DE BRANDWEER VAN
THOLEN IN DE LOOP
DER EEUWEN
Van der Jagt, Van der Linde
en mevr. Deurloo populair
DE ECONOMIE GROEIT,
MAAR DE MASSAWERKLOOSHEID BLIJFT.
DOE ER WAT AAN. STEM PvdA.
12
DE EENDRACHTBODE
Woensdag 7 mei 1986
Vier brandspuiten
Blussen via
waterleiding
Motorspuit
Tweede Wereldoorlog
Opleiding
Branden na 1945
Thoolse medici genieten ook bij verkiezingen vertrouwen
Uit de nadere gegevens van de gemeenteraadsverkiezingen blijkt, dat naast de
lijsttrekker een paar kandidaten veel stemmen hebben vergaard. Bij de SGP is dat
het nieuwe raadslid ing. J. van der Jagt uit Tholen(vijfde op de lijst), bij de PvdA
eveneens de nieuwe gemeentebestuurder M.A.J. van der Linde(derde) uit Tholen
en bij het CDA de oude, vertrouwde mevr. J.M. Deurloo-van Broekhoven(derde)
eveneens uit Tholen. Bij de VVD kreeg de niet- gekozen mevr. H. Dingemans-van
Vlaanderen uit Stavenisse meer steun dan het herkozen raadslid J. van den Heuvel
uit Tholen. In St. Philipsland genoot SGP-nieuweling H. Geluk vertrouwen bij
de kiezers omdat hij meer stemmen vergaarde dan zijn fractievoorzitter L. den
Engelsman. In die kleine gemeente moesten het maar liefst acht kandidaten zon
der steun doen, tegenover slechts twee op Tholen.
SGP achter Koopman
PvdA gevarieerd
CDA bloedgroepen
VVD geen vrouw
RPF/GPV voor nr 1
St. Philipsland
Het kabinet Lubbers/Van Aardenne heeft ondanks
de economische groei de werkloosheid niet kunnen
terugdringen. En plannen daarvoor hebben ze ook niet.
De PvdA wèl: concrete plannen om het eerlijker en
be^rJe^oen^^temmer^^^neL^^^^^^^^^
door J.P.B. Zuurdeeg
gemeente-archivaris
Dit is het tweede en laatste
artikel over de brandweer
van Tholen naar aanleiding
van het vijftigjarig bestaan
van het vrijwilligerskorps.
Het eerste artikel werd 27
maart gepubliceerd. Over
wogen wordt om nog wat
aan het gouden jubileum te
doen in de vorm van een
open dag of een brandweer
demonstratie.
Zoals zo vaak werd direkt na de
brand besloten beter materiaal
aan te kopen. Nog voor het eind
van het jaar bestelde de ge
meente twee zuigperspompen
met enig extra materiaal bij J.L.
de Wildt te Utrecht. De capaci
teit van deze spuiten was ver
moedelijk 400 liter per minuut
met een opvoerhoogte van 26
meter. Deze spuiten stonden op
wielen.
Door de uitbreiding van het aan
tal spuiten is ook het personeel
uitgebreid. Volgens het regle
ment van 1857 bestond dit uit
een commissaris en zijn ad
junct, 3 brandmeesters, 4 op
zichters en 1 58 manschappen.
Uit de funkties van de man
schappen blijkt dat bij spuit 1
een houten zuigpomp hoorde.
Naast pompers (24) waren er
pijpleiders, slangenleggers, wa
terscheppers, zuigbuisleiders
en lantaarndragers.
Verder blijkt uit dit reglement
dat wanneer water over grote
afstand aangevoerd moest wor
den, de in 1839 geleverde spui
ten 3 en 4 het water zouden
aanvoeren naar de spuiten 1 en
2.
Het voorhanden hebben van
voldoende bluswater binnen de
bebouwde kom werd verzekerd
door de aanleg van een gemet
seld riool van de vest door de
Venkelstraat naar de put bij de
pomp op de Markt in 1842. In
de Kerkstraat en Stoofstraat
zijn dat jaar en in 1847 brand
putten aangelegd die eveneens
door riolen met de put op de
Markt werden verbonden.
