Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 76. VRIJDAG 23 BECEMBER 1932 48e Jaarg. J. C. VINK - Axel. BERICHT. Nieuwjaars-advertentiën Het Kerstwonder. FEUILLETON. De witte Bloem. Raadsverslag. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNF. MENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-UITGEVER ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Cent voor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. Wegens het KerSt- feest zal het eerstvol gend nummer van dit blad in plaats van Diasdag-, Woens dagavond verschijnen. In het Nieuwjaarsnummer, dat op Oudejaarsavond zal ver schijnen, er, in de kom der ge meente hnls aan huis zal worden bezorgd, kunnen weder geplaatst worden voor 40 cents indien niet grooter dan 10 regels zijnd. Grootere advertentiën wor den naar plaatsruimte berekend. Inzendingen worden gaarne in gewacht vóór Zaterdag 31 Dec. DE UITGEVER. Hoe geheel anders doet zich het Kerstfeest in dit jaar voor, dan het wordt voorgesteld in boeken en plaatjes. Geen sneeuw, geen koude, geen ijskegels aan daken en dennen totaal geen winter- gezicht, dan dat de boomen kaal zijn. Wie zou niet, als hij de kalender niet raadpleegde en af ging op zonneschijn en tempera tuur, eerder geneigd zijn te schrij ven over lentetijd, dan over „zonnewende", de dag waarop de winter zijn donkerste punt bereikt heeft? Of brengt ons thans het Kerst- wonder de tijding, dat steeds meer het licht (Licht) het van de duisternis (Duisternis) wint? dat de onoverwinnelijke zon steeds meer warmte, kiemkracht en licht brengt? Laten we het in figuurlijken zin aannemen, en zeker is er dan blijdschap in ons hart en mogen we zeggen het Licht is opnieuw geschapen. Maar niet meer in doeken ge wikkeld, niet in een paardenstal, omringd van stof en vunzige lucht, waar de Moeder geen legerstede vond niet als het kind van arme ouders, maarais Koning, regeerend met Almacht, straffend en vergevend, opvoedend als een moeder met Vaderlijke zorg en leerend als een onderwijzer, die Alwetend is. Wat ging het in dat Bethlehem eenvoudig en naïef 1 Hoe geheel anders zou dat nü gaan 1 De al- gemeene liefdadigheid, armenzorg, of maatschappelijk hulpbetoon zouden zich den toestand van Maria aantrekken. Inplaats van in een donkeren stal zou zij in een electrisch verlichte ziekenzaal lig gen te midden van wakende zus ters, die Moeder en Kind alle behoeften bijbrachten. Vas Diaz zou het per radio de wereld rond zenden en kranten zouden er kolommen over vullen. Geen ster zou noodig zijn, maar reisgidsen zouden melden hoe spoedig men het Koningskind kon bereiken en per vliegmachine zou men er op het kompas heen snellen. En de Engelenzang? Neen, daarvoor achten we geen surrogaat mogelijk. Deze lijkt ons zóó schoon, zóó aangrijpend en verheven, dat geen gramofoon- plaat, geen radio, geen koor of orkest in staat is het „Eere zij G o d" naar waarde te vertolken. En toch trachten we het omdat we het Kerstfeest zoo buiten God om vieren. Kerst boompjes en -boomen, kerst avonden, kerstliederen, kerstgaven, kerstpreken, al of niet met poli tiek vermengd, het is alles om dat de kalender Kerstfeest aanwijst. Het Kerstwonder begrij pen we niet, voelen we niet aan. Kerstw onder zeggen we. En dat is het toch, want met onze wetenschap, techniek en kunst, kunnen we zeer veel begrijpen, benaderen, verwezenlijken maar het leven blijft een wonder voor ons. Dat is Gods werk, dat steeds in alles voor ons wonder lijk blijft. En nu is inzonderheid het leven \ai het Kind Gods een wonder, waarbij we niet hebben te oor- deelen of te vragen of te peinzen over het hoe en waarom, maar dat we hebben te aanvaarden in blijdschap en dankbaarheid. En als we er bij stil staan, dan moet het zijn bij den zegen, die erin gelegen is. Met al onze liefdadigheid en Kerstgefeest, Kerstgeschenken, raken we niet aan den Kerstzegen, uit den eenvoudigen stal, waar ons geboren is den grooten Zalig maker raken we niet aan den KerstzangEere zij God in de hoogste