Nieuws- eu Advertentieblad
voor Z e e u w s c li - Vlaanderen,
No. 37.
DINSDAG 9 AUGUSTUS 1932
48e Jaarg.
J. C. VINK - Axel.
Raadsverslag.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-U1TGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENT1ËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Zitting van 26 Juli 1932.
Aanwezig alle leden. Voorz.
de heer F. Blok, burgemeester.
IV.
10. Wflzigingvansalarleering,
enz.
a. Voorstel van dhr. van Ben-
degem tot afschaffing van de
presentiegelden van de leden van
den Raad.
B. en W. meenen hieromtrent
geen advies te moeten geven.
De meerderheid meent het aan
den Raad te moeten overlaten,
terwijl de minderheid niet tot
afschaffing adviseert.
b Voorstel van dhr. van Ben-
degem tot progressieve vermin
dering van salaris van de ge
meente-ambtenaren.
c. Voorstel van de fractie-
't Gilde tot salariskorting van 3
en 5 pet. voor de gemeente
ambtenaren.
Omtrent deze voorstellen advi-
seeren B. en W. als volgt
Ons College heeft gezien
de uitkomsten van 1931 met een
batig slot van f 17 823 gewone
dienst en f4829 kapitaaldienst
en een begrooting voor 1932,
waaruit de noodzakelijkheid nog
niet blijkt om tot korting over te
gaan geen reden om te advi
seeren een van beide voorstellen
aan te nemen.
Wanneer de korting, volgens
het mondeling aangevulde voor
stel van dhr. Van Bendegem
over het 2e halfjaar wordt toe
gepast, dan zou hiervan een be
drag van f200 ten bate van de
gemeentekas komen. (Hierin zijn
niet begrepen de salarissen waar
over de Raad niet beslissen kan P
Geschiedt de korting volgens
het schriftelijk voorstel van dhr
Van Bendegem dan slechts f 80.
en volgens het voorstel van
de fractie-'t Gilde zou het f160
beteekenen.
Waar de begrooting van 1932
direct geen reden tot bezorgdheid
geeft, zijn geen voorstellen van
B. en W. in die richting te ver
wachten, te meer nog daar Ged
St. op de salarissen van Burge
meesters, Secretarissen en O.it-
vangers een zeer geringe korting
hebben toegepast. Het zou ook
niet billijk zijn op de overige
ambtenaren een hoogera korting
toe te passen.
Het ligt ir, ons voornemen bi;
de begrooting 1933 wel met
dergelijke voorstellen te komen
zoo noodig in overeenstemming
met aanschrijvingen welke van
overheidswege verwacht kunnen
worden.
d. Adres van A. de Visser
agent der Arbeidsbemiddeling om
zijn salaris te brengen van f 250
op f750.
Het College meent tijdens
dezen loopenden dienst geen
voorstellen te kunnen doen om
de salarissen te herzien.
Bij de begrooting van 1933 kan
zoo noodig een voorstel tot ver
hooging tegemoet gezien worden.
Ten slotte is nog over al deze
voorstellen de Commissie voor
Georganiseerd Overleg in Ambte
naarszaken gehoord.
Deze adviseert aan het verzoek
van de afd. Axel v. d. Chr. Bond
van Personeel in Overheidsdienst,
om den ingehouden gulden we
gens Zondagsdienst alsnog uit te
betalen, te voldoen.
Omtrent het voorstel om pro
gressieve salarisvermindering in
te voeren, adviseert de Commis
sie dit niet aan te nemen.
De voorsteller gaf enkel als
motief tot verlaging op, het feit
dat de levensstandaard met 25
rct. is gedaald, zonder dat echter
aan te toonen.
De vertegenwoordigers van de
Ambtenaren Organisaties vroegen
herhaaldelijk om toelichting, waar
om Van Bendegem met dit voor,
stel is gekomen, doch nadere
argumenten heeft hij niet ge
geven.
Een andere vertegenwoordiger
van het Gemeentebestuur stemde
voor het voorstel, zonder dat hij
zijn stem nader verklaarde en
aan de besprekingen deel te
hebben genomen.
De andere twee vertegenwoor
digers van het Gemeentebestuur
stemden tegen, omdat zij dit
voorstel te ingrijpend achten.
De vertegenwoordigers van de
Ambtenaren Organisaties toonden
aan, dat de salarissen in Axel
absoluut niet op peil zijn en
verder, dat zij zonder nadere
argumenten van de andere leden
waaruit de noodzaak tot salaris
verlaging blijkt, moeilijk kunnen
medewerken aan verlaging van
de salarissen.
