Een dankbare terugblik met Cees van der Sluijs
'Mijn leven is rijk gevuld met schilderen en muziek!
EIIAI1D».|1IEUWS
SOMMELSDIJK - Soms kan men op de honderd mensen er
één tegen komen die door zijn bescheidenheid, talent en aan
leg je gezichtspunt aanzienlijker kan verruimen dan menige
wetenswaardige encyclopedie! Het geeft je tevens een gevoel
van verbondenheid datje elkaar vindt en verstaat, alsook datje
gezamenlijk interesses kan uitwisselen. Zo'n bescheiden kun
stenaar ontmoette ik in augustus op het eiland Goeree-Over-
flakkee. Cees van der Sluijs uit Sommelsdijk, voormalig leraar
aan de bedrijfsschool Wescon Botlek (Rotterdam) en voor
menigeen een bekende naam.
Schooltijd
Kunstzinnige duizendpoot
Vooral schilders
van de Haagse School
Geen uitdaging te veel
Ambachtelijke meester
Bronnen:
Swingtrio WiCoJazz
Bewondering
voor fijne kennismaking
Creativiteit gave van Boven
^gsfii^
'm:i-M'sm
VRIJDAG 17 NOVEMBER 2006
Cees en Hester.
Tekst en reprofoto's; dr. Pieter Vis
'Liggend meisje
Het contact met Van der Sluijs werd via
Henk Knöps uit Oude Tonge, die ik op een
verjaardagsfeestje van zijn jongere neef
Paul Knöps ontmoette, indirect gelegd.
Deze neef is een aankomend tekentalent
uit Nieuwe-Tonge en volgt voor het twee
de seizoen zijn tekenleraaropleiding aan
de 'Willem de Kooning Academie' te Rot
terdam. Ter gelegenheid van Pauls twintig
ste verjaardag was hij door schrijver dezes
uitgenodigd om naar de indrukwekkende
tentoonstelling te gaan rond '400 jaar
Rembrandt Caravaggio' in Amsterdam.
Enthousiast vertelde hij zijn bevindingen
daarover aan vader Hans en moeder Adrie
Knops-de Vries. Ook ome Henk, technisch
tekenaar bij Het Waterschap, hoorde ons
aan en vertelde dat uit Goeree-Overflakkee
diverse bekende kunstenaars waren voort
gekomen. Zo was hun (groot)vader Paul
Knöps een verdienstelijk amateur-schilder
geweest en diverse andere namen passeer
den zo de revue, waaronder de bekende
landschapschilder Constant Zegwaard uit
Ooltgensplaat. Ook de 'Flakkeese Klad-
ders' - een clubje van semi-professionele
schilders en tekenaars, waaronder Ary
Boogerman, Adrie Vogelaar, Piet Vroegin-
dewei en last but not least Cees van der
Sluijs - genoten bekendheid.
Als een der initiatiefnemers en oprichters
van deze groep bleek laatstgenoemde van
dit viermanschap onder vooral enthousi
aste 'doe-het-zelvers' een grote aanhang te
hebben.
Eind jaren zeventig van de vorige eeuw
rondde schrijver dezes zijn tekenstudie af
bij de vermaarde kunstcriticus PieiTe Jans
sen aan de voormalige Kunst Academie van
Rotterdam. Vervolgens volgde hij een oplei
ding aan de Grafische School te Utrecht.
Van de eerder genoemde Janssen, die vooral
bekendheid kreeg met zijn TV programma
'Kunstgrepen' in de jaren zestig en zeventig
van de 20e eeuw, leerde ik de niet alledaagse
techniek van restaureren en reproduceren
van oude meesters. Deze stijlvorm had ik
nodig als meester-plateelschilder bij de firma
'West-Raven' te Utrecht en bij 'Porceleinen
Flesch' te Delft. Hierdoor werd mijn inte
resse gewekt voor de schilders uit de Noor
delijke en Zuidelijke Nederlanden ten tijde
van de Gouden Eeuw.
