Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen,
No. 93
DINSDAG 21 FEBRUARI 1933
48e Jaarg.
Raadsverslag.
J. C. VINK - Axel.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
li.
Alvorens het verslag te ver
volgen, zij medegedeeld, dat de
nieuwjaarswensch van den Voor
zitter inderdaad door het oudste
lid is beantwoord, zoodat we ons
hierin hebben vergist. We her
stellen dit gaarne. (Het is in-
tusschen een pluim voor dhr.
Dieleman, dat hij niet voor de
oudste werd aangezien
n. Adres van het Bestuur van
de V.V.V. alhier, luidende als
volgt: Vernomen hebbende, dat
de Raad in zijne zitting van 22
Nov. om bezuinigingsredenen be
sloot de jaarlijksche, sinds 1399
ingestelde jaarmarkt af te schaffen,
betreuren dit zoo plotseling
genomen besluit ten zeerste, ge
zien le het plaatselijk en maat
schappelijk belang, zij het dan
ook aan een kleine groep nering
doenden en 2e de historische
beteekenis, waar Axel reeds hon
derden jaren het recht bezat deze
markt te behouden.
Redenen waarom wij uwen
raad verzoeken haar besluit terug
te trekken.
Mocht dit echter stuiten op te
groote financiëele bezwaren, dan
is de V.V.V. blijkens een uit
spraak harer leden op de Alg.
jaarverg. wel genegen in dezen
het hare bij te dragen liefst in
overleg met Uw Bestuur en
event, betrokken vereenigingen.
B. en W. stellen voor om niet
op dit verzoek in te gaan. Ai
jaren heeft het Gemeentebestuur
ondervonden en ieder heeft dit
kunnen gadeslaan, dat op het
behoud van de jaarmarkt geen
prijs meer werd gesteld en die
jaar voor jaar in belangrijkheid
verminderde.
Dit was de laatste jaren zoo
danig, dat B. en W. van oordeel
waren, dat de kosten en de
moeite om de noodige keur
meesters en arbiters te krijgen,
die hiervoor gemaakt werden niet
opwegen tegen den omvang van
de markt. Vandaar dat B. en
W. den moed hadden om bij de
behandeling der begrooting 1933,
voor te stellen, deze af te
schaffen.
De VOORZ. zegt dat er intus-
schen ook van de kring Axel der
Z. L. M. en van den Slagers
hond een verzoek is ingekomen
tot herstel van de jaarmarkt.
Dhr. 't GILDE zegt, dat even
als hij in Dec. het voorstel tot
behoud der jaarmarkt heeft ge
stemd (onjuist Red hij ook nu
weer een poging daartoe zal
steunen. Te meer nu V.V.V. er
zich voor wil spannen en zoo
noodig de financiëele verplich
tingen voor haar rekening wil
nemen. Indien men het materiaal
in gebruik krijgt, als palen,
planken, touwen, enz. komt de
rest wel voor elkaar en dan zult
ge eens zien hoe de zaak zal
marcheeren 1 De heeren kunnen
weten, hoe V.V.V. een vereeni-
ging is, die haar sporen heeft
verdiend, als ze iets aanpakt. En
daarom beveelt hij het voorstel
aan, te meer nu de kosten de
begrooting niet kunnen bezwaren.
De VOORZ Dus neemt V.V.V.
de kosten geheel voor zich
Dhr. 't GILDE lk kan daar
geen borg voor staan, maar de
alg. vergadering heeft zich toch
in dien geest uitgelaten. In elk
geval was men unaniem van mee
ning, dat deze markt in eere dient
hersteld te worden,
Dhr. HAMELINK gelooft niet,
dat de gemeente zoo arm is, dat
ze geen jaarmarkt kan bekostigen,
maar hij verwondert er zich over,
dat de V.V.V., toen het gevaar
dreigde, niet uit haar slof is ge
schoten in plaats van te wachten
tot de slag gevallen is. (Niemand
had die slag verwachtRed.)
Inderdaad leed de jaarmarkt
aan bloedarmoede. Zij was meer
een bespotting, dan een eer voor
de gemeente. Maar spr. denkt,
dat nu er de aandacht op geves
tigd is, er misschien meer mede
werking voor is. En als de markt
geen belachelijken aanblik ver
toont, zou spr. het nog wel eens
een paar jaar willen probeeren.