Kort voor de levering van de
nieuwe spuiten brandde nog
een schuur af in de Ven
kelstraat. Kleinere en grotere
branden in de tweede helft van
de 19de eeuw waren een brand
in de Zoutkeet in 1856 en het
afbranden van de meekrapfa-
briek in Mosselhoek in 1869.
Het jaar daarop werd een hof
stede in de as gelegd na blik
seminslag. In 1875 was'hooi-
broei de oorzaak van het plat
branden van de hofstede van C.
Geluk. De op het Oudeland
gestationeerde spuit nummer 2
was er het eerst. Daarbij bleek
dat het personeel van deze
spuit -toen deze neg te Tholen
stond- niet was ontslagen.
Dit personeel was na het luiden
van de brandklok evenals het
personeel uit het buitengebied
toegesneld om te helpen, waar
uit blijkt dat er op dit gebied een
grote eensgezindheid en hulp
vaardigheid was.
Deze spuit nummer 2 is in 1872
na het gereedkomen van het
brandspuithuisje op het Oude
land gestationeerd. Dit ge
bouwtje dat een torentje met
een klok had is in 1960 afge
broken.
Te Tholen stond één spuit aan
de Bebouwdendam. Deze is in
1895 overgebracht naar een
koetshuis aan de Dalem-
sestraat. De andere spuiten
stonden vermoedelijk in de
kerk.
Na de laatste eeuwwisseling is
de bestrijding van brand ingrij
pend gewijzigd door de aanleg
van de drinkwaterleiding op het
eiland Tholen, waardoor het
mogelijk werd via de brandkra-
nen te blussen. Direkt na de in
gebruikstelling in 1923 werd
materiaal aangeschaft dat op de
62 brandkranen in de bebouw
de kom kon worden aangeslo
ten. De twee slechtste spuiten
nummer 1 en 4 zijn toen opge
ruimd. Spuit nummer 2 bleef op
het Oudeland en spuit nummer
3 bleef voorlopig te Tholen. De
organisatie werd aangepast aan
de nieuwe situatie. In de daarop
volgende jaren gingen een
tweetal schuren door brand ver
loren. De grote beproeving van
de nieuwe organisatie kwam in
1932 toen in de scheersalon
van kleermaker-barbier S. van
Dullemen, Brugstraat (26),
brand uitbrak.
De lerseksche en Thoolsche
Courant had weinig waardering
voor het optreden van de brand
weer. De krant sprak van een
desorganiseerde groep en
staafde dit met voorbeelden.
Het was half tien 's avonds
toen het brandklokje op het
stadhuis werd geluid. De ver
slaggever trof bij de brand een
onder-brandmeester aan die al
leen maar heen en weer liep
met zijn mooie geel-rood ge
verfde stokje en zenuwachtig
informeerde waar de slangen
bleven om via de waterleiding
te kunnen blussen. Andere
brandweerlieden veegden met
hun handen de straat schoon op
zoek naar de brandkranen en
toen er eindelijk slangen waren
was men de sleutel om de
brandkraan open te draaien
kwijt. Ook uit de Visstraat
poogde men het vuur te bestrij
den. Hier zag de verslaggever
twee groepen brandweerlieden
aan de beide einden van een
slang trekken, de ene groep om
op het dak te komen en de an
dere groep om de slang aan de
kraan te sluiten.
Toen de brand een half uur oud
was werd er water gegeven en
was men de brand spoedig
meester.
In het rapport van deze brand
wórdt ongeoefendheid toege
geven. Verder worden een aan
tal verbeteringen genoemd zo
als meer sleutels van de berg
plaats. Ook was gebleken dat
de kaarslantaarns met de mica
ruitjes niets waard waren. Uit
het rapport van de commandant
van de brandspuit bleek dat de
ze eerst na een half uur wist dat
er brand was. Om bij water te
komen moesten ze de spuit
over het hek van het Visperk til
len waarbij een pompstok brak.
Daarna bleek dat er te weinig
slangen waren.