Het voorstel van de fractie-
't Gilde tot salarisverlaging werd
door de vertegenwoordigers van
het Gemeentebestuur eveneens
in van elkaar afwijkenden zin
beoordeeld. Twee vertegenwoor
digers van het Gemeentebestuur
stemden voor, omdat zij dit
voorstel billijker vonden dan het
voorstel van Van Bendegem.
De eene voorstemmer haalde
enkel als motief aan, het feit dat
Gedeputeerde Staten thans ook
een korting hebben toegepast.
De andere voorstemmer was van
meening dat de loonen omlaag
moeten, omdat noodwendig de
belastingen in de toekomst naar
boven zullen moeten. De twee
andere vertegenwoordigers van
het Gemeentebestuur stemden
tegen. De eene omdat dit voor
stel al met salarissen vanaf f600
begint te korten en de andere
stemde tegen zonder weer zijn
stem te hebben gemotiveerd of
deel te hebben genomen aan de
besprekingen.
De vertegenwoordigers van de
Ambtenaren-Organisaties stemden
tegen om dezelfde redenen als
bij het voorstel van Van Bende
gem Een vruchtdragend overleg
is enkel mogelijk wanneer de
voorstellers met argumenten ko
men, die dan kunnen worden
bestreden. Wanneer de aange
voerde redenen tot verlaging dan
redelijk zijn, zullen ook de amb
tenaren-vertegenwoordigers niet
tegen alle verlagingen stemmen.
Thans kunnen zij moeilijk anders.
De ComrrïVssie adviseert dan ook
niet met het voorstel mede te
gaan.
Het verzoek van de Visser
vnd. om f500 salarisverhooging
werd beoordeeld in dien zin, dat
de gedachte van een der verte
genwoordigers der Ambtenaren-
Organisaties om f 600 te geven
werd verworpen door de verte
genwoordigers van het Gemeen
tebestuur.
De gedachte om f500 salaris
te geven werd eveneens verwor
pen.
De VQ0RZ. zegt, dat hij, om
tijd te sparen, aan ieder lid slechts
tweemaal de gelegenheid zal ge
ven, om zijn gedachten over deze
voorstellen uit te spreken.
Dhr. VAM BENDEGEM t Voor
zitter, in de eerste plaats begrijp
ik het, dat B. en W. hier niet
direct komen met een voorstel
tot afschaffing van presentiegelden.
En ik kan mij er eenigszins mee
vereenigen, dat B. en W. dit over
laten aan den raad zelf. Maar
natuurlijk ben ik op het idee ge
komen, om dit voorstel in te
dienen, op grond van bezuiniging.
Daar wij de laatste vergaderingen
gaan, maar nu dhr. Van Bendegem
wijst op hetgeen ik vroeger daar
eens over heb gezegd, meen ik
te moeten verklaren, dat het billijk
is, dat eenige vergoeding wordt
gegeven voor den tijd en de op
offering van moeite, noodig voor
het goed waarnemen van het lid
maatschap van den Raad, vooral
aan arbeiders en minder gegoe
den. Spr. zal er niet vóór stern-
hebben moeten aanhooren, als men, al kan het hem persoonlijk
raadsleden de begrooting sluitend
te helpen maken, heb ik gedacht,
het is hier geen bedrag van dui
zenden guldens, welke hiermêe
gespaard worden, maar het is
toch een bedrag van honderden
guldens. En wanneer het er nu
zoo nijpend voorstaat, gelijk wij
de laatste vergaderingen te hooren
kregen, dat er telkens tekorten
waren, dan spreken iedere hon
derd guldens die men kan be
zuinigen mede. En ook Voorz.,
daar het hier haast allemaal leden
zijn, die toch direct voor dien
rijksdaalder, die ze per zitting
ontvangen, geen brood moeten
koopen, heeft dat mij, nog te
meer vrijmoedigheid gegeven, om
met dit voorstel voor den dag te
komen. En nu is er eens opge
merkt door een lid hier aanwezig,
dat ik geen arbeiders in den raad
zou dulden, (aangaande mijn voor
stel), maar ik zeg nogmaals, dat
ik de laatste zal wezen, die deze
uitdrukking zou bezigen. Maar:
ik heb de zaak hier eenigszins
anders op. In de eerste plaats,
zou ik gaarne zien, dat een raads
lid, die nog middelen van bestaan
heeft, met mij 't accoord was, om
de presentiegelden af te schaffen.
