IERSEKSCHE ER TH OOLSCHE COURANT fc 1848 Zaterdag 21 Augustus 1920. Zes en dertigste Jaargang Firma J. M. C. POT Tholen. Publicatiën. :kin Uit onze omgeving. et AN 0 N D E R W IJ S. GEMENGD NIEUWS. Dit blad verschijnt eiken Zaterdag. RAAt'i' Per kwartaal f 0,75 met Geïllustreerd Zondagsblad fl,325, franco r post f1,40. Voor het buitenland f 1.10, zonder Geïll. Zondagsblad. UITGAVE Telef. Intero. no. 16. Advertentiën van 1 tot 4 regels 60 cents; iedere regel meer 15 cents. Grootte der letters naar plaatsruimte. Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering. - Burgemeester der gemeente Tholen, maakt I» 19 nd, dat eene openbare Vergadering van den eenteraad is belegd tegen Vrijdag 27 Augustus des namiddags te 21/2 ure. Punten van behandeling Ingekomen stokken. Wyiiging van art. 113 der Algemaene Politie Verordening. Voorloopige vaststelling der gemeente reke ning ene. over 1919. Aanbieding begrootiog der gemeente enz. voor 1921. 9931 holen, den 20 Augustus 1920. 13 cbeq talbas. DfiKtr11 23—39 Anï' 1920 kunnen gebruikt worden: ino. 46 en 47 van de suikerkaart voor l/2 pond suiker, "igheidsduur van conponnen der BRUINBROOD- .RTEN voor het 148e tydvak van 26 Aug.3 Die broodkaarten zijn bruin gekleurd, olen, den 20 Aug. 1920. 8 De Burgemeester voornoemd, J. W. WAGTHO. .5 UBJ ;oodat [rachlt door' rnid- rzaak D laag 3. G. IV. 'e Magistraat scheen het ditmaal ernstig te oen en de zaak te willen doorzetten, maar broeders van St. Jaoob waren thans minder ooit gezind om afstand van huu rechten te Eeo vijftal hunner, de dijkgraaf Coruelis Bs, Maljaart van Oost, Johan Craan de Jonge, tinns Tisteleth en Pieter Couwenhoven stel- zich in tegenweer. Het waren maar niet de eersten de besten, want Liens, was s. in 1654 burgemeester, Van Oost procn- en Craan de Jonge, penningmeester en MaarteDmeester. De zaak werd zoo, dat de Jederschap niet werd ontbonden en in het 765C ^'ee' ^er S'^ebroeders, wat bleek uit de teekeningen van den kerkeraad. loewel minder ijverend tegen de broederschap ■fSt. Jacob, hoopte de kerkeraad steeds op ^^Jontbinding en was er op uil, dit voordeel te uit de inkomsten der confrérie. Het schijnt ook, dat de gildebroeders, misschien wel om kerkeraad eenigermate te verzoeoen met de andhoodiDg van het gilde, en om niet meer hen, wegens deelneming aau de bijeeokom- 1 en maaltijden, te worden bemoeilijkt, be- e hadden gedaan, van, na een matig gebruik spijs en drank, bet jaarlijksch provenu der egoederen te zulleu uitdeeleo tot spijziging kleeding van arme en gebrekkelijke menschen. inderdaad loffelijker en nuttiger konden voor- sr de gilde-broeders hun overvloed niet ge- iken. lenschelijke beloften worden niet altijd nage len en ook de gilde-broeders schenen de ine wel eens te vergeten. Immers in 1684 j d de kerkeraad goed,om de confraters 't St. Jacobsgilde, leden zijnde van de ge- Hknte, ernstig te vermaenen dat sy gedenken f houden sonden de serieuse beloften, voorheen ijpljïrmaeleu gedaen." Ja, toen in genoemd jaar lig geschil was ontstaan tusschen de gilde- ceders onderling waarover wordt niet ge ld en dit geschil hangende was voor den hter, hoopten de kerkelijken niet slechts, dat rop de vernietiging van het gilde volgen zou, »r wendden ook daartoe alle moeite aan bij gildebroeders, „teneinde het jaerlijks inkomen i 't gilde mog gebragt worden tot godvruchtig an(ti "uick." Dan, wat ook de kerkelijken mochten len en doen, het was alles vruchteloosde enigheid tusschen de broeders van St. Jacob :d vereffend en hun confrérie bleef nog wel jaren daarna in stand. Veel bijzonders valt er verder