ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR HET VOORMALIG 4E DISTRICT.
No. 1157.
Zaterdag 24 November 1906.
16e Jaarg.
Buitenland.
Hiimenland.
BRESKENSCHE COURANT.
Abonnement per 3 maanden 0.50, franco per post
door het geheele rijk 0.55, voor Belgie ƒ0.625 en voor
Amerika 0.825 bij vooruitbetaling.
Abonnementen worden bij boekhandelaren en brieven
gaarders aangenomen.
Advertentiën van 1 tot en met 5 regels 25 cents, elke
gewone regel meer 5 cents. Groote lettere naar plaats
ruimte. Bij abonnement lager tarief.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdag
middag te twee ure.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. D1ELEMAX te
De boedelbeschrijvingen der Fransche
kerken zijn aangevangen. De eerste
berichten zijn zeer bevredigend. Het
zal in het halve jaar sedert de regee
ring de boedelbeschrijving van de ker
ken uitstelde, tot menige plaats zijn
doorgedrongen, dat de ambtenaren der
registratie niet in do kerk komen om
iets weg te halen, maar om den boedel
te beschrijven, anders niet. Er zullen
er zijn onder de vroegere tegenstanders
van de boedelbeschrijving, die gehoord
hebben, dat het beschrijven van den
kerkelijken boedel wel in het belang,
maar nooit in het nadeel van den eere-
dienst kan zijn, en dat de katholieke
kamerleden bij de behandeling der wet
op de scheiding van kerk en staat, in
die boedelbeschrijving dan ook niets
kwaads integendeel hebben op
gemerkt. Zij zullen tot de overtuiging
zijn gekomen, dat door opstootjes ma
ken de voltrekking van de scheiding
van kerk en staat niet moer te voorko
men zal zijn, sedert de algemeene ver
kiezingen van Mei 1906 de voorstanders
van de scheiding zoozeer versterkt heb
ben in de Kamer.
Hoe het zij, uit allerlei plaatsen waar
men het van het voorjaar heeft moeten
opgeven, heeft de boedelbeschrijving
Dinsdag zonder moeilijkheden plaats
gehad.
In het departement van de Jura zijn
alle boedelbeschrijvingen, die vroeger
waren nagelaten, opgemaakt. De be
volking is bijna overal verrast. Zeer
vroeg in den morgen, in vele kerken
tegelijk kwamen de ambtenaren zich
aanmelden, en voor de meuschen hét
wisten, was de beschrijving opgemaakt.
Op eenige plaatsen, Cuvier, Plenise
Esserval Tartre, ging de boodelbeschrij.
ving met opstootjes gepaard, maar het
had niet veel te beteekenen.
Het departement Boven-Saóne is ook
heelemaal afgewerkt zonder eenige
moeilijkheid.
Soms moet een kerkdeur worden open
gebroken, zooals te Halluin. Soms luidt
de pastoor de noodklok en moeten de
gendarmes de monschen buiten houden
tijdens de inventarisatie, zooals teTroyes,
waar een honderdtal menschen buiten
godsdienstige liederen zong, terwijl de
ambtenaar op papier schroef, wat er
zoo al in het kerkgebouw aanwezig is
Wonderlijke vertooning, die droge amb
telijke bezigheid van boedelbeschrijven,
begeleid door kerkgezang.
Tal van kerken, waar de ambtenaar
van het voorjaar het hoofd stootte, zijn
nu zonder slag of stoot genomen.
Maar te Cournonterrul, bij Montpellier,
was de kerkdeur met bouten en kettin
gen gesloten, Daar wachtte een boozo
menigte den ambtenaar op. Geniesolda
ten braken de deur open, waarop ge
schreven stond Hier komen geen die
ven binnen. De menschen schreeuwden,
de commissaris van politie kreeg een
steen tegen zijn hoed. De kerk was
spoedig ontruimd en de boedelbeschrij
ving was in een half uur opgemaakt.
Voor het huis van den burgemeester la
gen botoogers geknield te zingen.
Te Cazilhac-de Rodez leidde de bur
gemeester zelf den tegenstand. Daar is
(io genie den heelen morgen bezig ge-
I weest om een geweldigo versperring
j achter de kerbdeur weg te halen, die er
I nog zat van vroeger.
