lERSEKSCHE EN
THOOLSCHE COURANT
No. 1857
Zaterdag 30 October 1920.
Zes en dertigste jaargang
Firma J. M. C. POT - Tholen.
Publicatie n.
10,
Uit onze omgeving.
iuv4
n
IMI
RA
ïn
0 N D E R W IJ S.
akel
25
Dit blad verschijnt eiken Zaterdag.
Prijs per kwartaal f0,75 met Geïllustreerd Zondagsblad fl,325, franco
per post f 1,40. Voor het buitenland f 1.10, zonder Geïll. Zondagsblad.
UITGAVE
Telef. Intero. no. 16.
Advertentiën van 1 tot 4 regels 60 centsiedere regel meer 15 cents.
Grootte der letters naar plaatsruimte.
Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering.
Kohier van den Hoofdelijken Omslag.
Burgemeester en Wethouders van Tholen maken
bekend, dat het primitief kohier van den hoofdelij
ken omslag voor het dienstjaar 1920, in afschrift
gedarende vijf maanden, vanaf heden, ter gemeente
secretarie voor een ieder ter lezing ligt.
Tholen, 28 October 1920. 13
Bargemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester
J. W. WAGTHO.
De Secretaris
H. J. LABAN.
XII.
In de beschrijving van Reimerswale door
Ermerius wordt melding gemaakt van een keur
bestaaude uit 36 artikelen, waarin wordt gewaakt
legen vervalsching der mee, maar vaD den in
houd wordt geen verdere melding gemaakt. De
I bekende oudheidkundige Yau Visvliet ontdekte
een geschreven keur van het Bestuur vau
Reijmerswale „op der mede neringe", van 19
Sept. 1480, zoo deelt mr. Fokker mede, vooral
merkwaardig omdat het de eenige keur omtrent
dit onderwerp bevat en mede omdat men er
uit zien kon, dat de industrie der meekrapbe
reiding in Zeeland sedert de 15e eeuw tot iu
19e eeuw nagenoeg statioDnair is gebleven.
Er blijkt uit dat men in 1480 had zooals op
pQ het laatste der vorige eeuw stoven, en daarin
een eest om den wortel te drogen, nevens een
9 molen, waarin de gedroogde wortel wordt fiju
gemaakt. Men onderscheidde toen ook reeds krap
ouberoofde gemeene en mulleD, terwijl tusschen
de twee laatste nog twee tusschen soorten worden
1 genoemd, sedert lang in onbruik geraakt. Gemeene
mocht niet meer dan 7% aarde bevatteD tusschen
7 en 10% aarde, bevattende werd zij als corte
l'BC meede gekeurd en tusschen 10% en 16% met
aarde beslast, heette het baillioen en boven 16%
eerst mul. Voor den gedroogden wortel had men
dén naam racioe, zooals ook later.
Mr. Fokker zegt daaromtreut verder, wauueer
meu in art. 13 leest de keurmeesters mogeu niet
meer „wasschen dau drieghoten in elke bale,"
dan schijnt daaruit te kunneu worden opgemaakt
dat men destijds, gelijk nog voor weiuig jareD,
toen de meekeur hier nog bestond de keuring
deed door middel van wassching van een zekere
hoeveelheid, die men met een steek boor uit de
baal steekt, welke boor natuurlijk een sleuf of
goot maakt. Men wilde dus blijkbaar zeggen,
dat de keurmeesters niet meer dan drie boor-
stelingen in elke baal mochten doen. Vóór Vrouwen-
dach assumtio (Maria Hemelvaart of 15 Augustus)
mocht geeu vuur in de stoven worden gemaakt
en na 1 Mei mocht niet meer gedroogd wordeD.
Geen mee mocht anders gedroogd werden dan
met hout of kolen op den eest, het verschepen
van meekrap of het uitvoeren ervan mocht niet
aoders plaats hebben dau onder toezicht van de
pil Keurmeesters en tusschen twee zonneschijnen",
lieen zeer eigenaardige uitdrukking" om den tijd
tusschen zonsop- en ondergang aan te duiden.
