TP
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen,
No. 65.
DINSDAG 15 NOVEMBER 1932
48e Jaarg.
J. C. VINK - Axel.
Binnenland.
FEUILLETON.
De witte Bloem.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Tweede Kameroverzicht.
De vorige week zijn de be-
grootingsdebatten aangevangen.
De heer Braat opende de rij der
sprekers en becritiseerde de han
delspolitiek der regeering.
Z. i. bestreed de regeering de
crisis niet, maar vergrootte zij ze
door niet toe te laten dat er niet
goedgekeurde aardappelen wor
den uitgevoerd. Voor buitenland-
sche granen behoeven wij onze
grenzen niet open te zetten daar
kunnen wij zelf voorzorgen.
Hij achtte protectie en een be
lasting van goederen in de doode
hand noodigverder drong hij
aan op een verlaging van de sa
laris- en pensioenslasten en op
maatregelen tegen cumulatie van
pensioenen en salarissen. Subsi
die voor de luchtpostdiensten naar
Indië was z.i. overbodige luxe.
De plattelandersafgevaardigde
besloot met de indiening van een
motie, waarin aan de Regeering
afschaffing werd gevraagd van
cumulatie van functie's en pensi
oenen en waarin er werd op aan
gedrongen, dat niemand meer dan
f4000 uit de publieke kas mag
trekken.
Deze motie werd echter onvol
doende gestemd.
De heer Marchant (V. D.) wijd
de eenige beschouwingen aan de
houding der Regeering naar aan
leiding van het uitgestelde wets
voorstel voor verhooging van in
voerrechten.
Spr. behandelde enkele passa
ges uit het rapport-Weiter, o.a.
die over de Defensie. De com
missie meent, dat het defensie
apparaat voor onze geldmiddelen
te duur is, doch bij de uitwerking
van die opvatting is de commis
sie in het slop geraakt en heeft
zij de moeilijkheden maar geën
dosseerd aan de deskundigen, in-
plaats van zelf een radicale op
lossing te geven, die in overeen
stemming was met het standpunt.
Spr. wees op de middelen, die
de Kamer had aangegeven in de
plaats van de verhoogde invoer
rechten, o a. een couponbelasting
en belasting op goederen in de
doode hand. (Kerkelijke bezit
tingen.)
Z. i. moet de Regeering het
wetsontwerp voor verhoogde in
voerrechten intrekken, of zij moet
ontslag aanvragen.
Ook besprak mr. Marchant de
handhaving van het gezag, dat
door bevoegde organen moet ge
schieden en waar allerlei politie
ke organisatie's buiten moeten
blijven. Als het noodig is, vraagt
men militaire hulpkrachten, wel
ke niet mogen geselecteerd wor
den door particuliere organisaties,
zoodat ook z. i. aan de burger
wachten geen behoefte is.
Derde spreker op dezen eers
ten dag was de afgevaardigde der
Hervormd-Gereform. Staatspartij
de heer Peereboom, die betoogde
dat dit kabinet beginselloos is,
en oefende critiek op de politiek
van de anti-rev. en chr. hist, par
tijen, welke met levenswetten, op
den Bijbel gegrond, geen reke
ning houden. Ons volk heeft vroe
ger offers gebracht in goed en
bloed voor zijn goede, oprechte
zaak thans heeft ons volk slechts
dit te doen terugkeeren tot den
God die ons volk redde in don
kere dagen zonder dat gaat het
reddeloos verloren.
Er op wijzend dat de Koningin
vrijwillig een deel van haar in
komen heeft afgestaan, stelde spr.
daartegenover, de houding van
hen die cumulatie van hun inko
mens en pensioenen willen doen
voortduren, wat een oorzaak van
wrevel is onder ons volk.
