IAARIN OPGENOMEN DE IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT
®BUITENLA§®
NIEUWSBLAD VOOR HET EILAND THOLEN
ns
andelsverkeer
et Duitschland
;p ijdag 18 Augustus 1939.
Zeven en vijftigste jaargang
UITGAVE FIRMA J. M. C. POT. THOLEN - TEL. INTERC. 16 - POSTREK. 1043 prij8vermi,,derinfl-
No. 33
U
laUbiad/i 37Mranco Tholen, Poortvliet, Scherpenisse, St-Maartensdijk, Stavenisse, St-Annaland en Oud-Vossemeer letters1 naar pteTsruimte!
n
<k
gei
efo
- lag. Prijs per kwartaal
ifl'
THOOLSCHE COURANT
Advertentiën van 1 tot 4
regels 75 ct.; iedere regel
nost 165-4- 15 centBijabonnementaanmerkelijke
PUBLICATIEN
j j Burgemeester van Tholen
t igt op verzoek van den Garni-
iscommandant te Bergen op Zoom
algemeene kennis, dat op '21,22
23 Augustus a.s. van 13.00 tot
0 uur en op 28 en 29 Augustus
van 8 00 tot 14.00, schietoefe-
en zullen worden gehouden met
rp op het terrein HILDERNISSE
leente Woensdrecht). 43
olen, 15 Augustus 1939.
urgemeester en Wethouders van
len maken bekend, dat door de
en der provincie Zeeland en die
provincie Noord-Brabant het
ende besluit is genomen
Staten der Provincie Zeeland en
der Provincie Noord-Brabant;
rerwegende, dat bij hun gemeen-
ippelijk besluit van 20/28 Juli
1 met ingang van 10 October
1 en voor den tijd van één jaar
tarief is vastgesteld voor de
51( ingen van het verkeer over de
van Tholen naar den Auvergne-
Jer;
at de termijn, waarvoor het thans
kracht zijnde tarief geldt, mits-
i eindigt op 9 October 1939;
BESLUrrEN
et geldende tarief, ingaande 10
ober 1939, voor den tijd van één
te bestendigen,
liddelburg, den 20 Juli 1939.
De Stalen van Zeeland,
(get.)'Quarles van UlTord,
Voorzitter
(get.) Teilegen, Griffier.
Hertogenbosch, den 27 Juli 1939.
De Staten van Noord-Brabant,
(get.) A. G. A. Schrauwen,
1 o. Voorzitter,
(get.) Vincent Cleerdin,
Griffier.
'holen, 14 Augustus 1939.
lurgemeester en Wethouders van
Dien maken bekend dat tegen
uierdag 24 Augustus a.s. gelegen-
bestaat tot aangifte voor ruiming
privaatpatten.
den voormiddag van dien dag
len scherven enz. door den reini-
gsdienst worden opgehaald.
'holen, 17 Augustus 1939.
11
Gevonden voorwerpen.
,en damestasch met inhoud. Drie
ssleutels, te bevragen Ilofstr. 14.
rijwielbelastingmerk bij C. van
ke, Kruittoren 3. Een padvinders-
m met fluit bij J. M. Bal, Hoog-
iat. 1 Rijwielbelastingmerk bij
C. Deurloo Bakkerij, Tholen.
lempora mutantur et nos mutamur
ïllis, zegt een oud Latijnsch spreek-
ord d. w. z. de tijden veranderen,
wij mét ben. Vroeger was het
itschland, dat door zijn bloeiende
enfulel en industrie volop land- en
nbouwproducten kocht in ons land,
artegenover stond, dat Nederland
roote schaal Duitsche industrie-
iducten invoerde. Daarin is intus-
vc en een groote verandering geko-
n. Hiertoe hebben verschillende
zaken medegewerktde uitslag
den wereldoorlog, met het daarop
"tj 'olgde vredesverdrag, dat Duitsch-
d aan den rand van den afgrond
icht, de financieele crisis van
jti H/32 en tenslotte de enorme uit-
f'en voor de bewapening,
let gevolg van een en ander laat
'i gemakkelijk begrijpen. Willen
hebben, dat Duitschland een flink
st al
°s!
kwantum goederen van ons afneemt,
dan moeten wij beginnen met veel
meer van Duitschland te koopen dan
op het oogenblik het geval is. liet
is echter gemakkelijker dit aan te
voeren, dan uit te voeren.