En nu kan er misschien direct
geantwoord worden, dat is alle
maal goed en wel, maar die leden,
die dan geen middels van bestaan
hebben? Welnu daar antwoord
ik dan op, dat zóó iemand, wan
neer hij voor een partij is afge
vaardigd, bij zijn partij aanklopt,
en daar dan de benoodigde gelden
tracht te ontvangen, als hij op
zoo'n zitting er schade van heeft
en ingeval hij ze niet kan missen.
En 3e wanneer er bij zijn, die
geen partij hebben, zooals de
fractie-'t Gilde die hier thans aan
wezig is, welnu, wanneer daar
dan iemand bij mocht zijn, die
absoluut geen presentiegeld kan
missen, welnu, dat dan dezulken
een beroep doen op hun kiezers,
op de één of andere manier.
Dhr. VERSCHELLING Dus we
zouden moeten gaan schooien
Dhr. VAN BENDEGEM: Dus
Voorz., op deze gronden, n.l. dat
volgens mij, een partij zijn afge
vaardigde moet betalen, ingeval
hij niet bemiddeld is, of iemand
zonder partij een beroep moet
doen op zijn kiezers en tevens
op grond van bezuiniging, wil ik
mijn voorstel handhaven en hoop
ik, dat dit zal gesteund worden,
en het in stemming kan worden
gebracht, om te zien, wie werke
lijk voor bezuiniging is. Want
er wordt veel gesproken over
bezuiniging, maar dén ziet men
pas, wanneer het, in het eigen
vleesch raakt, wie wel, en wie
niet wil mede helpen aan bezui
niging.
Dhr. D1ELEMAN Hoeveel zou
die bezuiniging volgens dhr. Van
Bendegem gedragen
Dhr, V'AN BENDEGEM Dat
is misschien f600, maar het kan
er ook f 500 zijn, dat hangt er
van af, of er veel raadszittingen
zijn. Dat kan zijn 10, maar ook 15.
Dhr. 'T GILDE zegt, dat hij niet
voornemens was hier op in te
weinig schelen, want desnoods
kan hij het presentiegeld wel
missen. Spr. heeft nog een paar
jaar als raadslid den tijd meege
maakt, dat het op een heel jaar
voor alle leden totaal f 100 be
droeg en is toen evenmin op de
vergaderingen afwezig geweest en
als de gezondheid het hem toe
laat, zal hij met evenveel liefde
de vergaderingen bijwonen, ook
als het voorstel-Van Bendegem
werd aangenomen. Maar spr.
denkt ook aan een ander en zou
over dat punt nog wel een boom
kunnen opzetten, maar zal dat
niet doen, nu hij zich afvraagt of
dit voorstel niet als reclame be
doeld is.
Dhr. HAMELINK wil ook ver
klaren, dat hem persoonlijk dien
rijksdaalder per zitting minder
kan schelen. Alleen kan er mis
schien een tijd komen, dat
gezien de tijdsomstandigheden
er ook onder de burgerlijke
vertegenwoordigers zijn die dien
rijksdaalder kunnen inschikken.
En nu spreekt dhr. van Bende
gem wel uit, dat het niet tegen
de arbeiders gaat, maar practisch
komt het er toch op neer, dat ze
uit den Raad geweerd worden,
want voor sommige arbeiders
zou het onmogelijk zijn om dat
waar te nemen zonder vergoe
ding.
Dhr. DIELEMAN meent, dat
de bezuiniging hoogstens f 357,50
kan beloopen, dat op een be
grooting van een ton niet veel
uitmaakt en dhr. van Bendegem
kan weten, dat er toch aan het
Raadslid zijn heel wat vast zit.
Spr. heeft b.v. aan het eind van
'tjaar misschien 60 vergaderin
gen meegemaakt waarvan er
maar 11 betaald worden. En nu
doet men het wel niet voor dien
rijksdaalder, maar als het alle
maal belangeloos gaat, zal er van
goed werk niet veel sprake zijn
en daarom is het z.i. toch noo
dig, dat er eenige vergoeding is.
Dhr. SEGHERS wil het gemak
kelijk stellen. Wie het presentie
geld niet hebben wil, kan het in
de gemeentekas storten of aan
het armbestuur geven, dat is ook
bezuiniging. Maar dhr. van Ben
degem moest ieder vrij laten, wat
men met dien rijksdaalder doen
wil.
