48
HOOFDSTUK V
Terheijden, aan en in het water,
door: G.N. van den Bosch
Toen op 10 december 1980 nabij Dintelsas de
Vierlinghsluis als spuisluis in gebruik
werd genomen zullen maar weinigen daarvan
op de hoogte zijn geweest. En als men dat
al wel was dan is het de vraag of betekenis
en belang voor onze streek wel voldoende
onderkend worden. Die vraag mag in Terheij
den, grenzend aan de Mark, zeker gesteld
worden. Maar al te gemakkelijk zijn we ge
neigd te veronderstellen dat de schoonheid
van de Mark en de ligging van Terheijden
daaraan vanzelfsprekende zaken zijn. Niet
temin kunnen we ons van de invloed van dat
water, van het verwoestende soms, niet vol
doende genoeg bewust zijn.
Wanneer b.v. op een denkbeeldige ochtend
plotseling alle Nederlanders hun vaderland
zouden hebben verlaten, dan zou na verloop
van korte tijd een groot deel van Nederland
eenvoudig niet meer bestaan. Het zou van de
kaart zijn gewist door water, zout en zoet.
Vrijwel elk land ter wereld kan worden ont
volkt, het land zelf blijft bestaan. De Sa
hara b.v. is eens bevolkt geweest, maar
droogte heeft het land onbewoonbaar ge
maakt. Echter: niet onbegaanbaar, het is
nog "land". Maar zeer belangrijke stukken
van onze bodem kunnen alleen nog maar land
zijn zolang er mensen wonen. In ons land
kan dat alleen maar door er voor te zorgen
dat we in ons onder de zeespiegel gelegen
polderlandschap droge voeten houden als een
eerste levensvoorwaarde. Elke dag weer moe
ten we er voor vechten dat land land blijft