Spr. zette uiteen dat zoowel bij
de salarissen als bij de belastin
gen de quaestie der behoefte op
den voorgrond moet treden. Het
onbillijke van de tegenwoordige
regeling ligt bij de religieusen
in de eerste plaats; de gewone
ongehuwde ambtenaren voelen
zich daarvan de dupe Spr. wees
op de groote toeneming van de
goederen in de doode hand. Dat
de regeering hier heen middel
vond om haar financiën te her
stellen of verbeteren, is dat niet
de schuld van de coalitie
Het ontbreekt ons volk aan
ernst. De protestantsche belangen
moeten in de Grondwet worden
vastgelegd, anders gaat het met
ons volk verder berg-af.
De heer Duymaer van Twist
(A. R.) betoogde dat de regeering
van den ernst van den toestand
der binner.schipperij niet voldoen
de doordrongen is. Het is niet
juist dat de gemeentebesturen
zich het lot van de binnenschip
pers voldoende aantrekken.
Spr. diende een motie in waar
in aangedrongen wordt op meer
geldelijke ondersteuning aan de
binnenschippers en aan het bedrijf.
De heer Knottenbelt (V.B ving
zijn betoog aan met een bestrij
ding van het standpunt der soci
aal-democraten, dat het kapitalis
me schuld heeft aan de ont
wrichting van het bedrijfsleven
en dat alleen redding is te ver
wachten van een planmatige pro
ductie. De tijd voor het verkon
digen van deze stelling lijkt gun
stig, doch de stelling zelf berust
op schijn. De heer Knottenbelt
somde andere oorzaken van de
crisis op, waarbij hij den nadruk
legde op de verderfelijke handels
politiek, die door vele staten
wordt toegepast, en waaraan vele
sociaal-democraten ook schuldig
staan. Het is nu geenszins de
tijd om de overheidsbemoeiïngen
nog uit te breiden. De sociaal
democraten hebben een eenzijdige
politiek gevoerd, die alleen is
gericht op verbetering van de
positie der loonarbeiders en daar
door zijn zij mede verantwoorde
lijk voor den slechten economi-
schen toestand, waarin de te dure
productie een belangrijke factor
is. Van liberale zijde is herhaal
delijk daartegen gewaarschuwd,
doch tevergeefs.
Vervolgens betoogde spr. dat
de vrijhandelspolitiek het best het
algemeen belang dient.
De rechtsche kabinetten hebben
in den loop der jaren tal van
sociale maatregelen getroffen,
waardoor de bedrijven te zwaar
zijn belast, zonder dat daarbij
voldoende rekening is gehouden
met de belangen van hen, die
niet loon-arbeiders zijn, o.a. met
die van de kleine middenstanders
en de boeren. Steeds heeft de
overheidsbemoeïrig zich uitge
breid, waarmede groote stijging
van het aantal ambtenaren is ge
paard gegaan. Door een en ander
is het overheidspersoneel te duur
geworden.
Weliswaar zag spr. niet over
het hoofd, dat verschillende be
zuinigingscommissies zijn inge
steld in den loop der jaren en
dat dus ook de Regeering de
noodzakelijkheid van bezuiniging
op de Rijksuitgaven heeft inge
zien, maar tot ingrijpende ver
sobering is het niet gekomen.
Sprekend over de verlaging der
ambtenarensalarissen keurde de
heer Knottenbelt het af, dat ook
hierbij de nivelleering doorwerkt,
becritiseerde hij de extra-korting
voor den ongehuwden ambtenaar
en drong hij aan op de toezeg
ging, dat de Regeering nog dit
jaar een algetneene herziening van
het Bezoldigingsbesluit zou in
dienen.
Ten aanzien van de handhaving
van het gezag valt te wijzen op
slapheid bij de Regeering; haar
gezag in het land is zeer ge
slonken.
De liberalen zijn door dit Ka
binet zeer teleurgesteld hun ver
trouwen daarin is volkomen ver
loren gegaan.
Spr. achtte noodig een parle
mentair Kabinet, en zoo dit niet
mogelijk was, een Kabinet van
bekwame, onafhankelijke mannen.
