De ramp die nooit uit
het leven verdween
I
ZATERDAG 11 JANUARI 2003
De ravage in Oude Tonge vlak na de ramp.
WESSEL PENNING
Geel. paars, rood en oranje. An
jers. De bloemenpracht aan de
Heerendijk in Oude Tonge is fri
vool. Dit is een massagraf. Tus
sen de bloemen staat een groot
wit kruis. Staat een bronzen beeld van
een bange moeder, die haar baby tegen
de woeste zee beschermt. Liggen honder
den gedenktegels. Voor iedere waters-
nooddode een.
Voor de 28 slachtoffers uit de familie
De Boet. Voor Huberdina, Marinus, Ma
ria, Wilhelmus en Johannes de Boet -
hun steentjes liggen op een meter van el
kaar. Voor Adrianus, Sara, Adriana, Mat
heus, Theodorus en Franciscus de Boet.
Voor de telgen uit de getroffen families
Van Kampen, Osseweyer, Bierbooms en
Tuns. Voor de allerkleinsten, die al vijftig
hadden kunnen zijn, maar nooit hun eer
ste verjaardag hebben gehaald: Voor Ja
cobus de Boel (oud twee maanden),
Wouter Ouwens (oud negen maanden)
Maria J. Beyer (oud elf maanden) en Di-
na Kreeft (oud elf maanden). Baby's nog.
Lijkjes en lijken werden in de dagen
en weken na 1 februari 1953 in of bij het
dorp aangetroffen. Aan dijken, in zee of
poldersloten. Hulpverleners kregen het
flink voor hun kiezen. Sommige slachtof
fers konden niet geïdentificeerd worden.
Ter nagedachtenis aan die onbekenden
liggen er gedenktegels met de teksten
'Onbekend meisje' of 'Onbekende jon
gen'.
Bijna vijftig jaar geleden - bij de
springvloed en storm van zaterdag
nacht 1 februari - breken de Neder
landse dijken. Eerst bij Oude Tonge in
Zuid-Holland en bij Kruiningen en Kort-
gene in Zeeland. Later loopt bij Numans-
dorp, Strijen en 's-Gravendeel de Hoek-
sche Waard onder. Het gehucht Schu
ring wordt verzwolgen. Bij het Zeeuwse
Stavenisse slaat het water een gat van
1800 meter in de dijk.
Uiteindelijk overstromen grote delen
van Zeeland, Goeree-Overflakkee en de
rest van Zuid-Holland. In Nederland val
len in totaal 1835 doden. Oude Tonge be
hoort tot de zwaarst getroffen dorpen.
Waar omliggende dorpen als Den Bom
mel (negen doden) en Ooltgensplaat
(twee doden) de vloed redelijk overle
ven, sterven van de drieduizend inwo
ners van Oude Tonge er 305 de verdrin
kingsdood.
In een paar uur tijd vinden in het dorp
onvoorstelbare drama's plaats. Die fami
lie met dertien kinderen, die met pijn en
moeite via een dak aan de golven weet te
ontkomen, maar de allerjongste alsnog
in het water ziet vallen. De familie de
Boet, die na de ramp 28 doden en maar
een handjevol overlevenden telt.
Talrijk zijn de verhalen over het weg
stervend gegil van mensen in doods
nood en de daaropvolgende, lugubere
stilte. Verdronken! Het verhaal van Adri-
aan van Campen, toen 27, nu 67.
„We woonden op de Zuiddijk, buiten
het dorp. Het stormde flink, maar er was
niets aan de hand. Dachten we. Om
Bijna vijftig jaar geleden nam de zee bezit van 'het putje
van Flakkee' en verdronken 305 Oude Tongenaren. Op 1
februari is het dorp het middelpunt van de landelijke her
denking watersnood. Reportage uit Oude Tonge, waar
die rotramp nooit uit het leven verdween.
kwart over vier kwam de buurman. Er
komt water! Toen zijn we met het gezin
gaan lopen. Over de dijk, naar het dorp.
Moest kunnen. De maan gaf een helder
licht. Maar al gauw moest mijn vader,
een hartpatiënt, het opgeven. Hij is een
dijkhuis binnengegaan. Ik zou een auto
halen.
„Kort daarna liep de polder onder. Ik
heb mijn moeder en zussen een huis in
gestuurd. 'Ga hier naar binnen', zei ik.
Hel is het laatste wat ik tegen hen ge
zegd heb. Een paar seconden later brak
aan de oostkant de havendijk door. Een
meter water kwam over de dijk heen.
Achter me hoorde ik mensen gillen. En
toen was het stil. Hoorde je alleen die gie
rende wind."
Adriaan van Campen verloor zo bij de
ramp zijn moeder, drie zussen en een
broertje. Zelf had hij alle geluk van de we
reld doordat een golf hem voor een huis
met openstaande voordeur deponeerde.