Dhr. DE RUIJTER staat op het
standpunt, dat het verzoek wel
onder het oog kan worden gezien,
maar is tegen een veemarkt van
particuliere vereenigingen. Als
het den weg op moet van de
V.V.V., dan is hij er tegen. Alleen
als we weten, dat bij wijze van
proef kan gesteund worden op
de medewerking van landbou
wers, handelaars en slagers, is
spr. er voor te vinden, maar niet
om een postje van f 40 te helpen
bekostigen.
Dhr. 1Z. DE FE1JTERHet is
jammer, dat mijn voorstel de
vorige keer niet gesteund is en
ze nu komen als het te laat is
Dhr. 't GILDElk heb het
gesteund zie maar de notulen
en mijn groepsgenoot Verschel
ling was toevallig achter.
Dhr. 1Z. DE FE1JTERWat
zou het, niemand heeft mijn
voorstel gesteund, dat hou ik vol.
Dhr. DIELEMAN begrijpt niet,
hoe ze nu nog met de jaarmarkt
komen; die heeft z'n dood ge
storven. Het is inderdaad een
bespotting deze weer in 't leven
te roepen, nu juist het bericht
van Ged. St. daar is, dat de af
schaffing is goedgekeurd. Ze had
geen levensvatbaarheid meer.
De VOORZ. is het hier volko
men eens mede. Om in eene
vergadering een markt, die in een
vorige vergadering is afgeschaft,
weer in te stellen, daar moet toch
meer voor gebeuren. Dan zou
spr. eerst overleg willen plegen
met de belanghebbenden en eens
een en ander onder 't oog zien. Het
zou een kinderachtige vertooning
zijn.
Dhr. DIELEMANDan zou
men garantie moeten hebben, dat
er werkelijk vee kwam.
Dhr. OGGEL zegt, dat dit plan
al jaren besproken is, want het
was dikwijls een lijdenshistorie
om de keurmeesters te krijgen.
Als de menschen, die direct be
langhebbend zijn, er geen prijs
op stellen is het toch beter die
markt maar af te schaffen.
Nu is in een vergadering van
de V.V.V. die markt besproken
door enkele liefhebbers van Axels
historie, die het jammer vonden,
dat een oud recht van honderden
jaren als een waardeloos vod
werd weggesmeten. Maar de
tijden zijn veranderd en men
moet zich aanpassen. De min
naars der historie hebben blijk
baar de jaarmarkt meer gevraagd
uit gevoelsoverweging, dan uit
een oogpunt van handelsbelan
gen. Maar nu in elke gemeente
in Zeeland het bericht van de
afschaffing is onder 't oog ge
bracht zouden we toch een be
spottelijk figuur slaan, als er nu
weer overal een besluit kwam
tot intrekking van de afschaffing.
Daarom dient er eerst onderzocht
te worden, of men werkelijk met
DRUKKER-U1TGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
aandrang prijs stelt op de jaar
markt, dan wel of men weer
enkele beesten op de markt
wil brengen, om de uitgeloofde
premiën mee te pakken. En zeker
niet met den steun van een ver-
eeniging, wier bestaan of finan
ciëele kracht geen zekeffieid
biedt.
Dhr. 't GILDE meent, dat die
aandrang nu voldoende blijkt en
men dus wel toezegging kan doen.
De VOORZ.Ja, maar dan
moet er eerst een conferentie
plaats hebben met de organisatie
en niet maar een briefje, dat
alleen door den secretaris is on
derteekend. Het moet ernst zijn.
Dhr. 1Z. DE FE1JTERDe
laatste keer hebben de keur
meesters het toch aangenomen
De VOORZ.Niet direct en
daarom moet de aandrang uit de
bevolking komen, om een confe
rentie te houden, dan kan die
zaak grondig onderzocht worden.
Dhr. DE RUIJTER vindt het
beste maar om te wachten tot
daartoe een verzoek inkomt.
Alzoo wordt besloten.
o. Schrijven van het Raadslid
Ortelee als volgt
„Daar het veel voorkomt dat
„de werklooze arbeiders door
„middel van de Arbeidsbemid
deling naar de fabriek de l'Azote
„gestuurd worden (o.a. ook nog
„Zaterdag j.l.) en als ze dan gin
der komen het dikwijls gebeurt
„dat ze dan zonder gewerkt te
„hebben, of na een of twee uur
„werken ze weer naar huis ge
bonden worden, zou onderge
tekende gaarne zien, dat des-
„betreffende werklieden hierover
„schadeloos worden gesteld van
„wegens de gemeente en wel
„als volgt
„Zij die niet hoeven te werken,
„dus direct teruggestuurd worden
„twee gulden, en zij die een i*pr
„werken een gulden en vijftig
„cents; zij die twee uur werken
„een gulden, en zij die drie uur
„werken vijftig cents. Hopende
„de medewerking van den Raad
„hierover te verkrijgen, teeken ik
L. P. ORTELEE."
B. en W. stellen voor, gehoord
de Commissie voor steunveilee-
ning, dit voorstel niet aan te
nemen.
