1882. N°. 139. Donderdag 23 November. 69stc jaargang. De Tram-quaestie. Een reisindruk, van Java meegebracht, door C. E. Van Resteren. GOME De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct. Agent voor het buitenland- A. STEINER, te Hamburg. In ons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel. Ten tijde van koningin Elisabeth Werden in Enge land door Duitsche mijnwerkers het eerst paarden- sporen aangelegd met het doel om de mijnproducten gemakkelijker te vervoerenen aan zekeren Outram is het eerst de gedachte te danken om de planken, waarover de wagens werden voortgetrokken, met spo ren te beleggen. Naar hem werden de aldus aange legde wegen Outram-ways geheetenen de gewoonte om te verkorten sinds eeuwen her zoo geheel in den geest van het volksgebruik en vooral in onze eeuw van stoomhaast en drukte meer en meer in gebruik deed toen ook haar invloed gelden en zeer spoedig sprak men van Tramways in plaats van Outram-vrays. Het behoeft voorzeker geen betoog dat die wegen in het begin zeer gebrekkig waren, wijl zij bestonden uit in de lengte gelegde plankendie alleen dienden om het afwijken van den bepaalden weg te voorkomen. De ijzeren sporen dagteekenen eerst van het jaar 1738, de spoorstaven waren destijds van smeedijzer, dun en smalzoodat men wat tegenwoordig trots alle nieuwere middelen tot verbetering ook niet tot de zeld zaamheden behoort veel last had van het uitwijken der sporen en het ontsporen der wagens. 30 jaar later werden die smeedijzeren Sporen door gegoten ver vangen en begon men meer wagens met minder vrach ten te gebruiken. In 1767 kwamen het eerst voor de ijzerwerken te Colebrook in Shropshire de ijzeren spoorwegen en de kleinere vrachtwagens in zwang. Om dit middel van vervoer op uitgebreider schaal te bezigen en ook aan het gewone vervoer van per sonen en goederen dienstbaar te maken, daartoe kwam eerst in 1802 zekere Edgeworth op de gedachtein een vlugschrift gaf hij daaromtrent zijne meening te kennen, terwijl hij in zekeren dr. Anderson een war men steun vond. Volgens laatstgenoemden had bij een proeftocht éen paard, behalve het gewicht van den wagen een last van 7000 kilo voortgetrokken in weerwil dat de weg aanmerkelijk was gestegen bergaf had éen paard een last van 43000 kilo kunnen verplaatsen. Niettegenstaande deze gunstige resultaten en de vaste overtuigingdat bij algemeene invoering der paarden-spoorwegen de behoefte aan trekpaarden ze ven achtsten minder zou worden, konden zijne ideeën slechts langzaam doordringen en niet vóór 1825 kwam het tot eene praktische toepassing, toen door den on dernemingsgeest van Edward Pease uit Darlington de eerste paardenspoorweg tusschen Manchester en Li verpool werd aangelegd, nog wel door George Ste phenson die vier jaar later de locomotief uitvond. Verwonderen kan ons dit ook niet. Een mandie aan de inrichting van zulk een weg arbeidde en het genie van een Stephenson bezat, moest nadenken of er niet een ander middel dan het paard te vinden was om de bewuste wagens met hun last voort te bewegen over de rails. De eerste personenwagens hadden van binnen plaats voor 6 en van buiten voor 20 personenen werden met een paard voortgetrokken met een snelheid van 10 Eng. mijlen in het uur. Hoewel de paardensporen spoedig ook in Frankrijk, OostenrijkHongarije en Amerika in zwang kwamen, werden zij door Stephenson's uitvinding van de loco motief ernstig bedreigd. In Engeland ten minste had den zij spoedig afgedaan, doch in Amerika bleven zij in zwang en namen zij jaar op jaar toe. Geen enkele nieuwe stad werd gesticht, of met haar ontstond eene tramway-onderneming. Voor het verkeer tusschen een stad en hare naaste omgeving werden zij voortdurend van groot gewicht geachten aan Amerika hebben de tramways het vooral te danken, dat zij in waarde werden gehouden en ten slotte ook in de oude wereld, niettegenstaande de spoorwegen, weer meer in zwang kwamen. Ook in ons land is in de laatste jaren het aanleg gen van paarden-spoorwegen meer en meer in gebruik gekomen, getuigen vooral de steden Amsterdam, Den Haag en Rotterdam. Voor het verkeer in de stad blijven paarden als trekkracht nog steeds het meest gewenscht beschouwdmaar geen wonder dat men op verre