Men heeft ook uit deze brand le
ring getrokken en de brandweer
ge(re)organiseerd. Ook schafte
de gemeente een twee-wielige
Franse motorspuit merk Aster
aan met een vermogen van
40.000 liter per minuut en een
opvoerhoogte van 60 m, die in
1933 is geleverd. Hoewel er
over de reorganisatie weinig in
het archief is te vinden blijkt dat
er voor de bediening van deze
motorspuit een groep vrijwilli
gers is gevormd.
Al in 1907 werd in de politie
verordening rekening gehouden
met de mogelijkheid van plaat
sing van vrijwilligers bij de
brandweer. Vermoedelijk wa
ren er dus vóór 1933 al vrijwilli
gers bij de Thoolse brandweer.
In 1935 bleek deze groep, die
zelfs een E.H.B.O.-cursus bij
dokter Duinker had gevolgd,
voldoende levensvatbaar en ge
oefend om de plichtbrandweer
te kunnen afschaffen.
Het reglement op de vrijwillige
brandweer werd in 1935 door
de gemeenteraad vastgesteld.
Na opmerkingen van de Provin
ciale Brandweerbond en Gede
puteerde Staten werd een aan
gepaste verordening in decem
ber 1935 vastgesteld. Deze
trad in werking drie dagen na de
afkondiging op 10 januari
1936. Het vrijwilligerskorps be
stond uit commandant L.W.
Blaas, een ondercommandant,
een inspekteur, secretaris, drie
brandmeesters, 2 chauffeur
monteurs en 26 manschappen.
Deze kregen ieder een leren jas
en helm. De oude brandspuiten
waren inmiddels opgeruimd. De
nieuwe motorspuit werd op de
Botermarkt gestald, terwijl het
materiaal voor het blussen via
de waterleiding in het koor der
kerk werd geborgen.
Na het uitbreken van de Twee
de Wereldoorlog bestelde de
gemeente bij de firma Kronen
burg te Culemborg een twee
wielige motorspuit, type E, met
een capaciteit van 2000 liter
per minuut, alsmede een trek-
kermanschappenwagen (Willys
Overland type 1932). Dit werd
eind 1940 geleverd. De vrijwilli
ge brandweer is toen tot 20
man ingekrompen. De rest ging
in de reserve. De auto werd in
de nieuwe brandweerkazerne
aan de Bebouwdendam ge
plaatst. Met dit materieel is
men de oorlog doorgekomen. Er
waren in die jaren alleen twee
kleine brandjes te Tholen. Ech
ter ook in Oud-Vossemeer en
Poortvliet werd hulp geboden.
Na de oorlog bleek het vormen
van een brandweer-kring Oost
op het eiland Tholen met Poort
vliet en Oud-Vossemeer niet
mogelijk.
Aan de westkant ontstond wel
een gemeenschappelijke rege
ling tussen Sint-Maartensdijk,
Scherpenisse, Stavenisse en
Sint-Annaland.
Na de oorlog waren de Aster-
motorspuit en de
manschappen-auto niet meer te
gebruiken.
Uit overtollig Engels brandweer
materiaal kon toen via de Rijks
inspectie van de brandweer een
Chevrolet vrachtauto uit 1943
worden gehuurd.
De eerste alarm-oefening ver
liep uiterst traag. Daarbij bleek
dat de koppelingen van de
vrachtauto en motorspuit niet
pasten. Het duurde 40 minuten
voordat men met de motorspuit
op het Stoofhof even buiten de
Oudelandsepoort was.
De gehuurde Engelse trekker-
manschappenwagen, die
steeds gerepareerd moest wor
den, voldeed echter niet. Deze
werd in 1949 teruggegeven. De
gemeente liet toen op een Ford
chassis een andere bouwen
met een ingebouwde wa
tertank.
Een aantal jaren later voldeed
de in 1940 gekochte mo
torspuit niet meer. Deze kon
nog alleen door ingewijden wor
den gestart.
Daarnaast maakte de smalle
spoorbreedte dit voertuig labiel.