De VOORZ. zegt, dat het en
kele malen is gebeurd, dat een
verwachte kolenboot niet was
aangekomen of om andere reden,
dat de menschen niet dadelijk
aan den slag konden, of na kor
ten tijd weer terug moesten. In
zoo'n geval werd dien dag wel
niet geprikt, maar toch werd er
steun voor uitgekeerd, zoodat de
menschen er geen schade bij
hadden, tenzij, dat sommigen voor
die dagen geen steun gevraagd'
hadden, maar als ze bij de com
missie aankloppen, wordt daarin
voorzien.
Dhr. SEGHERS: Kan dan
toezegging gedaan worden, dat
in zoo'n geval toch steun verleend
wordt
De VOORZ.: Zeker.
Dhr. HAMELINK gelooft, dat
dhr. Ortelee het voorstel wel niet
gelukkig gesteld heeft, maar toch
heeft hij er iets onbillijks in ge
voeld, dat er zoo met de arbei
ders gespeeid wordt op de l'Azote
en spr. acht het ook onwaardig
en daarom zou hij willen dat aan
de Directie door de organisatie
de werklieden werd medegedeeld,
dat daaraan een einde gemaakt
moest worden. Dat hebben de
arbeiders door hun organisatie in
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
de hand als deze sterk genoeg is.
Maar daarom ook wil hij ^hun
toeroepen organiseert u allen en
zorgt, dat zoo iets niet gebeuren
kan.
Spr. verneemt, dat de steun-
commissie geweigerd heeft om op
dit verzoek gunstig te adviseeren,
maar spr. zou dan willen, dat
de Raad in kennis werd gesteld
met hun advies.
Dhr. ORTELEE antwoordt den
Vnorz dat de menschen er wel
degelijk schade van hebben, als
ze voor niks komen. Als ze op
geroepen zijn cm 's avonds om
10 uur, of 's ochtends om 5 uur
te Sluiskil te zijn, moeten ze
zich daarvoor klaar maken, heb
ben ze meer voedsel noodig en
geven ze hun laatste cent uit
voor een stukje spek of vleesch,
opdat ze niet flauw vallen onder
het werk. Spr. meent, dat de
gemeente verplicht is, om ze
steun te geven. Ze worden op
geroepen door den correspon
dent en weigeren ze te gaan, dan
worden ze gestraft met de ont
houding van steun, dus hebben
ze volgens spr. ook recht op uit-
keering.
Dhr. 't GILDE: Van de or
ganisatie of van de gemeente?
Dhr. HAMELINK Neen, van
de fabriek, die roept ze op.
Dhr. VAN KAMPEN gelooft
ook, dat dhr. Ortelee een beetje
in de war is. Hij weet toch,
welk een groot kapitaal er noo
dig is, om de werkloozen te
steunen. En op grond daarvan
mogen we toch wel eischen en
verwachten, dat de menschen
gaarne gaan, als ze werk kunnen
krijgen, ook al valt het misschien
eens tegen Hoeveel menschen
zijn niet dag in dag uit in de
weer en loopen soms dagen
zonder iets te verdienen spr
denkt aan commissionnairs en
kleine kooplieden en hebben
dezulken ook recht op schade
vergoeding
Men moet niet teveel op den
hals van die fabriek laden, als
men begrijpt, dat er zeer veel
menschen ook uit onze gemeente
nog geregeld arbeid vinden. Als
de reden van het verzuim zit in
het niet aankomen van de booten,
dan is dat redelijk, al zou spr.
ook niet gaarne willen, dat men
met de menschen speelt.
Dhr. VAN BENDEGEM vraagt
zich af, of dhr. Ortelee wel
precies weet en begrijpt, en de
consequentie aandurft van wat hij
hier voorstelt. Spr. noemt dat
spelen met vuur. Want Ortelee
verwekt hier den schijn, alsof
men op de l'Azote van een ar
beider totaal geen nota neemt.