afstanden of bij sterke hellingen ook den stoom aanwendt om de wagens der trams voort te trekken. Op kleine afstanden, in streken waar het aanleggen van spoorwegen te kostbaar zou wezenzijn stoom- tramways, het midden vormende tusschen spoorwe gen en paarden-sporende meest geschikte middelen van vervoer. Welke beweegkracht later de stoom bij de tram way zal vervangen, valt in onzen tijd van uitvindingen moeielijk te zeggen. Indertijd heeft men in Londen nog eens een model tramwagen gemaakt op een zesde van de natuurlijke groottewelke in beweging gebracht werd door in de raderen aangebrachte cylinders, waarin zich sterke veeren als voor een reusachtig uurwerk bevonden. Het idee was toen om bij elke halte tusschen twee halten moest zulk een afstand liggen, waarop men berekenen kon dat de veer afgeloopen zou zijn een werktuig te plaatsen om den wagen weer op te winden. Een eenvoudig remtoestel deed de wa gens stilstaan. Tegenwoordig is ook electriciteit als beweegkracht aan de orde. Locomotieven blijven steeds bij de exploitatie-kosten van een stoom-tramway dure posten, zoodat van zelf de tijd wel eens zal aanbreken, waarin een beproefd en goedkoop middel haar zal vervangen. De heer G. Lentz, te Dusseldorp, beveelt eene vuurlooze loco motief aan, welke evenals de gewone door stoom werkt, doch deze wordt niet in de machine zelf ontwik keld, maar haar toegevoegd uit een stationairen voe dingsketel. Een vuurhaard heeft de «vuurlooze loco motief' niet en haar ketel is eigenlijk meer een reservoir, waarin de stoom met een druk van 7 a 7 atmos feer wordt overgebracht, terwijl door een doelmatige bekleeding van den ketel dit vermogen gedurende een rit bewaard blijft. Daar door deze locomotief eene besparing van 36 pet. wordt verkregen, verdient zulk een locomotief bij een tramonderneming zeker wel aanbeveling. Hoe zeer velen ook overtuigd mogen zijn van het grootenutder stoom-tramways, van den invloed dien zij uitoefenen op de bevordering van handel en nij verheid, toch schijnt men in ons land niet algemeen daaromtrent dezelfde meening te zijn toegedaan of schijnen er redenen genoeg te wezen om het aanleggen van zulke wegen niet te bevorderen. Trouwens het is genoeg bekend, hoe kleingeestige en eigenbelangzuch tige invloeden zich doen gelden om te beletten, dat ook op dit gebied iets goeds tot stand worde gebracht. Het is zeker daarom dat eenige burgemeesters in onze provincie aan de Regeering hebben verzocht het aanleggen of althans subsidiëeren van staatswege van een systematisch net van stoomtramwegen. De mach tige arm van den Staat is zeker het meest geschikt om aan al de kleingeestige tegenwerkingen paal en perk te stellen, en de lijdensgeschiedenis der tram ways in onze provincie te doen eindigen. De goede wil van sommigen; de ijver voor de goede zaak van eenigende overtuiging van het nut dier wegen voor onze provincie, gedeeld door velen, zij kunnen niets uitrichten zoolang er redenen te over zijn, die anderen nopen het totstandkomen ervan tegen te werken. En Zeeland mag wel van eene lijdensgeschiedenis der stoomtrams spreken. Op dit oogenblik telt het nog slechts éen zulk een vervoermiddelvan Middelburg naar Vlissingen. Wat daarmee al gebeurd is ligt nog te versch in het ge- hengen; of alles nu voor het vervolg goed zal gaan is nog te onzeker, om niet den moed te benemen aan hen, die soms elders zulk eene onderneming zouden willen op touw zetten. En wat is er gekomen van de plannen voor een tram in het voormalige vierde district van ons gewest De heeren Boers en Lebaigue hebben hun plan moe ten laten varen, om een stoomtramweg van Breskens naar Maldeghem tot stand te brengen. Hun plan is, met uitbreiding van den weg tot Sluis, door eenige wakkere mannen overgenomen, en dat comité kan getuigen meenen wij van den geest van verzet, die er zelfs tegen zulk eene goede zaak bestaat. Rustte die altijd op goede gronden, wie zou dien euvel duiden Maar de heer Van der Have lichtte een stipje van den sluier op, waarachter die oppositie is verborgen, toen bij in de laatste vergadering van Provinciale Staten zijn stem tegen de te verleenen subsidie, door Gedeputeerde Staten voorgesteld, motiveerde. Hij verklaarde dat hij, hoe gaarne hij