In dezelfde periode van mijn vakopleiding te
Rotterdam, voltooide de toen acht jaar oude
re Cees van der Sluijs zijn opleiding aan de
Ambachtschool te Middelharnis. Naast zijn
beroep als leraar verzorgde hij ruim 30 jaar
(1976-2006) zijn rubriek 'Beschouwingen
over Flakkeese schilders' voor het Eilanden
Nieuws.
"Je moet op niet te lange termijn eens kennis
maken met Van der Sluijs". Deze woorden
sprak Henk Knöps op 28 juni jl. tot schrij
ver dezes. Enkele weken later stond ik op
de stoep van het echtpaar Van der Sluijs.
Cees bleek een kunstzinnige duizendpoot te
zijn, want zijn huis aan de Enkele Ring (nr.
83) te Sommelsdijk bestaat uit twee mooie,
(zeif)verbouwde panden uit de eerste helft
van de 17e eeuw. Als je binnenkomt, lijkt het
eerder op een klein museum, de twee oude
dorpspandjes zijn tot één woning samenge
voegd! Op elke wand in het sfeervolle huis,
zowel op de benedenverdieping als in het
trappenhuis en op de bovenetage, is geen
muur onbenut gebleven. Alles is in beslag
genomen door zijn grootste hobby, schilde
rijen. Maar ook de Delftsblauwe wandbor-
den die hij schilderde en allerlei antiquiteiten
en kunstvoorwerpen sieren het sfeervolle
stulpje van het echtpaar Hester en Cees van
der Sluijs. In de fraai gemeubileerde achter
kamer, uitziende op een mooi aangelegde
Romaanse tuin met beelden, raakten we in
een zeer ontspannen gesprek verwikkeld.
Cornells Gleijn (roepnaam Cees), geboren
op 26 november 1941 te Sommelsdijk, was
als kind altijd met een potlood en papier te
vinden op straat of in de polders rond Som
melsdijk en Middelharnis. Zijn tekentalent
viel al vroeg op bij juffrouw Soldaat van de
eerste klas van de lagere school. In de twee
de klas kreeg hij van meester Van de Velde
een tekenschriftje(boekje).
De jonge Van der Sluijs trouwde op 23
februari 1962 met het blonde meisje Hester
Noteboom uit Nieuwe-Tonge. Ze kregen
een dochter Connie, die trouwde met Hans
van den Boogert. Thans zijn Hester en
Cees grootouders van drie kleinzoons. De
zestienjarige Niels deelt de tekengave van
zijn grootvader, maar zijn voorkeur gaat het
meest uit naai" bloemschikken en tuinieren.
De 13-jarige tweeüng Wilbert en Corné heb
ben zich al jong verwoed op het gitaarspel
toegelegd en spelen, in trio met opa Van der
Sluijs, graag oude traditionele jazz.
Na de MULO en Ambachtschool bekwaam
de Cees van der Sluijs zich in zijn weinige
vrije tijd verder, zowel in technisch als in
vrij tekenen. Zo kwam hij terecht bij Wes
con. Het was de heer Cees Becht die hem
vroeg om daar te komen doceren voor de
afdeling vakopleiding, waar o.a. technische
metaalvakken werd beoefend. Deze school
is later door Stork verkocht aan Randstad
Amsterdam. Op zijn 58e, in het jaar 2000,
kreeg Cees de kans om met vervroegde uit
treding (VUT) te gaan, wat hij met beidde
handen aangreep.
Vele jaren daarvoor had Van der Sluijs zich
al verdiept in oude meesters en schilders uit
de periode van de Haagse School. Daarom
stortte hij zich in de voorbije zes jaren van
zijn vutregeling helemaal in de verfijning
van zijn schildertechniek. Alsof hij niet
genoeg te doen had, verrichtte hij daarnaast
ook nog onderzoek naar de levenslopen van
bekende maar vooral (rais)kende Flakkeese
kunstenaars. Hij vertelde mij dat zijn eerste
artikel voor Eilanden Nieuws verscheen op
30 december 1976 over de Sommeldijkse
schilder (Eliza) Lies Razenberg (1889-1968).
