Axel wil één middengemeente Frankering bij abonnement ZATERDAG 20 FEBRUARI 1965 79e Jaargang No. 21 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Hoofdredaktie J. C. VINK. Redaktie en Administratie Axel, Markt 12, tel. 0 1155- 646, postbus 16 Drukker - Uitgeefster FIRMA J. C. VINK PRE-ADVIES in verband met het voorstel van Ged. Staten van Zeeland tot herindeling van de gemeenten in Zeeuwsch-Vlaanderen Bij inschrijving van 19 april 1963, no. 13354/27, Kabinet, 2e afdeling, lanceerden Ged. Staten van Zeeland een plan tot herin deling van de gemeenten in Zeeuwsch-Vlaan- deren. Dit initiatief sproot o.a. voort uit de volgen de feiten: a. bij de behandeling in de Tweede Kamer van de Staten-Generaal van het ontwerp tot wijziging van de grens tussen de ge meente Hulst en de omliggende gemeen ten deed de Minister van Binnenlandse Zaken de toezegging de totstandkoming te bevorderen van een plan tot herindeling van de gemeenten in geheel Oost Zeeuwsch-Vlaanderen b. in de memorie van antwoord op de rijks begroting voor 1962 deelde de Minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid mede, dat in de Kanaalzone in Oost Zeeuwsch-Vlaanderen voorzieningen die nen te worden getroffen, teneinde de be stuurlijke indeling van dit gebied te doen aanpassen bij de verwachte ontwikkeling in deze zone; c. tenslotte drong de Minister van Binnen landse Zaken in zijn schrijven van 29 juni 1960, Directie B.B., afd. Bestuurs zaken, no. B 60/1547, in verband met het voorstel van Ged. Staten tot wijziging van de grenzen tot herindeling van de gemeenten Breskens en Groede, bij laatst genoemd college aan op een plan tot her indeling van de gemeenten in West Zeeuwsch-Vlaanderen. Gedeputeerde Staten van Zeeland gingen in hun herindelingsplan, neergelegd in hun meergenoemd schrijven van 19 april 1963, o.a. uit van een combinatie van de gemeen ten Axel en Zaamslag, waarbij zij o.m. het volgende opmerkten. „De gemeente Terneuzen heeft behoefte aan uitbreiding van haar territoir met een ten oosten van de Otheense kreek in de gemeen te Zaamslag gelegen gebied. Dit heeft tot gevolg, dat in het kader van de algehele herziening van de gemeentelij ke indeling in Zeeuwsch-Vlaanderen, de ge meente Zaamslag met een verkleind inwo nertal als zelfstandige gemeente, bezwaar lijk zal kunnen worden gehandhaafd. In verband hiermede is ons voorstel de kern van Zaamslag e.o. met Axel - behoudens de ten oosten van het kanaal gelegen strook en de Axelse Vlakte - samen te voegen. De wegverbinding van Axel met Zaamslag is voorts goed te noemen, terwijl de afstand (6 a 7 km) geen bezwaar behoeft te vormen. Voor wat het godsdienstige karakter der be volking van beide gemeenten betreft kan worden opgemerkt, dat beide gemeenten - ook al is er in Axel een groter percentage rooms-katholieken - overwegend protestant zijn. De nieuw te vormen gemeente zal ca. 10.000 inwoners tellen en als zodanig een verster king betekenen ten opzichte van de beide andere gemeenten in de Kanaalzone, te we ten Terneuzen en Sas van Gent'Westdorpe". Over dit voorstel formuleerde uw Raad zijn standpunt in de vergadering van 16 juli 1963, zulks ter voldoening aan art. 158 der gemeentewet. Wij deden uw zienswijze aan Ged. Staten toekomen bij brief van 18 juli 1963, no. 635. Deze zienswijze kwam op het volgende neer. a. Afstand van Sluiskil en de Axelse Vlakte e.o. ware te rechtvaardigen, indien de her indeling zou resulteren in de vorming van één gemeente, die het waterfront van het kanaal Terneuzen-Sas van Gent en dat van de uitmondingen van het kanaal zou samenvatten in één bestuurlijk verband. Nu het voorstel echter strekt tot vorming van twee kanaalgemeenten, zouden met het oog op de industriëële en havenfunk- tie gemeenschappelijke regelingen nodig zijn, die evengoed van drie