De heer Snoeck Henkemans
(C.H.) bepleitte voorzichtig finan-
ciëel beheer in deze moeilijke
tijden. Zijn fractie maakte ern
stig bezwaar tegen het aanvaarden
van een bcgrooting, welke een
tekort van 40 millioen aanwijst.
De maatregelen om dit tekort te
dekken, konden zij steunen, ook
de salariskorting, hoe hard deze
aan de ambtenaren toeschijnt.
Deze mogen echter bedenken,
dat zeer velen nog erger door de
crisis getroffen zijn. Eveneens zai
gesteund worden de vermindering
van de storting in het invalidi
teitsfonds.
Spr. vroeg de bijzondere aan-
dacht voor alles, wat ons gods
dienstig en zedeiijk leven raakt.
Vandaar dat de Chr. Historischen
het niet eens zijn met hen, die
groote bezwaren tegen de Win
kelsluitingswet aanvoeren. Deze
wet heeft de Zondagsrust voor
den winkelier bevorderdde
mensch mag niet opgeofferd wor
den aan den arbeid.
Men kan deze Regeering er
geen verwijt van maken dat zij
te weinig gezag heeft; zij houdt
den juisten middenweg. Gewaar
schuwd werd tegen de gevaren
van groote demonstraties, welke
een massa volk op de been
brengen.
Bij hel regeeren worden fouten
gemaakt, maar daarom behoeft
de regeeringsvorm nog r.iet te
veranderen. Het parlementaire
stelsel is het juiste middel om
controle op de Regeering te
hebben.
De Chr. Hist, zegt spr. zijn in
beginsel bereid om samen te
werken met iedere groep, die met
hen wil strijden voor godsdienst,
gezin en gezag.
Dhr. Albarda (s.d.a.p.) kwam
op tegen de opvatting, dat het
kapitalistische stelsei niet schuldig
is aan de crisis. Er is op ge
wezen, dat de arbeiders daaraan
hun welvaart te danken hebben,
doch spr. vindt dat onjuist, omdat
de arbeiders elke verbetering van
hunne positie van het kapitalis
tische stelsel hebben moeten af
dwingen, door duizenden werk
stakingen en tal van verkiezingen.
Spr. ontkent niet, dat de stijging
der productie heeft bijgedragen
tot de welvaart der arbeiders,
maar dat stelsel was toch geba
seerd op winst, die ten koste van
de arbeiders verkregen werd.
Het kapitalisme kan thans de
moeilijkheden niet oplossen on
danks de machtige productie
mogelijkheden verdween de wel
vaart. Zij, die op andere oor
zaken dan het kapitalisme, b.v.
op Jen oorlog, wijzen, vergeten
dat ook de oorlog een product
is van het kapitalisme. De in
ternationale economische confe
renties hebben zich uitgewerkt.
AXELSCHE
COURANT
(Daitsche vertaling).
Vanavond niet, tantetje, op een
anderen keer.
Zooals je wilt, kind. Ik zal er
mit je mama eens over spreken, dat
het nu tijd voor je wordt om wat
meer van de wervld te genieten
Dus morgen om drie uuiMijn heer
en gebieder laat j etui groeter, hij is
met Prins George m&r G. gereden,
anders zou hij met mij mede zijn gt-
komen... Adieu, stipt op je tijd, hoor I
Mtt deze woorden hippelde zij heen,
terwijl Marie volgde met de lamp
het was immers zoo hoekig in 'toude
huis.
Hoe heerlijk in den helderen zonni -
schijn in snelle vaart te wedijveren
met de vogels, die met uitgespreide
vleugelen de lacht doorklieven en
opstijgen naar de lichte ientewolkjes,
hoe verrukkelijk, als het geurige voor
jaarskoelte liefkoozend lings htt
voorhoofd strijkt en alle muizenissen
en zwartgallige gedachten verdrijft
Marie leunde achterover in het rij
tuig en droomde met half gesloten
oogen, te midden van de schoonheden
der natuur, van een ander geluk, nog
Veel verrukkelijker, waarvan de stralen
de zon liefde heet, doch die maar al
te dikwijls achter een donkere wolk
Verscholen is.
