AXELSE COURANT Sr Spanje en zijn Caudillo. De tragedie van de Alpen. ZENUWRUST J. C.VINK Frankering bij abonnement, Axel ZATERDAG 9 MAART 1957 71e Jaargang No. 45 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN VERSCHIJNT IEE/ 'E WOENSDAG EN ZATERDAG FIRMA Markt 12 AXEL. Franco, de dictator van Spanje, begint zo zoetjes aan de „pensioengerechtigde leeftijd te bereiken, en schijnt zich nu toch te realiseren, dat hij niet eeuwig de touwtjes in handen kan houden. Een golf van onrust, die door het land vaart, wijst er ook wel op dat er verande ringen plaats moeten hebben en het ziet er naar uit dat Franco op zijn bekende, „kat-uit-de-boom-kijkende" manier, die veranderingen gaat doorvoeren. teit, van vrije vakorganisaties, deed ook de stimulans ontbreken tot vooruitgang. Daar door is de gemiddelde Spanjaard nog even ver als eeuwen geleden hij is trots maar arm. Welke koers Franco, de generaal, heeft zijn voornaam ste taak hierin gezien, Spanje bijeen te hou den door handhaving van het feitelijke gezag door de dictatuur, van het religieus gezag door steun aan de Kerk. Hij zou, ook wanneer hij er niet meer is, deze toestand willen handhaven een krach tig gezag, en heel het leven gedragen door de Kerk. Maar zo zwart-w'it liggen de problemen niet. Wil hij de onrust bezweren, dan zijn soldaten en priesters daartoe niet voldoende. Spanje was eens een wereldrijk, waarin „de zon nooit ondergingHet heeft niet al leen de koloniën verloren, die het zo lang heeft bezeten, maar het heeft ook twee be volkingsgroepen door religieuze onverdraag zaamheid uit het land gebannen, die van groot belang waren voor zijn cultureel, so ciaal en economisch welzijn de Moren en de Joden. Daarna teerde Spanje op zijn vergane grootheid. Rond een corrupt en door tal van schandalen geteisterd hof vergaderden zich de groten des lands. Heel diep daaronder leefde een arme bevolking in onwetendheid. Maar rijk en arm hadden de Spaanse trots gemeen en weerstonden iedere poging van buitenaf, nieuwigheden in te voeren. De Caudillo. In dat opzicht is de Caudillo, Generaal Franco, een echte Spanjaard. Dat was het leidmotief van heel zijn politiek. Hij had de tijd. En hij dacht bij alles alleen om Spanje. Hij coquetteerde met Hiter en Mussolini en aanvaardde hun hulp bij de vestiging van zijn regime, maar hij hield zijn land uit de oorlog Als dictator stond hij na die oorlog in een slecht blaadje, maar hij verzekerde zich de vriendschap van de Amerikanen. Hij wist op goede voet te blijven met zijn Noord- Afrikaanse onderdanen. En hij bleef zitten, ondanks alle druk van binnen en van buiten. Hitier heeft eens de moeite genomen van een persoonlijk onderhoud met Franco. Na afloop verklaarde hij witheet, dat hij zich liever al zijn kiezen liet uittrekken, dan nog eens te praten met dit aalgladde, hoffelijke mannetje, dat zich inmiddels tot niets ver plichtte Hij, monarchist in zijn hart, heeft natuur lijk ook we lgedacht aan de tijd, dat hij er eens niet meer .zou zijn. Daarom heeft hij voorzichtig, o zo voorzichtig, een stap ge daan naar de wederherstelling van de mo narchie. Want die, en de R.K. Kerk, ziet hij als de steunpilaren van de staat. Hij is er echter niet met de vaststelling van de toekomstige regeringsvorm, met de handhaving van de Moederkerk als spiri tueel fundament van de staat. Spanje is een achterlijk land. Vooral economisch staat het voor grote problemen. Zelfs het volk begint dat te merken en studenten-demonstraties, stakingen en boycot-acties wijzen op de toe nemende ontevredenheid. Daarom begint Franco nu alweer o zo voorzichtig de bakens te verzetten. Aan de alleenheer schappij van zijn fascistische Falange heeft hij reeds een eind gemaakt. Hij wil proberen of hij in andere groeperingen leiders kan vin den, die hij het belang durft toevertrouwen van het land, dat hij zolang als dictator heeft bestuurd. Armoe troef. Spanje is nog steeds niet op de hoogte van zijn tijd. Zijn wegennet is ontoereikend, zijn industrie betekent nog niet veel, de land bouw zou alleen verbeterd kunnen worden door toepassing van moderne methoden en aanleg van irrigatiewerken. Het ganse land