BINNENLANDS JAAROVERZICHT 1967
Frankering bij abonnement, AXEL
ZATERDAG 30 DECEMBER 1967
82e Jaargang no. 14
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
NEDERLAND IN 1967
AXELSE COURANT
VERSCHIJNT IEDERE ZATERDAG
ABONNEMENTSPRIJS: Losse nummers 15 cent
Halfjaar-abonnement:
Axel binnen de kom 3,75. Andere plaatsen 4,25
Buitenland 6,50
Hoofdredaktie: J. C. VINK
Redaktie en Administratie: Axel, Markt 12, tel. 01155-646, postbus 16
Drukker-uitgeefster: FIRMA J. C. VINK
Nederland heeft in 1967 alle aanleiding gehad om
een wat zorgelijk gezicht te trekken. Op tal van
terreinen waren de vooruitzichten niet zo bijzonder
gunstig. Er zijn tamelijk sombere geluiden geweest
over de economische situatie. De werkgelegenheid
holde achteruit, de betalingsbalans leek danig te
verslechteren en met onze nationale liefhebberij
redetwisten over de politiek was ook iets aan
de hand. De liefelijkheid verdween. Tegenstellingen
tussen de politieke partijen werden groter, de
ruzies feller van toon en het geroep om politieke
vernieuwing belangrijk luider. De Tweede-Kamer
verkiezingen, die op 15 februari werden gehouden
en die een 'belangrijke winst opleverden voor Ne
derlands jongste partij, Democraten '66, gaven geen
beslissende stoot in de door velen gewenste rich
ting.
Nu wij op de drempel van 1968 nog eens rustig
achterom kunnen kijken lijkt er gelukkig
weinig te zijn uitgekomen van de sombere ver
wachtingen, waarmee wij weinig opgewekt 1967
begonnen (op 3 januari 1967 kwam er nog een in
mineur gestemd economisch verslag van het mi
nisterie van Economische zaken). Het is achteraf
allemaal redelijk meegevallen. Alleen de werkge
legenheid, in het afgelopen jaar enkele malen
aanleiding tot bijzondere regeringsmaatregelen, is
nog niet veel verbeterd. De algemene economische
situatie ziet er echter toch een stuk beter uit dan
aan het begin van het nu afgelopen jaar.
Het Koninklijk Huis stond in 1967 in een meer
plezierige belangstelling dan het jaar daarvoor.
De discussies over een republiek of het in stand
houden van de monarchie werden rustig in stille
kamers gevoerd in plaats van rumoerig op straat.
Wat de koninklijke familie betreft, was er vooral
reden om feest te vieren. Op 27 april, 's avonds
om drie minuten voor acht, schonk prinses Beatrix
in het Academisch Ziekenhuis te Utrecht het
leven aan prins Alexander, die tweede werd in de
rij van erfopvolging (eerste is prinses Beatrix zelf).
De gynaecoloog prof. dr. W. P. Plate en de
kinderarts dr. J. Drukker noemden in hun medisch
communiqué de pasgeboren prins „een flinke, wel
geschapen zoon". Het prinsje woog bij de geboor
te 3850 gram. Hij was 50 centimeter lang. Premier
De Jong zei in een toespraak voor radio en tele
visie „De geboorte van een kind brengt altijd
ontroering mee. De komst wordt met stijgende
spanning verwacht en wanneer het kind ter wereld
is gekomen, gezond en wel, dan zijn we telkens
weer verbaasd over het mysterie van de schepping.
Een van de diepste en kostbaarste menselijke er
varingen. Bij de geboorte van dit kind kan heel
ons volk zich verheugen. De vreugde, die bij iedere
geboorte wordt gevoeld in de kring van de familie
en vrienden, raakt nu ons allen, want er is een
prins van Oranje geboren".
Prins Alexander werd op 2 september in de Grote
of St. Jacobskerk te 's-Gravenhage gedoopt. Ds.
H. J. Kater, hervormd predikant in Amsterdam,
bediende de doop. Op 10 maart 1966 had hij ook
het huwelijk van prinses Beatrix en prins Claus
ingezegend.