Het was als een wat latere hommage bedoeld
voor zijn vermaarde plaatsgenoot. Van Cees'
hand verschenen daarna nog vele bijdra
gen als kunstcolumnist. Ter gelegenheid
van het eerste lustrum van dit plaatselijke
nieuwsblad stond in het najaar van 1981 een
boeiend portret van de schilder Cees van der
Sluijs zelf afgedrukt. Daarin werden vooral
zijn belangrijke bijdragen rond Flakkeese
kunstenaars belicht. Dit onderhoud ij was
door de toenmalige redacteur/journalist Aart
Grinwis uitgevoerd en gaf een heldere kijk
achter de schermen van Van der Sluijs' werk
wijze en diens onderzoekingen naar vergeten
schilders. Wel aardig om aan te halen is het
volgende ingezonden stukje 2) dat 10 jaar
nadien verscheen in het Eilanden Nieuws.
Het geeft precies weer hoe de bijdragen van
Cees door zowel lezers als amateur-schilders
van Flakkee werden gewaardeerd.
"Aan Corn. v.d. Sluijs voor zijn boeiende
artikelen die hij nu al enkele jaren laat
verschijnen over onze Flakkeese schil
ders. Eenvoudige mensen, die naast hun
dagelijkse arbeid misschien met vallen en
opstaan, toch in mijn ogen menig 'kunst
werk' vervaardigd hebben. Ook in het
Eilanden Nieuws van 27 december 1991
schreef dhr V.d. Sluijs een boeiend relaas
over de 'Overkanter'Marius Richters.
Cees, nogmaals hartelijk dank voor al
jouw inspanningen om de naam van deze
mensen aan de vergetelheid te ontrukken.
Ik hoop dat ik namens menig enthousiaste
'Doe-het-zelverspreek als ik de wens te
kennen geef dat er nog veel van zulke arti
kelen mogen volgen!H. Knöps.
Het zullen zeker rond de honderd artikelen
zijn die Van der Sluijs als bijdrage leverde
aan het Eilanden Nieuws, maar ook aan
andere streek- en zelfs vakbladen in de
afgelopen tijd. Hoe is dit allemaal mogelijk
aeweest, dat een Sommelsdijker ruim vijf
entwintigjaar lang een zodanig waardevol
overzicht heeft geschreven over twee eeu
wen bloeiende Flakkeese schilderkunst?
Waar haalde hij, op D.V. 26 november a.s.
65 jaar oud, de tijd toch vandaan, om bij
voorbeeld daarnaast ook nog eens twee a
driehonderd kleine en grote meesterwerken
te schilderen? Vaak was hij tot in de late
uurtjes in zijn werkplaats bezig, om diverse
oude gehavende schilderijen of ook rijk
versierde 19e-eeuwse beschadigde lijsten
met liefde te restaureren. Zijn antwoord was:
"Mijn streven was, om dat wat cds onher
stelbaar werd aangeleverd, weer in perfecte
staat terug te brengen!" Hierdoor kreeg hij
veel bewonderaars, die van zijn deskundige
en artistieke stijl nog steeds genieten.
Men deed nooit tevergeefs beroep op zijn
ambachtelijke kennis. Als er uit een erfe
nis, of uit een verkoop een gehavend schil-
derstukje bij hem werd afgeleverd, wist
hij het vaak weer vakkundig te herstellen.
Zelfs beschadigde Delftsblauwe vazen en
borden wist hij tot toonbare objecten te
maken! Kortom, voor Cees was geen klus te
moeilijk en geen uitdaging te veel. Tevens
ontwikkelde hij zich tot een graag geciteerde
kunstexpert, van wiens kennis veelvuldig
gebruik werd gemaakt. Van der Sluijs gaf
talloze lezingen en hield graag rondlei
dingen in het nabijgelegen Streekmuseum
en in het Rien Poortvlietmuseum. Met de
laatst genoemde kunstenaar was Van der
Sluijs goed bevriend. Rien, niet alleen een
vermaard natuurschilder, maar genoot ook
internationaal bekendheid als illustrator van
eigen publicaties, en zoals Cees nog in 2004
zei: "helaas veel te jong - op 63 jarige leef
tijd-gestorven".