schijnt te leven in de ver leden tijd, en de nodige voorzieningen uit te stellen tot ..manana" morgen Tal van Spanjaarden hebben dubbele be trekkingen omdat één baantje hun geen be hoorlijke boterham geeft. Dat betekent na tuurlijk geen dubbele prestatie, vaak minder dan een halve prestatie. De hele dag-indeling maakt efficiënt wer ken moeilijk. Tussen de werktijden in de ochtend en des middags is er een „schaft tijd" die uren lang duurt, de „siësta". Het uitgaande leven begint daardoor ook des avonds pas heel laat en men gaat over het algemeen veel te laat naar bed. Van flink opschieten volgens westerse methode is dan cok geen sprake. Alles gaat zijn gangetje en gebeurt het vandaag niet, dan gebeurt het morgen of overmorgen. Daardoor is het ook armoe troef. Van de Kerk zijn geen noemenswaardige initiatieven uitgegaan om te komen tot sociale verbete ring, zoals dit in democratische landen het geval was. Ook hier was men uit op hand having van de „status quo en was conser vatisme troef. Het ontbreken van vrije politieke activi- dat Franco de teugels liet glippen, zou er kunnen gebeuren wat hij steeds heeft ge vreesd dat het communisme zich meester maakt van Spanje. Voor een goed deel is dat zijn eigen schuld, want hij heeft ver zuimd Moskou de wind uit de zeilen te nemen door de armoe en achterlijkheid in zijn land op te heffen. De oplossing voor Spanje schuilt niet in een systeem. Allen die daar leiding geven, zullen de handen ineen moeten slaan en aan pakken om Spanje op te heffen uit zijn sluimer, te zorgen dat het zijn kinderen brood geeft. De ideeën daartoe worden in vrijheid geboren en ook die zal, voorlopig in zekere mate, dienen te worden hersteld. Wanneer Koning en Kerk, na het verdwij nen van de Caudillo, niet méér blijken te zijn dan symbolen van het verleden, zullen zij een omwenteling niet kunnen tegen houden. De tijd is kort, de problemen zijn dringend. Maar helaasnog altijd is de Span jaard geneigd de problemen die op hem aan dringen, te verschuiven. Manana morgen. (Nadruk verboden) Het verzet tegen de dictatuur leeft overal en de bevolking, al neemt ze nog uiterlijk baar godsdienstplichten waar, is innerlijk vaak los van het geloof en vindt daarin geen richtlijnen voor sociaal en economisch handelen. Wanneer een vacuum zou ontstaan door- MIJNHARDT'S ZENUWTABLETTEN ALPINISME EIST ELK SEIZOEN TIENTALLEN DODEN. Het drama op de barre hellingen van de Mont-Blanc is ten einde. De twee veronge lukte Alpinisten, de Fransman Jean Vinsendon en de Belg Francois Henry zijn, na veertien dagen en nachten zoeken en speuren, als verloren beschouwd. oor dc zo veelste maal hebben de bergen hun tol geëist. Iedereen heeft in zijn dagblad vorige maand de geschiedenis kunnen lezen. Op dat ogenblik terwijl moedige mannen nog poogden de twee bergbeklimmers te redden, speelde zich op een ander deel van e Alpen een nieuw drama af. Aan de Frans-Italiaanse grens werden 28 Alpinisten uit Nice door een lawine overvallen* Drie van hen kwamen om het leven, twaalr weiv den min of meer ernstig gewond. Zo is de trieste lijst van omgekomen bergbeklim mers weer met vijf vermeerderd. Elk jaar wordt de verlieslijst langer want elk seizoen eisen de Alpen slachtoffers. In mei van het afgelopen jaar werden op de „Dent du Geant" in het massief van de Mont-Blanc, de lijken gevonden van drie alpinisten. Vijf dagen later op de „Gene- vice" weer twee slachtoffers. Op 31 juli vinden twee bergbeklimmers hun einde op de Jaegihorn in het Berner Oberland, toen ze een nieuwe weg wilden zoeken. Beide mannen, F. Bourdillon en R. Viney, hadden in 1953, samen met Tensing en Hilary, de Mount Everest beklommen. In augustus werden tien Beligische meis jes vermist tijdens de beklimming van de Seebergspitze in Tirol. Dagen later werden ze pas gevonden, twee van hen waren inmiddels overleden. Even- eens in augustus verongelukte de sympathie ke bergspecialist Hans Lorrak op de top van de ijzige Rochefort. Op 9 september smak ten weer twee Duitsers Franz Moosmuller en Manfred Soehnel de afgrond in. Dit ge beurde op de beruchte Eigernordwand, op een hoogte van 3000 meter. De mens wil de bergen overwinnen