Nog meer feest op Soestdijk en in Den Haag.
Op 10 januari trouwden in de Residentie prinses
Margriet en mr. Pieter van Vollenhoven. In de
Grote of St. Jacobskerk bevestigde prof. dr. H.
Berkhof uit Leiden het huwelijk. Hierbij werd voor
de eerste maal een nieuw huwelijksformulier ge
bruikt, dat nog niet in het dienstboek van de Ned.
Hervormde Kerk was opgenomen. Het burgerlijk
huwelijk werd voltrokken door burgemeester Kolf
schoten van Den Haag. In Den Haag deed zich
die dag een aantal kleine incidenten voor. Tijdens
de terugkeer van de bruidsstoet van de kerk naar
paleis Huis ten Bosch werd vlak voor het passeren
van de rijtuigen een rookbom op de weg geworpen.
De politie, die 2500 man op de been had, hield
vijftien jongelui aan.
Amsterdam beleefde de nasleep van het rumierige
jaar 1966; uiteindelijk leidde dit tot het ontslag
van burgemeester Van Hall. Het ontslag volgde
op het eerste interimrapport van de commissie
Enschedé over de gebeurtenissen in Amsterdam
sinds de forse rellen tijdens het huwelijk van prin
ses Beatrix en prins Claus. Enkele dagen (van 4
tot 9 mei) vergaderden de ministers Beernink
(Binnenlandse zaken) en Polak (justitie) met bur
gemeester Van Hall over de konsekwenties van het
eerste interimrapport. Op 9 mei had de burge
meester een gesprek met premier De Jong. Er bleek
onenigheid over het tijdstip, waarop Van Hall
ontslag zou nemen. Tenslotte besloot de burge
meester zelf geen ontslag te vragen, doch het
initiatief geheel aan de regering te laten. Na af
loop van dat gesprek op 9 mei werd een officiële
verklaring van de premier uitgegeven. Daarin
stond o.m. „De burgemeester heeft zich op het
standpunt gesteld, dat hij zijn functie ter beschik
king dient te stellen. Hij meenf echter een ver
zoek tot ontslag eerst te kunnen doen na publi-
katie van het eerste en tweede rapport van de
commissie onderzoek Amsterdam. Zijn bereidver
klaring om ontslag te vragen baseert de heer Van
Hall op het feit, dat de rondom hem ontstane
situatie 'hem een goede oefening van zijn functie
dusdanig verzwaart, dat deze op den duur beter
door een ander kan worden vervuld. De ministers
echter hebben de heer Van Hall medegedeeld, dat
een beslissing over 'het ontslag niet langer mocht
gorden uitgesteld. „Op 16 mei verscheen in het
Staatsblad het Koninklijk Besluit, waarin aan bur
gemeester Van Hall van Amsterdam „met dank
voor vele en gewichtige diensten in zijn functie
bewezen, eervol ontslag" werd verleend. Zijn op
volger werd met ingang van 1 augustus
dr. I. Samkalden, oud-minister van justitie. De
nieuwe burgemeester stemde pas toe, nadat hij van
de regering toezeggingen had gekregen voor rui
mere financiële middelen voor Amsterdam en een
reorganisatie van het politieke-apparaat.
Het vijfhonderd pagina's tellende rapport van de
commissie Enschedé werd half mei openbaar ge
maakt, een half jaar nadat het aan het kabinet
was overhandigd. Uit het rapport bleek duidelijk,
dat in Amsterdam een groot gebrek aan com
municatie had bestaan tussen de burgemeester, de
politie en de justitie.
Amsterdam leek een lange, hete zomer tegemoet te
gaan. Men vreesde voortdurende relletjes tussen
provo's en' politie. Begin april kwam het 's avonds
in de hal van het Centraal Station van de hoofd
stad tot een kort maar hevig gevecht tussen onge
veer tachtig matrozen en mariniers uit Den Helder
en een groot aantal jongelui, die hun vertier al
maanden 's avonds in die hal zochten. De Amster
damse politie was tevoren gewaarschuwd, maar
verscheen die avond niet, omdat de hal terrein
van de spoorwegen is. Het kwam tot diverse dis
cussies in het parlement. Minister Beernink (Bin
nenlandse zaken) zei, dat hij het schadelijk vond
voor de handhaving van het gezag als groepen
burgers en militairen eigen rechter gingen spelen.