Op het stuk van meekrapvervalsching schijnt
men nog ai streng geweest want, het vernietigen
van meekrap door verbranding wanneer bij de
keuring bleek dat ze niet een bepaajde hoeveelheid
aarde was vermengd, of met vreemde zelfstandig
heden vermengd, was reeds in 1480 in gebruik,
de Regeering was in het begin der 19e eeuw
nog even gestreng op de meekrapvervalschers,
want een publicatie van 1806 zegt o.m. dat de
meekrap met vreemde stoffen vermengd, zou
worden verbrand, terwijl de schuldige voor de
irij; eerste maal met f300,zou worden beboet
voor elk vat, maar bij recidive (herhaling) met
openbare geeseliug aan den lijve zou worden
gestraft.
Iq de keur van Reijmerswale kwam ook voor,
dat hij, die gekeurde meekrap, door verandering
van het keurmerk of op eenige andere wijze
vervalschte, niet alleen eeD vrij zware boete be-
I0L 'iep, maar ook ten eeuwigen dage van den
meehandel binnen Reijmerswale werd uitgesloten
en bovendien nog zou worden ,.gecorrigeert alsoo
hooghe alst scepeneu recht duncken sal na ge-
legentheijt der saicken," Wanneer meu iu dezelfde
publicatie en zelfs nog in het K.B. vau 28
October 1819 houdende maatregelen tot wering
der kwade praktijken in de bereiding en den
y||l handel in meestof, de grondstof en de afmeting
der meevaten voorgeschreven vindt, en daarbij
ena het verbod om andere vaten te bezigen dan
eivan goed drpog eikenhout, bij voorkeur Ameri-
kaansche tabaksduigen, inaar geen wagenschot,
aoch greinen of vuren duigeD, als hoogst schade-
ijk voor de conservatie van de meekrap, dan
reft men daarin ook niets nieuws aan, want ook
bij de keur vao 1480 was vorm en grondstof
yIer balen, waarin men tot in het laatst der
ll7e eeuw de meekrap verhandelde, in bijzon-
lerheden voorgeschreven. Merkwaardig noemt
Mr. Fokker het, vooreerst dat het verbod door
2i
N,
de Siateu Generaal der Vereenigde Nederlanden,
den 17e April 1624 uitgevaardigd tegen het
naar het buitenland uitvoeren van kiemen, van
ongedroogde wortelen van meekrap of van werk
tuigen tot de meekraponltuor dienende, tot io
1819 heeft beataan cu ten andere, dat er geen
tak van nijverheid is aan te wijzen, welke wettelijke
reglementeeriog zóó oud is en zich zóó lang
staande heeft gebonden, zelfs nog een halve eeuw
nadat de gilden hier te lande waren opgeheven
als die van de meekrap bereiding. Eerst in
1845 werden bij K.B. van 21 Jannari alle ver
ordeningen, reglementen en instructiën op dit
punt ingetrokkeo eo bnitenwerking gesteld.
Het is niet onze bedoeling het geheele stuk,
de keur van 1480 in zijn oude taal hier weer
te geveD, alleen even den aanhef
Wij Baliu Burgemeesteren en Secpeuen van
der stede van Reymerswale doen cont alle luijden
dat wij ter eereu Gods eo omme salichede ouspr
geeD en de omme voordeninge van de polliten,
dil selver stede desgelijcs duet nutachap ez
verhoor vau allen goeden coopluijden geraemt
reordineert eude bij rijpen Raide eendrachtelic
eemsict hebben eene Koor (keor) vaD der meede
neringe alsoe wij airebest conneu omioe daer
mede alle goede coopluijden voirs te verwaren
ende te voldoeue aeugaende die voirs neringhe
in der vorme ende mauiere als hiernae volgt.
(WTordt vervolgd.)
WATERLEIDING EN SPOORWEGPLANNEN
OP HET EILAND THOLEN.
Men schrijft aan de Midd. Crt.
De nijpende droogte en de niet minder blij
vende moeilijke verkeerstoestanden op het eiland
Tholen doen velen haken naar betere toestanden,
en (ie verzuchting slaken wanneer krijgen wij
ons deel en komt er ooit wat van
Zooals eenige jaren geleden moet het water
per schip op verschillend® gemeenten van het
eiland gebracht worden, op sommige plaatsen
nebelpt men zich met nortonpompen, die echter
allesbehalve prima water verschaffen.
De meening van velen dat de watererleidiug
en spoorwegplannen van de baan zijn is echter
allerminst juist.