Wij moeten allereerst beginnen
met na te gaan, waarom Nederland
tegenwoordig minder koopt van
Duitschland dan vroeger. Wat ons
dan in de eerste plaats in het oog
valt, is, dat ons nationaal bedrijfs
leven voor een groot deel wordt be-
heerscht door den invloed van de
wereldeconomie. Nederland onder
houdt een druk handelsverkeer met
de geheele wereld beweegt de con
junctuur zich dus in dalende richting,
dan ondervindt men daarvan in ons
land onmiddellijk den terugslag. Hoe
sterk de achteruitgang in zaken zich
sedert een jaar doet gevoelen, be
hoeven wij hier niet in herinnering
te brengen. Deze algemeene achter
uitgang is wei een van de voornaamste
redenen, waarom wij minder uit
Duitschland betrekken.
Een tweede, zeer voorname reden
is gelegen in het feit, dat men thans
wij wezen er reeds meer op
veel minder dan voorheen den gulden
regel der wederkeerigheid in het
handelsverkeer toepast. Wij wijzen
hierop de handelsbalans met Enge
land, welke voor ons land zeer gun
stig is, aangezien wij paar dat land
ongeveer twee maal zoovert«i(3Köei;en,
als wij vandaar betrekken. Het'Ts
dan ook zeer begrijpelijk, dat deze
verhouding het koopen van Engelsche
goederen in de hand werkt.
Doch er is nog meer, waaronder onze
handelsbetrekkingen met Duitschland
te lijden hebben. Zoo noemen wij
het feit, dat de Duitsche industrie
lang niet zoo vlug de inkomende
bestellingen kan uitvoeren, als andere
landen. Dit ziet men ook in Duitsch
land in en geeft het volmondig toe.
Dit is natuurlijk een factor, waaraan
de producent niet het minste kan
veranderen, zoodat hij zich, wanneer
er bij zijn opdracht bepaalde haast
is, elders moet voorzien.
Dit is een sterke handicap voor
het handelsverkeer tusschen Neder
land en Duitschland Hierbij dient
nog te worden opgemerkt, dat de
Duitsche leverancier zich over het
algemeen weinig moeite geeft, om
verandering te brengen in den be-
staanden toestand. De exportmoge
lijkheden voor zijn artikelen laten
hem vrij koud, zoo lang hij op
een bevredigend debiet in het bin
nenland kan rekenen. Voor een
deel moet zijn geringe belangstelling j
voor den export ongetwijfeld ook i
worden toegeschreven aan de inge
wikkelde administratieve formalitei
ten, welke aan den uitvoer zijn ver
bonden en die den fabrikant afschrik
ken.
Verder werkt de uitvoering van
het Duitsche vierjarenplan nadeelig
op den export, evenals de fabricage
van oorlogsmateriaal. Door het een
zoowel als door het ander is Duitsch-
land's industrieele positie op de
wereldmarkt verzwakt. Men houdt
in hoofdzaak rekening met de vraag
van de zijde van buitenlandsche
koopers waar het betreft artikelen,
vallende binnen het kader van het
vierjarenplan, zooals automobielen
en motorrijwielen, waarvan de export
is toegenomen.
En vooral mag niet vergeten wor
den, wanneer wij het hebben over
de hinderpalen, welke de export van
Duitsche artikelen naar ons land
ontmoetde over het algemeen hooge
prijs van de Duitsche artikelen. In
weerwil van den exporttoeslag is het
den Duitschen fabrikant meestentijds
niet mogelijk, het hoofd te bieden
aan de concurrentie. Dit is een argu
ment, dat wel zeer zwaar weegt,
wanneer den Nederlandschen impor
teur wordt voorgehouden, dat hij
niet voldoende medewerkt aan de
bevordering van het handelsverkeer
tusschen Nederland en Duitschland.