Een nieuwe motorspuit werd
eind 1958 door de firma Bikkers
geleverd. Deze had een capaci
teit van 2500 liter en een op
voerhoogte van 80 m.
Tien jaar later schafte de ge
meente Tholen een in geel
gespoten Mercedes Benz mate
riaalwagen aan. Deze heeft in
verband met de reorganisatie
van de brandweer in de nieuwe
gemeente Tholen niet lang te
Tholen dienst gedaan. Na de
opheffing van de vrijwillige
brandweren van Poortvliet,
Oud-Vossemeer en Scherpenis
se moest het korps te Tholen
het grootste gebied bestrijken.
Het had tot gevolg dat in mei
1975 een nieuwe Mercedes
Benz autospuit werd geleverd
die was uitgerust met een 800
liter watertank en een
hogedruk-spuit, zodat er direkt
overal water gegeven kon wor
den. Hier achter werd de even
eens in 1975 geleverde twee
wielige Siedler lagedruk-spuit
gekoppeld met een capaciteit
van 1600 liter per minuut. Het
nieuwe voertuig met de roep
naam Bernard 6 was te groot
voor de brandweerkazerne aan
de Bebouwdendam. Het duurde
vele jaren voordat de plaats van
de nieuwe brandweerkazerne
was bepaald.
Intussen huurde men een gara
ge aan de Molenvlietsestraat.
Eind 1977 werd de nieuwe ga
rage op de gedempte vest bij de
Vossemeersepoort opgeleverd
en kon men voortaan vanaf de
Ten Ankerweg uitrukken.
Na de oorlog besteedde men
meer aandacht aan de opleiding
van het personeel. In 1950
slaagden de eerste 7 man voor
het examen brandwacht 2e
klas. Alle 7 waren reeds voor
1936 bij de vrijwillige brand
weer gekomen. Na een
35-jarige loopbaan neemt com
mandant L.W. Blaas in 1951 af
scheid. Hij werd opgevolgd
door A.G. Engelvaart. Nadien
waren dat S. van Duivendijk, A.
van Dijk en M.C. van Stee. De
huidige commandant is D. van
Duivendijk. Ook de alarmering
werd veranderd. Voor de invoe
ring van de vrijwillige brand
weer moest het uit meer dan
150 man bestaande personeel
worden gealarmeerd door het
luiden van de brandklok. Al in
1932 bleek dat deze wijze van
alarmering veel nieuwsgierigen
lokte.
In 1945 besloot men dit luiden
af te schaffen. Door het
"sneeuwbal systeem" waarbij
iedere brandweerman een an
dere moest alarmeren werd
men daarna opgeroepen.
In 1950 plaatste men echter
een sirene op het stadhuis met
alle gevolgen van dien. In het
bijzonder de laatste jaren voor
de invoering van het stil-alarm
in 1980 zag men lange rijen
auto's en fietsen achter de
brandweerauto rijden.
Zoals gezegd kreeg het perso
neel van de vrijwillige brand
weer in de dertiger jaren leren
jassen en helmen. Na de oorlog
had men nog alleen de helmen
en werd er voorrang gegeven
aan de aankoop van blus-
materiaal.
Ter gelegenheid van de viering
van het vijftien-jarig bestaan in
1950 schafte de gemeente
voor de brandmeester en de elf
manschappen een waterdicht
brandweeruniform met jas,
broek, koppel en baret aan. De
commandant kreeg een uniform
van blauw laken.
Nieuw waren ook twee
perslucht-toestellen, die bij
sterke rookontwikkeling wor
den gebruikt om met minder ge
vaar een woning binnen te
gaan. Deze werden in 1963 ge
leverd. Andere helmen werden
in 1967 aangeschaft en in
De grote brand in café de Fuik aan de Hoogstraat in Tholen, begin ja
nuari 1976, waarbij steun werd verleend door een speciale wagen van
de brandweer Bergen op Zoom. Ook toen was er al regionale samen
werking op praktisch gebied, terwijl er tegenwoordig veel meer papier
aan te pas komt. Links het notariskantoor, dat nu veiliger buren hoopt
te krijgen. Tien jaar na de brand heeft slopersbedrijf J.A. Jeroense en
Zonen uit Sint Annaland de resten gesloopt. De woningstichting Beter
Wonen gaat er naar een ontwerp van architect J. Boelhouwers kleine
huizen bouwen.
