De zelfstandigheid
der Gemeenten
Welgelukzalig
Uit het
Kijkvensi
ei
MEDITATIE
I
EiiAnDEn-niEui/s
Bureau: Prins Hendrikstraat 122 c
Middelhamis, Telef. 17, Giro 167930
Postbox 8. Ilelefoon Drukfeerirj 19
CHR. WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG
voor ie ZUID-HOLLANDSCHE en ZEEUWSCHE EILANDEN
ZATERDAG 10 JANUARI J948 20e JAARGANG No. 1683
Abonnementsprijs l.öO p. kwartaal
Advertentieprijs 12 et. p. millimeter
Bt) contract speciaal tarief.
De zelfstandigheid der gemeenten is
een van de pijlers van ons staatsbestel.
De gemeente heeft haar eigen huishou
ding. Die gemsenten zijn niet gemaakt,
niet ingesteld, ze zijn gegroeid. Daarin
hebben wij het Godsbestel te zien. Daar
in is een zeikere orde. Maar dat is niet
precies hetzelfde als wat men tegen
woordig onder ordening verstaat.
In de tijd van de Bataafse republiek
werd dit voorbij gezien. Onder de Fran
se overheersing werd het land op een
willekeurige wijze verdeeld in departe
menten, en deze waren weer verdeeld in
gemeenten. Het was alles verdeling van
bovenaf. En aan de top de centrale, re
gelende macht. Voor het organische had
men geen oog. Het was alles mecha
nisch.
Ook in onze tijd heerst een geest, wel
ke voert naar aantasting van de ge
meentelijke autonomie.
Hiervoor zijn oorzaken aan te wijzen.
Hoe dichter de mensen bij elkaar le
ven, hoe meer zij aan zelfstandigheid
inboeten. De samenleving eist een ge
deeltelijk opgeven van de eigen vrijheid
ten behoeve van onze naaste. De mens
is naast individu ook gemeenschaps
mens.
Maar zo is het met gemeenten ook.
Hoe dichter zij zich bij elkaar bevinden,
hoe meer de zelfstandigheid in het ge
drang komt. Door de bevolkingstoename
nu, worden de afstanden tussen de ge
meenten hoe langer hoe kleiner. Boven-
1 dien worden de afstanden door het toe-
nemende verkeer en de betere verkeer-
wegen betrekkelijk ook hoe langer hoe
korter.
Er komen hoe langer hoe meer ge
meenschappelijke belangen. Grote steden
breiden zich zover uit, dat ze de omlig
gende dorpen in haar bebouwing opne-
mien. Van zulke dorpen gaat de zelf
standigheid teloor.
Maar er is meer. Hoe langer hoe meer
komt er een geest vdn centralisatie op.
Deze is snel gegroeid in de oorlogs- en
bezettingstijd. Toen overheersten de ge
meenschappelijke belangen door de ge-
meenschappelijke nood zozeer, dat de
j plaatselijke belangen op de achtergrond
traden. Ook de nog heersende f inantiële
nood doet er Jiet zijne toe. Menige ge
meente is finahtieel in de druk gekomen
en daardoor afhankelijk geworden van
het Rijk. Ook hierdoor wordt afbreuk
I gedaan aan de zelfstandigheid.
I Vooral na de oorlog is er over het ge-
Iheel een geest van centralisatie geko-
Hïen. Bij de partijen, die de leiding van 's
lands zaken hoofdzakelijk in handen heb
ben gekregen, vooral bij de Partij v. d.
Arbeid behoeft men nu niet in de eer-
ste plaats historische zin te zoeken. Bo
vendien, de overheersing gaat altijd van
klein en groot,,van stad naar platteland.
In de steden vindt men in het algemeen
het rode elemient het sterkst vertegen
woordigd'. Denk aan Amsterdam met
30% communisten. Op het platteland
vindt men hier en daar nog lïet christe
lijk beginsel het sterkst vertegenwoor
digd. Schakel dus het platteland maar
gelijk met de stad en ge bevordert het
teloor gaan der christelijke waarden.