Hij wil evenals de trot se adelaar op de hoogste berg komen en de brgen vragen daarvoor een angstwekkende prijs Historie der alpinisten. Historici beweren dat het alpinisme een paar eeuwen geleden is ontstaan. In de eer ste helft der zestiende eeuw moet de Zwitser Gesner de eerste bergbeklimmer geweest zijn. De eerste „echte alpinist" was pater Placidus a Spescha, die op het eind van de achttiende eeuw uit liefde tot de natuur een aantal bergtoppen in Graubunderland in Zwitserland beklom. Toch kan men rustig aannemen dat het bergbeklimmen reeds in de verre oudheid bestond. In alle tijden hebben er immers ro mantische, durvende en ambitievolle perso nen geleefd, die de roep der bergen niet konden weerstaan. Besteeg de grote volksleider Mozes niet op Gods bevel de berg Sinaï om de tien ge boden te ontvangen? Welnu, deze berg in het heilige land is 2600 meter hoog, een be klimming, die zeker geen wandeling is te noemen. Vooral omdat in die oud-testamen- tische tijd er geen sprake was van ladders, of klimijzers, laat staan dat er alpenhutten zouden geweest zijn om de bergbeklimmers een schuilplaats te bieden bij een opkomend noodweer. We weten ook dat de Italiaanse dichter, Petrarca, in het jaar 1336 de Mont Ventoux beklom om op een hoogte van ruim 2000 meter het Zuid-Franse landschap te bewonderen. De Piemontezen (Italië) beweren van hun kant, dat de eerste echte Alpinist een Pie- montees was, n.l. Bonifacio Rotario, die op 1 september 1358 meer dood dan levend de ruim 3500 meter hoge top van de Roccia- melone bezette. Voor de Franse geschiedschrijvers is het meest belangrijke feit dat op 7 augustus 1786 de alpinisten Jacquqes Balnat en dr. Pac- card voor de eerste maal de top van de Mont Blanc bereikten. Modern alpinisme. Met die twee Franse alpinisten zijn we meteen beland in het tijdperk van het mo derne alpinisme. De krachttoer van de twee Fransen werkte namelijk zodanig op de ver beelding van een Zwitser, de heer Saussure, dat hij als eerste liefhebber-alpinist de twee Fransen waren bergbeklimmers ook de Mont Blanc wilde bestijgen. Inderdaad bereikte de amateur na drie dagen de top van de Mont-Blanc. Op 3 september 1838 zou er een andere historische beklimming plaats vinden, n.l. van de eerste vrouw op de Mont Blanc. Die krachttoer werd verwezenlijkt door de 44- jarige mile Henriette d'Angeville, die daarna „de verloofde van de Mont-Blanc genoemd werd. Intussen zagen de eerste klimspecialisten kans één voor één de Alpentoppen te be reiken. In 1800 werd de Gross-Glockner be dwongen. In 1802 de 5800 meter hoge Chim- borazo in de Andes. In 1811 de Jungfrai? In 1855 de Dufourspitze, de hoogste top van de Monta Roza-groep. In 1861 was het de beurt aan de Grosse-Schreckhorn en in 1865 werd eindelijk de Matterhorn overwonnen door de Engelsman Whymper. Omstreeks 1857 werden de eerste Alpen clubs geticht. De eerste door een Engelsman, dan volgde een Italiaanse en Duitse club in 1863, een Zwitserse in 1869 en een Franse in 1874. Met bolhoed en smoking. In al die jaren was het alpinisme op tech nisch gebied toch nog in de kinderschoenen. Er werd een dankbaar gebruik gemaakt van ladders en touwen, van klimijzers was toen nog iets bekend. Bij voorkeur hoe is het mogelijk beklom men de Alpen gekleed met bolhoed, smoking en lakschoenen en liet men zich letterlijk door de bergbewoners naar boven hijsen. Pas in 1865 werd het eerste onderricht in de techniek gegeven door Georges Winkler, een Duitser, die veel ervaring had opgedaan bij het beklimmen der bergen. Ook hij ver ongelukte in 1888 bij een aanval op de 4500 meter hoge Weishorn. Vier jaar na zijn dood zou Sir Martin Conway de eerste expeditie naar het Himalaya-gebergte organiseren. De laatste bergtop in de Alpen werd pas in 1938 bereikt. Het was de ontzagwekkende Eigernordwand in Berner Oberland, die on geveer 4000 meter hoog is, maar waarvan de laatste 2000 meter een loodrechte muur is. In de eerste drie decennia van deze eeuw stortten niet minder dan negen expedities, die hem poogden te beklimmen, te pletter. Dit feit bewijst wel hoe gevaarlijk het alpi nisme is, ook wanneer men goed uitgerust is en