Tijdens ons gemoedelijk onderhoud - we
werden even onderbroken door gastvrouw
Hester die ons van een lekker kom soep met
belegde sneetjes bruinbrood voorzag - groei
de mijn waardering voor deze man. Hij kon
alles zo klaar en helder uiteenzetten, wat hij
aan kennis had opgestoken en in de loop der
jaren vergaarde rond de schildertechniek
van de Haagse School. Deze artikelen, die
vrijwel alle aspecten van de negentiende-
eeuwse schilderkunst behelzen, bevatten een
grote historische schatkamer aan informatie.
Hester Noteboom als sopraansoUste in 1959.
Gelukkig zijn ze samengebundeld in ver
schillende plakboeken en verschenen ze in
diverse boekuitgaven. Zo blijven ze voor het
nageslacht bewaard.
Samen met Hester keken wij in de pronk-
Cees met zijn twee kleinkinderen tijdens een trio optreden te Wageningen.
1'Cees van der Sluijs ook zelf een verdienstelijk schilder' door Aart Grinwis, Eilan
den Nieuws november 1981.
2) Eilanden Nieuws 3 januaii 1992.
3) VGS Nieuws 10e jrg. nr. 2, augustus 2005. Informatieblad voor leden van de
'Vereniging Gepensioneerden Stork.
4) 'Sommelsdijk, een landbouwdorp - Omzien en niet vergeten' door Cees G. van
der Sluijs. Uitgave Van der Boom, Somelsdijk, oktober 2002.
Publicaties waaraan C.G. van der Sluijs meewerlite:
- Kunstenaars op de Noordwest Veluwe 1880-1930; auteur K. Róodenburg, Har
derwijk; Stichting Veluws Museum. Harderwijk, 1992-1993.
- Kunstenaars op de Noordwest Veluwe 1880-1930; auteur K. Róodenburg, Har
derwijk; Stichting Vehiws Museum, Harderwijk, 1996.
- Chris van der Windt (1877-1952); Elsbeth Veldpape, Oegstgeest; Stichting
Kunstkring Groenoord, november 1996.
- Evert Moll (1878-1955); drs A. Knöps; Van Spijk Art Projects, Venlo, 2002.
- Arend Jan van Driesten (1878-1969); Marina van Dongett, Oegstgeest; Stich
ting Kunstkring Groenoord, november 2004.
- Jan van Vuuren (1871-1941) Schilders van de Veluwe, 2006, auteur Wim van
der Beek, Wezep, Van Spijk Art Projects. Venlo,
Archieven:
- Stedelijk Museum de Lakenhal, Leiden.
- Rijksbureau voor kunsthistorische documentatie, Den Haag.
- Zeeuws Museum, Middelburg.
- Museum Scheveningen.
Daarnaast zijn er verschillende gesprekken met Cees van der Sluijs gevoerd in
augustus en november 2006.
'De eerste naailes'van een tekenkrabbel
door Van der Sluijs, naar een schilderij
van Alben Nooyhuijs.
kamer naar de miniatuurtjes aan de wand,
die Cees in zijn beginperiode veelvuldig had
vastgelegd. Het zijn z'n lievelingsobjecten
geworden, zoals het jongetje en het meisje
liggend in het gras. Of de spelende kinderen,
regelrecht uit het Ot en Sien tijdperk. In Van
der Sluijs' creativiteit is duidelijk de hand
van de ambachtelijke meester zichtbaar, die
oog heeft voor kleur en compositie. Maar in
de eerste plaats is gericht op realistisch kij
ken en authenticiteit. De gevoerde techniek
van lichte tinten op vaak donkere objecten,
waaronder atteeldingen van landschappen
en groepen bomen, geven een eigen stijl aan
zijn werk. Maar ook de warme bruine en
donkere kleuren van een repro naar een 18e-
eeuws binnenhuisinterieur Islijven je boeien.
Zo hangt er in de achterkamer van het echt
paar Van der Sluijs een prachtig schilderij
van de hand van onze gastheer. Het laat ons
een huiselijk tafereel zien van een moeder
met een kind, bezig aan de eerste naailes.
Cees schilderde dit naar een ki'abbeltje van
een schilderswerk van Albert Neuhuys.