De waterleiding. De N. V. Waterschap Maat
schappij Tholen heeft reeds geruimen tijd ge
leden van den Minister toezegging gekregen,
dat ook deze waterleiding uit het daarvoor door
Eerste en Tweede Kamer gevoteerde fonds het
bedrag zal krijgeo, dat benoodigd zal zijn om
een waterleiding te bouwen die uit de opbrengsten
van het water zich zal kunnen hedruipeu.
Ook de plannen liggen voltallig gereed, ver
schillende concessies zijn aangevraagd, het
terrein is in hel bezit der Maatschappij en de
diepteboringen zijn met succes verricht.
In -het voorjaar van 1920 hebben de ver
schillende gemeentebesturen besloten gezien de
veel boogere bouwprijzen als voor den oorlog,
het kapitaal aanzienlijk uit te breiden. Was er
toenmaals hoop, dat er gebouwd kon worden
en oat de buizen tegen redelijke prijzen konden
worden aangekocht, deze hoop werd niet ver
wezenlijkt, daar de fabrikanten zich niet kondeu
of niet wilden verbinden tegen vaste prijzen.
De prijzen der buizeu zijn intnsschen sterk
gedaald, ofschoon nochtans hoog. Besprekingen
zijn thans gaande om te trachten tot een goed
resultaat te komen en bij eenigszins aanneem
bare offerten tot aankoop van de buizen dus
tot aanleg over te gaan.
De kwestie der prijzen beheerscht alles, ook
voor deze waterleiding, het uitstel is alleen
hieraan te wijten en niet dat de Raad van
Beheer in eenigermate in haar voortvarendheid
om dit zuo nuttige werk te stichten is te kort
geschoten. Daarvoor is de Raad ts wel en met
hen gelukkig het grootste deel der Tholenaars
van de noodzakelijk der aan te leggen leiding
overtuigd.
Spoorweg. Ook hier wordt niet stil gezeten
doch geregeld geconfereerd met den Minister
van Waterstaat en de heide provinciën. Zooals
men weet hebben gemeenten en polders (op een
enkele traditioneele uitzondering na) zich ver
bonden hun portie te staan. Het streven is om
eerst de brug gebouwd te krijgen bij Tholen j
de rest volgt van zelf dan wel. Uit den aard
der zaak, gezien de enorme kapitalen die hier
voor noodig zijn dienen lange besprekingen
plaats te hebben en zijn er zeer veel moeilijk
heden. Ook in dezen is er echter geen kwestie
van dat de zaak van de baan is en zal met
eenig geduid en vooral met a I le r medewerking
(op het woordje aller zij de nadruk gelegd)
het eiland Tholen eens krijgen het zoo begeert:
zijn brug, zijn waterleiding, en wat het ook
zoo noodig heeft zijn samenwerking.
LANDBOUW.
Hougaarsche landbouwers, daar aau alies gebrek
is, niet alleen geld, al is dit in de eerste plaat9
onontbeerlijk, maar ook werktuigen, fokvee, zaSi-
zaad enz., zijn hoog noodig om den landbouw
in dat land er weer bovenop te helpen. Men
hoopt dat de echte, landbouwende provincie bij
die hulp geen pover figuur zal slaan en heeft
daarom een beroep gedaan op de offervaardigheid.
De heer A. v. d. Blom, hoofd der Chris
telijke school io den AnDa Jacobapolder, is naar
wordt medegedeeld, benoemd tot hoofd der 2e
Christ. school op Rozenburg.
St-Philipsland. Naar de vacante betrekking
van onderwijzer(es) aan school II in deze ge
meente hebben zich 12 sollicitanten aangemeld.
UITSLAG verkoopingen en aanbestedingen.
Uitslag der openbare verkooping van tuingrond in
den Dalempolder onder de gemeente Tholen ten
verzoeke van den HcogWelGcboren heer Jhr.J. van
Vredenburch te Cappelleo België) ten overstaan van
D. van de Velde te Tholen, op Zaterdag 23 Oct. 11.
le perc. 27 roeden voor f 370 J. Kaman.
2e 261/2 1 380 Jac. Schot.
3e 26 1400 C. van Luijk.
4e 26 f 400 P. Baafi Bz.
5e 251/2 f 380 A. Schot Cz.