Te Pignon was de kerk vol zwavel
damp, maar die waaide er spoedig uit
en de ontvanger van registratie kon zijn
I plicht doen.
j De ambtenaren van de registratie zijn
I goedhartige dieveu. Zij hebben^ niets
ineegenomeu, zij hebben de kerk gelaten
zooals zij was. Vanwaar dan dat ver
zet tegen de boedelbeschrijving, als er
niets van hetgeen in de kerk is, zou
worden meegenomen of aan den eere-
dienst zou worden ontrokkenMaar
dat is het juist. De predikers van het
verzet hadden er juist daaroiii allé be
lang bij de ambtenaren uit de kerk te
houden. Zij hadden hen voor dieven
nitgemaakt, en door de boedelbeschrij
ving zou blijken, dat het geen dieven
zijn.
Binnenkort zullen we een serie nieu
we postzegels krijgon, die echter maar
van 20 December tot 2 Januari geldig
zijn en alleen in de waarden van 1j2
cent tot 3 cent zullen uitgegeven wor
den.
Deze postzegels zullen tweemaal zoo
groot zijn als de thans in gebruik zijn
de en alleen voor het binnenlandsch ver
keer geldig zijn.
Het zijn zoogenaamde gelegenheids
zegels, die van rijkswege ten voordeele
van de vereeniging tot bestrijding der
tuberculose naast de gewone postzegels
zullen worden verkocht en tweemaal
zoo duur als hun waarde zullen zijn.
De vereeniging hoopt op die manier
een aardig sommetje bij elkaar te krij
gen voor die bestrijding van de vreese-
lijke ziekte, daar de helft van de op
brengst in de kas der vereeniging zal
gestort worden.
Men heeft juist den tijd van 20 De
cember tot 2 Januari gekozen, omdat
dan bij de posterijen, wegens Kerstmis
en den Nieuwjaarsdag in de lage waar
den hot meest omgaat.
Een dames-comité heoft zich te Am
sterdam gevormd om bij de voornaam-
Breskens.
ste kantoren daar ter stede bezoeken
af te leggen on te trachten van deze
zegels te slijten.
Nog zij vermeld, dat de zegels, die
weder aan het rijk vervallen als op
postwissels on postpakketkaarten door
het rijk weer zullen worden afgestaan
ten voordeele der vereeniging.
Natuurlijk zijn de gewone zegels ook
geldig, maar men hoopt, dat zeer velen
langs dezen weg, die ook o.a. in Dene
marken voor een dergelijk doel gebruikt
is, veel zullen brongen in de kas van
de zoo nuttige vereeniging.
Naar men verneemt, kan een wij
ziging der postwet o. a. in dezen geest
worden tegemoet gezien, dat het ge
wicht van een brief van enkelvoudig
gewicht wordt 'verhoogd van 15 tot 20
gram.
- De directeur generaal der poste
rijen en telegraphie brengt ter algemee
ne kennis
Bij gelegenheid van het a.s. Sint Ni-
colaasfeest wordt de vergunning, om
meerdere pakketten aan hetzelfde adres
van slechts een enkele adreskaart te
doen vergezeld gaan, voor den tijd van
3 tot en met 7 December ingetrokken
en zal derhalve, bij elk gedurendo dat
tijdvak ter verzending aangeboden pak
ket, eene 'adreskaart behooren te zijn
gevoegd, Voorts wordt ter verzekering
van een goede overkomst van de pak
ketten, aanbevolen
le. zorg te dragen voor een doelma
tige en stevige verpakking van de te
verzenden voorwerpen, in dier voege,
dat deze op afdoende wijze tegen bre
ken of beschadigen verzekerd zijn
2e. zoo mogelijk de adressen op den
omslag van de pakketten te schrijven,
en, waar opplakking of aanhechting van
een adres onvermijdelijk is, dit zooda
nig vast te hechten, dat voor het ver-
FKl'l ULKTON.