Direct achter de voordeur lag de trap die
zijn leven redde.
Het is nu bijna vijftig jaar geleden.
Maar wie een paar dagen in Oude Tonge
rondwandelt en wat dames en heren van
middelbare of oudere leeftijd aan
spreekt, beleeft als vanzelf de waters
noodramp. Ze vertellen graag hun verha
len. Soms met natte ogen, altijd vol vuur,
tot in detail en .volgens de precieze chro
nologie.
Verhalen over de bevriende dijkwacht
die toevallig wél tijdig waarschuwde.
Over die man die al drijvend op een do
de koe de vloed overleefde. Over de buur
man die door de woeste golven tegen
zijn huis werd geslagen. Over het buur
meisje dat wonder o wonder op vakantie
was. Over de eeuwige angst - zelfs afgelo
pen weekeinde nog - als de storm weer
opsteekt. Over die oude tante, die bij
storm en regen weigert naar bed te gaan
en, voorbereid op de vlucht, met jas aan
in de woonkamer blijft zitten.
Ze zeggen het allemaal: Die ramp ver
dwijnt nooit meer uit hun leven. Iedere
familie had zijn doden. Komen overle
venden elkaar weer eens tegen - op be
grafenissen of reünies - dan gaat het in
Oude Tonge vroeg of laat weer over dat
zelfde: Die rotramp.
Op zaterdag 31 januari van 1953 leek
nog zo bar weinig aan de hand. Het
stormde, het regende en het water
kwam hoog. Maar welke eilander schrikt
er van water? „We waren bevriend met
wind en water", zegt Adriaan van Kam
pen.
Bedenkelijker werd de situatie in de
nacht. De eb ebde niet. 'Het water wil
niet weg', zegt een dijkwacht tegen om
standers in het zangerig Flakkees. Gol
ven beuken tegen de drassig geworden
dijken. De brandweer raadt de burge
meester aan de dorpelingen te evacue
ren naar hoger gelegen dijken. De burge
meester twijfelt.
„Waar moet ik al die mensen laten?
Het is midden in de nacht. Het is bitter
koud. Straks gaan ze dood aan onderkoe
ling, omdat ik hen op een dijk heb ge
zet." Ooltgensplaat (uiteindelijk twee do
den) evacueert wel.
Tegen vijven komt de springvloed en
breken de dijken. De eerste slachtoffers
vallen in de buitendijkse gebieden. Later
treft de kolkende stroom van balken,
hooibergen en huisraad een groot deel
van het dorp. In de Julianastraat vallen
66 doden. Leven is alleen nog mogelijk
op de Oostdijk en de Molendijk in het
hart van het dorp.
'Oude Tonge en omgeving geheel ge
ïsoleerd. Huizen daar ingestort. Mensen
op daken uitgeput. Slechts één bootje
waargenomen. Toestand zeer ernstig,
hulp dringend nodig', staat in een rap
port van de Koninklijke Luchtmacht.
De evacuatie komt pas dagen later op
gang. Helikopters heeft de luchtmacht in
die dagen nog nauwelijks. Die moeten
uit het buitenland komen. Voor het zo
ver is, leeft het dorp in volstrekt isole
ment. Op de dijken spoelen de eerste lij
ken aan. Familieleden vinden familiele
den. Vrienden vinden vrienden. Buren
vinden buren.
Uiteindelijk overleven 305 Oude Ton
genaren de watersnood niet, maar de
grootte van de ramp wordt pas echt dui
delijk wanneer met boten honderden
doodskisten worden aangevoerd en op
de Heerendijk een provisorisch massa
graf wordt ingericht.
Het water, door Cod's wil geschapen
Heeft velen voor Zijn troon geleid
Zo werd Zijn gave ons een teken
Hun zij Zijn liefde in Eeuwigheid (1 febr.
1953)
Zo luidt de tekst bij het beeld van de
doodsangsten uitstaande moeder op het
massagraf, de begraafplaats watersnood
1953. Een al te Godvrezende tekst? Och,
de goede verstaander leest tussen de
versregels ook hoop en enig optimisme.
Waar in andere nabijgelegen dorpen op
Goeree-Overflakkee de zwaargerefor-
meerde overtuiging leefde dat de ramp
de straffe Gods was, is in het tamelijk vrij
zinnig Oude Tonge nauwelijks in dat
soort termen gesproken. 'Zwartekousen-
dorpen' als Nieuwe Tonge en Sint Phi-
lipsland zijn nabij, maar Oude Tonge,
dat sinds jaar en dag voor eenderde ka
tholiek georiënteerd is, wordt door de an
dere eilanders wel 'het rode dorp' ge
noemd.