'Ge 25 1 365 J. Overbeeke.
7e 25 1 355 M. Verkamman.
Se 24 f295 Z. v. d. Velde.
9e 294/2 n 1375 Z. v. d. Velde.
10e 211/o 1315 Z. v. d. Velde.
11e I6I/2 f235 Z. v. d. Velde.
12e 17 1250 D. Donken.
13e II f250 J. Nieuwenhuize.
14e 174/g f 265 Cl. de Jonge.
15e 171/o f245 S. de Korte Az.
16e 171/2 f265 D. Donken.
17e 18 f 270 M. v. Nieuwenhuize
18e 18 1 345 J. Kaman.
19e I8I/2 f 340 S. L. Schot.
20e „24 f 400 S. L. Schot.
21e 24 (400 H. Baaij Cz.
22e „27 f 270 J. Bergers.
23e „26 f260 J. Goedegebuure.
24e „23 f230 F. G. Janssens.
25e „22 f220 P. Hoek.
26e „22 t 220 P. Hoek.
27e „27 f410 H. Baaij Cz.
Aan de verschillende afdeelingen van de
Zeeuwsche Land bouwmaatschappij zijn circulaires
verzondeD, waarin holp gevraagd wordt voor de
TWEEDE KAMER.
In de vergadering van Donderdag der
vorige week werd bij den aanvang' gestemd
over de reeks moties, welke de beide
vorige dagen bij de interpellaties over
salarissen der rijksambtenaren en over de
poststaking waren ingesteld. Gelijk ver
wacht werd, werden alle moties op één
na overeenkomstig 't advies der regeering
verworpen. De aangenomen motie was die
van den heer van Rijzewijk en behelsde
den tvensch dat terugwerkende kracht tot
'1 Jan. 11. zou gegeven worden aan den
kindertoeslag, en dat de regeering in
overleg met de betrokken ambtenaren-
organisaties zal nagaan in hoeverre er
wijziging noodig is in de samenstelling
der commissie, voor georganiseerd overleg.
Nu volgden weer voor gelijktijdige be
handeling twee interpellaties en weer be
steedde de Kamer daaraan twee volle
dagen. De heer Weitkamp had het over
de zuivelpolitiek der regeering. Als men
dien afgevaardigde daar zoo hooi de praten,
hetwelk onder onverpoosde vroolijkheid
der Kamer geschiedde, dan kwam men
op 't denkbeeld dat de zuivelboeren het
miserabel benauwd hebben en terstond
moeten geholpen worden om ze van den
ondergang te redden.
Dit kon volgens spreker geschieden door
't uitvoerverbod van kaas in te trekken,
een verbod trouwens waartoe de minister
geen recht had het uit te vaardigen. »De
hoeren mogen niet langer worden aange
tast in hun grondwettige rechten Zij krij
gen te weinig van hun producten. Dat
mag niet 1"
De heer Sannes had minder compassie
met de hoeren. Hij wilde de prijzen van
melk en brood omlaag hebben en vroeg
van d,en minister maatregelen daarvoor.
Deze (minister van IJsselstein) zei, dat
hij de uitvoerverboden niet missen kon
zonder deze zouden de prijzen nog veel
hoogerzijn; de melk bijv. zou dubbel zoo
duur zijn. Over 't eerste halfjaar van 1920
zouden de verbruikers 150 millioen meer
hebben moeten uitgeven. Toch heeft Z. E.
door een voorloopig onderzoek niet den
indruk gekregen, dat de landbouwende
bevolking te klagen heeft en hij is tot de
taxatie gekomen, dat de kostprijs der melk
op 16 a I672 cent per liter komt.'(Dit
laatste werd door de plattelanders hij inter
ruptie ontkend).
De heer Sannes had gevraagd om een
regeeringstoeslag op rogge- en wittebrood,
maar de minister verklaarde dat hij tot
geen prijs tol zoo iets zijn toevlucht zou
nemen, dat zou per maaud 3'/2 millioen
kosten, als de toeslag 10 cent per K.G.
bedroeg.
Wonder boven wonder de heer Weit
kamp liet het bij zijn repliek zonder motie
afloopen en bepaalde zich tot een herhaald
en dringend verzoek om herziening der
zuivelpolitiek. De heer Sannes stelde wel
een motie voor, nam. om een rijkstoeslag
op rogge- en wittebrood.