Minister den Toom (Defensie) vertelde, dat di
verse orders waren uitgegaan, waarin aan mili
tairen werd opgedragen „zich te onthouden van
ordeverstoringen". Een Amsterdams ochtendblad
juichte de marine-actie hartstochtelijk toe en
schreef „de jongens van De Wit hebben het
geklaard". Het is in de zomer rustig gebleven in
de hoofdstad. Een door de gemeente in de oude
Rai georganiseerde „love in" had buitengewoon
veel succes.
Amsterdam en daarmee Nederland kreeg
in 1967 het nieuwe Schiphol. Koningin Juliana
opende op 28 april het nieuwe Schiphol Centrum.
De bouw duurde vier jaren en kostte vierhonderd
miljoen gulden. Revolutionair zijn de z.g. avio-
bruggen, die het mogelijk maken, dat luchtreizigers
niet meer door weer en wind van vliegtuig naar
aankomsthal moeten lopen. De ingebruikstelling gaf
denodige problemen. Er ging iets fout met de
ingewikkelde electronische installatie, die admini
stratie en transport van de luchtvracht regelde.
Talrijke pakjes raakten zoek. Het laatste woord
is nog larfg niet gezegd over het lawaai van de
straalreuzen, die Schiphol aandoen. Door het ge
bruik van nieuwe start- en landingsbanen is een
aantal woonkernen rond en in Amsterdam in de
z.g. „geluidstrog" terecht gekomen.
Met de KLM ging het in 1967 goed. In het jaar
verslag, dat in juli verscheen, werd een winst
gemeld van 81,5 miljoen gulden over het boekjaar
'66/'67. De regering besloot de deelname van het
rijk in de KLM met nog eens ruim vijftig miljoen
gulden uit te breiden om de financiële positie van
het bedrijf met het oog op bestellen voor
nieuwe vliegtuigen te versterken.
Heel wat triester waren de geluiden over het
spoorwegverkeer in Nederland. Over 1966 werd
een verlies geleden van bijna tachtig miljoen gul
den. Minister Bakker (verkeer) voorspelde voor
1967 een verlies van 130 tot 140 miljoen gulden.
De spoorwegen zouden zo'n vijftien onrendabele
lijnen sluiten.
Het wegverkeer moest zich met ingang van
1 januari aanpassen aan een nieuw reglement ver
keersregels en verkeerstekens. Een aantal nieuwe
borden werd ingevoerd, dat ook in andere Euro
pese landen in gebruik is. In september kwam
minister Bakker met een nieuwe verkeersnota,
waarin hij een aantal nieuwe maatregelen in het
vooruitzicht stelde, zoals het verplicht stellen van
veiligheidsgordels, periodieke keuringen voor
auto's, maatregelen tegen het rijden onder invloed
en een betere opleiding. Een nieuw inzicht brak
door; niet de mens moet zich aanpassen aan de
weg, maar de weg moet worden aangepast aan de
mogelijkheden en beperkingen van de mens.
Nederland bleef niet gespaard voor rampen. Op
25 juni trok een zware wervelstorm een spoor van
verwoestingen. Elf mensen werden gedood, de ma
teriële schade was aanzienlijk. Vooral het dorp
Tricht in de Betuwe leed zwaar. Alleen in Tricht
kwamen vijf mensen om, twintig personen werden
gewond. Vijf en vijftig huizen werd onherstelbaar,
93 zeer zwaar beschadigd. Ook Chaam in Noord
Brabant werd zwaar getroffen. Hulp kwam snel.
Het Nationaal Rampenfonds, onder aanvoering
van Prins Bernhard, stelde een schaderegeling op
en organiseerde een inzamelingsactie.