In al de werken die ik aantrof, weerspiegelen
Cees' zielsharmonie en zijn hunkering naar
vroegere tijden. Als kunstenaar weet hij het
object voor je ogen uit te beelden en door
kleurrijke penseelstreken het geheel tot leven
te brengen. Zeker, hij is geen modernist,
geen vernieuwer die zoekt naar uiterste gren
zen en opvattingen over stijlrichtingen. Hij
blijft gewoon trouw aan zijn oude leermees
ters. En zijn enige uitdaging is om bescha
digde kunstwerken weer in herstelde staat
terug te brengen. Zoals ik bijvoorbeeld een
groot schilderij aantrof dat klaai" stond om
na een jaar van intensieve restauratie terug te
gaan naar de eigenaar. Cees restaureerde dit
Hollandse landschaptafereel uit circa 1867
(van niemand minder dan Jan van Gent) met
piëteit en vakkundigheid. Zo mag hij zich
hierdoor een gelukkig mens noemen.
Van der Sluijs benadert het alledaagse
gebeuren als een mogelijk onderwerp voor
een schilderij; daarom hoeft hij geen con
cessies te doen in het zoeken of doorbreken
van kunstzinnige stijlen of commerciële
objecten. En deze kunstvorm mag gelukkig
weer in onze 21e eeuw worden gewaardeerd.
Er heerst thans een hernieuwde belang
stelling voor de vaak verguisde categorie
schilders die ongeveer een halve eeuw tenig
zelfs spottend 'zondagsschilders' werden
genoemd. Van verschillende eilandbewoners
vernam ik dat de schilderwerken van de
autodidactische kunstenaar Van der Sluijs
thans geliefde objecten zijn geworden voor
de echte verzamelaars.
Op deze wat drailerige donderdagmiddag
van mijn bezoek aan Cees en Hester brak
plotsklaps door het grote zolderraam van het
atelier een zonnestraal door. Het toverde op
de hangende en staande kunstvoorwerpen,
die allemaal een eigen verhaal weergaven,
een bijna Rembrandtachtige lichtsfeer. Hes-
ter, die zeer betrokken is bij het werk van
haar man, gaf in sappig Flakkeese tongval
diverse aanvullingen, als Cees zich niet de
juiste details wist te herinneren.
Ook de overvolle maar keurig ingerichte
werkplaats achter in de tuin staat volgesta-
peld met kleine en grote schilderspaneien.
Ze wachten met of zonder kader om door de
kunstzinnige handen van Van der Sluijs weer
tot eenheid te worden gebracht.
Ik kan mijn bezoek natuuriijk niet afronden
zonder over muziek te hebben gesproken.
Want naast schilderen hebben Cees en
ook Hester nog een hobby, de muziek. Je
doet hen er veel plezier mee om hierover
te bomen. Tevens doe je daarmee volledig
recht aan het muzikale talent van deze twee
mensen. Cees: "Als jongeman speelde ik al
in een bandje, jazzgitaar, en die voorkeur j,
heb ik vastgehouden. Maar nu vorm ik een i,
trio met 'Wilbert en Corné, onze beide (twee
ling) kleinzoons, dertien jaren jong. We heb
ben diverse malen met succes opgetreden
o.a. op jazzfestivals, zoals in Wageningen,
2004". 31
Met gepaste trots laat opa Cees de video zien
waaruit blijkt dat deze tweeling in enkele
jaren tijd veel succes hebben geboekt. Dat
komt door de lessen op de muziekschool van
Middelharnis en van diverse gerenommeerde
muziekleraren waaronder Leo Verkerk en
Julia Bognar, en thans in Amsterdam bij
Reinier Voet. Maar zeker niet in de laatste
plaats door het veelvuldig oefenen met opa
Van der Sluijs. Deze is dan ook dankbaar
dat zijn muzikale aanleg en liefde voor de
muziek onmisbare voorwaarden zijn geble
ken voor de muzikale ontwikkeling van Wil-
bert en Corné. Het 'Swing-trio' WiCo-Jazz
(genoemd naar de voorletters van Wilbert
en Come, voor meer informatie zie website
www.wicojazz.nl) hoopt in de toekomst nog
regelmatig van zich te kunnen laten horen.