Tot zooverre waren de discussies beperkt
gebleven tot de interpellanten en den mi
nister. Nu volgde (Vrijdag) nog een reeks
van sprekers van allerlei richting, die we
onmogelijk kunnen volgen, maar van welke
de meesten vóór toeslagen waren. De mi
evenwel bleef weigeren en merkte op, dat
we met den melkprijs er zoo slecht nog
niet aan toe zijn, in Denemarken is ze
dubbel zoo duur en de boeren hebben
niet te klagen over de gestelde prijzen.
De motie-Sannes kon de minister niet aan
vaarden.
Z.E. deelde nog mee dat een nieuwe
duurtewet gereed is en spoedig bij de
Kamer zal inkomen. (Men zal 'zich her
inneren dat de eerste duurtewet door de
Tw. K. werd verworpen.)
Dinsdag werd de motie-Sannes verworpen.
Daarna kwam in behandeling een wets
ontwerp tot wijziging van de gemeentewet
en van de wet op de inkomstenbelasting.
De wet is oorspronkelijk ontworpen in 19U8
door minister Heemskerk, later herhaalde
lijk veranderd, doch nooit in behandeling
gekomen.
Vóór de behandeling deelde de voorz.
mede, dat een ontwerp tot verhooging der
rijksuitkeering aan de gemeenten het de
partement van binnenl. zaken reeds heeft
verlaten, en dat in voorbereiding is een
een wet inzake belasting op waardever
meerdering ten behoeve der gemeenten.
Wat dan de onderhavige wet betreft,
deze werd door de sprekers van Woensdag
alles behalve vriendelijk ontvangen.'t Was
alles critiek en betuiging van teleurstelling:
de finantiëele nood der gemeente zal er
niet door verbeterende minister weet
wat hij wil. De theorie dat de gemeenten
op de door haar uitgeoefende bedrijven
niet mogen verdienen is uit den tijdde
160 opcenten, die de gemeenten, volgens
't ontwerp, op de vermogensbelasting mogen
heffen, zullen niet voldoende zijnhet
ontwerp is een sprong in 't duister; men
had verwacht, dat het noodontwerp be
treffende een verhoogde rijksuitkeering
aan de gemeenten vooraf zou gaande
gemeenten moeten 't recht hebben een
eigon grondbelasting te heffen, enz. enz.
Woensdag werden de geopperde be
zwaren nog wat aangedikt. Vooral werd
nog krachtiger betreurd, dat de regeling
der finantiëele verhouding tusschen rijk
en gemeenten niet was vooraf gegaan, en
de heer Rink vroeg zich zelfs af of 't niet
beter zou zijn de behandeling der onder
havige wet te schorsen tot het andere
ontwerp gereed zal zijn, en hij achtte 't
wenschelijk speciale uitgaven zooals die
voor armenzorg, onderwijs en politie voor
rekening van 't rijk te nemen.
De heer De Geer critiseerde sterk 't be
leid van den minister van financiën,
De Vries, die 0. a. gezegd zou hebben, dat
de wet op 't lager onderwijs niet in wer
king zou treden vóór de finantieele ver
houding tusschen rijk en gemeenten zou
behandeld zijn. De minister van financiën
ontkende, dit zoo gezegd te hebben.
De heer van den Tempel wees in een
uitvoerige rede ook op fouten van dien
minister, en hij eindigde met 2 moties voor
te stellen, 'le. om de gemeenten te ont-
heften van de uitgaven in 't rechtstreek-
sche belang voor recherche, vreemdelin
gendienst en vervoer en voor verpleging
van armlastigen en krankzinnigen en om
aan de gemeenten vergoeding te geven
voor uitgaven voor onderwijs, politie en
armenzorg
en 2e om van rijkswege aan de gemeen
ten op redelijke voorwaarden gelden te
verstrekken voor leeuingen ter dekking
van buitengewone uitgaven.
Eigenaardig en in geest en strekking
sterk afwijkende van andere redevoeringen,
was de rede van den heer van Doorn. Er
straalde in door een toespeling op 't volks
gezegde »'t Is hetzelfde waardoor je ge
heten wordt, door de kat of door den kater",
al werden die woorden niet gebruikt. Spre-