In Utrecht ontplofte op 12 juni een munitieschip,
waaruit oude munitie werd gelost. Twee vissers,
die in de haven hun sport beoefenden, kwamen om
het leven. De materiële schade was eveneens groot.
Het ministerie van Defensie zou alles, wat niet
door de verzekering werd gedekt, betalen.
Een organisatie, die bij rampen altijd paraat staat
Het Nederlandsche Rode Kruis, vierde op
1 september het honderdjarig jubileum. In aan
wezigheid van Koningin Juliana en de prinsessen
Beatrix en Margriet 'bood tijdens het jubileumfeest
in Amsterdam minister Roolvink (sociale zaken)
namens de regering nieuwe uniformen aan voor
alle twaalfduizend Rode Kruis vrijwilligers. Het
Nederlandsche Rode Kruis had op deze honderdste
verjaardag een miljoen leden.
Dit jaar bracht Nederland de eerste officiële uit
zendingen van kleurentelevisie. Vanaf september
werd wekelijks zes tot acht uur in kleur uitgezon
den. De verkoop van de vrij dure apparaten liep
aanvankelijk niet best, maar nadat éénmaal de
grote radio- en t.v.-tentoonstelling Firato was ge
houden gingen de verkoopcijfers met sprongen
omhoog. Het bericht, dat het kijkgeld aanzienlijk
zou moeten worden verhoogd, bracht een domper
op de vreugde. Naar kleur kijken is wel leuk,
maar het wordt minder prettig als we het in onze
portemonnaie gaan voelen. Het omroepwereldje
zorgde weer voor het nodige kabaal. Ook hier
kan men zo langzamerhand het modewoord „schei
ding der geesten" gaan toepassen. Er kwam een
nieuwe omroep de Tros bij en een nieuwe,
wat rechts geörienteerde concentratie Avro/Rtn.
Deze laatste fusie leek in eerste instantie gericht
op het behoud van 'het familie- annex omroepblad
Televizier, dat prompt via de Avro/Rtn televisie
een agressieve verkoopcampagne begon. De Tros
klaagde als pas beginnende omroep, dat zij én te
weinig zendtijd en te weinig mensen had. Ook bij
deze kleine omroep kwam het tot een incidentje.
De redactie van de actualiteitenrubriek Kompas
verliet de Tros omdat men het niet eens was met
het persoonlijk 'beleid van de directeur, die alleen
maar lieve, Nederlandse onderwerpen wilde fil
men. Ook Hilversum kende zijn traditionele, jaar
lijkse schandaal. Het hoofd van de Avro-televisie,
de heer Siebe van der Zee, werd met ontslag be
dreigd nadat bleek, dat hij forse bedragen had
aangenomen als beloning voor publiciteitsadviezen
aan een in opspraak gekomen Haags bedrijf. Hij
mocht tenslotte aanblijven, als hij het geld zou
terugbetalen.
De juridische situatie rond de omroepen werd wat
duidelijker doordat de Tweede Kamer op 18 januari
de Omroepwet aanvaardde. In de praktijk werd
de situatie daarentegen bijzonder onduidelijk door
dat een groot aantal nieuwe organisaties zend
machtiging kreeg. De Humanitaire en idealistische
radio-omroep HIRO bleek zo verbaasd over het
feit, dat zij ook zendtijd kreeg (twee uren radio
en twintig minuten t.v. per vier weken), dat zij
de eerste programma's niet kon vullen. Protesten
kwamen tegen de zendtijd, die de NVSH kreeg.
Een aantal mensen was bang voor te veel sex op
het scherm. Die kwam toch wel. De VPRO,, had
de primeur van het eerste blote meisje op het
scherm. Het ontlokte heel wat reacties.
De financiële toestand rond radio en t.v. was
voortdurend aanleiding voor heftige discussies. De
tekorten waren duidelijkalleen voor de radio
ruim negen miljoen gulden.