Overigens brengt de Nederlandsche
importeur dan nog een ander argu
ment naar voren, dat niet minder
gewicht in de schaal legt, dan de
prijs, namelijkde kwaliteit. Van
deze zijde wordt vaak de klacht
vernomen, dat de hoedanigheid van
de Duitsche producten niet meer
voldoende op peil wordt gehouden.
Men beweert bijvoorbeeld, dat nieuwe
machines in Duitschland niet vol
doende zijn beproefd, voordat ze wor
den uitgevoerd, terwijl de schaarschte
aan bepaalde grondstoffen oorzaak
zou zijn, dat er veel „Ersatz" aan
wordt verwerkt.
In hoeverre deze laatste klachten
gegrond zijn, is moeilijk na te gaan.
Zijn zij gegrond, dan vormen zij
inderdaad een ernstigen hinderpaal
voor den export naar ons land, waar
men over het algemeen over een
niet te groot prijsverschil nog wel
wil heenstappen, mits de kvvaliteit
aan hooge eischen voldoet.
Voor het oogenblik willen wij vol
staan met het hier uiteengezette,
doch wij stellen ons voor nader op
dit onderwerp terug te komen, dat
van zooveel belang is voor den export
van onze agrarische producten.
De debacle van Mendelssohn en Co.
De surséance-aanvrage van het
Amsterdamsche bankiershuis Men
delssohn en Go., die einde der week
als een donderslag uit helderen
hemel de beurswereld hier te lande
en ver onze grenzen kwam opschrikken
werd Maandag door de hoofdstede
lijke rechtbank behandeld.
Er werd voorloopige surséance
van betaling verleend, waarna tot
bewindvoerders werden benoemd
mr. M. van Regteren Altena, advocaat
en procureur te Amsterdam, A.
Pierson, firmant van het Amster
damsche bankiershuis Pierson en Co.,
en A. W. A. Meyer, procuratiehouder
der firma Hope en Co. te Amsterdam.
Inmiddels werd een voorloopige
staat van baten en lasten gepubli
ceerd, waaruit blijkt, dat er een
gelaxeerd te kort is van ongeveer
6 millioen. Deskundigen verwachten
evenwel, dat het tekort veel grooter
zal zijn, aangezien de firma Mendels
sohn met een kapitaal van slechts
6 millioen werkte, terwijl zij trans
acties heeft afgesloten, die in de
honderden millioenen liepen. In hoe
verre het particuliere vermogen van
het overleden hoofd der firma,
dr. Mannheirner,hettekortzal kunnen
dekken, moet worden afgewacht.
Veel stelt men zich hiervan echter
niet voor, want reeds gaan er ge
ruchten, dat dit vermogen, zoo het
al beslaat, in werkelijkheid heel wat
minder groot is dan men algemeen
aannam. De gepubliceerde credi-
teurenlijst is inmiddels al gebleken
te geflatteerd te zijn.
In plaats van 218 millioen, zooals
opgegeven was, beloopen de vorde
ringen op de firma thans reeds in
totaal ruim '290 millioen gulden.
Onder de crediteuren komt o.a.
de Nederlandsche Bank voor met
een vordering van ruim 14 millioen,
terwijl de Nederlandsche Handel
maatschappij met niet minder dan
27 millioen aan gedekte voorschotten
bij de debacle is betrokken, plus nog
een aantal vorderingen ten bedrage
van 2.5 millioen, zoodat de ver
plichtingen van defirmaMendelsschon
alleen al tegenover deze bankinstel
ling ongeveer 30 millioen beloopen.
Van de groote banken verschijnen
verder op de crediteuren lijst nog de
Amsterdamsche firma Pierson en Co.
metjeen vordering van ruim 3 millioen
en de Amsterdamsche Bank met een
vordering van 2,5 millioen. Wat er
van al deze millioenen-bedragen
terecht zal komen, moet worden af
gewacht. Wel mag men aannemen,
dat de vordering van de Neder
landsche Bank behoorlijk gedekt
is, daar onze centrale bank bij het
beleenen van schatkistwissels de voor
zichtigheid wel niet uit het oog zal
hebben verloren.