hemelen, vrede op aarde den menschen een welbehagen Want het „Vrede-op aarde" wekt slechts spot bij degenen, die het van menschen verwachten. Al ons streven naar wereld vrede in Volkenbond, anti-oorlog actie en Broederschap raakt niet aan de Kerstblijdschap, welke uit der Engelen bazuinen klonk, indien we niet het Eere zij God met geheel ons hart en ziel kunnen meezingen. Vergadering van 20 December. Zooals te verwachten was, is ook .in deze vergadering weer heel wat gepraat en gesproken, waartoe trouwens de belangrijk heid van enkele punten der agenda ook reden gaf. En daar we met het weergeven van het verslag van de voorlaatste ver gadering nog niet ten einde zijn, achten we ons dezen keer ver plicht om het verslag in meer beknopten vorm te geven, dan we gewoon zijn. De vergadering, waarin met kennisgeving afwezig was de heer J. de Feijter, werd op de gewone wijze geopend en geleid door den burgemeester den heer F. Blok. Na goedkeuring der notulen van 8 Nov. werd mededeeling gedaan van de ingekomen stuk ken, w.o. behoorden bericht van den Commissaris der Koningin, dat er geen aanleiding was om de emolumenten voor de veld wachters te verlagen. Eenzelfde bericht was er van Ged Staten, aangaande de jaarwedden van burgemeester, wethouders, sec retaris en ontvanger. De rekening over 1930 werd vastgesteld door Ged. St. Vervolgens kwam aan de orde een adres voor het geven van onderwijs aan werkloozen, waar over de VOORZ. heeft geconfe reerd met de werkliedenbonden. Besloten werd om gemeen schappelijk een cursus te houden, voor welker voorbereiding een commissie is benoemd, bestaande uit de h.h. P. C. Mangold, C. van Bendegem en F. J. Tieleman, met als voorzitter de heer J. M. Oggel. B. en W. stelden voor een lokaal beschikbaar te stellen en een bedrag in geld beschikbaar te stellen. Dhr. OGGEL gaf eenige in lichtingen omtrent de voorberei ding waaruit bleek, dat in de openbare school geen lokaal be schikbaar was en ook geen leerkracht kon gemist worden. Er zal nu, door medewerking van den heer Pastoor les gegeven worden in de oude Roomsche school, en wel in algemeen on derwijs, handenarbeid, vormen leer, boekhouden en verkeers maatregelen, waarvoor bereid werden gevonden de h.h. -C. Dijkwel J. R. de Jonge, J. Hoebé en een der veldwachters. De kosten zullen 5 a föOObeloopen voor 4 maanden als ook de Reg. de helft bijdraagt. Dhr. VAN BENDEGEM meende dat het moeilijk zal zijn, als de werklieden niet geregeld de cur sus volgen. Dhr. 1. DE FEIJTER wilde, dat nu er bij de Chr, Besturenbond al zoo iets bestaat, de andere dit ook voor zich moesten doen. Dhr. VERSCHELLING maakte bezwaar, dat een onderwijzer aan de schi o onttrokken zou wor den, wat z.i. het onderwijs van de kinderen zou schaden. Ook is het de vraag of het getal leer lingen voldoende zal zijn. Dhr. VAN KAMPEN meende dat het salaris van zoo'n onder wijzer niet dubbel moet zijn, als hij reeds uit hoofde van zijn be trekking salaris geniet. En dhr. 't GILDE onderschrijft enkele dezer bezwaren, doch achtte het in elk geval noodig, dat er niet 3 sectarische, maar slechts één algemeene cursus komt. De VOORZ. en de h.h. Oggel, de Ruijter en Dieleman verde digden de post en weerlegden de bezwaren. Het zijn ondergeschikte zaken, die door de commissie, de arbeiders en de leerkrachten kunnen geregeld worden. Men kan dankbaar zijn, dat er een gelegenheid is en ook het Rijk dat steunt. Wat het onderwijs der school betreft, daarop heeft de Inspecteur toezicht. Het salaris is ook niet onbillijk, als er huis werk aan verbonden is en als er geen deelname is, dan houdt het vanzelf op. Hoofdzaak is of de Raad er in principe voor is. Het voorstel werd met 10 st. aangenomen. Tegen de h.h. van Bendegem en van Kampen. De VOORZ. deelde voorts nog mede, dat, in tegenspraak met de geruchten, hij officieël kan mede- deelen, dal er bij den Minister geen aanleiding bestaat, om de brigade dei Marechaussée alhier op te heffen. Punt 3 behelsde de benoeming van een