Vei ja kon nil t stil eh rustig zijn,
dit streed met haar karakter, het scheen
haar vreeseüjk vervelend toe alleen te
moeten zijn met haar gedachten. Ouk
nu zweefden haar levendige, donkere
oogen, nu eens mtt een blik van plot
seling opgewekte belangstelling, dan
weder mat en lusteloos, over het land
schap.
Zij sloeg haar sierlijken waaier dicht
en wendde zich tot haar nich'je.
Het is toch al te erg! Bijna vier
uur en nog niets in 'i zicht I Stap
voets rijder, Jonas! Wat zou 't mij
ontzettend spijt .-n, als hij niet kwam
Ik ben namelijk van plan om Brand,
ofschoon hij niet van adel is, aan het
hof voor te s'ellendaar maak ik mij
zoo 'n illusie van, dat ik er voor niets
ter wereld van zou willen afziet 1.
Komt daar wat aan Neen, hij is 't
alweer niet
Gtë gerd wendde zij het hoofd af.
Daar had ik bijna een groente-
kar voor den genialen Brand aangezien I
Marie moest onwillekeurig lachen.
Wat bent u vreeselijk opgewon
den, tante 1 Hoe kunt u toch altijd aan
het hof en de groote wereld denken,
te midden der schoone natuur?
Loop naar j; grootje met je schoc-
ne natuur Ik begrijp je niet. Ik geef
Je de verzekering, dat ik rust noch
duur heb, voordat mijnheer Brand op
ce soiiée musicale bij de prinses aan
mijn zijde zit. Al zou ik de heele re
sidentie ten onderste boven moeten kee-
ren, ik zal het doorzit en!
Maar waar is die beroemde ad
vocaat den heelen zomer zoo lang ge
weest? vroeg Marie, ik zag hem maar
zelden voorbijifjden, en soms bleef hij
weken achtereen weg.
Hij is veel op reis geweest, ant
woordde Verji verstreoid. Nu echter
w 1 hij zich voor goed hier vestigen.
Zij boog zich terzijde.
Marie! riep zij uit, terwijl zij op
gewonden de hand harer nicht greep.
Kijk,heel in de verte.twee ruiters
Het jonge meisje ontroerde.
Twee? herhaalde zij langzaam.
Jj, ja! riep Verja uit, terwijl zij
haar lorgnet voor de oogen hield. De
ander is zonder twijfel de jonge Ger-
rald.Kijk maar... Is 'c niet?
Bevend boog Marie zich uit het rij-
tuig voorover.
Ik ken geen van beiden, sprak
zij bijna fluisterend, zonder te beden
ken, dat de gloeiende blos op haar
wangen haar woorden logenstraf e.
Verja was echler te opgewonden om
dit op te merken.
Act t;rwaarts I kommandeerde zij
schertsend. Een twee je moet
ook groeten, petite I
Zij leunde achteloos achterover in
de kussens en scheen geheel haar aan
dacht te wijden aan den waaier, waar
mede zij achteloos speelde, Marie durf
de nauwelijks ademhalen. De ruiters
naderden langzaam en thans reed, op
bevel der barones, ook het rijtuig stap
voets.
De blonde heer onthutste en staarde
sprakeloos op het lieve gezichtje. Een
levendige uitdrukking bezielde eens
klaps zijn zooeven nog onverschillige
trekken. Met een schuchteren^tlik sloeg
Marie de oogen op en gedurende één
seconde ontmoetten beider blikken ei
kander.
Brand heeft een snellen blik op zijn
metgezel geworpen hij glimlacht en
neemt groetend den hoed af.