zelfs ervaring heeft opgedaan. Kennen we gewoonlijk niet de oorzaak van een bergongeluk, we kunnen toch wel zeggen dat dit in het algemeen gesproken te wijten is aan onvoorzichtigheid van de beklimmer. Want elk jaar is het dezelfde geschiedenis. Ook dit jaar. Jonge mensen leren het hooggebergte ken nen en worden aangetrokken door de witte toppen, die zo majesteitelijk en ongenaakbaar staan te glanzen in de diepblauwe lucht. Men waagt zich aan de eerste beklimmingen die ongevaarlijk lijken. Soms ontmoet ge dan een vriend die reeds een bestijging achter de rug heeft. Men heeft daarbij zelf de smaak te pakken gekregen en wil elke keer een gevaarlijker tocht ondernemen. Zonder ervaren gids, zonder voldoende uitrusting, zonder de nodige techniek Juist het niet voldoen aan bovengenoemde voorwaarden, plus het verlaten van de pa den om alpenbloemen te plukken, zijn voor 80 tot 90% de oorzaken van al de onge lukken, die zich ieder jaar in het hoogge bergte voordoen. Dus voor het grootste deel onvoorzichtigheid, onbekwaamheid, en over moed De leek waagt zich niet ongestraft in het woeste berglandschap. Toch doen het alle jaren honderden toeristen. Velen bekopen dan hun roekeloosheid met de dood. Laat het gebeurde rond de jaarwisseling een nieuwe waarschuwing zijn voor allen die het schone Zwitserland op hun reis programma hebben gezet. UIT ONZE OMGEVING AXEL ABONNEMENTSPRIJS t Losse nummers 6 cent Kwartaal-abonnement i Axel binnen de kom f 1,55 Andere plaatsen f 1,75 Buitenland f 2,00 Drukker Uitgeef sterFIRMA J. C. VINK Red. en Adm. Axel, Markt 12, Tdl. 0 1155-646 HoofdredactieJ. C. VINK ADVERTENTIEPRIJS: 8 cent per m.m. Bij contracten belangrijke reductie. !up> tonden Mededelingen 20 cent per m.m. Kleinv kdvertentién (maximum 6 regels) 1-5 regels 70 cent iedere regel meer 12 cent extra. Zwaarmoedige gedachten, tobberijen en angstgevoel worden verdreven door Versterken het zelfvertrouwen en stemmen U weer moedig en rustig. ZEGELACTIE „AXEL '57" WORDT EEN SUCCES. Reeds voor een hall miliioen zegels ingeschreven. De zegelactie „Axel '57" belooft een groot succes te worden. Reeds heeft een groot aantal winkeliers zich voor deelname aangemeld en door deze deelnemers werd al voor bijna een half miliioen guldien aan zegels ingeschreven. Dit betekent dus nu al een groot aantal gratis toegangskaarten. Ook het kopend publiek blijkt de zegels te waar deren en het sparen is ook zeker de moeite waard 400 zegels bijeen te sparen voor 1 juni geven recht op een passe-partout, d.w.z. een gratis doorlopend toegangsbewijs voor de tentoonstelling „Axel 57". En niet alleen voo rdeze tentoonstelling, maar ook voor alle daarejp te organiseren evenementen, shows en- attracties zoals het optreden van bekende radio orkesten en zangers, enz. Onderhandelingen voor het engageren van eerste rangs orkesten en artisten zoals de Tiroler Holzhacker- bub'n, Ramblers, Max van Praag, Johnny Jordaan, Three Jacksons en Maria Zamora zijn thans gaande. Het bestuur hoopt zeer binnenkort met definitieve programma's voor het voetlicht te kunnen komen. Ondertussen zouden wij onze lezers wel deze raad willen geven Spaar zegels, het programma dat straks geboden wordt is het zeker waard. Ten slotte maken wij onze lezers nog attent op eien advertentie elders in dit nummer, waarin bestuurders van alle verenigingen die medewerking kunnen en willen verlenen aan de Pinksterfestiviteiten .opgeroepen worden tot een vergadering met de Stichting Streek- centrum Axel, op a.s. woensdag in het gemeentehuis. SPEELTUINVERENIGING AXEL. Zoals uit de advertentie in dit nummer blijkt, zal a.s. maandag de jaarvergadering worden gehouden van de Speeltuinvereniging Axel, waarin het voor lopig bestuur verslag zal uitbrengen van haar werk zaamheid in de afgelopen jaren. In deze belangrijke vergadering zal ook een definitief bestuur worden ge kozen .waarin ook Plan „Oost" dient te zijn vertegen woordigd. Voorts zullen de plannen voor het jaar 1957 worden besproken. Latenj wij hopen, dat de leden van deze vereniging op deze vergadering aanwezig zullen zijn.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1957 | | pagina 1