De vischexport gedaald.
Uit liet zoo juist verschenen jaar
verslag van de Visscherij blijkt, de
Nederlandsche export van visch en
visscberijproducten in 1938 rond
2 millioen gulden minder heeft op
gebracht dan het jaar tevoren. Ook
de vischaanvoer liep terug. Terwijl
in 1937 rond 25(5.087.000 kg. visch,
schaal- en weekdieren ter waarde
van ruim f20.850.000 werd aange
voerd, bedroeg de aanvoer in 1938
slechts rond f218.732.000 kg. ter
waarde van bijna f 19.000.000 Uitge
voerd werd in 1938 voor een waarde
van ruim 13.8 millioen gulden tegen
15.8 millioen in 1937, een achter
uitgang in waarde dus van ongeveer
2 millioen gulden.
Ook naar de hoeveelheid gerekend
liep de uitvoer terug, want in plaats
van ruim 107 millioen kg. zooals in
1937, werd nu slechts ruim 150
millioen kg uitgevoerd. Als gevolg
van het conflict tusschen werkgevers
en werknemers in het begin van het
seizoen bracht de drijfnetvisscherij
op haring aanzienlijk minder op clan
het jaar tevoren. Daarbij kwam, dat
in verband met de ongunstige
afzetmogelijkheden de zoute haring
visscherij vroegtijdig werd geëindigd-
Zoodoem e werd door de drijfnet
visscherij in 1938 slechts 12.5 milli
oen kg. versche haring aangevoerd
tegen 15 millioen kg. in 1937. Ook
de resultaten van het zeilvisscherij-
bedrijf waren als gevolg van de
moeilijkheden bij den vischafzet
onbevredigend. De meeste regeerings-
maatregelen ten behoeve van dit
bedrijf bleven gehandhaafd, doch de
internationale moeilijkheden hadden
niettemin een sterke inzinking op
de markt tot gevolg, waardoor de
totale opbrengst van de treilharing
niet tegenstaande den grooteren
aanvoer, lager was dan in 1937.
De onbewaakte overwegen.
Prof. Goudriaan van de Neder
landsche Spoorwegen en de heer
Gorter directeur van het Veiligheids
museum, hebben een bespreking
gevoerd over het gevaar van de
onbewaakte overwegen. Hierbij kwam
men tot de conclusie, dat er iets
tegen gedaan moet worden. Er werd
een vergadering te Amsterdam belegd,
waartoe behalve de Spoorwegen de
betrokken verzekeringmaatschappij
en de groote verkeersbonden waren
uitgenoodigd.
Op deze bijeenkomst heeft de heer
Goriergepleitvoorhet verspreiden van
veiligheidspiaten, betrekking heb
bende op den onbewaakten overweg,
want de ervaring heeft geleerd, dat
deze soort ongelukken zoo goed als
altijd aan onopleltenheid van de
weggebruikers zijn te wijten. De
Spoorwegen zegden een bedrag van
f 5000 voor dit doel toe, terwijl een
gelijk bedrag door de verzekering
maatschappijen en de verkeersbonden
zal worden bijeengebracht. Overigens
zijn de Spoorwegen van oordeel, dat
alle onbewaakte overwegen zoo snel
mogelijk van een flikkerlichtinstallatie
moeten worden voorzien. Op het
oogenblik zijn er over de 1000
onbewaakte overwegen in ons land,
waarvan er nog slechts 10 met een
dergelijke installatie zijn uitgerust.