2.
u iti\d^r nit iU gej^ieilciiis unit
Ut ooIUonilenoijs ii| Tj}«stclijl\
Tevens moesten de schoolmeesters
zorg dragen dat de Gereformeerde kin-
deren naarstig ter kerk kwamen en „al
daar in goede ordre en attentie de pre
dikatiën aanhoorden en daarvan onder
vraagd zijnde elk na zijn jaron en ca
paciteit rekenschap" konden gevon. De
discipline of straffe zou „niot te zacht
noch te wreed" mogen wozen maar
„met oogmerk van verbetering en dis
cretie naar den aard, teederheid en
humeuren der kindoren gemodereerd en
dat alleenlijk volgons de ordinaire sehool-
discipline met roede en plak, correspon-
deerende mot de huisdiscipline van de
ouders, welke van de predikanten bij
gelegenheid daartoe vermaand zullen
worden". De ouders zouden „hun kin
deren aan de meestors zoo overgeven
om van dezelve onderwezen en wegens
hun fouten (gebreken) gestraft te wor
den, zonder daarover ontsteltenisse te
maken". De meesters hadden te zor
gen dat de kinderen zich niet kwamen
te „verloopen", dat zij noch in het
schoolwaarts gaan noch in het huis
waarts keeren Gods naam ontheiligden
met vloeken, zweren, lasteren of on
tuchtig spreken, dat zij niet zouden ste
len, liegen, dobbelen, kaartspelen, mal
kander slaan, bijnamen geven, hun ei
gen gebreken of die van hun ouders en
vrienden aan malkaar verwijten, of
eenige ongeregeldheid, oneerbaarhoid,
enz. plegen, strijdende tegen de zedig
heid en godzaligheid, hetzij in het loo-
pen spelen, hetzij door tieren, gebaren,
vechten, roepen en zoo voorts.
Maar integendeel werd het de onder
wijzers tot plicht gestold zich vooral te
bevlijtigen om ze „in de vreeze des
Heeren en goede manieron allenthalven
binnen en buiten de scholen te onder
houden" en „dat zij hun ouders, magi
straten, predikanten, meesters en alle
eerlijke (achtenswaardige) luiden, bijzon
der die in officie en staat zijn, behoor
lijke eer en respect zouden bewijzen,
waarin de schoolmeesters hun met een
goed exempel (moesten) voorgaan".
Jongens en meisjes zouden in de
school afzonderlijk moeten zitten enz.
Wat de salarissen en emolumenten
aanging, werd bepaald dat het lands-
tractement den onderwijzer alle drie
maanden zou worden uitbetaald. Als
schoolgeld zouden zij bovendien genie
ten van eiken leerling maandelijks zoo
veel als volgens de praktijk en gewoon
te in de respective plaatsen gegeven
werd, hetwelk ook op zijn tijd zonder
tegenspraak zou moeten betaald wor
den. Bleven kinderen, door hun ouders
ter school besteed, thuis, of kwamen zij
maar vier ef vijf dagen ter school of
gingen zij er een bezoeken op een an
dere plaats, dan moest niettemin de
volle maand worden betaald.
Voorts zouden de onderwijzers genie
ten vrije woning van de dorpen, waar
zij aangesteld waren, en, namelijk als
zij tevens koster waren, „de baten en
profijten zoo van het leeren van arme
kinderen als van hot luiden en begraven
der dooden, daartoe van ouds bestaan
de", tenzij hierop vóór dezen door de
Staten-Generaal anders ware beslist.
De dorpsbesturen waren verplicht
goede schoolhuizen en wat daartoe ver
der vereischt werd te bestellen en te
onderhouden. Lieten zij zulks na dan
zou daarin behoorlijk moeten voorzien
worden door den Raad van State.
Een aantal bepalingen, alle strekken
de om te verhinderen dat or door
Roomsch-Katholieken, Monnomieten of
andere niet-Gereformeerden school ge
houden werd, met hetgeen verder aan
de kosters als ambtsplicht wordt opge
legd, ga ik voorbij om nog even de
aandacht te vestigen op den inhoud van
een latere verordening, die den 20 Juli
1709 door den Raad van State is vast
gesteld. Zij was niet bestemd om het
reglement van 1655 te vervangen dit
bleef integendeel in volle kracht voort
bestaan maar alleen om het te be
vestigen en aan te vullen.
Volgens deze verordening moesten de
schoolmeesters den leeftijd van vijfen
twintig jaar hebben bereikt, behooren
tot do Gereformeerde kerk en op zijn