vaste onderwijzeres in de nuttige handwerken aan de openbare school. Met 9 st. werd mej. M. Diele man, die tot heden tijdelijk was, definitief aangesteld. Twee stem men waren uitgebracht op mej. Schieman-van Splunder en 1 stem was blanco. Vervolgens werden benoemd als leden-werkgevers in de commis sie van toezicht op de arbeids bemiddeling de h.h. Jan den Hamer, A. van 't Hoff en J. J. Michielsen. En als werknemers de h h. F. J. Tieleman, P. Huijs- sen en P. C. Mangold. Allen mat bijna alg. stemmen op de voor gedragen tweetallen stonden nog de h.h. P. B. van Hoeve, H. van Luijk, E. B. van Acker, D. van AXELSCH Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postrek. 60263. (Duitsche vertaling). 181 Hel De zal thans wel geen ver lof kunnen krijgen, hernam Brand, daarvoor is de tijd nu niet geschikt, maar in elk geval zal ik haar schrij ven. Wie weet? Zij is 'n duivelir- netje, zij heeft wel meer weten gedaan te krijgen dan 'n paar weken verlof. Maar ons lokaal hoe staat 't daar mee? 't Is gewoon 'n schandaal, dat wij moeten verhuizen. Ailes is bereid in orde, fluisterde Otto. Wij hebben twee ruime kamers gevonden, in een huis op de eerste verdieping, van de G.straa', tamelijk afgelegen. Zij zien uit op een huis, waar nooit iemand den voet ztt ener zijn twee uitgangen. In de beneden verdieping is een klein café gevestigd waarvan de kastelein he t met ons eens is, hij is een oud bekende van Luchardt en wij kunnen hem gerust vertrouwen. Als ja tijd hebt, kom mij dar. van huis halen, dan sA ik je er heen brenger. Lucharct zorgt voor een hieuwe roulettetafel, die dichtgeslagen kan worden, de drie ratauX heb ik in Frankfort besteld, meer hebben wij niet noodig. De kosten worden uit de kas bestreden. Heb je al met Luchardt gesproken Neen. Ik ben hier nog maar kort. Dus wordt de zaak nu op grooter schaal gedreven? In ieder geval moe ten wij Gerrald eerst in het Kurhaus pp het spel belust maken, dan zal hij later heimelijk, builen weten van zijn freuletje, willen spelen. Heeft de leeuw maar eerst bloed gelikt, dan zou ik den toovenaar wel eens willen zien, die zulk een hartstocht voor het spel als van den molenprins kan beteugelen hahaha 1 En blijf jij bij 't plan, dat wij dan naar de nieuwe wereld onder zeil gaan Als we genoeg hebber, zeker I Denk je bijgeval, dat ik hier nog langer de heeren gendarmes voor de voeten wil loopen En Heloïse dan, vroeg Wilke- Die zal het verlorene wel dan sende inhalen 'n Paar benefietavonden, een nieuwe aanbidder, en zij is ruim schoots schadeloos gesteld voor de verloren juweelen. Over haar maak ik mij 't minst ongerust. Zij is mooi, bij-dt-band, kan heel aardig rijn en in geval van nood maakt zij een rijken minnaar gelukkig door hem haar door zoo velen begeerde hand te schenken. Otto zweeg, Zij sioegen beiden een zijpad in. Vóór hen lag de vijver, die het Kurhaus in zijn oppervlakte afspiegelt. Brand liep er met zekere haast omheen. Aan den oever lieten de lommerijke boomen hun takken op het water hangen en links lagen twee eilandjes. Sierlijke boo'jes, in den vorm van Venetiaansche gondels en met veelkleurige vlaggen versierd, werden over hei rimpelend watervlak geroeid, om hier en daar stil te ligger, of, door een dameshand bestuurd, in 't midden van den vijver te wiegelen. Het was een vroolijk tafereel, vooral nu de zon er helder op scheen j tal rijke eenden en zwanen schaarden zich langs den oever, plassend en duikend en vertrouwelijk o? de graszoden komende, als een kinderhand de ver*., lokkende bioodkruimeis strooide. Tegenover het Kurhaus stonden twee dames. Brand bleef onwillekeurig staan. „De dames Rotterswylfluisterde bij. „Verduiveld, had ik dat kunnen den ken. Otto, ga gezwind dat zijpad op, een volgenden keer ga ik met je mee naar huis. Je begrijpt wel, dat ik de dames moet begroeien om 'i zaakje warm te houden. Vjorstellen kan ik je nu eenmaal niet, je hebt geen naam en geen voorkomen om je voor zulke oogen te vertoonen". Dit zeggende liep hij