20 flikkerlichtinstallaties zijn besteld,
terwijl er nog '12 in behandeling
zijn. Er is hier dus nog wel een
aanzienlijke achterstand in te halen,
temeer daar de nieuwe flikkerlichten
worden aangebracht op plaatsen,
die vroeger bewaakt waren, zoodat
er eigenlijk in den toestand in het
geheel geen verbetering komt. Voor
den nieuwen minister van Waterstaat
ligt hier dan ook een dankbare taak,
die hij naar te hopen is met voort
varendheid zal aanpakken, want de
herhaalde overwegongelukken der
laatste dagen hebben de urgentie van
deze kwestie weer op pijnlijke wijze
aangetoond.
L
Nadert het vraagstuk-Danzig zijn
oplossing? Ondanks de stroom van
geruchten, die in deze dagen over
de wereld is uitgestort, kan men nog
met geen mogelijkheid een bevredi
gend antwoord op deze vraag geven.
Want, hoewel er ongetwijfeld aan de
zijde der spil-mogendheden belang
rijke besluiten zijn genomen en men
daarvan blijkbaar ook in Londen en
Parijs wel op de hoogte is, bewaart
men in alle Europeesche hoofdsteden
het diepste stilzwijgen. En voor den
leek, die nu eenmaal niet zooals de
regeeringen over een overvloed van
inlichtingen beschikt en zich tevreden
moet stellen met hetgeen de offici-
eele pers-agentschappen hem mede-
deelen, is het natuurlijk niet mogelijk
een blik te werpen achter de cou
lissen, welke de staatslieden zorg
vuldig voor hun plannen hebben
opgesteld. Intusschen kan hij zich
troosten met de gedachte, dat deze
coulissen eens omver zulhn worden
gehaald en dit waarschijnlijk reeds
binnen niet al te langen tijd. Want
nauwelijks veertien dagen scheiden
ons van het groote nationaal-socia-
listische partijcongres te Neurenberg
en algemeen wordt aangenomen, dat
ten minste daar een tip van den
sluier zal worden opgelicht.
Twee besprekingen zijn het ge
weest, die in de laatste dagen de
wereld in spanning hebben gehouden
zonder dat het tot nog toe echter
is mogen gelukken, iels naders over
het besprokene te vernemen. Ja, van
een dier besprekingen, n.1. die tus
schen Hitier en den Hoogen Com
missaris voor den Volkenbond in
Danzig, Burckhardt, weet men niet
eens, wanneer zij precies heeft plaats
gehad, in het bijzonder niet of zij
voor, dan wel na het onderhoud
tusschen Hitier en graaf Ciano werd
gehouden.
Maar al kent men dan ook het
nauwkeurige verloop van de bespre
kingen niet, vast slaat, dat er in het
bijzonder tijdens de besprekingen
tusschen Hitier, Ciano en von Rib-
bentrop belangrijke beslissingen ge
nomen zijn. „Duitschland en Italië
hebben een productief vredespro-
gramma aan te bieden, een Euro-
peesch programma, dat de oorzaken
van spanningen weg zal nemen",
schrijft de „Frankfurter Zeitung".
Hoe veelbelovend dit nu ook moge
klinken, in de West Europeesche
hoofdsteden en in Warschau is men
alles behalve gerust. Het citaat uit
genoemd blad wordt beschouwd als
een van de duidelijkste aanwijzingen,
die lot dusverre zijn gegeven,
dat het resultaat van de Duitsch-
Ilaliaansche besprekingen een poging
zou zijn om een nieuw „München"
tot stand te brengen. En het is
verder duidelijk, dat Hitier en Mus-
solini niet alleen het oog hebben
gericht op Danzig.
Zoowel de Duitsche als de Itali-
aansche pers spreken thans over
problemen van veel grooteren om
vang Klaarblijkelijk zal een vér
strekkend plan van eischen worden
aangeboden, waarvan de terugkeer
van Danzig tot het Duitsche Rijk
niet meer dan een onderdeel zal
zijn.
„Naar een catastrofe".
Dat het Berlijn en Rome ernst is
rnet hun wensch, de kwestie Danzig
in een voor Duitschland bevredigen
den zin ten spoedigste op te lossen,
blijkt misschien wel het best uit de
hoofdartikelen der Italiaansche pers