evenwel van gilde niet te melden. In 1699 besloteu de debroeders„dat de rendant, hun medebroe- in bewaring nemen zou de zilveren cop met 1 deksel, gemerkt met de nameu van verschei- te gildebroeders in den jare 1595, mitsgaders zilveren schale, als nog een zilveren lepel, <E- 408 reksf st. Vgen )T t UW este DE ïd, idijktt iM twee schelpen." Deze schelpen worden in register der ontvangsten en uitgaven van St. Jacobsgilde ook genoemdeen grooten kleinen hoorn deze voorwerpen waren tijdens I beschrijving van het gilde door den heer Was, i meer aanwezig, waarschijnlijk waren het g] Je zoogenaamde St. Jacobsschelpen, die de Igrims denkelijk als relequien uit Compostel dden medegebracht. In den winter 1701 overleed de confrèrent, praeses Couwenhoven, een man, die steeds ijver was geweest voor de instandhouding confrérie. Den 28 Mei 1702 werd docjor esar Roelaudi burgemeester in 1707 gildebroeder aangenomen. De broeders van Jacob vonden goed, 4 Jan. 1707, dat het a voortaan, wegens het kwade slot, slechts de twee jaar zou teren en ramen. In Jan. 14 werd tot gildebroeder en ontvanger voor >Oft zijn leven aangenomen Josias Sjncke, aan wien twee voorgaande registers van St. Jacobsgilde werden overgegeven, die tot leedwezen van den heer Was, niet meer voorhandenwaren; uit die zoude de wetten en statuteD, den oorsprong en de strekking van het gilde duidelijk blijken. Op 6 April 1739 traden tot de confrérie toe de heer drossaard mr. Jacob Vleugels en Marinus Catshonck, schout, de laatst aangenomen leden van het St. Jacobsgilde waarvan melding wordt gemaakt. De kwijning begon en de ondergang neigde. In 1747 werd de laatste rekening in het register voor. Op een los stuk papier nog een rekening gedaan over de jaren 1745—1753 sluitende met een batig elot ad 16 pond 11 Sch. VI. De broeders znllen waarschijnlijk né het midden der 18e eeuw vrijwillig besloten hebben, om de bezittingen van bet Gilde aan de stad te schen ken. In een stadsrekening van 1772 worden onder het kapittel van ontvang verantwoord niet slechts de meergemelde zilveren ornamenten (voor memorie), maar ook de renten en pachten der landerijen, voor dezen aangekomen hebbende aan de confrérie of het gilde van St. Jacob, destijds bedragende 11 gemeten 84 roedeu, welke nog behooren onder de gemeente-eigen dommen, zoo schreef de heer Was, van St-Haar- tensdijk, terwijl ook de zilveren voorwerpen reeds meermalen vermeld, berustende waren en dus nog zullen zijn onder de Regeering van St-Maar- tensdijk. Het St. Jacobsgilde geeft dus een eigenaardig stukje uit het dorpsleven in vroegere jaren, alleen jammer dat nergens duidelijk blijkt wat eigenlijk de bedoeling en strekking van het gilde was. Een volgende maal iets anders uit onze om* geviug. (Wordt vervolgd.) LANDBOUW. Als het getij verloopt.... Eeu raad aau onze landbouwers. Na de kanstmest door de veranderde tijds omstandigheden zoo verbazend daur geworden is, dient de landbouwer bij het gebruik ervan met meer overleg te werk te gaan. Het gaat met de kunstmest, die over het land wordt verspreid, ongeveer als met het stuifmeel der bloemen in de lucht. De natuur zorgt voor een reusachtige voorraad, opdat wanneer ook slechts een klein gedeelte zijn doel bereikt, er toch nog voldoende bestuiving plaats hebbe. De landbouwer werpt eveneens zijn kunstmest in groote hoeveelheden op het land en evenals bij het stuifmeel komt slechts een min of meer belangrijk gedeelte tot zijn recht. De vraag is, of de wijze waarop de kunstmest over het land verspreid wordt., niet voor verbe tering vatbaar is. Namelijk zoo, dat men juist