Het huidige vrijwillig brandweerkorps van Tholen met één beroepsman, centraal commandant L.T. Steenpoorte uit Sint Maartensdijkfderde
van rechts) voor de garage en het instructielokaal met de boot en andere uitrustingsstukken. Voorste rij v.Ln.r. commandant D. van Duiven
dijk, K.H. Laban, A. Geuze, C.J. van de Berge, L. Deurloo, M. Potappel, J. l\oom, L.T. Steenpoorte, W. van 't Slot en ondercommandant
G. Akershoek. Achterste rij: K.M. Jansen, J.L. Nieuwenhuijzen, J. Contant, C. Bakker, J. van Dorst, S. Jansen en Y.H. Eskes.
1969 kreeg het vrijwilligers
korps de beschikking over een
uitgaans-tenue met
uniform-pet.
Van recente datum is de uitbrei
ding van de hulpverlening door
de aanschaf van een vlet
(1979). De brandweer kan zich
nu ook over water goed bewe
gen. Ook bij auto-ongelukken
wordt regelmatig de hulp van
de brandweer ingeroepen om
mensen uit het wrak te bevrij
den. Dit geschiedt met een por
to power, een hydraulische
knip- en duwschaar. Ook het
vervoer, de bewaring en de
bestrijding van rampen met ge
vaarlijke stoffen eist tegen
woordig de nodige aandacht en
uitrusting van het brand
weerkorps.
Wij denken hierbij in het bijzon
der aan het Schelde-Rijnkanaal.
Op deze drukke scheepvaart
route tussen twee wereldste
den zijn er de afgelopen jaren
regelmatig botsingen, strandin
gen en scheepsbranden ge
weest, waarbij tankers of ande
re met chemicaliën geladen
■schepen waren betrokken.
Ook in deze gevallen is het
Thoolse korps uitgerukt.
Dat het hebben van een ge
oefend brandweerkorps met
deugdelijk materiaal geen luxe
is, blijkt uit het grote aantal
branden van na de Tweede We
reldoorlog.
De eerste grote brand was in
1956 toen het monumentale
pand op de hoek van de
Kerkstraat en Dalemsestraat,
waarin de meubelzaak van La-
ban was gevestigd, tot de
grond toe afbrandde. Deze is
via de waterleiding geblust.
In 1959 was er een uitslaande
brand in een woonwagen aan
de Kaai. Dat jaar brandde door
hooibroei ook de schuur van de
hofstede Nattenbek af.
Drie jaar later werden op Kerst
nacht twee woningen aan de
Hoogstraat door brand
verwoest.
In 1969 vonden vier branden
plaats. De grootste vond kort
na de jaarwisseling plaats toen
de kapitale schuur van de hof
stede Landzicht nabij het Oude
land platbrandde. Er was dat
jaar ook een slachtoffer te be
treuren, een kind van drie jaar.
Twee jaar later werd door kin
deren met vuur gespeeld met
als gevolg dat een voor de sloop
bestemde schilderswerkplaats
aan de Verbrandestraat in de as
werd gelegd.
Ook de schuur van het fruitbe-
drijf Vrouw Belia ging in 1971
door het vuur verloren.
De grote branden die hierna vol
gen vonden allen in de horeca-
sektor plaats. De meest gevaar
lijke was die in het café "De
Fuik" in de Hoogstraat in 1976.
Het toen ontstane gat in de
straatwand zal nu spoedig wor
den gedicht door een blok wo-
ningeh voor meerdere huis
houdens.
Drie jaar eerder brandde door
overhitting van olie een cafeta
ria aan de Bebouwdendam af en
tijdens Kerstmis 1981 ging het
koffiehuis "De Smederij" aan
de Visstraat verloren. Deze laat
ste brand was aangestoken.