Tekorten waren er ook genoeg bij het rijk. Mi
nister Witteveen (financiën) kwam in april met
een somber beeld. Het oorspronkelijk geraamde
tekort op de rijksbegroting 1967 van 1176 miljoen
gulden was in de praktijk opgelopen tot liefst
2319 miljoen. De begroting 1968, die op de derde
dinsdag van september werd ingediend vermeldde
een tekort van 2,7 miljard gulden. De geraamde
uitgaven waren 23,1 miljard, de inkomsten 20,4
miljard gulden. Nieuwe belastingmaatregelen ble
ken nodig, ondanks sterke bezuinigingen op tal van
overheidsuitgaven. Belangrijkste uitgaven bleven
onderwijs (5,7 miljard), defensie (3,2 miljard) en
sociale voorzieningen (2,5 miljard).
In de Troonrede besteedde Koningin Juliana de
nodige aandacht aan de werkloosheid. „Ongeveer
een jaar geleden begon de conjunctuur een aar
zeling te vertonen. De aanvankelijk snelle toene
ming van de werkloosheid die vooral regionaal
een belangrijke omvang aannam baarde de re
gering grote zorg. Zij voelt zich nauw betrokken
bij het leed, dat uit deze werkloosheid voor de
werknemer en zijn gezin voortvloeit", aldus Ko
ningin Juliana. De regering was bij de presentatie
van de nieuwe begroting overigens gematigd op
timistisch.
Berichten over bedrijfssluitingen en moeilijkheden
in diverse bedrijfstakken bleven schokken. Het
plotselinge fiasco van het Haagse bedrijf Van
Heyst baarde veel opzien. Talrijke werknemers
werden de dupe van een slecht bedrijfsbeheer. Het
versterkte de wens van de vakbeweging naar meer
inspraak van de zijde van de werknemers binnen
de onderneming. De textielindustrie kreeg zware
klappen. Eind januari vroeg het grote textielcon-
cern Van Heek en Co. te Enschede werktijds
verkorting aan voor 1950 van de 3700 werkne
mers. Het concern kwam in jaunari 1965 tot stand
ADVERTENTIEPRIJS: 10 cent per mm
Bij konirakten belangrijke reduktie.
Ingezonden mededelingen 30 cent per mm
Kleine advertenties 1-10 woorden f I,
elk woord meer 15 cent.
door diverse grote fusies. Op dat moment werkten
er vijfduizend man. De vakbeweging kwam met
een rapport, waaruit bleek, dat de werkloosheid
in I wen te was verdubbeld in één jaar tijd De
Tweede Kamer hield in april een hearing in En
schede over de economische situatie in Twenthe.
Burgemeester Vleer van Enschede vertelde, dat,
ook bij een gunstige ontwikkeling in de textiel
sector, alleen al in Enschede de komende vijf jaren
werkgelegenheid moet komen voor ruim zeven
duizend mannen. De lijst van textielbedrijven, die
bijzondere maatregelen moesten nemen, is lang
Drie Almelose bedrijven vroegen in februari werk
tijdsverkorting voor 3200 man. In april werden
vierhonderd personeelsleden ontslagen De Ko
ninklijke Nederlandse Textiel-Unie moest in april
zevenhonderd werknemers ontslaan. In dezelfde
maand ontsloeg een textielbedrijf in Sas van Gent
190 van de 235 werknemers. April was wel de
rampmaand voor de werknemers in de textiel
industrie. Andere bedrijven, die mensen moesten
ontslaan, waren Verenigde Tilburgse Weverijen
(150 man), Ter Kuile-Cromhoff in Enschede (200
man) en een kousenfabriek in Schijndel (40 man).
In totaal werd die maand in de textielsector voor
vierduizend man werktijdsverkorting aangevraagd.
Limburg maakte zich grote zorgen over de mijnen
Eveneens in april deelden de Staatsmijnen mee,
dat de mijn Wilhelmina zou worden gesloten. De
produktie van de mijn Emma zou worden vermin
derd en de cokesfabriek gesloten. Door deze maat
regelen komen achtduizend arbeidsplaatsen te ver
vallen. Lichtpunt was, dat het in Limburg goed
ging met de vestiging van nieuwe industrieën. Er
waren vooruitzichten op negenduizend nieuwe ar-
beidsplaatsen.