Voor de regering zijn alle gemeenten
gelijk, waarom dan ook maar niet zoveel
mogelijk gemeenten samengevoegd? Op
Flakkee weet men er wat van. Krijgt
men van hogerhand zijn zin, dan worden
sommige gemeenten rauwelings samen-
gebundeld. Wat doet het ertoe dat het
plaatselijk karakter verloren gaat?
Nu ligt Flakkee nog betrekkelök in
een isolement. Begrijpelijk wordt ernaar
verlangd, dat straks een brugverbinding
met de vaste wal hieraan een einde
maakt. De verkeerswegen moeten verbe
terd, het is een eis van de tijd. Maar
men moet bedenken, dat naen zqn tol
betalen zal in het steeds meer verliezen
van zön plaatselftke zelfstandigheid.
Het is nu reeds zo, dat burgemees
ters klagen, dat zij in plaats van magi
straat, ambtenaar zön geworden, ter uit
voering van de bevelen en voorschrif
ten die van uit den Haag hun worden
gegeven. Daar heerst zo langzamerhand
de hogere ambtenaar achter de scher
men.
Het heet dat deze centralisa,tie bezui
niging zal brengen. Wij moeten het nog
zien. Het tegendeel is te vrezen. Op die
weg voortgaande, zullen wij uitkomen bij
een ambtenarenstaat, zo niet bij een
politiestaat, alsi de zogenaamde democra
tische Partij V. d. Arbeid haar zin krijgt.
Al zfln wij ons bewust, dat de gemeen
telijke zelfstandigheid niet dezelfde kan
zijn als vijftig jaar geleden, zo zal toch
het juiste beginsel aan deze autonomie
haar juiste vorm voor onze tijd moeten
geven. Hiervoor dient te worden ge
waakt.
CtBOTE DWAASHEIÖ.
Gedurende de Kerstdagen heeft de Ne
derlandse Vredes Partij, de roemruchte
Communistische Partij Nederland (De
Waarheid) te Amsterdam, haar tweede
Congres sedert de bevrijding gehouden.
Wij zullen de vrede op aard© ver-
werkelijlcen
was het devies.
Paul de Groot zeide: Naar een wereld
vrij van vrees en gebrek.
Toen wij het'verslag lazen, moesten
wij denken aan het woord der Schrift:
„Zij hebben Mijn Woord verworpen, wat
wijsheid zouden zij dan hebben."
De mensheid is nu bijna zesduizend ja
ren bezig, om de verloren paradijs vrede
terug te vinden.
Nu, nu de gehele wereld in grote ver
warring is, de vreselijkste middelen zijn
uitgevonden, om de mensheid te ver
moorden, zo zelfs, dat men spreekt, dat
de wereld zich 'in haar laatste stadium
bevindt, nu zeggen de Nederlandse Com
munisten
Wij zullen de vrede verwerkelijken.
Hoe? Door het geloof in den Heere
Jezus Christus?
De Vrede Vorst, waarvan de Engelen
gezongen hebben bij Zijn komst in het
vlees „Vrede op aarde?"
Néén, niets daarvan.
Dat bewijst het Congres.
Inplaats van Zijn geboorte te herden
ken. Zijn rechten, wetten en inzettingen
te betrachten en die als het enige hulp
middel voor te stellen, verdiepte nnen
zich in de sterkte, de wijsheid enz. van
de dwaze zondige sterveling, die meent
het tegen God te kunnen uithouden.
Het is grote dwaasheid, welke op een
totale mislukking zal uitlopen.
Het zijn voor ons ernstige tekenen,
waarop de Heere Jezus zelve wijst.
Dat wij die tekenen mochten verstaan
en er door gedreven worden in de bin-
nenkameren des harten, om zowel voor
ons zelf als voor onze kinderen, gesterkt
te worden in den naderenden strijd, wel
ke uit deze afval noodwendig komen zal.
H. DE KOKTEf
De oud-Middelharnisser, de heer H. de
Korte, laatst wonende te Nieuwaal, voor
heen ts Umuiden is in de ouderdom van
67 jaar en 5 maanden overleden.