als van twee gemeenten kunnen uitgaan. Bovendien is Axel eer aangewezen om als partner van Terneuzen te fungeren dan, zoals wordt voorgesteld, Sas van Gent. Onder deze omstandigheden is de afstand van het ka- naalgebied voor Axel onaanvaardbaar. b. Met de toevoeging van een deel van Zaam slag aan Axel gaat uw Raad akkoord. Voor een krachtige uitbouw van de woon- funktie van Axel is deze maatregel ech ter niet voldoende; de gemeenten Koe wacht, Zuiddorpe en Overslag, die ook verenigd nog een zwakke plaats tussen de omringende gemeenten blijven inne men, waren, evenals een deel van West- dorpe, bij Axel te voegen, waarvoor o.a. pleiten financiële, planologische en reli gieuze aspecten. Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 160 der Gemeentewet zenden Ged. Staten ons bij brief van 7 december 1964, no. 13 354/13, Kabinet, 2e afdeling, (ontvangen 22 december 1964), toe een ontwerp van een wet, een tweetal kaarten en een toelichting inzake de herindeling van de gemeenten in Zeeuwsch-Vlaanderen. Vergelijking van de beide hiervóór genoem de brieven van Ged. Staten doet zien, dat in het thans voorliggende schrijven van 7 de cember 1964, behalve de directe aanleiding tot het voorstel, waartoe het schrijven van 19 april 1963 zich beperkte, nu door Ged. Staten worden aangegeven de hoofdgedach ten, die hun College leiden bij hun plan tot herindeling van gemeenten in Zeeland. Deze hoofdgedachte brengen Ged. Staten als volgt onder woorden: „De Commissie Oppenheim heeft de vergro ting van de bestaande gemeenten gezien als het „meest werkzame middel" tot verhoging van de bestuurskracht. Deze gedachte heeft weerklank gevonden, hetgeen blijkt uit de zich alom openbarende tendens tot schaal vergroting. Aan de belangrijke funktie, welke in ons staatsbestel aan de gemeenten is toegekend, zal naar onze mening slechts reële inhoud kunnen worden gegeven door gemeenten, welke in staat zijn de hun opgelegde taken op de meest doelmatige wijze te vervullen. Hoewel wij niet willen stellen, dat kleine ge meenten bij de uitvoering van hun taak in het algemeen te kort schieten, menen wij, dat bij de vorming van grotere eenheden een ruimer draagvlak wordt verkregen en de bestuursmogelijkheden groter zullen zijn. De bestuurskosten vormen voorts bij kleine re gemeenten een onevenredig groot percen tage van de totale gemeentelijke uitgaven. Grotere gemeenten zullen efficiënter kun nen werken en beter rekening kunnen hou den met de moderne ontwikkelingen. Zowel op sociaal- als op cultureelterrein, op het gebied van de sociaal-hygiënische zorg, de wegenzorg, enz., plaatst onze tijd ook de kleine gemeenten voor geheel nieuwe taken. Een dynamische ontwikkeling met de daar mede gepaard gaande structuurveranderin gen vordert evenwel niet slechts van de klei ne gemeenten, doch ook van de grotere, een adequaat gemeentebeleid. Samenvoeging ook van deze grotere gemeenten moet daarom wenselijk worden geacht. Het instituut der gemeenschappelijke regeling is naar onze me ning slechts bruikbaar voor gevallen waar in een bepaald belangencomplex in verhou ding tot de overige gemeentelijke belangen, van betrekkelijk geringe omvang, samenwer king met andere gemeenten eist. Deze in aantal toenemende regelingen doen echter de gemeentelijke zelfstandigheid en de invloed van het plaatselijk bestuur veel in waarde verliezen. Zij hebben dan ook veelal de tendens de gemeentelijke autonomie uit te hollen en de plaatselijke werkzaamheid te verzwakken. In de rij der provincies is Zeeland voorts de provincie met een uitzonderlijk groot aantal kleine gemeenten." In het licht van de aldus weergegeven hoofd gedachten stellen Ged. Staten voor Zeeuwsch- Vlaanderen het volgende: „Van de 30 gemeenten in Zeeuwsch-Vlaan deren tellen er 10 minder dan 1500 inwo