In januari liep de arbeidsreserve in Nederland op
van tachtigduizend tot 101-duizend. Het aantal
aanvragen om mannelijk personeel zakte van 43
duizend naar 39 duizend. Het was voor premier
Zijlstra aanleiding ruim honderd miljoen gulden
extra te bestemmen voor bestrijding van werkloos
heid in de regio. Het bedrag werd toegewezen
aan de provincies Groningen, Friesland, Drenthe,
Overijssel, Noordbrabant en Limburg. In juni
schommelde de werkloosheid nog altijd rond de
negentigduizend. Het was voor het kabinet aan
leiding voor de vierde maal nog eens honderd
miljoen extra te bestemmen voor de strijd tegen
de werkloosheid.
Eind mei werd de Nederlandse regering op de
vingers getikt door de organisatie voor econo
mische samenwerking en ontwikkeling (OESO).
Volgens een OESO-rapport is de economische po
litiek in Nederland er de laatste jaren niet vol
doende in geslaagd de juiste maatregelen te treffen
tegen de toenemende inflatoire druk. De gevolgen
van de gevoerde politiek (in hoofdzaak tot uiting
komend in een te hoog loon- en prijspeil) kan
men slechts overwinnen door een beleid, dat is
aangepast aan de huidige toestand van de eco
nomie, zei het rapport. De OESO betwijfelde of
de Nederlandse exportcampagne zou slagen. „De
officiële prognoses in Nederland hebben de laatste
jaren de tendenz gehad een optimistischer beeld
van de economie te presenteren dan in de praktijk
werd verwezenlijkt", aldus het rapport.
De vakbeweging kwam half 1967 met loonwensen
op tafel voor 1968. Het overlegorgaan van de drie
vakcentrales stelde in een nota aan de Stichting
van de Arbeid, dat geen genoegen kan worden
genomen met een achteruitgang in de reële Innen.
Volgens de verwachtingen van het bedrijfsleven
zouden de kosten van levensonderhoud in 1968
met rond vier procent stijgen. Hoewel geen cijfers
werden genoemd vroegen de vakcentrales een loon-
ronde van vier tot vijf procent.
De speurtocht naar aardgas en olie op het Neder
landse deel van het Continentaal Plat, het on
diepe deel van de Noordzee kwam dit jaar 'n stap
dichterbij. De regering maakte de voorwaarden
bekend en al in februari maakten Billiton en de
Hoogovens openbaar met vijf internationale con
cerns te zijn overeengekomen om gezamenlijk de
opsporing en winning ter hand te nemen. De be
wezen aardgasreserve in Slochteren werd nog wat
groter. In april deelde de Nederlandse Aardolie
maatschappij mee, dat aan de hand van nieuwe
boringen de bewezen reserve kon worden gesteld
op 1650 miljard kubieke meter. Het Groningse
veld werd hiermee het grootste ter wereld. De
nieuwe verhoging van de gasreserve betekende
een vermeerdering van ons nationale vermogen
met 24 miljard gulden.
De scheepsbouw, een van de oudste industrieën in
Nederland, kreeg na duidelijke depressies in vo
rige jaren, nieuwe kansen. Vooral wonderman
Verolme verwierf nieuwe orders van vele miljoenen
guldens. In een tijd, waarin iedereen zich zorgen
maakte over grotere werkloosheid, liet hij een
vliegtuig de leus voortslepen „Verolme heeft werk
voor u Verolme kondigde samenwerking aan met
twee grote Europese scheepsbouwondernemingen
uit Engeland en Duitsland. De scheepsbouw in Ne
derland kreeg ook de toezegging van de regering
voor extra financiële steun in de vorm van rente
vergoedingen. In het buitenland is deze overheids
hulp een normale zaak, hetgeen de concurrentie
positie van de Nederlanders nadelig beïvloedde.
(zie vervolg op pagina 2)