Dhr. VAN KAMPEN kan zich
ook voorstellen, dat er menschen
zijn, voor wie het presentiegeld
een vergoeding is tegenover het
tijdverlies, dat ze zich getroosten.
Maar spr. vindt het niet verstan
dig van dhr. van Bendegem om
den Raad ten opzichte daarvan
in partijen te verdeelen en dan
te zeggen wie voor en wie tegen
bezuiniging zijn. Door de zaak
zoo te stellen, zal hij degenen
op wier hulp hij anders misschien
zou kunpen rekenen, nu tegen
zich vinden.
Dhr. VAN BENDEGEM her
haalt, dat degenen, die den rijks
daalder niet missen kunren, door
de partijen gesteund moeten
worden, dat is billijk en dat moet
de gemeente niet doen.
Wat dhr. Seghers betigft, zegt
spr. moet ieder weten, wat hij met
z'n geld doet, maar ik handhaaf
mijn voorstel.
Dhr. DE RUljTER sluit zich
aan bij de meening van dhr. van
Kampen.
Dhr. VAN KAMPEN merkt nog
op, dat de vergoeding z. i. niet
geldt alleen de tijd hier, maar
ook voor uitgaven, die men soms
doet, om zich op de hoogte te
stellen van sommige zaken.
Dhr. 1Z. DE FElJTERzegt.dat
de tijden moeilijk zijn voor velen
en daarom vindt hij, dat men wel
een rijksdaalder mag hebben om
hier te zitten.
Dhr. ORTELEE merkt op, dat
men volgens dhr. van Bendegem
den bedelstaf zou moeten opne
men bij de partij, maar bedelen
is verboden en dus ook gevaarlijk
voor Veenhuizen. Maar het bedrag
maakt ook niets uit voor de
belastingbetalers, misschien een
paar cent per man. En nu is er
misschien voor van Bendegem
geen nood, ik weet het niet, want
we kijken hier op de koppen,
maar niet in de kroppen, maar
misschien zitten er dan onder de
anderen nog wel, die snakken
naar de vergoeding. En als we
hier zitten, terwijl we buiten de
zaal ons brood kunnen verdienen,
dan is het onbillijk, dat we ons
geld moeten geven voor de be
langen van anderen.
Dhr. OGGEL was ook wel
voor het voorstel, omdat als men
wil bezuinigen, men moet be
ginnen met zichzelf, temeer aan
gezien het presentiegeld voor de
meesten van niet veel beteekenis
isaan den anderen kant echter
kan het gemis er van voor
anderen ook moeilijkheden geven
en daarom vond spr. geen vrij
moedigheid om als college van
B. en W. het voorste! te steunen,
maar laat hij liever den Raad
daarover beslissen.
Dhr. 't GILDE zegt dat nu
wel blijkt, dat dhr. van Bende
gem het niet ernstig meent met
zijn voorstel. Hij schreeuwt wel
van de daken, dat we bezuinigen
moeten, maar nu hij een wenk
krijgt van dhr. Seghers om het
geld in de armenkas te storten,
zooals te Zaamslag eens gebeurde,
is hij er niet voor genegen. Laat
hij nu toonen, dat het hem
ernst is.
Dhr. VAN DE BILT is ook
voor toekenning van het presen
tiegeld, het is niet teveel. De
zittingen vallen al niet mee en
ook de voorbereiding is tijdroo-
vend. Die hejt niet hebben wil,
behoeft het niet aan te nemen,
maar spr. ondervindt wel als
wethouder dat er veel werk aan
verbonden is. Er wordt wel
gezegd het is voor de werkmen-
schen, die in den Raad zitten,
maar straks zullen ook anderen
het nog wel graag aanpakken.
Dat komt ook wel 1
Dhr. VAN BENDEGEM wil
nog aan zijn voorstel toevoegen,
dat hij het bedoelt met terug
werkende kracht tot 1 Januari.
Het voorstel wordt niet in
stemming gebracht, daar het on
voldoende gesteund wordt.
Ten opzichte van de voorstellen
b en c merkt de VOORZ. op, dat
B. en W. adviseeren geen ver
andering te brengefi in de sala
rissen voor de loopende begroo
ting 1932, maar voor 1933 een
nadere regeling zullen voorstellen,
wat ook het voorstel was van de
comm. tot georg, overleg.
Dhr, VAN BENDEGEM zegt,
dat het advies van B, en W. h«m.
AXELSCHE
COURANT