Ook deze brand in het oude deel
van Tholen liet zich ernstig aan
zien, doch de korpsen van Tho
len en Sint-Maartensdijk kon
den het overslaan van het vuur
naar aangrenzende panden
voorkomen.
Hoewel er geen goede cijfers
zijn te vinden van het aantal
branden van voor de Wereld
oorlog, lijkt het erop dat het
aantal branden zowel te Tholen,
als elders in Nederland, fors is
gestegen.
Vermoedelijk is men tegen
woordig ook te Tholen zorgelo-
zer met vuur en brandbaar ma
teriaal dan onze voorouders en
vertrouwt men op het goed op
geleide en geoefende Thoolse
vrijwilligerskorps dat dit jaar 50
jaar bestaat.
J.P.B. Zuurdeeg, gemeentear
chivaris.
Bronnen:
Gemeentearchief Tholen:
archief stad Tholen, keuren, re
keningen, reglementen, resolu
ties en dossiers brandweer,
lerseksche en Thoolsche Cou
rant 1932.
Eendrachtbode, diverse jaar
gangen.
Hoewel de PvdA als grootste par- siotherapeut H. Nieuwenhuis met
100 stemmen. Bij de WD was
huisarts J.M. van der Bel uit Sint-
Maartensdijk goed voor 40 stem
men.
tij uit de bus kwam, kreeg SGP-
lijsttrekker L.J. Koopman de
meeste stemmen: ruim 250 meer
dan zijn socialistische collega P.
van Schetsen. Bij de PvdA kreeg
de als twaalfde geplaatste Oud-
Vossemeerse huisarts A.W.A. de
Looze met 114 stemmen veel ver
trouwen, evenals de als tiende
kandidaat genoemde Thoolse fy-
Opvallend bij de SGP was de gro
te steun voor Van der Jagt, die als
vijfde kandidaat, veel meer stem
men kreeg dan de voor hem ge
plaatste zittende raadsleden: Th.
Aarnoudse 88, M. Dijke 41, K.A.
Heijboer 37, J. van der Jagt 134
en lijsttrekker Koopman 2549.
Verder had A. Aarnoudse Hzn. 8
stemmen, FW. Simons 19, L.G.
Eerland 13, M.J. Klippel 5, S. de
Bruijn 3, J.C. Bevelander 12, A.B.
Goedhart 8, J.W. Duvekot 10,
H.J.W. Quist 2, M.C. den Engels-
J. van der Jagt (56)
SGP
Tholen
man 28, C. Nieuwenhuis 7, W.
Kot 4, W. van den Dikkenberg 17,
G.J. van Steenis 2 en G.J. Nieu
wenhuis 4.
Bij de PvdA werd er nogal geva
rieerd gestemd en naast de lijst
trekker waren er maar liefst zes
kandidaten die meer dan honderd
stemmen kregen. De als nummer
drie geplaatste M.A.J. van der
Linde passeerde daarbij fractie
voorzitter J. de Bres. P. van Schet
sen 2288, J. de Bres 202, M.A.J.
van der Linde 237,1.C. Moerland
176, J.A. Snoep-Overbeeke 106,
J.J. Kloet 94, M. v.d. Reydt-v.d.
M.A.J. v.d. Linde (42)
PvdA
Tholen
Vos 75, H.J. Vermaas 9, P.D. van
Meel 20, H. Nieuwenhuis 100,
R.P. van der Wal 9, A.W.A. de
Looze 114, D.C. Kaashoek 5,
C.E.M. van Dijke-Boogaart 14, J.
den Engelsman 4, P.J. Joosse 5,
J.M. op den Brouw 8, D.A. Lind-
hout 27, J.P. Westdorp 13, J.P. de
Graaf 15 en J.C. Roodenburg 6.
Bij het CDA hebben de voormali
ge 'bloedgroepen' ARP, CHU,
KVP nog wel een rol gespeeld,
maar ook de plaatselijke bekend
heid van de kandidaten. Mevr.
Deurloo kreeg meer stemmen dan
fractievoorzitter Van Kempen. J.