anders meewerkt tot verbetering en uitbreiding der middelen van communicatie, nu met het voorstel van Ged. Staten niet kon meegaan ^tengevolge van de betoonde weinige belangstelling door de daarbij betrokken poldersalsmede door de gemeente Groede, die dan toch ook kan geacht worden belang bij deze zaak te hebben". En hoe was het met die belangstelling in onze eigen naaste omgeving, toen er quaestie was van voorbe reidende maatregelen voor een stoomtram Ellewouts- dijkGoes Die belangstelling bleek zoo goed als niet te bestaan. En dat alles doet ons instemmen met het beroep op de Regeering, die helpen kan. Het is zeker een feit, dat Zeeland eigenaardige be zwaren oplevert voor het aanleggen van die wegen dat, vóór de Regeering een bepaald plan maakt, zij dient te weten aan welke voorwaarden zulk een net van stoomtramwegen moet voldoen, teneinde daarna tot eene berekening van kosten te kunnen overgaan. Als zoodanig kan het zijn nut hebben, dat de Mi nister van waterstaat eerst eens vraagt wat men ver staat in onze provincie onder een systematisch net van stoomtramwegen? Daardoor kan er tevens onder ling overleg bevorderd worden om den Minister een gedetailleerd plan voor te leggen. In 't algemeen is echter de vraag van den Minister ons weer niet verklaarbaareen net van stoomtram - wegen, wil het beantwoorden aan het doel, moet naar dit systeem aangelegd worden, dat het de bewoners van kleine gemeenten gemakkelijk in verbinding brengt met de hoofdplaatsen in hunne naaste omge ving en met de bestaande hoofdmiddelen van vervoer, in casu spoorwegen en stoombooten. Ons dunktaldus wordt het vervoer van personen en goederen gemakkelijk gemaakt, het onderling ver keer bevorderd en worden handel en nijverheid be voordeeld. Maar ons komt dit antwoord zoo eenvoudig voor, dat wij ons niet kunnen begrijpen dat het den Mi nister daarom te doen zou wezen. Wensclit hij uit voerige aanwijzing van de verlangde wegen, wij zouden kunnen noemen MiddelburgDomburg; Breskens Sluis; Ellewoutsdijkover Driewegen, Nisse, 's-Gravenpol- der naar het station Goes; Verseke over Kruiningen, Schore, Biezelinge, Rapelle, Kloetinge, ook naar Goes; van Borssele over 's-IIeerenhoek, Heinkenszand, 's-Heer Arendskerke naar hetzelfde station; Catsclie veerGoes, in verband met den spoorbootdienst op Zierikzee en me t Noord-Beveland. In Schouwen, Duiveland en Tholen zou voorzeker ook nog wel meer dan eene streek aan te wijzen zijn, waar een stoomtram nut kan stichten, doch in eene provincie als de onze zouden er ontzaglijke onkosten verbonden zijn aan zulk een net, terwijl de rechtstreeksche baten zeker op vele lijnen niet groot zouden wezen Wel kan de Regeering zelve, met het oog op het postvervoer en den pakkettendienst, eene flinke onderstenning verleenen, doch er zullen altijd nog groote financiëele bezwaren te overwinnen zijn. Voor de stoomtram Breskens—Sluis wordt een jaar- lijksch tekort van f 10820 berekend. Voorzeker valt er, op dien grond, nog wel eens ernstig na te denken over de onkosten, welke een systematisch net van zulke wegen over onze gansche provincie zal na zich sleepen. Als het overleg op de vergadering morgen daar omtrent eenig licht verschaffen kan, zou dit zeker gewenscht zijn, doch in ieder geval zou, dunkt ons, bescheidenheid in het vragen gewenscht wezen, wil men de onderneming, om hare financiëele bezwaren, niet te afschrikkend maken. Eene andere vraag kwam bij ons op naar aanlei ding van een bericht omtrent een stoomomnibus, welke tusschen Doorn en Zeist geëxploiteerd zou worden- Volgens ons welwillend verstrekte inlichtingen voldeden proefritten met die omnibus, geschikt tot vervoer van personen en goederen, uitmuntend, en wij vroegen ons zeiven af, of het niet gewenscht ware daaraan de aan dacht eens te wijden? Het behoeft geen betoog hoe er, wijl rails onnoodig zijn, veel onkosten bespaard worden en, mocht iemand soms daaromtrent nadere inlichtingen verlangen, hij zal die zeker ontvangen van den heer T. Labouchère, te Doorn. Of de dienst tusschen Doorn en Zeist al geopend is weten wij niet; bij de proefritten bleek het voertuig- gemakkelijk te bewegen. Zoo zou misschien ook die uitvinding voor onze provincie van nut kunnen wezen, en aan