Intusschenis de waaier uit de hand
der barones gegleden en op den weg
gevallen. Met een snellen sprong wendt
Brand zijn paard en ia naast het rijtuip
Uw waaier, mevrouw! SnU
als de gedachte is hij uit den zadel
gesprongen om het voorwerp op te
rapen en het der barones met een be
leefde buiging te overhandigen. Verja
betuigde hem vriendelijk haar dank.
Vebeeld u, doctor, liet zij er
lachend op volgen, ik had u eerst niet
herkend, ondanks mijn goede oogen eu
het tieldere daglicht.
Brand was weder opgestegen „U
zijt wel goed, mevrouw de barones
Welk een eer voor mij, een klein
plaatsje in uw hooggeschatte herinne
ring ie mogen bezitten I Ais u 't mij
vergunt, zal ik de vrijheid nemen die
herinnering nog een weinig te verster
ken en de plaats hier aan uw zijde een
poosje te behouden.
Zeker, sprak de Russin, toestem
mend knikkend 't is oneindig aange
namer dezen eentonigen weg in ge
zelschap af te leggen en tenminsie een
weinig te kunnen prater. Mag ik u
aan miju nicht voorstellen Mijnheer
Band, doctor in de rechten... freule
Von Rotterswyl.
De voorsttliing werd van weerszij
den n e* een zwijgende buiging beant
woord. Daarop vroeg Brand of hij ook
zijn vriend mocht voorsieiL-n en na
Verja's toestemming, wendde hij zich
snel tot Theobald.
Veroorlooft mij, dames mijn
heer Gerrald.
O.rgedwongen en toch vol waardig
heid boog de jonge fabrikanten klaar
blijkelijk maakie de fi re gestalte op
den stijgerenden goudvos een gunst -
gen indruk op mevrouw Von Kartegg,
die hem met een levendigen btik van
het hoofd tot de voeten opnam. Brand
bieef hardnekkig aan haar zijde en liet
Theobald slechts tijd om een jiaar
vluchtige woorden met haar te wisse-
len, welstandshalve kon deze dus niet
anders dau zijn paard aan de andere
zijde brengen.
Marie bloosde verlegen en scheen
niet weinig verrart te zijn.
Als ik mij niet vergis, heb ik de
eer uw overbuurman te zijn, freule,
sprak hij.
Zij beefde, toen zij de klank van die
voile mannenstem hoorde, van wie zij
tut dusverre slechts gedroomd had.
ik heb uw naam dikwijls hooren
noemen, mijnheer Gerrald,antwoordde
zij fluisterend, en naar uw huis ge
keken, d, t er zoo oud en eerwaardig
uitzie'.
Tneobald kon zijn blik niet van dat
lieve gezich j afwenden, dat met groo
te blauwe oogen vcr.egen tut hem op
zeg. Voor de eerste maal kon hij laar
in zijn onmiddellijke nabijheid aan
schouwen... Was zij eigenlijk wel
schoon Haar gelaatstrekken waren
niet onberispelijk regelmatig, maar vol
uitdrukking en wat er de grootste be
koorlijkheid aan gaf waren die zachte,
sprekende oogen, waarin zich het tec-
der gevoel van haar rein, jeugdig hart
zoo helder afspiegelde.
N etwaar, ons oud koopmanshuis
ziet er nog zoo kwaad niet uit vroeg
hij glimlachend. Mijnheer Brand was
tenminste in verrukking over den ir-
wendigen bouwstijl j hij heeft er ook
nog een aantal oude schatten en won
deren in ontdekt, die hij niet vermoed
had er te zullen vinden, curioaiteiter,
waarioe een smaak voor antiek behoort.
Zijn er ook geheime deuren, ke'-
ders en kruisgangen? Tante Verji is
daar aliijd zoo bang voor als ztj bij
ons is, zeide Marie schertsend, met een
schalksen bi k op de barones.
iWordt vprvclgdj