J.M. Deurloo-
van Broekhoven (61)
CDA - Tholen
Versluijs 1651, W.C. van Kempen
159, J.M. Deurloo-van Broekho
ven 221, M.A. van Beek 55, A.A.J.
Hommel 39, M.J.Hoek 17,
C.A.R.M. de Ruijter-Riemslag
Baas 9, J. Leune 9, J.D. de Korte
17, W.L. Bijl 6, A.P. Hommel 19,
J.B. Leunis 5, K. Jansen 7, A.G.J.
Leemreijze 5, C.W. Droogers 16,
R. Weijler 2, J. de Laater 4, J.J.
Kik 5 en J. Bijl 4.
Bij de VVD was opvallend, dat de
als derde geplaatste, niet gekozen
mevr. Dingemans meer stemmen
kreeg dan de tweede kandidaat
dhr. Van den Heuvel. De vertrek
kende fractievoorzitter M. van
Damme sloot de lijst met 43 stem
men. J.L. van Gorsel 963, J. van
den Heuvel 127, H. Dingemans-
van Vlaanderen 138, M.Ph. van
der Weele 87, O. Huiskamp 70,
L.A.M. Elenbaas 31, D. Vermaas
22, R. Ravensteijn 16, A.A.
Noteboom- Klune 14, A.E van
Nieuwenhuijzen-Nelemans 14, H.
van de Zande 16, J.M. van den
Houten 6, J.M. van der Bel 40,
J.C. Quist 4, W.A. Boogaard 16,
J.O. ten Cate 5, W.J. van Engelen
3, J.C. Kooijman 4, M. van Dam
me 43.
Bij de RPF/GPV gingen 491 van
de 565 stemmen naar lijsttrekker
P. van Belzen(RPF), terwijl de
eerste GPV-man mr. J.P. Loof op
nummer vier 20 stemmen had. De
nummer drie, J. Potappel, kreeg
meer steun dan de als tweede ge
plaatste ir. W. Mol. Er waren ook
twee kandidaten zonder stemmen,
wat bij de overige vier kandida
tenlijsten niet voorkwam. P. van
Belzen 491, ir. W. Mol 3, J. Potap
pel 10, mr. J.P. Loof 20, H.J.
Wienen-Verseput 3, G.M. Loof-
Bakker 2, O. ter Beek 10, A.
Brinkman 9, J.K. Krijger 3, A.A.
Nieuwkerk 8, M.J. Slager 3, W.
Nieuwenhuize en P.M. de Kunder
elk 0 en G.J. den Hertog 3 stem
men.
In St. Philipsland vonden de SGP-
kiezers dat nieuweling H. Geluk te
laag geplaatst was omdat hij als
derde meer stemmen had dan
fractievoorzitter L. den Engels
man. Er waren acht kandidaten
zonder aanhang.
SGP: L. Walpot 618, L. den En
gelsman 25, H. Geluk 38, A. Ver
wijs jr. Azn. 8, W.A. Ligtendag 3,
W.Chr. Kempeneers 0, C. Reijn-
goudt Czn. 2, J.J. Noordhoek
Azn. 6, J.J. Reijngoudt Czn. 3, P.
van Est 0, Abr. Hooglander Gzn.
2, M. van der Welle 2.
PVAB: A.Ph. Kornaat 339, C. den
Braber 34, J.W. Verstrate- Stols 32,
J.A.A. Winterberg 12, P.C.A. Ver
sluijs 14, G. Verkerke 0, J. Reijn
goudt 6, K.A. Reijngoudt 3, K.A.
IJzerman 0, M. Quist- van der
Reest 2, A. van der Kleijn 0, J.M.
Quist 1.
CDA: J. de Jager 217, L. Vroegop
18, A.W. Beurkens 3, N.J.
Boudeling-de Visser 2, M.J. Quist
2, A.K. ten Hove-Wagemaker 1,
A. van Strien-van Leeuwen 1, J.
Nell 0, A.G.M. Wisse 0.
Gemeentebelang: A. Kosten 164,
W. Quak 10, M. van der Reest 12,
H. Luijk 1, J. Everaers 7 en D.H.
van Starkenburg 3 stemmen.