de bezwaren van stoomtramwegen tegemoet kunnen komen. Amsterdam J. II. De Bussij.) door R. II. Een der conclusiën van den heer Van Resteren is voorts, dat de Europeesche landbouw-industrie op Java, in streken met communaal grondbezitniet bestaan kan zonder conniventie met de hoofden. Hiermede doelt de schrijver op de nieuwe regeling der suiker cultuur, waarbij de beschikking over de gronden t»n behoeve dier cultuur na 1878 jaarlijks met ver mindert. De fabrikant moet dus, wil hij voor zijne industrie voldoenden aanplant hebben, gronden gaan huren en daarvoor vrijwillige overeenkomsten met de bevolking aangaan. Aangezien nu voor de bewerking van het land en voor den groei van het suikerriet de grond ongeveer 1 jaar beschikbaar moet zijn en bij het communaal bezit de gronden telkens slechts voor een jaar aan de dessa-bewoners worden verdeeld, rijst een licht te begrijpen bezwaar. Staatsblad no. 209 van 1879 heeft in d-ze moeielijkheid trachten te voorzien door voor dit speciale geval te bepalen, dat de huurder in het genot van den grond blijft tot na afloop van den oogst. Terecht is de heer Van Resteren met dit middel niet tevreden en wenscht hij, dat de Regeering tus- schenbeide kome door huur voor een langer termijn toetestaan, opdat de fabrikant meer zekerheid hebbe, wanneer hij 5 of 6 ton in eene suikerfabriek steekt, langer dan slechts voor éen jaar over de noodige gron den te kunnen beschikken. Anders zal eerlang de suikercultuur in streken met communaal bezit ook teniet gaan. Gaarne hadden wij hier het gevoelen van den heer Van Resteren gehoord over de quaestieindividueel of communaal grondbezit. Wij kennen striken in den Oosthoek met individueel grondbezitwaar de zaken zeer goed marcheeren en de fabrikant tegen behoorlijken prijs gronden huren kan, zoodat hij op die wijze den verminderenden gedwongen aanplant door vrijen aanplant vervangen kan. De inlanders in die streken waren met de nieuwe regeling en de huur prijzen zeer tevreden. Het komt ons daarom voor, dat ook hier eene vingerwijzing is naar het individu eel bezit als het middel om ook dit hezwaar uit den weg te ruimen. En niet alleen met het oog op de suikerindustrie maar op de vrije ontwikkeling van alle nijverheid, zoowel als op de noodige zorg voor den grond, schijnt ons het individueel bezit eene wen- sehelijke zaak. In de streken waar het laatste bestaat, - vindt men de welvarendste landbouwers en kan men tegenover Javanen, «wier gansche bezitting ter nau- wernood eene waarde van 10 a 20 gulden bedraagt", wijzen op eigenaars van eenige bouws gronden, wier huisgezin, woning en vee van welvaart en geluk ge tuigen. Ook kar, men iemands grond niet stelen en deze soort van bezitting is dus veel veiliger. Men behoeft ook niet bevreesd te zijn gelijk weieens be weerd wordt dat de inlander voor een sappel en een ei" zijn grond van de hand zal doen. De inlander is zeer gehecht aan zijn grond, vooral wanneer hij dien als erfdeel van zijn ouders heeft, terwijl hij hem weder even zorgvuldig voor zijne kin deren bewaart, onder welke hij dikwijls reeds tijdens zijn leven den vaderlijken grond verdeelt. De overeen komsten voor grondhuur of anderen tijdel ij ken afstand van grond zijn nergens zoo duur als in de streken, waar individueel grondbezit bestaat en dikwijls hooger in prijs dan voor den besten grond in Nederland, vooral wanneer de particuliere nijverheid in de streek bloeit en daardoor de waarde van den grond niet weinig wordt verhoogd. Over de afschaffing der pantjen-diensten (persoon lijke diensten aan de hoofden) zijn wij het volkomen met den heer Van Resteren eens. Reeds twee jaren geleden zeiden wij daarover ons oordeel in dit blad. Behalve dat de mindere ambtenaren aan de toelage als vergoeding voor de afschaffing niet genoeg hebben, lag het in den aard der bevolking, in den adatdat deze hormat (eerbewijs) van den kleinen man aan de hoofden niet zou ophouden. Bovendien, wie zal de zaak controleeren? De bevolking betaalt nu hoofd geld voor de ontheffing van diensten, welke zij gedeel telijk gewillig, gedeeltelijk uit gewoonte of door on- rechtmatigen dwang toch praesteert. Dergelijke her-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1882 | | pagina 1