snei voort en binnen weinige oogenbiikken stond hij voor de barones, die hem met blijkbaar genoegen verwelkomdp. Wilke keek met de hand voor de oogen naar het drittil, toen wendde hij zich gelaten af en sloeg de rich ting in naar de Wilhelmstrasse. Ottj Wilke was iemand zooais men er in de tegenwoordige tijden bij dozijnen ontmoet, een verloopen genie wiens aanleg onder betere leiding we! ten goede had kunnen gedijen en hem tot een nutt;g lid der maatschappij had kunnen vormen. Hij had gestu deerd, maar zich door het niet betalen van een eereschuld aan de Hoogeschool onmogelijk gemaakt. Dit had zijn toekomst bedorven. Zoo kwam hij bij toeval te Wies- baden. Twee thaier had hii nog op j zak. Waar moest hij heen Dat vroeg hij reeds sinds lang niet meer. Maar j hij ging naar de groene tafel, zette die twee thaler in en won er vier. Opnieuw zette hij in en won weer. Hij speelde door en won onophoudi» lijk en of Fortuna nu aan die twee thaler een geheime toovermacht ver* bonden ha,d, of wel dat de duivel in eigen persoon zijn vinger op het rouge hield hij won over de twee honderd thaler. De hartstocht van het spel maakte zich van hem meester, met groote oogen zag hij zijn bczit aangroeien, met begeerige vingers raapte hij de geldstukken bijeenonverzadiglijk, koortsachtig opgewonden hingen zqn blikken aan het geluk aanbrengend rouge. Onverwacht werd een zware hand op zijn schouders gelegd. Houd op, werd hem in 't oor gefluisterd, terwijl twee vurige oogen hem demonisch aanzagen. Foriunais wispelturig. Hij schrikte en staarde bijna bt- schaamd op het bleeke gelaat, dat hem vermanendaanzag; werktuigelijk streek hij zijn geid op. Ga met mij mede, fluisterde zijn geheimzinnige raadsman met een vriendelijken gl mlach. Ge zijt een ge lukskind, van harte gefeliciteerd. Maar u speelt voor de eerste maal veel te hartochtelijk, en dat deugt niet. Toen bracht de onbekende hem naar een gelegenheid waar de champagne schuimde en een rijk voorzien buffet tot soupeeren uitnoodigde. En toen Wilke met verwarde hersenen de trap naar zijn armoedig kamertje opklom, had hij een nieuwe loopbaan gevonden, een taekomst, die hem in de schitte rendste kleuren toelachte, benevens een vriend, die zich doctor Brand noemde. Zoo was hij dan te Wiesbaden ge bleven. Al lager en lager was hij gedaald op den maatschappeüjken ladder, totdat hij voor den afgrond stond, waarin de eer van zoo menig* een voor eeuwig ligt bedolven, XIII. Heloïse had plotseling D verlaten, zooals zij had opgegeven slechts voor vier weken. Zij had in den laatsten tijd geklaagd over pijn in de leden, zoodat zij niet meer ia staat was te dansen en de theaterdokter had haar dan ook een attest gegeven, waarop de intendant van den hofschouwburg haar dadelijk het aangevraagde verlof had toegestaan. Nu zat zij in den trein naar Wies- baden. Zij verveelde zich en dacht er over na- wat zij daar aldoor zou uitvoeren. Spelen wilde zij niet. In dezelfde coupé zat een elegante, voorname dame, op haar lederen reis- tasch stond een K met een barons- kroor.tje er boven. Heli ï<e kende haar als ten bewonderde lieveling de.' D.- sche groote wereld, zij had haar meer malen door het gordijn van het tooneel gezien en de scboone barones Von Karfegg om haar plaats naast de edele prinses benijd. Zij wis', dat B and en Gerrald met haar verkeerden en w 1de de gelegenheid niet laten voorbijgaan om kennis met haar Ie maken. Een Frangaise beschikt over een tangeboren élégar,ce en als zij wilde, kon Heloïse met elke dame uit de high life wed- ij vt ren. Pardon, Madame, hebt u er iets tegen, dat ik het portierraampje neer laat, begcfl zij in 't Fransch. ls hier zoo ontzettend warm. Vetjl verveelde zich. Zij sprak, a!s alle Russinnen van goeden huize, uit stekend Fransch en was blijde, een ge legenheid te hebben gevonden, haar kennis te kunnen aanwenden, Het ge sprek was dan ook spoedig in vollen gang, Wordt vewe!a<\

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1932 | | pagina 1