zóóveel geeft als men noodig acht en dat Alle kunstmest of althans zooveel mogelijk aan de planten ten nutte komt. Wanneer kali- en phosphorzunrhoudende meststoffen in grootere hoeveelheden op deo bodem gebracht worden dan de eerstvolgende oogst behoeft; of wanneer deze laatste wat onregelmatig verspreid wordeo, dan is dat niet zoo heel erg, daar zij toch door den grond wor den vastgehouden en, is het niet aanstonds dan toch later de planten ten goede komt. Iets anders is 't met de stikstofhoudende meststoffen, welke niet zoo sterk of in 't' geheel niet geabsorbeerd worden. Daarbij is het zeer wenschelqk, dat ze zoo regelmatig mogelijk verspreid worden en in zulke hoeveelheden, als de op het veld komende of staande gewassen binnen de eerstvolgende oogitperiode noodig hebben. Nog altijd worden in de meeste streken chili- salpeter e.d. met de hand gestrooid. Er bestaan echter uitstekende kunstmeststrooiers o.a, hand machines, n.1. de Dnplex en de Koerier, welke zeer geschikt zijn om de kunstmest regelmatig en in zoo groote hoeveelheden als men wensche- lijk acht, uit te strooien. Daartoe is echter noodig, dat deze meststof droog en eenigszins fijnkorrelig is. Gemalen chilisalpeter is uitstekend geschikt om met een handmaohine uitgestrooid te worden. Het spreekt vanzelf, dat men moet zorgen dat de kunstmest zoo weinig mogelijk vocht inhoudt. Vandaar dat Norgesalpeter ook wel kalksalpeter genoemd Ca (oo3)2 die Dog altijd in zoodanigen toestand in den handel wordt gebracht, dat ze erg hygroscopisch is, m.a.w. zeer veel vocht tot zich neemt, niet geschikt is om met den kunstmeststrooier te worden □itgeworpeD. Met de hand is Norgesalpeter al moeilijk te behandelen maar voor een kunst meststrooier is ze in 't geheel niet, geschikt. Bij het uitzaaien van vochtigen kuustmest krijgt men nooit een goede verspreiding. Hier eu daar komen er hoopjes of kluitjes te liggen en elders komt niets, zoodat er veel verloren gaat en daarenboven de stand van het gewas zeer onge lijk wordt. Nu de stikstofmest vooral zeer daur is, is het dus nog meer noodig dan vroeger om kunstmeststrooiers en liefst handmachines te gebruiken en te zorgen voor droge kunstmest, die voor het uitzaaien geschikt is, zooals 't is reeds gezegd, gemalen chilisalpeter. Men moet de bakens verzetten. Men meldt uit het Eiland. De oogst is binnen was het voor veertien dagen maar dunnetjes met het inhalen van rogge en gerst en werd ook nog menig schoof tarwe binnengehaald feiieljjk niet geschikt voor opberging, daarna trad een gunstiger periode in en werd het leeuwendeel prachtig ingezameld, zoodat we op goede qualiteit graan kunnen rekenen. Oud-Vossemeer. De heer W. B. van Bezooijen, onderwijzer te Kralingen, slaagde voor de akte Duitsch L. O. Er wordt medegedeeld, dat met 1 Sept. a.s. te Bergen op Zoom een cursus wordt geopeud voor de hoofdaktedeze cursus word gegeven vanwege den R.-Catb. Ouderwijzersbond in het Bisdotn Breda. Ernstige brand te Amsterdam. Te Amsterdam heeft Maandag een felle brand gewoed in een papierzakkenfa'oriek een hoekhuis, dat greDst aau de Prinsengracht en de Lauriers straat. Aan deze zaak is een winkel verbonden, waario o.m. vuurwerkartikeleu en allerlei huis houdelijke artikelen worden verkocht. Tegen kwart voor vijf kwam de in de bourt wonende mej. v. d. Haast in den winkel om eenige bengaalsche luciters, met het oog op hartjesdag. De wiukelierster streek er een aan, ouj zich te overtuigen, of ze wel ont vlamden. De luciferskop sprong er af, viel in een papier- en vunrwerkvoorraad en deed het lichtontvlambare goedje met een vrij harden