit kon
den er niet meer over en die hebben zich toen
aan de dakgoot vastgehouden... Daar hebben
we toen de hele dag in de storm en de regen
opgereten, tot 's avonds toe en overal water
om ons heen en het ene dak na het andere dat
in het water zakte en we zagen er zoveel ver
drinken...".
Woorden van een vrouw, die alleen haar toen
12-jarige zoon behield en al haar naaste fami
lieleden in Oude Tonge verloor.
Terwijl zij voor haar leven vocht, maakte zich
zaterdagavond Iaat in het Rotterdamse restau
rant Kota Radja een stel mensen kwaad om
dat men er de spijskaart blank hield vanwege
het feit, dat door wateroverlast de fornuizen
niet werkten.
Nogmaals: wist men veel..-
eilanden enkele polders zijn ondergelopen- En
dat Zeeland telefonisch onbereikbaar is.
„We hadden totaal geen overzicht van wat er
werkelijk gebeurd was", zegt 20 jaar later een
journalist, die aan zo'n extra-editie gewerkt
heeft, „maar er was een soort instinct. Je
vóelde dat er heel erge dingen gebeurd waren,
dat dit niet zomaar een storm met flinke scha
de was. Toen hebben we zetters en drukkers
met auto's van huis laten halen. Maar het was
nog steeds zo dat we ervan uitgingen dat het
afkalven van de duinen bij Katwijk het groot
ste nieuws in die extra-krant moest worden.
Dat veranderde in de loop van zondag natuur
lijk wel, want we begonnen nog méér door te
krijgen, langzaamaan weliswaar, maar je
voelde het aan: dat wordt een nationale ramp!
„Bijzondere problemen" waren er voor dat
Rode Kruis trouwens in overvloed. Ook al be
schikte het korps in die dagen over 229 colon
nes; een confrontatie met de stormvloed van
februari 1953 was een calamiteit met aspecten,
die men nooit eerder had bevroed. Men kreeg
van de ene dag op de andere te maken met
duizenden evacués, die eerst provisorisch ge
legerd moesten worden en daarna in huizen
ondergebracht. Er kwam een kolossale stroom
geld en goederen uit binnen- en buitenland,
die verdeeld moest worden; er moesten nood
ziekenhuizen ingericht en bemand worden. Er
gingen 5000 Rode Kruismensen aan de slag-
En nog heel veel meer dienstplichtige solda
ten.
De soldaten vulden en legden honderdduizen
den zandzakken- En ze wonnen van het water.
Die strijd van Nederlanders tegen de golven
sprak tot de verbeelding van de hele wereld.
Dat die ramp juist Hólland was overkomen...
Een overstroming ergens in Azië met een
paar duizend slachtoffers, och daar hoort men
zo vaak van. De Povlakte in Italië, waar het
water bezit van neemt, och, daarmee moet
men leren leven. Maar Holland, dat kleine ko
ninkrijk, dat iedere vierkante meter kleigrond
persoonlijk aan het water zou hebben ontrukt
en in cultuur gebracht dèt bleek in de
rampspoed een hogere waarde te hebben voor
de rest van de wereld.