In dat dorp ging men, zo zeggen de
overlevenden, na de ramp met grote
saamhorigheid gauw over tot de orde
van de dag. Het leven gaat verder, zo was
de stelregel, al was hel leven eigenlijk
dood. Menigeen vertelt nu nog over de
leegte die overviel, toen maanden later
de meesten terugkeerden in het dorp en
duidelijk werd dat zoveel vrienden de
ramp niet hadden overleefd.
Nu is het vijftig jaar later en komt wel
dra de koningin. Op 1 februari zal het he
le land kijken naar Oude Tonge, waar de
landelijke herdenking van de waters
noodramp wordt gehouden. In het dorp
wordt niet met veel enthousiasme uitge
keken naar het mediacircus van die dag.
Nu reeds bestaat de vrees dat op de
plechtigheden alleen hotemetoten en
geen échte overlevenden mogen verschij
nen. Wie dat uitspreekt, zegt er ook fijn
tjes bij dal die hotemetoten vooralsnog
bar weinig medewerking geven aan het
idee om, als dank aan de hulpverleners,
een monument op te richten.
Adriaan van Campen is er cynisch
over. „Wat is het verhaal vandaag de dag
nog waard? Het is al veertig jaar hetzelf
de verhaal. Het leeft niet meer. l-2-'53 is
een doodgewone datum geworden."
Èen gewone datum? Niet voor de oude
re autochtoon in Oude Tonge. Voor hen
heeft de oorlog niet bestaan. Wie op een
middag even aanwipt in verzorgingshuis
Ebbe en Vloed, stuit op vurige vertellin
gen over 1953. En wat te denken van de
paginagrote serie De Ramp van 1953, die
al een week of twintig verschijnt in het
streekblad Eilandennieuws. De oude
Tongenaren vreten het.
Alleen de plaatselijke jeugd interes
seert het maar matig. Op het schoolplein
van de plaatselijke meao reageren pu
bers verveeld wanneer het woordje wa
tersnood valt. Ze hebben er wel over ge
hoord, maar vinden het érg lang gele
den. En zeg nou zelf, die door Brou
wers-, Grevelingen- en Philipsdam ge
temde zee, ziet er tegenwoordig nogal
onbeduidend uit.
Wiskundedocent Edwin Elvé: „Ik zie
het ook aan mijn eigen kinderen. Zij ken
nen het eiland alleen met alle dammen
en dijken. Zij kennen het eiland alleen
veilig. Ze zouden kunnen denken dat hel
hier altijd veilig is geweest."
Misschien moeten die leerlingen de
fiets of scooter eens pakken en wat door
het gebied van de Oudelandsedijk en
Zuiddijk toeren. Daar zien ze nog de te
genwoordig tot onbetekenende binnen
dijken gedegradeerde buitendijken van
1953. Lachwekkende bultjes. IGeidijkjes
met gras, nauwelijks hoger dan de eerste
de beste zandhoop in een nieuwbouw
wijk.
Van Kampen: „Toen na de ramp de
nieuwe dijken gebouwd werden, wisten
we niet wat we zagen. Zo hoog, zo
groot..."
Toen was het te laat.
MARIA
Maria is in. De kaarsjes om de maagd te
eren zijn in het Mariajaar 2003 niet aan
te slepen. Pelgrims reizen massaal naar
de bedevaartplaatsen. Het Belgische
Banneux wacht woensdag een invasie.
HUUB OOSTERHUIS
'Buitenkerkelijk priester', schrijver van li
turgische teksten en liedjes, de man van
de overdenking bij de begrafenis van
Claus, vader van Trijntje en Tjeerd. Hij is
op zoek naar 'de kern van het Woord'.
MOSLIMJONGEREN
Niet-moslims in de vierde klas van het
vmbo vinden het ongelooflijk wat islamiti
sche klasgenoten voor hun geloof doen
en laten. Verliefd zijn op je huwelijkspart
ner is voor een moslim niet nodig.
JOGGINGPAK
Jennifer Lopez, Madonna en Cameron
Diaz voelen zich heerlijk in hunjogging-
tenue. In Amerika is de hobbezak een
ware hype geworden. Nederland staat
een soortgelijke gekte te wachten.
S3
as
DE BREITHORN
Een 'vierduizender' bedwingen is de ultie
me wens van menig bergwandelaar. De
imposante Zwitserse Breithom meet
4165 meter en is volgens kenners voor
de geoefende wandelaar goed te doen.
eindredactie Rob van der Heiden, Erik Meuleman. Ronald
Peters vormgeving Jos van Koolwijk. Harold Röring
adres Featureredactie de Gelderlander, postbus 36.
6500DA Nijmegen telefoon 024 3650553/554
email redactie.feature@gelderiander.nl.
Y