In zijn leven was de heer de Korte
visser van beroep, later heeft hij een
Visserflschool opgericht te Umuiden,
welke school naderhand bij het Nijver
heidsonderwijs is ingeschakeld.
Kortgeleden heeft de heer de Korte
een serie artikelen geschreven in ons
blad over de visserij te Middelhamis, die
de algemene aandacht trokken. Ze ga
ven getuigenis van zqn ervarendheid en
oudheidkundige kennis.
De heer de Korte was sinds jaren in-
Welgelukzalig is de mens, die naar
Mij hoort, dagelijks wakende aan
Mijne poorten, waarnemende de pos
ten Mijner deuren. (Spr. 8 34.)
Gelijk de dauwdruppels in de morgen
schitteren bij de opkomende zon, zo zijn
de Spreuken als diademen bij het licht
des Geestes.
Helder en klaar komt de Z5on der Ge
rechtigheid Zich vooral in dit hoofdstuk
te openbaren. De opperste Wijsheid doet
Zich hier horen in de majesteit Zijner
deugden en het welgelukzalige hiervan
is de levenservaring te mogen wegdragen.
Welgelukzalig is de mens die; bijge
volg ligt hier 0en tegenstelling in opge
sloten. En deze tegenstelling houdt in
dat niet allen die naam van welgeluk
zalig kunnen dragen.
Het heeft Gode van eeuwigheid be
haagd, sommigen te verkiezen tot be
houdenis en de anderen in hun schuld te
laten liggen.
^oor dat van eeuwigheid gekend en
tot zaligheid verkozen, bood Hij Zich
aan die in de eeuwigheid was, ten alten
tijde Vaders vermaking en Wiens verma^
king ook was met de mensenkinderen.
Zo moesten de besluiten baren en de
tijd aanbreken voor de eeuwigheidsliefde
Zich zou doen kennen. Immers als de
ganse schepping is voleindigd len de
Heere God ziet dat alles wat Hij schiep
zeer goed was, ging dit ook in het bij
zonder over de mens.
Met het beeld Gods is hfl bewelda.-
digd. Kennis, gerechtigheid en heiligheid
is hem geschonken en waar de Heere in
eindeloze goedheid verbondsgew^ze, met
de mens handelt, wordt hem beloofd, dat
hij in de staat van te kunnen zon
digen, na volbrachte gehoorzaamheid zal
overgaan in de staat van niet meer
te kunnen zondigen. Maar dit
verbond verbrak de mens nwed- en vrg-
willig. In die breuk liggen we nu alleo.
We zijn allen van welgelukzalige, ramp
zalige schepselen gewoi'den en aan de
zijde des mensen is er nooit meer enige
mogelijkheid om Uit de diepte zich op te
halen. Aan de zijde des mensen nu voor
eeuwig afgesneden, maar nu de eeuwige
Godsgedachte om schuldigen genade, par
don toe te keimen in de van eeuwigheid
gegenereerden Zoon des eeuwigen Va
ders. Hij, Die dé toom van het Goddelijk
recht dragen zou, de natuur van de zon
daar zou êiannemen, al hun schuld op
Zich zou laden en in hun dood zou af
dalen. Nooit uit te denken mysterie. En
gelen begering om in te zien; aan ver
lorenen geopenbaard; „Alzo lief heeft
God de wereld gehad"in den Christus en
door Dien Bloedbruidegom het volk ka
pitaal verworven, waardoor bij Geestes
bediening der levenservaring van kan
worden ontvangen, genade voor genade.
Voorwaar hier geldt het: ,t heUgeheün
wordt aan zijn vrienden, naar Zijn vree
verbond geopenbaard.
Van dat heiligdom spreekt nu het
woord onzer overdenking. ILet op, het
staat in het enkelvoud, niet z ij n de
mensen, maar is de mens. Het gaat in
onze dagen zo massaal, maar de geeste
lijke kerk leert het persoonlijk.