En de voorsteller weet toch wel,
dat het op de l'Azote anders is.
Want hoeveel menschen zouden
er niet vast op die fabriek werken,
ook uit Axel. En wanneer nu
de schijn, die in het voorstel van
dhr. Ortelee ligt opgesloten, wer
kelijkheid mocht worden, dan
begrijpt hij toch wel, dat die
vaste menschen daar ook niet
zouden blijven.
Maar spr. kan het ook wel
indenken van dhr. Ortelee, dat
hij met zoo'n voorstel komt, want
hij is natuurlijk nog nooit werk
gever geweest (algemeen gelach
op de tribune, zoodat de Voorz.
moet ingrijpen) en als men dat
niet geweest is, kan men zich
soms niet indenken, hoe dikwijls
een goede regeling, die van
tevoren mooi klaar gemaakt is,
door een of andere hapering
geheel in de war kan loopen.
Spr. kan zich als werkgever
indenken, dat b v. op de l'Azote
een regeling zal worden getroffen
om een boot te lossen, die op
bepaalden tijd binnen moet zijn
en dat door een hapering ergens
dan de regeling in de war loopt.
Dan kan het voorkomen, dat de
menschen tegen een bepaald tijd
stip zijn belast om te komen
lossen en door het in de war
loopen van die regeling, die
menschen op dat moment niet
noodig zijn. Natuurlijk is dit
ook een pijnlijk iets voor de
arbeiders, want wanneer men er
op rekent om aan 't werk te
kunnen en men komt op het
bepaalde punt om te gaan wer
ken. of men heeft een enkel uur
gewerkt en er wordt dan mede
gedeeld dat men naar huis kan,
dan kan ik mij ook heel best
indenken, dat men dat als een
zeer pijnlijk iets aanvoelt en dat
dit natuurlijk geen voordeel is,
maar altijd voor de betrokken
arbeiders ook schadelijk uitkomt.
Maar daar is toch niet mee weg
te redeneeren, dat het toch moei
lijk den weg uit kan gaan, zooals
dhr. Ortelee wil.
Wanneer de arbeiders in dezen
iets meer vastigheid willen be
komen, is het volgens mij een
eerste vereischte, om dit aan de
organisatie op te leggen en deze
voor zulke aangelegenheden te
laten opkomen. Ook kan dhr.
Ortelee zich toch wel voorstellen,
dat het niet opgaat, om voor een
bepaald bedrijf maatregelen te
treffen, want als er door een ge
meente of welke overheid het dan
ook zij, maatregelen in dien geest
zouden moeten getroffen worden,
zou dit gelden voor alle bedrijven.
En daarom vroeg ik dhr. Ortelee
in het begin van mijn rede, of hij
daar de consequentie van zou
durven aanvaarden. Want het
ligt volgens mij niet op de weg
van een gemeentelijke overheid,
om voor particuliere bedrijven
zulke maatregelen te treffen.
Wanneer wij in dien geest zouden
gaan handelen, dan zou dit be-
teekenen, dat wij een precedent
voor de toekomst zouden schep
pen, waarvan het eind nog niet
ware te overzien.
Dan heb ik deze zaak ook nog
eens even nagevraagd. Maar dan
is het toch zoo voorzitter, dat
een werkelooze arbeider, die bij
de gemeente komt stempelen en
naar de fabriek door bemiddeling
van de arbeidsbeurs wordt ge
zonden, wanneer hij daar komt,
en niet, of maar een kleine poos
kan arbeiden, toch als werkeloos
wordt beschouwd en hij tevens
zijn steun trekt, daar hij regie-,
mentair recht op heeft.
En dit zal toch wel hetzelfde
zijn, met de menschen, die uit
hun bond trekken, daar zal vol
gens mij, wanneer er zich zoo
een geval voor doet, toch wel
ten goede rekening mee worden
gehouden.
Ik voel ook het pijnlijke hier
van voor de arbeiders, die daar
door gedupeerd worden, maar
nog houd ik vol, dat dit een
terrein van werkzaamheid is voor
de organisatie en niet voor den
Raad.
En om bovengenoemde rede
nen, wil ik dan verklaren, dat ik
niet het minste gevoel voor het
voorstel van dhr. Ortelee en ook
absoluut tegen zijn voorstel zal
stemmen.
Dhr. ORTELEE erkent» dat hij
geen werkgever is en hoopt het
ook nimmer te worden, want danf
AXELSCHE
COURANT