ners, terwijl in 6 gemeenten het zielental be neden de 1000 blijft. Naast de hiervoren- genoemde hoofdgedachten zijn er, naar wij menen, speciale voor Zeeuwsch-Vlaanderen geldende omstandigheden, welke de vorming van grotere gemeenten aldaar wenselijk ma ken. Wij denken hierbij aan de uitvoering van de verbredingswerkzaamheden van het kanaal Terneuzen-Gent met aansluitende verbin dingswegen, de ontwikkeling van de aan het kanaal gelegen industriegebieden, de recre atieve ontwikkeling in de Braakman en in het kustgebied van West Zeeuwsch-Vlaanderen en versterking van de gemeenten welke een centrum-funktie vervullen, enz. Voor het thans hierbij overgelegde plan, dat een indeling behelst van geheel Zeeuwsch- Vlaanderen in 10 gemeenten, pleiten, naar wij menen, in hoofdzaak de volgende argu menten. Ie In Oost Zeeuwsch-Vlaanderen is in het plan een vrij natuurlijke scheiding aan gehouden tussen het agrarische Land van Hulst en het industriële zuidelijk gebied. Beide formaties hebben een redelijke grootte. 2e Koewacht en Zuiddorpe en Overslag hebben gemeenschappelijke belangen; Axel en Zaamslag vertonen voor wat de samenstelling van de bevolking betreft, weinig verschil. Ook in dit gebied zul len twee gemeenten van behoorlijke om vang ontstaan. 3e Nu Hoek en Biervliet met Terneuzen en Philippine met Sas van Gent zullen worden samengevoegd, zullen in de Ka naalzone twee gemeenten van genoegza me grootte worden tot stand gebracht, met ruime ontwikkelingsmogelijkheden voor de volgende decennia. De verschil len in geaardheid van de bevolking der samenstellende delen, zouden bij vorming van één gemeente in die zone, grote be zwaren opleveren. 4e De gemeenten IJzendijke en Hoofdplaat, met het agrarische gebied van Biervliet, vormen een vrijwel homogeen gebied, dat gemeenschappelijke agrarische belaangen heeft. Breskens, in betekenis de tweede gemeente van West Zeeuwsch-Vlaande ren, zal bij samenvoeging met Schoon- dijke en Groede over ruime ontwikke lingsmogelijkheden beschikken. 5e Door de voorgestelde samenvoeging van de, gering in inwonertal zijnde, badge meenten met Oostburg c.a. zal dit be langrijke kustgebied tot ruimere ontplooi ing kunnen worden gebracht, terwijl Sluis en Aardenburg tenslotte samenge voegd dienen te worden tot één gemeen te". Met betrekking tot de in het wetsontwerp op genomen samenvoeging Axel-Zaamslag mer ken Ged. Staten o.a. het volgende op: „De gemeente Terneuzen heeft behoefte aan uitbreiding van haar territoir met een ten oosten van de Otheense kreek in de ge meente Zaamslag gelegen gebied. Dit heeft tot gevolg, dat in het kadej: van de alge hele herziening van de gemeentelijke inde ling in Zeeuwsch-Vlaanderen, de gemeente Zaamslag met een verkleind inwonertal als zelfstandige gemeente niet zal kunnen wor den gehandhaafd. In verband hiermede is in het thans voorliggend plan de kern van Zaamslag en omgeving met Axel samen gevoegd. De wegverbinding van Axel met Zaamslag is goed, terwijl de afstand (6 a 7 km) geen bezwaar vormt. Voor wat de bevolking van beide gemeenten betreft, wordt opgemerkt, dat deze een overwegend homogeen karak ter heeft. Wat betreft de tot de gemeente Axel beho rende strook, ten oosten van het kanaal ge legen en de Axelse Vlakte, welke aan de nieuwe gemeente Terneuzen zullen worden toegevoegd, verwijzen wij naar de toelichting onder het hoofd „Kanaalzone". De toevoe ging van een zuidelijk gebied, omvattende een gedeelte van Westdorpe en de gemeen ten Koewacht, Zuiddorpe en Overslag aan Axel, achten wij niet gewenst. De agrari sche gemeenten Koewacht, Zuiddorpe en Overslag hebben een homogene bevolking met een geheel andere mentaliteit, dit in te genstelling tot de bevolking der gemeenten Zaamslag en Axel. De nieuw te vormen gemeente zal ca. 10.000 inwoners tellen en