Uiteraard is grootmoeder Hester even trots
op de prestaties van haar kleinzoons als haar
echtgenoot. Zij zelf is ook muzikaal onder
legd. Zo zong ze graag bij het plaatselijke
Mannenkoor 'Ons Koor'. En Hester liet
mij een fragment horen van een opname uit
1959. Ik luisterde vol bewondering naar de
stralende goed gecultiveerde sopraanstem
van Hester Noteboom in de Finale van de
uit tweede akte van de opera 'La Forza del
Destino' van Guiseppe Verdi. Met als partner
de bariton Aren de Gans en onder algehele
muzikale leiding van Gerrit Zoon. Toch
blijkt haar muzikale voorkeur uit te gaan
naar de romantische liederenschat van Franz
Schubert en Johannes Brahms.
Cees van der Sluijs, die op het moment van
mijn eerste bezoek al had moeten consta
teren dat hij ongeneeslijk ziek is, sprak de
hoop uit dat hij toch nog een tijd gespaard
mocht blijven. Want zoals het echtpaar van
der Sluijs zei: "Gezond blijven is het aller
belangrijkste in ons leven!En ik kon niet
anders dan deze conclusie van harte met
hun delen. Bij het afscheid nemen van deze
leerzame middag op 2 augustus 2006 kreeg
ik een boek aangeboden, getiteld 'De echte
Van Meegeren' van schrijver Bob Wallach
uit 1947. Bijna 60 jaar oud. Dit kostbare
geschenk ontbrak nog in mijn kleine ver
zameling over de kunstschilder Han van
Meegeren. De opdracht van Van der Sluijs
luidde: "In bewondering voor een fijne ken
nismaking!" Zowel mijn gastheer als schrij
ver dezes zijn dezelfde mening toegedaan:
dat deze meester-vervalser een schildergenie
is geweest. Hij blijft onbetwist een der
grootste Nederlandse kunstschilders die de
twintigste eeuw heeft voortgebracht.
Voordat dit verhaal naar de krant zou gaan,
beloofde ik dat de inhoud van dit artikel met
de schilder Cees van der Sluijs zou worden
doorgenomen. Begin november kreeg ik
Hester aan de telefoon. Ze vertelde: 'Mijn
man is er slecht aan toe, maar hij staat erop
datje komt!We spraken af dat we op zater
dagmiddag 4 november elkaar zouden tref
fen. In aanwezigheid van het echtpaar Van
der Sluijs, dochter Connie en schoonzoon
Hans, als ook Paul Knöps - die mij met de
auto had vervoerd - redigeerden Cees en ik
dit artikel. Hij was zichtbaar geroerd en ook
wij allen waren dankbaar dat hij zijn verhaal
nog zelf kon lezen en kon aanvullen. "Het is
zo een getrouw beeld geworden, ik kan mij
er volledig in vinden" aldus Van der Sluijs.
Tijdens het terugblikken op zijn creativi-
teiten bevestigt de schilder: "Dat de korte
tijd die mij op aarde nog vergund wordt,
als zeer kostbaar wordt en'aren!" Hij ziet
dit als een gave van Boven, en hij weet ook
dat 'in het Huis geborgen te verkerenhet
grootste geschenk is datje in het leven mag
ontvangen. Dat stijgt ver boven al de aardse
schoonheid en verheven kunst door men
senhanden gemaakt uit! Met een dankbaar
gevoel citeer ik uit Cees' boek: 'Sommels
dijk, een landbouwdorp' met als ondertitel
'Omzien en niet vergeten' 4). Laten we mee
gevoerd worden in de diepste zieleroerselen
van de auteur: 'Niets ging er snel, de enkele
auto reed niet hard, de paard-en-wagens
niet, de fietsers niet en ook al moest men
opschieten, dan nog werd er niet gerend,
want dan was er zeker wat aan de hand!
"Tja Pieter" zegt de Sommeldijkse schilder,
die voor het eiland Goeree-Overflakkee van
grote betekenis is geworden, "dat is nu wel
heel anders geworden, helaas...!"
^i^^-^^-'^.^ÜSïy
'Liggend jongetje