kaal ontploffen. Ia een oogenblik stond de winkel iu een lichtelaaie, de winkelierster liep vrij ernstige brandwonden aan de armen op, de andere vrouw kreeg lichte kwetsaren. De politie agent Rooze, op zijn ronde in de bourt, die onmiddelijk pogingen aanwendde om de beide vrouwen uit den winkel te halen, verwondde zich aan de polsen. Ze werden direct naar het Binnengasthuis overgebracht. De brand greep intusschen snel om zich been, zoodat de bewoners van de drie verdiepings- perceelen iu allerijl, met achterlating van hun have en goed, huu wouingen moesten verlaten. Na ruim een halt uur wa9 de braudweer het vuur echter volkomen meester. Verschilllende vertrekken zijn uitgebrand ter wijl een zestal gezinnen door den brand hun woning en een belangrijk deel van hunDen in boedel hebben verloren, want niet allen zijn tegen brandschade verzekerd. De toestaud van den agent Rooze en mej. v. d. Haast is redelijk goedde winkelierster is overleden. Te Haarlem werd in April ruim t 12000 ten nadeele van hel Levensmiddelenbureau ont vreemd. In verband met dezeu diefstal zijq thans een viertal Haarlemmers aangehouden, die daar indertijd werkzaam waren. Een bedrag van f 1300 en verschillende van het geld gekochte voor werpen, een motorrijwiel, eeu naaimachine, een vier-persoons bokkenwagen, enz. zijn in beslag genomen. Op de Veluwe heerscbt weer de rupien- plaag. 100 H.A. denoenbosch nabij Beekbergen en in de orogeviog van Loenen is er reeds door aangetast. Ook tiet het er voor vele bosschen tusschen Nunspeet en Epe slecht uit, daar de nonrups er is gesignaleerd. Te Amsterdam is iemand uit New-York een portefeuille ontrold, inhoudende een crediet- brief, groot f 12.500 benevens nog een bedrag aan geld. Een vliegterrein te Rotterdam. Rotterdam heeft zijn vliegveld al, in verband met den luchtpostdienst van Amsterdam op Londen. Dit vliegveld zal nu, in den trant van de Eransche en Engelsche terreinen gemoderni seerd worden. B. en W. van Rotterdam stellen voor om verschillende gebouwen voor den dienst op te trekken. Verder een restaurant voor de luchtreizigers, dat ook logies kan bieden voor de bemanningen der vliegtuigen. Een autogarage en een douane-gebouwtje ontbreken ook niet. De kosten worden geraamd op f 1.033.000. De veepest in België. De gevreesde runderpest of veepest, welke sedert langen tijd niet in Europa heeft geheerscht, in ons land voor 't laatst omstreeks 1866 heeft thans het vee in tal van Belgische dorpen aangetast. De ziekte kan ontzettende verliezen teweeg brengen, schrijft de heer Hoefnagel in de Vee- en Vleeschb., zelfs 75 pet. van den veestapel kan bezwijken en behalve rundvee, ook schapen en geiten aantasten. De smetstof van de runderpest is tot nog toe onbekend en zoo klein, dat zij met behulp van den microscoop bij de tot heden gebruikte lenzen niet kan worden ontdekt. De smetstof zetelt tijdens de ziekte van het aangetaste dier in alle weefselsappen. Als eerste ziekteverschijnsel bij 't aangetaste dier treedt groote vermoeidheid en lusteloosheid aan het lichthet herkauwen vertraagt, en het haar slaat min of meer recht overeind. Reeds op den tweeden dag wordt het geheele slijmvlies van alle spijsverteringsorganen aangetastde ont lasting wordt dun en is veelal met bloed ver mengd. De ademhaling versnelt, het dier hoest pijnlijk, de melkgift vermindert, en na eDkele dagen vertoont het dier diep ingevallen oogen, welke sterk tranen, met slijm en speeksel uit de mondholte en met vuile neusgaten. Gewoonlijk treedt dan binnen een week de dood in. 1q Zuid-Afrika, waar de ziekte herhaaldelijk heerscbt, gaat