(Wordt vervolgd)
Begin 1948 Tal van problemen
Hulde aan rastig gezindei arbei
ders Geen Rassische methoden
hier!
Dit is dan weer het eerste Kijkvenster
dat wij in dit nieuwe jaar schrijven. In
1947 hebben wij in deze rubriek tal van
problem,en aangesneden en gepoogd richt
lijnen aan te geven, wat wij bij leven' en
welzijn in 1948 ook weer hopen te doen.
Aan stof om te schrijven ontbreekt het
in deze tijd meestal niet; er zijn zóveel
problemen en vraagstukken, zowel bin
nen- als buitenlands, ook op maatschap
pelijk en kerkelijk gebied, dat er tien
tallen kolommen mee kunnen worden ge
vuld. Als het venster nu maar niet be
slagen is en wij alles in het juiste licht
mogen zien! Daar komt het op aan.
Vraagstukken zijn er in overvloed. Om
even aan te stippen; het finantiele
vraagstuk in ons land. Daar staat maat
schappelijk gesproken alles mee in ver
band. Het Indische vraagstuk, dat te
vens een politiek vraagstuk is, voert ons
fitiantieel naar de afgrond. Schemert
soms even de hoop, dat het zal worden,
opgelost, op het andere moment wordt
die hoop weer de bodem in geslagen. We
hebben ook een regering, waarvan we
eigenlijk nooit precies weten waar' we
aan toe zijn. Nu is het weer het plan-
Marshall, waar van regeringswege de
hoop op wordt gevestigd. De bladen pu
bliceren met grote koppen, hoe wij op
deze vrijze uit de impasse zullen geraken.
Zeker is, dat wij in alle opzichten van
valide en een plotselinge ziekte heeft zijn
krachten gesloopt, waaraan hij ook is
overleden.
Wij betuigen de Weduwe onze oprech
te deelneming met dit voor haar zo
awaxe verlies.
andere landen afhankelijk zijn. Trouwens
geen enkele Staat kan een apart huis
houdelijk bewind voeren.
De Amerikaanse hulp aan Europa om
vat zestien landen, die op het aanbod
van MarshaU ingaan en zeer binnenkort
zullen bijeenkomen. De communisten be
schuldigen Amerika, dat deze hulp ver
momd imperialisme, zelfs interventie be
tekent!
We hebben allen met elkaar te maken,
en wanneer het in. een of ander land
„mis" gaat, ondervinden jye daar de
kwade invloeden van.
Neem eens, wanneer de communisti
sche actie waarbij zowat alles staakte,
in Frankrijk had geslaagd, U had eena
gezien, welk een geweldige invloed dat
Op andere landen zou gehad hebben! Na
Frankrijk was Engeland aan de beurt.
Engeland heeft ook met een geweldige
crisis te maken, maar mien regeert daar
met een meer straffe hand. Daar kan
Nederland nog wel een voorbeeld aan
nemen! Zie maar! hoe ze daar een wets
ontwerp hebben gemaakt, dat alle niets-
nutters, die nooit werken (en daar zijn
zwarthandelaars ook bij!) verplicht zijn
zich te melden! Men waarschuwt daar
ook de arbeidere, dat het communisme
geen kans krijgt! Gelukkig zijn er in ons
land nog rustig-gezinde arbeiders, arbei
ders met ruggegraat, die in stilte
werken om elke staking te breken.
Zulken wil ik hier bij de aanvang van
dit nieuwe jaar hulde brengen. Ik wil
iedere arbeider in ons land, waar hij ook
woont en werkt opwekken, om op conu
mlunistische wanorde bedacht te zijn en
wat er ook gebeure, op zijn post te blfl-
ven. Geen Russische methoden hier, géén
chaos, géén slavernij in Nederland!
Zitten we nu aan de grond en worden
er van ons veel offers gevra^d, wan
neer we daaraan voet geven, is het men
selijkerwijs geheel verloren. Laten we
daarom deze nieuwe vijand dapper tege
moet treden en zoveel in ons men-seltjke
vermogen is, ons niet door hem in de
ellende laten storten.
WAAKNEÏMEIR.