als zodanig een verster king betekenen ten opzichte van de nieuw te vormen kanaal-gemeenten Terneuzen en Sas van Gent." Ten aanzien van het wetsontwerp menen wij in eerste instantie een opmerking van for mele aard te moeten maken. Wij zijn n.l. van oordeel dat Ged. Staten niet hebben voldaan aan artikel 160, 2e lid, van de gemeentewet. De Minister van Bin nenlandse Zaken deelde uw Raad bij schrij ven van 6 april 1964, afd. B.B., no. B 64'651 mede, dat hij Ged. Staten had uit genodigd een door hen op te stellen ont- werp-regeling, met kaart en toelichting, bin nen drie maanden aan de raden der betref fende gemeenten te zenden. Ged. Staten heb ben hieraan gevolg gegeven bij hun eerder genoemd schrijven van 7 december 1964, in feite dus 5 maanden te laat. De gemeente wet laat op dit punt geen twijfel, zodat naar onze opvatting van een vormverzuim mag worden gesproken. Daaraan doet onzes inziens niet af de brief van de Commissaris der Koningin in Zee land van 28 juli 1964, no. 13354, Kabinet, waarin op de procedure-vertraging wordt ge wezen. Als wij thans overgaan tot een nadere be schouwing van het wetsontwerp, voor zo veel dit de belangen onzer gemeente raakt, willen wij een en ander samenvatten in de volgende punten, ongeacht hetgeen wij hier vóór reeds opmerkten. I. Algemeen. II. Het kanaalgebied, de Axelse Vlakte en de Axelse Sassing. III. Samenvoeging Axel met rest van Zaam slag. IV. De z.g. zuidgemeente. I. Algemeen Het moet ons van het hart dat wij ons niet aan de indruk kunnen ontworstelen, dat bij de ontwikkeling der plannen Axel niet één der gemeenten is geweest, die zich bij voor baat in de welwillende aandacht hebben mo gen verheugen. Het heeft er meer - en dat in sterke mate - de schijn van dat, toen aan de voorop gestelde behoeften was voldaan, men tot de ontdekking is gekomen dat er nu met Axel en Zaamslag ook wel iets moest gebeuren, wilde het principe van „schaalver groting" niet al te zeer in het gedrang ko men. Dit lijkt de aanleiding tot de voor gestelde samenvoeging van de rest van Axel en de rest van Zaamslag. Alhoewel het reeds een algemeen bekend feit is, dat deze beide „slachtoffers" zich geen van beiden met de gevonden oplossing gelukkig voelen, willen wij de oorzaak van dit gevoel van onbehagen - althans voor zoveel het Axel betreft - nader adstrueren. Wij menen met het volste recht te mogen stellen dat Axel een betere behandeling heeft verdiend, gezien haar jarenlange activiteiten op industrieel, recreatief en verzorgend ge bied. Hierbij spreken wij nog niet over de historie en de centrale positie in het „Land van Axel". Van een herindelingsplan mag worden ver wacht dat er van wordt uitgegaan, eenheden te vormen, welke stuk voor stuk een eigen funktie hebben. Zelfs dient te worden ge steld dat de duidelijk gebleken funkties van de diverse delen van het gewest tot deze her indeling moeten nopen. De plaats en funktie van Axel in het huidi ge Zeeuwsch-Vlaanderen wettigen de eis dat, niet alleen voor de andere gemeenten, doch ook voor Axel éérst zou zijn nagegaan welke funktie zij moet gaan vervullen of in ruime re mate moet kunnen vervullen en dat daar na zou zijn bepaald hoe haar gebied nader moet worden vastgesteld. Zoals reeds werd opgemerkt, wekt de brief van Ged. Staten van 7 december 1964, even min als die van 19 april 1963, de indruk dat met deze eis is rekening gehouden. AXELSE COURANT VERSCHIJNT IEDERE ZATERDAG ABONNEMENTSPRIJSLosse nummers 10 cent. Kwartaal - abonnement Axel binnen de kom 1,25. Andere plaatsen 1,75, Buitenland 2, ADVERTENTIEPRIJS: 10 cent per m.m. Bij kontrakten belangrijke reduktie. Ingezonden Mededelingen 30 cent per m.m. Kleine Advertentiën 1-5 regels 1, iedere regel meer 12 cent extra.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1965 | | pagina 1