men de nog niet besmette run deren inspuiten met de gal of het bloed van aan runderpest gestorven dieren, om aldus verdere besmetting tegen te gaan. De ziekte is, naar meegedeeld wordt, nog niet onmiddellijk aan onze grenzen. Bij Limburg is het dichtst bijzijnde aangetaste plaatsje 15 K.M. van de grens verwijderd. De kunst om oud te worden. Een Londensche arts heeft een9 nauwkeurig nagegaan, hoe een honderdtal zeer oud geworden menschen geleefd hadden en toen bleek, deelt de H. P. mede, dat ze bijna allen steeds zeer matig lecfdeD, veel in de buitenlucht verkeerden, en slechts zeer weinig vleesch ateD. Om lang te leven is het vooreerst noodig de doodsoorzaak van ouders en grootouders te kennen. Dan zijn, in verband hiermee allereerst maat regelen te nemen. Algemeen weet en erkent men dit voor de tuberculose, doch voor andere ziekten als aderverkalking en beroerte geldt dit evenzoo. Die menschen doen bijv. goed niet te rooken en niet veel te drinken. Om het vaatstelsel jong te houden, aderverkalking te voorkomen, zijn verschillende lichaamsoefeningen uitstekend. Een der beste oefeuiügen is wel het wandelen, waar door èa de hartwerking èn de ademhaling krach tiger wordt. Een wandeliog van drie uur, over den geheelen dag verdeeld, is voldoende. Slecht weer mag geen beletsel zyd. Behalve die kleinere dagelijksche wandelingen is het zeer nuttig eens per week een wandel tochtje te maken van vier tot zes uur. Een gewichtsverlies van drie tot zeven pond is daarvan wel het gevolg, mits men dien dag matig is met eten en vooral met drinkenOok voor oudere menschen, mit9 zij vrij van kwalen zijn, is het geoorloofd dergelijke grootere wandelingen te maken. Evenzoo is dit het geval met de zoo nuttige zomervoettochten van liefst minstens Jrie- vier wekeD. Wandelen, bergbeklimmen, kortom sport, is dus een aitstekeDd middel om de gezondheid te verbeteren, het leven te ver lengen. Toch moet meD ook in dit opzicht matig zijn. Anders zoo de sport niet het leven harer beoefenaars verlengen, maar integendeel verkorten. Moltke gaf den raad, matigheid in alles. Groote matigheid vooral is noodig bij het gebruik van vleesch en eiereD, ook als zoogenaamde verster king. Hoe ouder de mensch wordt, des te mioder heeft hij behoefte aan voedsel. Het magerder worder is voor oudere menschen niet nadeelig. Dat de mensch zich hoeden moet voor alco hol- en nicotine-vergiftiging, spreekt wel van zelf. De mensch heeft slaap noodig, maar te lang slapen, (meer dan acht uur) is nadeeliger dan te kort. Slapen op den dag is voor iedereen slecht en ook onlogisch. Arbeid is nuttig en noodig voor de gezond heid. Dat het leven verlengd wordt door goede huidverzorging, zindelijkheid eu baden, weet tegenwoordig iedereen, al doet lang niet iedereen er aan mede. Bij de aanmoediging tot arbeid, geestelijk en lichamelijk, moet gezegd worden, dat ook hier weer, zooals overal, een teveel schadelijk is. De boog kan niet altijd gespannen zijn, daarom moeten tijden van voldoende rust op gedanen arbeid volgen. Vacautietijden ziju daarom ook een middel tot verbetering der ge zondheid, ter verlenging van het leven. Een wonderdokter. Te Warfstermolen, in de prov. Groningen, nabij de Friesche grens, woont Peter Poelstra, die als „wonderdokter" een groote vermaardheid bezit. Want groot is het aantal menschen, dat bij „dokter Peter", zooals hij in de wandeling ge noemd wordt, genezing zoekt; zelfs van uit de zuidelijke provincies van ons land wordt de hulp van dezen eenvoadigen man ingeroepen.

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1920 | | pagina 1